Hij collectioneert er de zoute herinneringen van,
Van de mosselbanken die gapen uit hun verleden
De tijd van toen ze nog volkse kost waren
Lekkere eenvoud op het bord van elk benefit
Nu ze poep- chique finesse zijn aan tafels
Prijzig in gerenommeerde restaurants
betreuren ze in grote hoeveelheden
Het decadente publiek dat hen verorbert
Ze werden verkracht in hun identiteit
Door gesofisticeerde koks die hen bereiden
Met de nodige tierlantijntjes van wijn en sausen
Alsof hun smaak moet verdoezeld worden
Het gaat de mosselen niet voor de wind
Ze willen zich opnieuw organiseren in grote stilte
Verankeren in de eigen zee zonder bemoeienissen
van een schijnheilige mosseladel belust op platte winst.
|