Zaten de laatste bewoners samen aan hun laatste tafel in het dorp
bedreigd te verdwijnen in eeuwig water
maanden kwamen ze bijeen
grimmig in de strijd om het behoud ervan
Het mocht niet baten ondanks alle verzoek
de bede werd verworpen
de laatste bewoner wou niet weg
werd uitgedreven bij wet
alvorens de afbraakmachines
brulden hun werk verrichten
de stilte werdadembenemd
verbroken door de vleugelslag
van zwarte roofvogels
nu is het dorp verdwenen
in het zoveeelste havendok
overstroomd gebied
Zeereuzen versassen er nu constant.
dit overstroomd gedicht
is slechts een luttele herinnering.
Ingrid Lenaerts
|