Laagstad waar ik woon en werk waarin ik me verberg voor verdriet met tonen lager dan mijn pijn waar ik dans van groot plezier met bokkensprongen groter dan de geit die in mij woont die ik nu ken en ervaar
zo zei men toch toen men mij nog zoeken ging gewonnen verloren binnen de muren van de grenzen die ik wou verleggen toen men mij nog brandmerken wou
Nu ontziet men mij plezier en pijn in een verkromd alfabet dat mij duldt als fenomeen der moderniteit mijn stad ik hou je voor bekeken tot ik op mijn bek ga in jouw schoot.
Ingrid Lenaerts
|