Bracht me weer de natte wind van jaren het westelijk tochtgat zette onze kragen recht we liepen onder de spoorwegbrug de treinen donderden boven onze hoofden zelfs dat hoorden we niet meer te bang te geschrokken want M. was vermoord gevonden op het braakland van miserie het lichaam gekraakt vol schuttingtaal gisteren nog springlevend op de fiets wij leeggeschud afgrijselijke herinnering amper 14 lentes voor onze klasvriendin Ze blijft onze onschuld in het hoofd wij huiveren dat het nooit zal vergaan.
Ingrid Lenaerts
|