36E MARCHE INT. DE WAREMME. / LES AMIS DU TUMULUS. / WAREMME. 11/04/2015
36E MARCHE INT. DE WAREMME.
LES AMIS DU TUMULUS.
WAREMME.
Vandaag wandelen we in Waremme, in de zaal komen we Eli tegen, al jaren onze vriend. We vertrekken en wandelen het stadje uit. De prachtig magnolia bomen staan nu volop in bloei en ze zijn bijzonder mooi, ook de japanse kersenlaars die langs wegen staan ook in bloei.
Zo komen we aan het parkje met een mooi beeld van een man met paard. In de hoek van het pleintje de kiosk. We wandelen weer een beetje verder lags een paar mooie gebouwen. Dan steken we de “Geer” over. Langs weilanden waar we ezels, paarden en pluimvee zien, de lente is in het land.
Dan komen we in Bettincourt een landbouwdorpje met grote Haspengouwse hoeven. Vele hebben hun landbouw functie verloren en werden woonerven waar verschillende gezinnen samen op wonen. Maar ook staan hier grote herenhuizen. Deze hebben prachtige tuinen en het valt op hoeveel bloeiende magnolia’s hier staan. We komen aan de school van Bettincourt waar de controlepost is. Na de rust weer verder de velden in vergezichten over akkers en velden met hier en daar een bosje. We wandelen hier op de grens met Limburg.
Door het veld komen we in Oleye. Langs het gemeentehuis, waar enkele jaren geleden nog een brouwerij in was. Zo komen we aan onze tweede controlepost. Hier komen we onze wandelvriend Nestor tegen, dan weer verder langs mooie plekken en huizen. Langs de oude watermolen een groot oud huis en dan komen we terug in Waremme.
Nog even langs een mooi rondpunt en dan zijn we terug aan ons vertrek. Een mooie wandeling is het toch wel de club heeft ons geboden wat ze hebben en dat is voornaam. Velden, weilanden wat bos en mooie gebouwen.
PAREL VAN DE JEKERVALLEI. / TONGERSE WANDELVRIENDEN. / KANNE-RIEMST. 05/04/2015.
PAREL VAN DE JEKERVALLEI.
TONGERSE WANDELVRIENDEN.
KANNE-RIEMST.
Kanne ligt in het dal tussen het Plateau van Caestert (de Sint-Pietersberg) en de Muizenberg. De omgeving van Kanne kent aanzienlijke hoogteverschillen. Het dorp ligt in het dal van de Jeker dat is ingesneden in het Plateau van Caestert, waartoe ook de Sint-Pietersberg behoort. Ook het Albertkanaal is diep ingesneden. Van groot natuur- en cultuurhistorisch belang is het voorkomen en dagzomen van mergelsteen, waardoor een bijzondere flora en fauna van kalkminnende soorten ontstaat, zoals op de kalkgraslanden. De mergelsteenwinning leidde bovendien tot het ontstaan van uitgebreide gangenstelsels, die vervolgens weer voor allerlei doeleinden werden benut, zoals de champignonteelt, maar ook voor smokkel, voor het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog, en later zelfs voor een militair hoofdkwartier.
We wandelen door het dorpje en gaan langs “huis Poswick”. Dit huis heeft een rijke geschiedenis.
Voormalig rectorshuis van de kanunniken van Hoogcruts, bedienaars van de H. Grafkapel. Gebouwd in 1656. In 1798 wordt de laatste kanunnik door de Fransen gedeporteerd; de goederen worden aangeslagen en verkocht aan de gebroeders Mesmaker van Sittard, reguliere kanunniken van St.-Augustinus, uit hun klooster te Nunheim verdreven. Na hun dood gaan de goederen in 1802 over naar de heer van Neerkanne. De mergelstenen gebouwen dateren van 1656. In 1918 vielen Duitse soldaten het huis binnen en vermoorden er 2 mensen.
Tegenover staat de H.Grafkapel.
De kapel wordt in 1647 gebouwd door Herman Jekermans, na een pelgrimstocht naar Jeruzalem (1644-1645), en was een kopie van de H.-Grafkapel aldaar. T.z.t. wordt langsheen de wegen van Neerkanne een kruisweg gemaakt met dertien staties in de vorm van kapelletjes; de H.-Grafkapel fungeerde als laatste statie. De devotie en de bedevaarten die hieromtrent weldra ontstaan geven aanleiding tot een "Heilig Landstichting". In 1653 schenkt Jekermans de H. Landstichting aan Helena van Enckevoort, priorin van de sepulchrienen te Maastricht en Luik, die ze vervolgens afstaat aan de H.-Grafkanunniken van Hoogcruts (Noorbeek), die als rectors van de kapel worden aangesteld. Zij bouwen in 1656 een rectorshuis tgov. de kapel. In 1714 wordt omheen de oorspronkelijke, kleine kapel de huidige kapel gebouwd, gedoteerd door veldmaarschalk Daniel Wolff de Dorpff, gouverneur van Maastricht en heer van Neerkanne. De kapel lijdt zwaar schade tijdens W.O. II, en stort in 1954 in, op de façade en het H. Graf na; het barokaltaar wordt vernietigd. In 1960 wordt ze in haar oorspronkelijke vorm wederopgebouwd.
Wij wandelen nu de weg naar het kasteel van Neerkanne op even voor de toegang wandelen we links af door een hole weg met weerzijde hoge mergelwanden en we klimmen zo. We flirten hier met de grens met Nederland. We wandelen door het prachtige bos waar de bosanemonen in volle bloei staan, gewoon mooi. Dan dalen we weer een eindje om boven het kasteel van Neerkanne te komen hier een prachtig zicht op het kasteel en tuinen en aan de overzijde de werken aan de grote fontein en de Jeker die hier kronkelend door het landschap slingert.
Wij dalen af en wandelen nu langs verschillende mergelgrotten en zo komen we aan het “Voormalig NATO hoofdkwartier”. Defensie heeft de schoongemaakte Boschberggroeve definitief teruggegeven aan Stichting het Limburgs Landschap. Een zeer imponerend gangenstelsel, het lijkt wel een klein dorp . Via luchtkokers komt frisse lucht in de gangen . In het Millenniumbos is te zien hoe die luchtkokers er uit zien, restanten van het militair erfgoed.
In de Cannerberg bevinden zich een aantal gangenstelsels, samen zo’n 90 km. Ze vormen een ideaal leefgebied voor vleermuizen. Deze zoogdieren houden hier graag een winterslaap. In deze gangen is er een vrijwel constante temperatuur en vochtigheidsgraad. Ideale omstandigheden voor vleermuizen. We wandelen over het Jezuietenpad steken de Jeker over en wandelen Sint Pietersberg op. Na de mergelwinning werd het land weer aan de natuur terug geven maar de enorme littekens blijven zichtbaar, maar Natuurmonumenten heeft er gebruik van gemaakt om hier een prachtig stukje natuur te doen ontstaan.
D'n Observant is een kunstmatige berg op de Sint-Pietersberg met als hoogste punt +170,8 m NAP. Bij de aanvang van de exploitatie van de ENCI-groeve moest de Eerste Nederlandse Cement Industrie de metersdikke onbruikbare deklagen aan de kant schuiven, om zo de voor cement noodzakelijke kalk te kunnen bereiken. Tegenwoordig heeft de berg een recreatieve bestemming met een panoramisch uitzicht en is sinds 2010 eigendom van Natuurmonumenten. Onder d'n Observant ligt een grotendeels ingestorte kalksteengroeve, het zuidelijk gangenstelsel, maar door het gewicht van de opgeworpen grond hebben de steunpilaren het begeven. Ooit liep door dit gebied een ondergrondse smokkelroute van Nederland naar België. Via de aangrenzende Belgische groeve Caestert is tegenwoordig nog een deel van het Zuidelijk gangenstelsel bereikbaar. De naam is afgeleid van het voormalige klooster der Observanten dat enkele honderden meters noordelijker lag op de plek van het huidige buitengoed Slavante.
Wij wandelen nu de Observant op. We wandelen nu een heel eind op deze kunstmatige heuvel en dan dalen we weer af naar Kanne, nog even langs het kanaal en dan terug naar ons vertrek. Een mooie en fijne wandeling met de Tongerse Wandelvrienden.
REGIONAAL LANDSCHAP HAPENGOUW EN VOEREN. / GREENSPOTTERS. / KORTESSEM 10/04/2015.
REGIONAAL LANDSCHAP HAPENGOUW EN VOEREN.
GREENSPOTTERS.
KORTESSEM.
De Greenspotters en onderhoudsploegen van Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren komen één keer per jaar samen.
GREENSPOTTERS
Onderhoudsploegen
Om de Greenspots van het Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren tip top te houden zijn er wel een groot aantal mensen nodig, zoals de medewerkers op de bureaus die de taken doorgeven aan de onderhoudsploegen. Maar ook de Greenspotters zijn nodig om op geregelde tijden de wandelingen te controleren en de problemen doorgeven. Door de fijne samenwerking tussen deze groepen mogen we zeker zeggen dat de Greenspots van Haspengouw tot de beste en meest bewandelde wandelingen van Vlaanderen behoren. Het is dan ook fijn op een zonnige lentedag om eens samen te komen om elkaar beter te leren kennen en de laatste nieuwtjes te vernemen. De wandelingen van het RLH worden geregeld vernieuwd en er worden ook nieuwe toegevoegd.
Eén van de laatste nieuwigheden is zeker de GR-Haspengouw de Wandeldriedaagse van 1,2 en 3 mei is de start van dit prachtige wandelnetwerk.
Schrijf nu in voor de wandeldriedaagse Haspengouw op 1, 2 en 3 mei!
Wie niet genoeg krijgt van wandelen in Haspengouw kan vanaf nu kiezen voor een langeafstandswandeling: een meerdaagse wandeluitdaging om de streek anders te beleven. Het Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren werkte samen met de vzw Grote Routepaden de allereerste Limburgse streek-GR uit: de streek-GR Haspengouw. Op 1, 2 en 3 mei wordt de Streek-GR Haspengouw officieel ingewandeld tijdens de allereerste wandeldriedaagse. Iedereen is welkom! Voor het wandelarrangement kan je je nog tot 15 april inschrijven! De streek-GR Haspengouw is een lusvormige langeafstandsroute door Haspengouw van ca. 130 km. De wandellus kan je inkorten tot kortere lussen van 40 à 50 km. In totaal werd, inclusief de doorsteken, ongeveer 180 km bewegwijzerd. Maar liefst 81 km van de wandeltrajecten is onverhard, 129 km is autoluw! Dat is op en top genieten van de rust die Haspengouw je kan bieden en ideaal om de natuur en het afwisselende landschap van Haspengouw te ontdekken. Hoe vind je je weg? De streek-GR is lusvormig en is met geel-rode streepjes bewegwijzerd volgens een europees erkend systeem. Waar de streek-GR samenvalt met een bestaande GR-route volg je de wit-rode symbolen. De kruispunten van de streek-GR en de bestaande GR’s kregen een nummer (referentiepunten). Op deze kruispunten kan je met behulp van de wandelkaart de hoofdroute afsnijden. Zo kan je vrij eenvoudig een kortere lus samenstellen. Het is de EERSTE STREEK-GR in Limburg die volgens dit systeem is ingericht. Wil jij graag deze nieuwe wandeluitdaging aangaan? Op 1, 2 en 3 mei organiseren we de eerste wandeldriedaagse in Haspengouw. Dan wordt de Streek-GR Haspengouw officieel ingewandeld. We stippelden drie dagetappes uit tussen 21 en 24 km. Startpunt is Sint-Truiden, dag één eindig je in Borgloon, dag twee wandel je naar Tongeren en dag drie trek je naar Bilzen: het eindpunt. Onderweg en bij het eindpunt is er telkens van alles te beleven (muziek, workshops, voetverwennerij, picknick op unieke locaties, wijn- en bierproeverijen, barbecue…*). De laatste dag vindt op het domein van de Landcommanderij Alden Biesen (in Bilzen) onze jaarlijkse Landschapsdoedag plaats met een leuke streekproductenmarkt, workshops en hopelijk ook een ‘zonnig’ terras. De Haspengouwse wandeldriedaagse belooft een sportieve én gezellige happening te worden. Iedereen is welkom! Het Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren werkte voor deze gelegenheid een leuk wandelarrangement uit. Hiervoor kan je je tot en met 15 april inschrijven op de website van het regionaal landschap www.rlh.be. Wie zich inschrijft voor het wandelarrangement krijgt een gratis wandelkaart, een versnapering voor onderweg, een streekpicknick op een unieke locatie en een leuk aandenken. We leggen ook een pendeldienst in en zorgen voor de bagagevervoer. Ook zonder al deze verwennerijen kan je uiteraard meewandelen: zorg zelf voor vervoer en een picknick voor onderweg. De wandelkaart is te koop bij het startpunt.
42E MARCHE DU PLAYA-TROTT. / CLUB MARCHEURS “PLAYA-TROTT”. / MONTZEN. 28/03.2015
42E MARCHE DU PLAYA-TROTT.
CLUB MARCHEURS “PLAYA-TROTT”.
MONTZEN.
Montzen was de bakermat voor een voorspoedige en vruchtbare geschiedenis. Het was zonder twijfel een van de oudste platteland centra van het Land van HERVE. Hiervoor alleen al verdient dit dorpje onze aandacht. Volgens oude kronieken uit 1075 was Montzen de zetel van een belangrijke rechtbank met bevoegheden over o.a. de plaatsen "Kelmis, Gemmenich, Hombourg, Moresnet, Teuven en Sippenaeken." In de tijd waren er een hoog gerechtshof onder de macht van de leenheer, vijf handelsrechtbanken en een feodaal gerecht genaamd naar de H. Anna.
We vertrekken in het centrum, met de kerk en het prachtige plein met kiosk en mooi gebouwen. Dan wandelen we het dropje uit en komen langs prachtige huizen, boerderijen uit lokale steen. De boerderijen liggen midden in de weilanden wat prachtig is. De dan wandelen we ven het bos in langs de wegen de bosanemonen die in bloei staan. Wat opvalt is dat ervoor de grote boerderijen een kruisbeeld staat. Is wel een prachtig zicht. Woningen met natuurstenen onderbouw en opgevulde vakwerk met brikken.
Dan wandelen we de waldstrasse af. Hier een handwijzer nar de “Oskarstollen-Kelmis” een vroegere zinkmijn. We wandelen nu door een natuurgebiedje met vele voorjaarsbloeiers, anemoon en narcissen, hele hellingen vol een geel tapijt wat mooi toch. We wandelen verder en komen aan de mijn “Schmalgraf” of wat er nog van over is enkele muren en een paar betonen deksels waar de schachten stonden.
Wel mooie info borden met uitleg. Oude zink en lood mijn die begon in 1867 en werd verlaten in 1932. Gangen op een diepte van -42m, -92m, -132m, -155m, -210m, -255m en -290m Totaal mijnwerkers; 150 mannen. De totale productie tussen 1867 en 1 mei 1932: 22,641 ton Calamine, 333,654 ton schalenblende, 21,188 ton galena en 29,295 ton van pyriet. In 1932 eindigde de mijn haar activiteiten.
We wandelen verder door een prachtig stukje natuur met vele lentebloeiers. Weer wandelen verder langs prachtige oude huizen en boerderijen. Wat een prachtige zichten over het mooie landschap. Na een tijdje door de weilanden komen we terug in Montzen. Dit was één van de mooiste wandelingen die we dit jaar tot nu toe gewandeld hebben.
We maken een prachtige wandeling door het prachtige uitgestrekte Zuid-Limburgse heuvellandschap vlak bij Heerlen. Wandelen over de heide en door de bossen. Het glooiende gebied verrast ons keer op keer. Na iedere heuvel kunnen we van een nieuw uitzicht genieten.
We wandelen de Brunssummerheide op en we komen aan de Schrieversheidevennen. Waar de wandeling begint met een mooi uitzicht over een heidehelling. Midden op deze heide zie je beneden links een paar vennen liggen. Deze vennen heten Schrieversheidevennen, zo genoemd naar het gebied waarin ze liggen. Het water in de vennen blijft daar in staan vanwege de ondoordringbare kleilagen die er onder liggen. Vervolgens komen aan de Zandvlakte. Hier zien we een mooie zandvlakte, die ontstaan is door bruinkoolwinning in de streek. Om bij die bruinkool te komen, moest de bovenste zandlaag worden afgegraven. Deze zandlaag is op de Brunssummerheide gestort. Het zand ziet er wat witter uit dan je zou verwachten. Dit komt omdat er zilverzand in zit. Zilverzand ontstond in het mioceen 30 miljoen jaren geleden en komt hier dus van naturen voor. Het is door zijn zuiverheid als delfstof erg geschikt om bijvoorbeeld glas mee te maken.
We genieten van elke meter in dit mooie gebied, iedere meter een mooi en golvend landschap, zoveel te zien en zoveel te genieten en zoveel afwisseling. Wat verder komen we aan het bos gedeelte. Natuurmonumenten is bezig om het grove dennenbos langzaam om te vormen naar een natuurlijk bos met meer variatie. De weggehaalde bomen worden gebruikt in bio centrales voor het opwekken van energie. In het bos dat zo ontstaat krijgen veel meer planten en dieren een kans. Reeën bijvoorbeeld vinden hier nu meer beschutting dan eerst. Op vele plekken zie je de dennenbomen die gekapt zijn en dat nieuwe planten en struiken een nieuw bos kunnen vormen.
Overgang heide naar bos. Bij de overgang van dit deel van de heide komen we in het bosgebied van het Sternbachdal. Dit dal heeft de naam te danken aan de familie De Sternbach, die ooit 90 hectare grond bezat in de natte vlakte bij de oorsprong van de Roode beek.
Dit schilderachtige Sternbachdal kent een tragisch verhaal.
Lang geleden stond op deze prachtige plek een kasteel. De jonge bewoner van dat kasteel was een losbol, waar zelfs de Middeleeuwse bewoners uit de omtrek schande over spraken. De losbol had zijn zinnen gezet op het knapste meisje van Brunssum, maar al zijn pogingen om haar te verleiden mislukten. Het meisje wees hem constant af en was verloofd met een jongen uit haar dorp. Op een bepaald moment liet de jonge kasteelheer twee zilveren kandelaars uit zijn kasteel ontvreemden. Die werden verstopt bij de ouderlijke woning van de verloofde van het meisje. Natuurlijk werden de kandelaars daar ontdekt, waarop de verloofde beschuldigd werd van diefstal. Het meisje wist dat de verloofde de doodstraf zou krijgen en ging naar de kasteelheer om genade te vragen. Om haar verloofde te redden beloofde ze hem dat ze bij hem zou gaan wonen. Een paar dagen later kreeg de verloofde van het meisje toch de strop! Ze rende naar boven en hoog in de toren riep ze uit “Red me. Red me!” Plotseling klonk er een donderslag in de lucht, de bodem opende zich en het kasteel verdween in de diepte. Van het meisje en de kasteelheer werd nooit meer iets vernomen. Als je op deze plek even stil blijft staan, hoor je misschien nog de tragische noodkreet “Red me, Red me!”
Een stukje geschiedenis en folklore mag ook op een wandeling, altijd fijn om iets nieuws te ontdekken. We zijn nu aangekomen bij de Heksenberg. we kijken vanaf deze plek tegen de 140 meter hoge heuvel aan.
Komt de naam heksenberg weer van een legende of misschien toch niet? Er wordt gefluisterd dat heksen boven op de berg hun bijeenkomsten hadden. Een andere uitleg is dat dit niet de heksenberg is maar de Hessenberg, vernoemd naar één van de belangrijkste Germaanse stammen uit deze omgeving. In het begin van onze jaartelling woonden zij op de Brunssummerheide en omgeving. Na een zeer bloedige strijd met de Romeinen werden de dode Germanen van het slagveld verzameld en verbrand. De urnen met as werden opgestapeld. Daarna schepten de overgebleven Hessen hun helmen vol met zand en bedekten daarmee de hoog opgestapelde urnen.
We wandelen verder en komen langs de schaapskooi. In deze moderne schaapskooi staan over het algemeen Schoonebeker schapen. Dit schapenras komt oorspronkelijk uit Drenthe, maar graast ook hier op de Brunssummerheide. In de lammertijd komen de Schoonebekers en de Mergellanders, die normaal op de Sint Pietersberg grazen, samen in deze schaapskooi. We wandelen verder door dit prachtig stukje natuur tot we terug komen op ons vertrek. Wat een pracht van een wandeling, weer wat bijgeleerd en genoten van al het moois dat we tegen kwamen.
Ter gelegenheid van de "Nacht van de geschiedenis" met als centraal thema "Landbouw" hebben we een boeiend evenement bijgewoon, waar het verhaal van een boerengezin rond 1830 beschreven werd met foto's en ander matriaal, heel boeiend en nadien een bezoek aan het museum "Zoe was Alleke"
MARCHE DE JOUR. / CLUB MARCHEURS JALHAY. / JALHAY. 21/03/2015
MARCHE DE JOUR.
CLUB MARCHEURS JALHAY.
JALHAY.
Op oude Nederlandstalige kaarten wordt deze plaats soms 'Gelhaag' of 'Gellet' genoemd. Geen van beide namen is nu nog gebruikelijk. Ook in het Duits is er de verouderde term 'Galbach'. Drie à vier eeuwen geleden werd in Jalhay nog het platdietse (Limburgse) dialect gesproken. De mensen van Valkenburg in Nederland konden het dialect van het tegenwoordig Waalstalige dorp gewoon verstaan. Net zoals het stadje Limbourg verfranste dit gebied 200 jaar eerder dan het Land van Herve.
Een deel van het grote bos Hertogenwoud valt in het oostelijk deel van deze gemeente. Onze wandeling vertrekt in het centrum van Jalhay en we wandelen langs de Saint-Michel met gedraaide toren. In 2003 was een honderdtal torens geregistreerd bij de vereniging Les clochers tors d'Europe. Daarvan zijn er 31 bewust gedraaid gebouwd en 50 als gevolg van externe invloeden uit vorm geraakt. In België zijn 10 gedraaide torens die lid zijn van de vereniging. De toren van de kerk van Jalhay werd herbouwd in 1840 en werd bewust gedraaid. De spits is achthoekig en draait 45 graden van links naar rechts. We wandelen verder en komen zo in Foyr.
Enkele oude hoeves maken het oudste gedeelte van het dorp wat wel mooi is om te zien. Gebouwd met lokale steen en gedeeltes in vakwerk die nu opgevuld zijn met bakstenen. Vormen een prachtig geheel. We verlaten het dorpje en wandelen de velden en weilanden in. Het is wel geen zonnige dag maar toch is het een fijne wandeling door de ze mooie natuur. Vooral wanneer we boven op het plateau komen krijgen we indrukwekkende vergezichten over het landschap. Van hier uit zien we ook het prachtige hagenlandschap hoe de weilanden gescheiden worden.
Dan wandelen verder en komen zo aan de “Barrage de la Gileppe” Eén van de oudste stuwdammen van Europa, waarvan het gewicht de dam op zijn plaats houdt en de watermassa in evenwicht houdt. Hij is gebouwd tussen 1869 en 1878, in 1971 opgehoogd en heeft een capaciteit van 25 miljoen kubieke meter water. In het midden gesierd met een leeuw van 13.5 meter hoog, het werk van Félix Bourré, en vervaardigd van 186 blokken steen. Een uitzichttoren biedt een prachtig panorama op met name het Hertogenwald. Hier onze rustpost.
Dan weer verder door het bos en langs het monument van de Engelse bemanning van de Lancaster die op 31 maart 1944 hier neerstortte. Weer verder door het bos om zo terug aan ons vertrek te komen. Ondanks het mindere weer en wat regen toch een fijne wandeling gedaan.
MIDWEEKWANDELTOCHT. / WSV. DE VELDLOPERS. / GULPEN. 18/03/15
MIDWEEKWANDELTOCHT.
WSV. DE VELDLOPERS.
GULPEN.
Het centrum kent een, voor het relatief kleine dorp, bloeiend uitgaansleven. Rond en in de omgeving van het schilderachtige marktplein liggen tal van bijzondere horecabedrijven. Het riviertje de Gulp loopt dwars door het centrum en zorgt daarmee voor de speciale sfeer en uitstraling. In het centrum van Gulpen ligt de Gulpener Bierbrouwerij. Net buiten Gulpen ligt kasteel Neuborg. Het kasteel werd gebouwd in de 14e eeuw, verbouwd en vergroot in de 18e eeuw en weer gerestaureerd rond 1950. Momenteel wordt weer een restauratie uitgevoerd. Het is een kasteel met vorstelijke allure. Het heeft statige oprijlanen, een prachtige toren en is omgeven door een gracht. De Neuborgermolen, ook wel pannenkoekenmolen genoemd, dateert uit 1712 en heeft het grootste waterrad van Nederland. Aan de zuidoost zijde van Gulpen ligt de Gulperberg. Voor wandelaars is de Gulperberg, met haar hoogte van 157 meter, een bekende kuitenbijter.
Wij wandelen vandaag door het centrum langs de oude kerktoren, en dan de natuur in, weilanden en bossen. De Limburgers zeggen regelmatig: ‘wie sjoan oos Limburg is’ ofwel vertaald ‘hoe mooi ons Limburg is’. En dit is hier in Gulpen zeker het geval. Het landschap met haar karakteristieke inrichting straalt een landelijke rust uit. De wandelroute loop niet alleen over verharde paden en wegen maar ook dwars door het weiland waar we via een ‘stjegelke’ naar binnen kan.
We laten ons verrassen door de vergezichten, holle wegen, vakwerkboerderijen en het kabbelende water van de beken en de rivier de Geul. Gewoon prachtig tocht. We wandelen een heel eind door het Gerendal. De terreinen in het Gerendal bestaan uit kalkgrasland met een smalle strook struiken en bos. Het kalkgrasland is zeer plantenrijk. Mooi is ook een stukje geschiedenis over dit gebied.
Het Gerendal is het langste droogdal dat aan de noordzijde van het plateau van Margraten in de richting van de Geul loopt. In de volksmond heet het ook wel Moordgerendal, naar een veldslag die in 53 voor Christus in dit smalle dal zou hebben plaatsgevonden. De Eburonen, de autochtone bevolking in die periode, brachten er de Romeinen een gevoelige slag toe. Tegenwoordig zijn deskundigen het er niet over eens of deze slag werkelijk in het Gerendal heeft plaatsgehad. In 1950 kocht Het Limburgs Landschap twee percelen grasland in het Gerendal. Ook Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer hebben gronden in het dal en de nabije omgeving. Spreiding van bezit was volgens de heer W.H. Diemont, in die tijd houtvester van Staatsbosbeheer en natuurbeschermer in hart en nieren, de beste garantie voor behoud van de gevoelige natuurgebieden in de regio.
We wandelen door het Gerendal en genieten van het prachtige landschap en de mooie vergezichten. We komen aan de Orchideeëntuin nog een tijdje en deze prachtige bloemen staan weer in bloei. Dan een ferme klim met de bekende Stjegelkes
De talrijke bossen en weilanden in het gebied nodigen u uit voor een stevige wandeling. De weilanden worden gekenmerkt door een typisch Limburgs fenomeen: de ‘Stjegelkes’.In feite is een stjegelke niet meer dan een stevige paal, met daarop een draaiend bovendeel. Het stjegelke is eeuwenoud en het idee erachter is vrij simpel. Veehouders hadden vroeger meer landerijen naast elkaar, maar wilden bijvoorbeeld niet dat het vee zich over de totale oppervlakte zou verspreiden. Om het vee in het beekdalenlandschap op een afgezet land bij elkaar te houden, was dus een omheining nodig. Echter op deze manier kon de veehouder zelf ook niet meer van wei naar wei lopen. En dus werd een smal, draaibaar poortje bedacht waardoor dit wel mogelijk was. Tegelijkertijd was het de snelste en kortste weg naar de kerk in het dichtstbijzijnde dorp of gehucht. Heden ten dage profiteren vele wandelaars nog steeds van deze eenvoudige, maar unieke oplossing! In Zuid-Limburg - en zeker in de gemeente Gulpen-Wittem - vormen ze een opvallende herinnering aan het werk van de veehouder van weleer. Een mooi sieraad in het Limburgse heuvellandschap.
Dan komen we in Scheulder. Hier prachtige oude boerderijen, sommige in vakwerk andere in mergelstenen. Steeds weer mooi om te zien. We wandelen verder door de prachtige natuur en dan komen we terug aan in Gulpen waar deze toch mooie tocht eindigt.
24e MARCHE DES DJOYEUS. / LES DJOYEUS D’A TULTAY. / HODY 15/03/2015
24e MARCHE DES DJOYEUS.
LES DJOYEUS D’A TULTAY.
HODY.
Met de Ardennen voor de deur, wordt het Land van Ourthe-Amblève ook wel de achtertuin van de stad Luik genoemd. Wanneer we de bruisende stad verlaat, ontstaat al snel een groen en vredig landschap. Als we de autostrade verlaten en naar Hody rijden krijgen we een landschap voorgeschoteld dat ons in vervoering brengt. Grote boerderijen, kastelen en kasteelhoeven op de route wat mooi straks stoppen we even om en paar mooie foto’s te maken.
In Hody vertrekken we aan het kasteel. Spijtig dat we geen foto kunnen maken gelukkig een postkaart gevonden met een mooie afbeelding. We vertrekken met de wandeling en al vlug zien we de vroegere rijkdom van deze streek, prachtige huizen, kleine kastelen met een toren. We wandelen een eindje door de velden en weilanden, de lente is in het land de schapen hebben lammeren, de paarden terug in de weiden, wat zalig toch. We komen zo in Villers-Aux-Tours. We zien het kasteel van Villers-Aux-Tours.
Het hoofdgebouw is massief en heeft slechts één oudere toren. Het kasteel werd in 1682 gebouwd door Godefroid de Rahier d'Argenteau en verving een ouder, door brand verwoest kasteel. Hij is geheel van natuursteen gebouwd. Verder wandelen we het bos in. Mooi om te wandelen. Prachtige valleien met bossen en wat een prachtige zichten. Wat verder komen langs een prachtig kasteel, kasteel Ouhar.
Hier wandelen we nu richting Anthisnes. We krijgen een mooi panorama over de stad met zijn bijzondere gebouwen. Château de l' Avouerie zien we liggen met zijn donjon, en de gebouwen van de abdijhoeve van Sint Laurent. . In 946 was de hoeve eigendom van de Abdij van Waulsort en van de Sint-Laurentabdij tot de Franse Revolutie. Hij werd in de 17e eeuw gerenoveerd door pater Wilhelm Natalis. Het gebouw heeft een prachtige renaissance toren welke waarschijnlijk het oudste van Anthisnes is. Het hoofdgebouw dateert uit 1554. Spijtig dat we vandaag er niet langs komen maar we kunnen ze wel van op afstand zien. Volgende keer misschien erlangs.
Nu vatten we de laatste kilometers aan om terug in Hody te komen. Wat een prachtige wandeling.
Als we terug naar huis rijden komen we langs een paar mooie kastelen we stoppen even voor een foto.
De kasteelhoeve La Chapelle.
De kasteelhoeve La Chapelle ligt vlakbij het dorp Limont en dateert uit de 15e tot 19e eeuw.
Het vierkante geheel heeft een aantal bijgebouwen op de voorgrond. Het linker gebouw (achterkant) bestaat uit een toren uit de 15e eeuw. Het hoofdgebouw dateert uit het begin van de 19e eeuw en is gebouwd in neoklassieke stijl. Het geheel is gebouwd in natuursteen.
Kasteel Plainevaux.
Het kasteel Plainevaux gelegen in een 10 hectare gebied, het dateert uit de 12 de eeuw. Het kasteel en zijn prachtige vierkantshoeve hebben een nieuwe bestemming het worden woongelegenheden in een prachtige omgeving, hierdoor kunnen we gewoon even rond het kasteel wandelen.
Het prachtige park met vijvers en zeldzame bomen maken het een prachtig geheel waar je lekker kunt ontspannen. Hier eindigt onze wandeldag in een prachtige omgeving.
MARCHE DES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT. / LES COMPAGNONS DE ST. HUBERT. / AUBEL. 14/03/2015
MARCHE DES COMPAGNONS DE SAINT-HUBERT.
LES COMPAGNONS DE ST. HUBERT.
AUBEL.
Aubel biedt aan de wandelaar in het hart van het Land van Herve niet alleen een landschap van boomgaarden en wandelroutes, maar ook een bijzonder patrimonium dat zeker niet onopgemerkt mag blijven. In het centrum herinneren enkele opmerkelijke woningen aan het rijke verleden van het stadje. Eeuwenlang was de markt van Aubel het belangrijkste handelscentrum van het Land van Herve.
In het hart van het land van Herve, ligt het kleine plaatsje Aubel, verscholen in een landschap vol boomgaarden en bosjes. Aubel lokt wandelaars uit alle windstreken die op zoek zijn naar ontspanning en gezonde lucht. De wandelclub heeft een pracht van een wandeling uitgezet. We wandelen het dorp uit en wandelen langs de spoorweg. De in 1870 gebouwde verbinding doorkruist het volledige plateau. Lijn 38 strekt zich over 40 km uit van Plombières naar Chênée. Ooit is ze gebouwd als gemakkelijkere toegangsweg naar de steengroeven, landbouwbedrijven en industrieën. In 1986 werd echter het goederenverkeer stilgelegd en de rails afgebroken. Sindsdien is de lijn 38, weg van het verkeerslawaai een prachtige wandelweg ontstaan, die dwars door de mooie natuur van het land van Aubel loopt. We wandelen voorbij de oude locomotief. Tegenover is de stroopfabriek Meurens.
In de geschiedenisboeken lezen we dat reeds in de 17de eeuw vele landbouwers uit het Land van Herve zelf stroop maakten van de appels en peren uit hun boomgaard, met alleen een koperen ketel en een pers. Die stroop werd samen met de andere producten van de boerderij verkocht.Een eerste industrialisatie van de stroop duikt op tussen 1880-1890: toen gingen de boeren uitgebreid experimenteren met een stoommachine en met hydraulische persen. Dankzij die twee grote innovaties konden ze grotere hoeveelheden verwerken. Zo ontstonden de eerste industriële stroperijen. Trouw aan zijn roots, wordt de stroop in het bekende blauwe potje met zijn bloeiende boomgaard ook vandaag nog steeds in de streek van Aubel geproduceerd.
We wandelen nu verder door het prachtige landschap dat stilaan uit zijn winterslaap ontwaakt. We blijven langs de spoorweg lopen en komen in Froidthier een van de station langs de spoorweg. We komen in het centrum van het dorpje waar controle is. We maken nu een lus van 7kilometer. De lus is praktisch geheel in de natuur tussen de weilanden en door het bos.
Met stevige klimmen en zo komen we in La Minerie, dankt zijn naam aan het feit dat er zich op het grondgebied verschillende putten bevonden waar steenkool werd gewonnen. In 1827 kende de Hollandse regering aan de families JEANSSON en MOREAU de concessies van LES BURES toe. Die concessies werden later geëxploiteerd door de « CHARBONNAGES REUNIS DE LA MINERIE », een vennootschap die de meeste putten van Battice, Herve, Charneux en natuurlijk ook La Minerie uitbaatte.
Op het dorpsplein, in de lommer van de lindebomen, ligt de kerk uit 1842 die is gewijd aan de Heilige Petrus. De kerk werd gedeeltelijk vernield tijdens de Tweede Wereldoorlog. Enkele honderden meter baadt het gehucht Bèfve in de kalme rust die uitgaat van Les Filles de la Croix, een rust- en verzorgingstehuis dat de gemeente Thimister-Clermont. Dan weer verder door de natuur wat is het hier prachtig. Weer verder om zo terug in Aubel te komen en een prachtige wandeling af te sluiten.
nu 't rouwrumoer rondom jou is verstomd de stoet voorbij is, de schuifelende voeten nu voel ik dat er 'n diepe stilte komt en in die stilte zal ik je opnieuw ontmoeten en telkens weer zal ik je tegenkomen we zeggen veel te gauw: het is voorbij Hij heeft alleen je lichaam weggenomen niet wie je was en ook niet wat je zei ik zal nog altijd grapjes met je maken we zullen samen door het stille landschap gaan nu je mijn handen niet meer aan kunt raken raak je mijn hart nog duidelijker aan.
LENTETOCHT. / DE LOONSE TJAFFELEERS. / BOMMERSHOVEN. 09/03/2015.
LENTETOCHT.
DE LOONSE TJAFFELEERS.
BOMMERSHOVEN.
Bommershoven was steeds een landbouwdorp, en de landbouw is nog steeds de belangrijkste activiteit. Ongeveer de helft van de actieve bevolking is forens. Tot in de jaren 1960 was hier een begin 20ste-eeuwse opgerichte, vrij belangrijke siroopfabriek gevestigd. Onze wandeling vertrekt in de vroegere stroopfabriek Lowette. Vandaag cultureel Centrum van Borgloon. Het draag de toepasselijke naam Panishof. We vertrekken met de wandeling al vlug belanden we in de velden. Bommershoven ligt in droog-Haspengouw, met hoogten tot 110 meter. In het oosten wordt Bommershoven begrensd door de vallei van de Mombeek, welke een hoogte heeft van ongeveer 65 meter. Ten noorden van de kom bevindt zich het brongebied van de Marmelbeek, welke eveneens in noordelijke richting stroomt. In het zuiden bevindt zich het Magneebos, juist over de gemeentegrens, op het grondgebied van Heks.
We wandelen door de velden met zichten op het bos van Heks. Maar ook zichten op Bommershoven. Het centrum rond de kerk met zijn grote boerderijen. Zogenaamd "Biezenhof", gesloten hoeve, eertijds afhankelijk van de landcommanderij Alden Biesen. Eerste vermelding in 1309. Aan de winning was een laathof verbonden. Uit de pacht blijkt dat het één van de rijkere hoeven van de Orde was. Op een kaart van 1719 met voorstelling van het Ordebezit in Bommershoven, was de hoeve nog niet gesloten; naast het woonhuis worden ruime dwarsschuren, vijf schaapskooien, varkensstallen en een runderstal aangeduid; bakhuis en waterput liggen achter het woonhuis; alle deze gebouwen zijn van vakwerk. In 1797 wordt de hoeve openbaar verkocht aan Michel Laurent Selys uit Luik. De gebouwen worden in de loop van de tweede helft van de 19de eeuw ingrijpend gerenoveerd. Wat verder de “Rode hoeve” Thans een gesloten hoeve; bakstenen complex rond een rechthoekig gekasseid erf met centrale mestvaalt. Rechts, een ommuurde tuin. Woonhuis uit de eerste helft van de 18de eeuw en dienstgebouwen uit de eerste helft van de 19de eeuw.
Dan komen we aan de kerk, Neoclassicistische zaalkerk, gebouwd in 1841-44. Dan komen we aan het kasteel. Herenhuis met hoeve, gelegen naast de kerk, en gebouwd in 1759-61 door Marcel-Gérard Magnée. Kasteelpark in landschappelijke stijl uit 1872-1884 zonder vijver maar met kunstmatige grot. Geïntegreerde geometrische tuin uit de eerste decennia van de 20ste eeuw, mogelijk ontworpen door Jules Janlet en iets jongere rozentuin, aangelegd bij het kasteel. Als buitenhuis gebouwd in 1759-1761, uitgebreid in de 19de eeuw, definitief uitwendig aspect uit de jaren 1920-30 en tenslotte herstel en inwendig aanpassingen na de brand van 1940. Ommuurde moestuin van 1872 met serre en pottenstal. Belangrijk hekwerk en muren.
Wat bijzonder is word zo beschreven: Het kasteel van Bommershoven neemt nog steeds een schitterende situatie in op het hoogste punt van de omgeving. Het ligt samen met de kerk en de pastorie ten zuiden van de 'Romeinse katsei' waarlangs het straatdorp Bommershoven zich ontwikkelde. Het kasteelpark vormt één uitgesproken landelijk geheel van akkers en weiden, bossen en boomgaarden samen met de nabij gelegen boerderijen het Biezenhof en Rodenhof, het kasteel Ter Hoven meer oostelijk, het Monnikhof en het kasteeldomein Hex ten zuiden en de boerderij Manshoven ten westen, een vrij zeldzaam geworden situatie in Vlaanderen. De huidige configuratie verschilt nauwelijks van die op de Ferraris kaart (1774-1775).
Nog even wandelen langs “Café De Ware Vrienden” en dan langs het voormalige boswachterswoning, gebouwd door de familie Naveau de Marteau. Alleenstaand gebouw in neotraditionele stijl, uit het eerste kwart van de 20ste eeuw; baksteen met mergelstenen banden. Vier haaks op elkaar staande volumes vormen samen een semi-gesloten geheel onder zadeldaken en één schilddak; een trapgevel aan de noordelijke en westelijke vleugel. Deels verhoogde begane grond. Muuropeningen in traditionele stijl, onder meer kruis- en kloosterkozijnen. In de westelijke zijgevel gevelsteen 1904; in de oostelijke zijgevel gevelsteen 1922; in de noordelijke gevel de wapens Naveau en de Marteau. Tegenover het oorlogsmonument en dan nog heel even en we zijn terug aan ons vertrek.
MARCHE DES PRIMEVERES. / LES CASTORS DE BERNEAU. / BOMBAYE. 08/03/2015
MARCHE DES PRIMEVERES.
LES CASTORS DE BERNEAU.
BOMBAYE.
Een wandeling in Bombaye. In het nederlands Bolbeek werd gesticht op een golvende leembodem. Het landschap vertoont veel overeenkomsten met dat van het nabijgelegen Zuid-Limburg. Oorspronkelijk spraken de inwoners van Bolbeek één van de plaatselijke Nederlandse dialecten in Overmaas, die wegens het toebehoren aan de Republiek onder Hollandse invloed raakte. Bolbeek kende vanaf de achttiende eeuw echter een geleidelijke verfransing. In de negentiende eeuw was het dorp volledig Franstalig.
We vertrekken in het centrum en hier prachtige grote boerderijen. Ook de grote kasteelboerderij is bijzonder. En dan het veld in de blauwe hemel, de zon en de eerste lentewarmte zalig is het. Onze Jelle is vandaag mee en we genieten van het samen zijn met onze kleinzoon, we wandelen verder en komen zo aan de H. Kruiskapel ook wel op “Le Tombe” genoemd. We wandelen verder om een grote lus te maken. We wandelen nu richting Dalhem.
We wandelen verder en in het dal zien we het mooie kasteel. “Maison de la Charite” of het Kasteel van Dalhem. Het majestueuze kasteel van Dalhem ligt midden in een van park van 5 hectare, omringd door rivieren en bossen, op enkele honderden meters van het oude historische dorp Dalhem. Het kasteel heeft het voorkomen van een eeuwenoude burcht. Niets is minder waar! Het werd pas gebouwd in 1914, door Henry Francotte, in traditioneel 17de eeuwse Maasland stijl. Het "Kasteel Dalhem", een organisatie, geboren in 2003, die het kasteel beheert, doet vandaag dienst als vormingscentrum, meditatiecentrum en groene klassen. Het park, aan de rand van het riviertje de Berwinne, staat open voor kampen en wandelen.
Weer verder een eindje langs de Berwinne en zo wandelen we naar Dalhem. In Dalhem vind je de ruïnes van de grafelijke burcht. Deze zien we al van ver. We wandelen naar het centrum waar controlepost is. Dan een eindje langs de oude spoorwegzate. Deze is wel een beetje speciaal en met de buurtspoorwegtunnel van Dalhem. Onder Dalhem, op de flank van het plateau van Herve, ligt een van de weinige buurtspoorwegtunnels van dit land. Dit 144 meter lange bouwwerk uit 1904 met zijn monumentale portalen in metselwerk, op de buurtspoorlijn van Liège(Luik) naar ’s Gravenvoeren, loopt dwars door een rotsheuvel met daar bovenop het historische dorp en zijn middeleeuwse burcht, ooit de zetel van een graafschap. Tijdens de tweede wereldoorlog liet de bezetter het spoor voorbij Dalhem uitbreken en kwam hier het nieuwe eindpunt, juist voorbij de tunnel. Later kwam deze spoorlijn nog eens in het nieuws door een dodelijk ongeval “In 1960 nam de kolenmijn de hele exploitatie over, inclusief spoorlijn en stoomloks. Vanaf 1965 namen diverse dieselloks de plaats in van de overjaarse stomers, tot de sluiting van de mijn in 1980. De toeristische weekenddienst, die al in de jaren 70 tot stand kwam, bleef wel rijden, zij het slechts tot Mortroux, aan de hoofdbaan Verviers-Maastricht. Begin oktober 1991 sloeg het noodlot echter toe. Een toeristische trein met meer dan 100 reizigers aan boord raakte op drift aan het begin van de steile afdaling naar Dalhem en ontspoorde vlak voor de tunnel. Eindbalans: 7 dodelijke slachtoffers en tientallen gewonden. Meteen het definitieve einde van de spoorexploitatie.” Vandaag zijn de ingangen van de tunnel afgezet en de natuur neemt stilaan over. Spijtig dat een mooi stukje erfgoed aan verloederen is de ingang met zijn monumentale portalen in metselwerk. Wij wandelen nu een heel eind op de spoorweg de rail liggen er nog altijd alleen hebben ze tussen de rails alles opgevuld. Het is een prachtig stukje om te wandelen. Weer wat verder we wandelen eigenlijk rond de stad Dalhem en krijgen zo een prachtig zicht op de oude stad. En we dan maken we een zeer mooi moment mee een vos kruist onze weg heel dicht bij, Jelle kan zijn ogen niet geloven en voor hem is dit het hoogte punt van de wandeling.
Nu dalen we af om langs de grote watermolen te gaan. Dan een eindje door de velden en dan komt Dalhem weer in het zicht afdalen naar de Berwinne en oversteken en zo terug op de controlepost. Na de rust klimmen via de trappen naar het oude Dalhem. We wandelen verder en komen terug op de spoorwegzate, verder komen we aan de Moulin de Nelhain uit 1819 op de Berwinne.
We gaan even kijken Jelle vind het bijzonder spijtig dat het rad niet meer draait. We wandelen verder en komen zo terug aan de H. Kruiskapel. Nog even en we zijn terug aan ons vertrek. Een prachtige wandeling op een mooie lentedag.
DOMEIN BOKRIJK-TOCHT. / WSV DE RAKKERS. / HASSELT. 07/03/2015.
DOMEIN BOKRIJK-TOCHT.
WSV DE RAKKERS.
HASSELT.
Vandaag een wandeling in Bokrijk, we wandelen in de bossen rond Bokrijk en volgen een stukje van de Wijerswandeling. De Wijers is een uniek gebied in Vlaanderen met meer dan 1000 vijvers, samen goed voor zo'n 700 hectares water en riet.
Dat zijn 1.400 voetbalvelden! Het is een thuis voor heel wat zeldzame dier- en plantensoorten. Zonder deze vijverstreek als 'kraamkamer' zouden soorten zoals de Roerdomp en de Boomkikker in Vlaanderen al uitgestorven zijn. Naast de natuurlijke rijkdom is De Wijers een streek met een rijke culturele geschiedenis, een prachtig gevarieerd landschap. Het Land van 1001 vijvers: die bijnaam dankt De Wijers aan zijn uniek landschap waarbij water de hoofdrol speelt. Onder invloed van onder andere de abdij van Herkenrode kwam hier in de middeleeuwen de viskweek op gang. Mede door de Zonhovense viskwekers groeide het aantal vijvers explosief. 'Wijer' is een oude benaming voor een viskweekvijver. Maar De Wijers is meer dan vijvers alleen.
Samen met zijn heidelandschappen, bossen en beekvalleien is het echt uniek stukje groen in het centrum van de provincie Limburg. De Wijers is bovendien zoveel meer dan alleen natuurpracht. Als wandelaar kom je volop aan je trekken in dit prachtige decor. Tussen de vijvers wandelen we en we blijven de hele wandeling in het bos en rond de vijvers. Een mooie wandeling om terug mee te starten na 14 dagen niet wandelen wegens ziekte.
18E MARCHE DES TROIS SOURCES. / LES AMIS DU HENRY FONTAINE. / GRAND-HALLET. 12/07/2014
18E MARCHE DES TROIS SOURCES.
LES AMIS DU HENRY FONTAINE.
GRAND-HALLET.
Grand-Hallet is een landbouwdorp in Droog-Haspengouw met nog veel akkerbouw en veeteelt. Vanaf de 9de eeuw maakte het dorp deel uit van het graafschap Avernas. Na de opheffing ervan ging Grand-Hallet deel uitmaken van het baljuwschap Hannuit in het hertogdom Brabant.
Het dorp was deels in het bezit van het kapittel van Sint-Lambertus van Luik en deels van de abdij Maagdendaal van Oplinter. Bij het ontstaan van de gemeenten in 1795 werd Grand-Hallet een zelfstandige gemeente. In 1965 werden de voormalige gemeenten Petit-Hallet en Wansin aangehecht maar in 1977 werden de drie dorpen allen deelgemeenten van Hannuit.
We vertrekken met onze wandeling en wandelen een stukje langs de beek en voorbij een watermolen. Verder door het dorpje. In de dorpskom staan nog verscheidene gerestaureerde oude huizen die gebouwd werden in tufsteen die in de plaatselijke groeve gedolven werd. Ze hebben een licht bruine kleur tegen het geel af. Wel mooi om deze oude huizen te zien en met hoeveel liefde ze onderhouden worden ze zijn een juweeltje in de straat. We wandelen het dorpje uit langs wegen die nog veel met kasseien belegd zijn en langs de boorden de prachtige veldbloemen. De klaproos bloeit nu en ze geven alles een prachtige zicht. Dan wandelen we de velden in akkers zover het oog rijkt, met rijpe granen. Zo komen we in het volgende dorpje hier grote boerderijen in baksteen. Ook hier veel bloemen aan de rand van de wegen en overal vliegen vlinders, het is prachtig om te zien.
We zien zelfs een koppel die voor het nageslacht aan zorgen zijn. Natuur is toch prachtig en als je de tijd neemt om rond te kijken dan word je beloont. We wandelen verder en komen in Avernas-le-Bauduin. We wandelen verder en komen terug in Grand-Hallet. We wandelen naar de watermolen waar controlepost is.
De Molen van Henri-Fontaine, ook wel Nieuwe Molen genoemd, is een bovenslag watermolen aan de Henri-Fontainebeek, een zijtak van de Kleine Gete. De molen bestaat al sinds de 13de eeuw en werd een korenmolen in het begin van de 14de eeuw. Ze werd vernield in 1467 maar pas opnieuw opgebouwd in 1649. In 1869 werd er een nieuw metalen rad aangebracht. Tussen 1988 en 1992 werd de molen gerestaureerd en is ze terug maalvaardig gemaakt. In de molen is het Musée de la Boîte en Fer Blanc lithographiée gevestigd. We nemen de tijd om even rond te kijken op het molenerf, op de molenvijver zitten watervogels. Ons Jefke neemt de tijd om even te rusten in het gras.
Dan weer wat verder langs een grote hoeve met toren ze is wit geschilderd. Nog even verder en we zijn terug op ons vertrek. Een mooie en aangename wandeling, waar we vele mooie boerderijen gezien hebben en ook mochten genieten van de natuur.
AMBASSADEURS SINT PIETERSBERG. / WANDELING HAUTS DE FROIDMONT. / 05/07/2014.
AMBASSADEURS SINT PIETERSBERG.
WANDELING HAUTS DE FROIDMONT.
We komen met de ambassadeurs van Sint Pietersberg geregeld samen om van gedachten te wisselen en om samen iets te doen. Vandaag komen we samen in Hauts de Fraidmont samen. We doen een stuk van de wandeling. Het is fijn om samen met vrienden uit Limburgs Nederland, Belgisch Limburg en onze Luikse vrienden samen te wandelen en om samen iets te doen. Ondanks het weer wat tegen zit is het toch fijn om samen te wandelen.
Onze wandeling brengt ons naar de wijngaarden van “Vin de Liége”
Wat uitleg: Vivegnis, Vignette, rue de Bourgonge, Vinalmont ... zo veel namen die van de Luikse wijn getuigen. Plaatsen om te herontdekken, een verhaal opnieuw te leren. De wijngaarden zijn voornamelijk gevestigd in de regio Luik op het plateau tussen de lage valleien van de Geer en Maas . Kalksteen ondergrond , hetzelfde als de Loire-vallei of champagne streek, geeft deze regio een mogelijkheid om wijnen van hoge kwaliteit te produceren.
Wij bezichtigen de wijngaard; Paradis des Chevaux: 3 hectare grond in de gemeente Bassenge. Een land van slib en zand op kalksteen ondergrond waarop de rode wijn zich kan ontwikkelen. De rode rassen zijn aangepast aan dit soort kalksteen, zal Cabernet Cortis en Pinotin worden geplant op dit land, zodat ze tot hun volledige potentieel kunnen komen.
De coöperatieve heeft nog op andere plekken wijngaarden zoals in Oupeye op twee plekken van ieder 4ha. De wijngaard “Haut de Fragnay” en “La Carrriere”. Er zijn ook plannen om op de flanken van de Citadel van Luik een aanplanting te doen. We worden door de wijngaard geleid en kunnen zien hoe de mede eigenaars aan het werk zijn om de druivenlaars op te binden en te snoeien. Het is leerrijk om toe te kijken en om deskundige uitleg te krijgen. Na de rondleiding wandelen we naar de wijnmakerij, op de weg ernaar toe komen we de in aanbouw zijnde nieuwe wijnmakerij, nog enkele maanden en ze staat er.
Wat verder komen we op onze bestemming. We kunnen even rond kijken in de wijnmakerij en hier samen met de wijnluiden kunnen we genieten van een heerlijke barbecue. Wij nemen onze tijd om samen te eten en te genieten van een glaasje Luikse wijn. Na onze maaltijd is het tijd om terug te keren en we vaten de wandeling aan.
Door de velden met prachtige vergezichten en zo komen w eterug aan op ons vertrek. Een fijne en leerrijke dag samen met de AMBASSADEURS van SINT PIETERSBERG Hauts de Froidmont
Natuurwandeling: Mechelen-Bovelingen ligt in de vallei van de Herk, welke hier in noordelijke richting stroomt. De vallei ligt op een hoogte van ongeveer 70 meter. De Grondelingenbeek, die zich ten oosten van Mechelen-Bovelingen bevindt, komt ten noorden van het dorp in de Herk uit. Ook kleinere beken vloeien hier in de Herk. Overigens bevinden de vochtige valleien zich in Droog-Haspengouw. Op het leemplateau, ongeveer 120 meter hoog, bevindt zich open landbouwgebied.
We vertrekken met de wandeling aan het kasteel van Bovelingen. Oorspronkelijk Kasteel van Bovelingen (rond 1550). Van het oorspronkelijk kasteel zijn de ommuurde kasteeltuin, de resten van het kasteelbos met uitheemse boomsoorten en ijskelder, de gerestaureerde manage, alsook de majestatische kasteelhoeve (sinds vier generaties bewoond door de familie Jadoul) nog overblijfselen van een roemrijk dorpsverleden. De Altenastraat is nog steeds, zoals in 1810 ter hoogte van het kasteeldomein met een rij bomen beplant, nu geknotte linden.
Vier gekasseide stroken ten zuiden van de straat duiden de opritten aan respectievelijk naar de boerderij, naar het verdwenen kasteel, naar de binnenkoer van de oude stallingen, naar de verbouwde manège. Tegenover het domein de prachtige oude dreef van bruine beuk (Fagus sylvatica 'Atropunicea') bleef als onverharde weg behouden. Hier start de wandeling. Wij wandelen nu langs de weg naar de picknick plek en dan volgen we de voetweg langs het park van het kasteel. We wandelen verder en zien daar het een Romeinse tempel in classicistische stijl, geïnspireerd door het Maison carrée in Nîmes, een ontwerp van Ghislain Joseph Henry. Het heeft een vierkante plattegrond, een parement van bleke natuursteen , een pannen zadeldak en staat schuin ingeplant op een kleine verhevenheid om – vóór de verbossing van de omgeving – uitzicht te bieden op het kasteel en van daaruit op het paviljoen. Het wordt voorafgegaan door gevelbreedte trappen en een open portiek met vier Dorische zuilen die het fronton dragen; de voorgevel is afgewerkt met hoekpilasters en voorzien van een hoge, rechthoekige deuromlijsting. Gebruikmakend van de verhoogde ligging bezit het paviljoen een kelder met drie tongewelven, toegankelijk van in de achtergevel.
Watertoevoer naar het kasteel van Mechelen-Bovelingen. Een kanaal dat zou gezorgd hebben voor de watervoorziening van het kasteel en werd ik gebracht naar de ingang ervan. Dit kanaal werd bevloeid door de bronnen ook deze van de Herk, enkele honderden meters opwaarts gelegen. In de huidige Sterstraat , genoemd naar het Sterrebos, een paar honderd meter hogerop, in de gracht rechts was er nog een onderzoekschouw, nog bestaande doch nauwelijks merkbaar. Dit kanaal leidde dan verder via het Sterbos naar het kasteel toe om uit te monden ter hoogte van de “Tempel” en zo verder naar het kasteel. Later en nog niet zo lang geleden (50-tal jaren terug) werd dit kanaal afgeleid naar de nabijgelegen weiden van Prosper Vandevelde ter bevoorrading van drinkwater voor de dieren. Even van het parkoers afwijken en een foto van dit gebouwtje maken. Dan weer verder en zo komen we aan vijfsprong met lindeboom. Dan een eindje langs de velden en wat mooi een 7tal herten steken het veld over, zo mooi. Dan het bos in het Hornebos. Dit bos heeft een gehele geschiedenis en was van groot belang voor het kasteel.
We lezen op de site van Groot Heers en zijn dorpen het volgde: Het Hornebos in de deelgemeente Rukkelingen-Loon is een uniek moerasbos en bevindt in het uiterste zuiden van de provincie tegen de taalgrens Bettincourt oftewel “Betkoven”. Hier bevinden zich de bronnen van de Herk. Door de nabijheid van het pompstation voor drinkwater, op 100 m van de ingang, liggen alle beekjes DROOG, intriest DROOG, Enkel nog wat water in een paar plassen (voorheen vijver). In de vallei in het Hornebos, enkele honderden meters lager dan de bronnen werden door Winand tal van kogelhulzen gevonden. Er zou dus een afdeling van een leger er gelegen hebben. Waar hij met zijn detector voelde was het raak. In de "Kettel" een hoger gelegen deel van het bos, waar het huisje (hut) van de jachtwachters was hielden de Duitsers schietoefeningen.
We wandelen door het Hornebos tot aan de rustbank aan het vergezichtspunt. Eigenaardig hier eindigt het bos en de velden liggen tiental meters dieper. Terug het bos in om terug naar Mechelen Bovelinge te wandelen, we komen zo aan de bijentuin. Als de eigenaar daar is kun je hier de extra route lopen door de bijentuin. Onze vriend Marc MISSOTTEN en zijn zoon Stijn hebben hier de bijentuin aan gelegd. De grond werd gezocht in een omgeving met een goede nectardracht voor de vaste stand. Een perceel landbouwgrond van ongeveer 70 are was er heel geschikt voor. De landelijke ligging met 5 ha grote kersenbomen binnen de 100 m, regelmatige enkele koolzaadvelden binnen de km en een kasteelpark met acacia's en linden binnen de 500 m garanderen de nectardrachten voor de honingopbrengst. Verder veel bos en ook nieuwe bosaanplant van 'Bos en groen', fruitplantages en villatuinen op korte afstand. De najaarsdrachten kunnen beter en die worden dan ook aangepakt.
Het terrein ligt aan de rand van een rustig dorp, op een gracht met ideale open zuid-oriëntatie. De grond is rijke leemgrond met in de ondergrond goed doorlatende 'zavel'. Het is de moeite om in de lente-zomer te gaan kijken naar de vele bloeiende planten en struiken. Een aanrader. Nu zijn we met onze wandeling bijna aan het einde nog even terug langs het kasteelpark en dan staan we terug aan de gebouwen van het kasteel.
Nu we in Mechelen-Bovelingen zijn willen we de onlangs geopende ”hoe moet ik het noemen” taverne, speeltuin museum bezoeken. Wij hoorden van deze bijzondere plek enkele maanden geleden op een van onze wandelingen.
TSKOKKELPJAAT: Een oude boerderij waar het woonhuis in vakwerk is en de schuren en aangelanden in baksteen, hier bevind zich het Tskokkelpjaat.
Buiten op de weilanden speeltuigen voor de kinderen, aan de ingang oude landbouwwerktuigen en binnen een verzameling van duizend en één dingen, schommelpaarden, gebruiksvoorwerpen en heilige beelden en nog zo veel meer. Gezellig is als je ervan houd om omring te zijn door duizenden voorwerpen, ons kon het zeker bekoren. We kijken wat rond genieten van een heerlijke koffie en het gezelschap van een Bekende Vlaming, Jaak Van Assche.
KROKUSTOCHT. / DE DEMERSTAPPERS. BILZEN. / KLEINE SPOUWEN. 15/02/2015.
KROKUSTOCHT.
DE DEMERSTAPPERS. BILZEN.
KLEINE SPOUWEN.
Spouwen betekent: afgescheiden grondstuk. Omdat het vanaf een zeker moment toebehoorde aan de Abdij van Munsterbilzen werd het ook wel Nonnespouwen genoemd, om het te onderscheiden van Grote-Spouwen. Het dorp was een vrije rijksheerlijkheid die toebehoorde aan de Abdij van Munsterbilzen maar onder voogdij van de Graven van Loon stond, en vanaf 1366 onder die van de Prinsbisschop van Luik.
Kleine-Spouwen was een landbouwdorp. In 1925 werd steenbakkerij Vandersanden opgericht. Deze ontwikkelde zich tot het grootste baksteenproducerende familiebedrijf van Europa met twee fabrieken in België en twee in Nederland. Kleine-Spouwen ligt op de grens van vochtig- en droog-Haspengouw. Het -zeer kleine- dorp ligt op een heuvel die tot 121 meter hoogte reikt. De omgeving wordt gekenmerkt door akkerbouw en fruitteelt. We vertrekken met de wandeling tegenover de Sint-Aldegondiskerk. De kerk heeft een gotische mergelstenen toren uit de 14e eeuw, die een neogotisch portaal bezit en gedekt wordt door een ingesnoerde naaldspits.
En dan vertrekken we met onze wandeling en al is het mistig en we zien niet ver toch is het een fijne wandeling, wat sprookjesachtig door de mist langs velden en akkers. Hier komen we ook verschillende kapellen tegen. Dat het een landbouwstreek is duidelijk vele grote 19de eeuwse hoeven. Dan komen we in Rosmeer aan de Brasserie Ons Gedacht is een 18de eeuwse hoeve. We worden vriendelijk begroet door de boer en hij laat ons zijn verzameling oude karren zien, wat fijn. We wandelen verder. Naast de pastorie loopt een kleine weg, de Sint-Berthiliasteeg, die leidt naar de Sint-Berthilia-bron, een belangrijk bedevaartoord.
We wandelen weer een eindje langs boomgaarden en velden om in het centrum te komen hier gaan we langs het monument van de Bandkeramiek. Op het grondgebied van Kleine-Schouwen werden voorwerpen uit de Bandkeramische cultuur gevonden, en ook een grafveld en resten van een villa uit de Romeinse tijd. Verder door het dorpje en dan een prachtig stukje natuur en dan terug naar ons vertrek. Een mooie wandeling.
Voor de eerste keer een wandeling met ADEPS. Vertrek in Stree-Modave. Het is een andere manier van wandelen en toch niet. Alleen de inschrijving is gratis en het parkoers is prima afgepijld. We vertrekken in het centrum en al na de eerste bocht komen we aan de “Ferme de la Commanderie” wandelen even d edreef in om naar de prachtige boerderij te kijken ze is gelegen in een groot domein en er staat een beeld op een sokkel in het bos beschermt als monument.
We wandelen verder en krijgen een panorama richting Tihange. Op het grondgebied van het dorp Neuville-sous-Huy dat in 1952 bij Tihange werd gevoegd, staan drie kerncentrales langs de rechteroever van de Maas. Een witte stoompluim siert de blauwe hemel. Wij wandelen verder. We komen in “Grand Bois de Barse” wandelen een heel eind door het bos om zo in “Rausa” te komen hier mooie huizen in lokale bruin-gele steen de kerk ligt op een heuvel wij wandelen erlangs en weer de mooie natuur in weilanden met bomen langs de weg, een heel eind in het bos met stevige beklimmingen en afdalingen wel mooi maar wel vermoeiend door de vele modder.
Toch wandelen we verder. We wandelen nu in “Bois de la Bannette” een stevig klim staat er op het programma maar de beloning ernaar mag e rook zijn een prachtig zicht in de vallei van de beek. Nu nog even en we zijn terug in Stree. Het is zeker meegevallen onze wandeling bij ADEPS.
Op de terugweg komen we een paar mooie kastelen tegen waar we zeker even stoppen om een foto te maken.
Chateau de Vierset.
Het Kasteel van Vierset (Frans: Château de Vierset) is een kasteel gelegen in Vierset op het grondgebied van de gemeente Modave in de provincie Luik. Het oorspronkelijke kasteel werd gebouwd in 11de eeuw door de familie van Barse, ook eigenaar van de nabijgelegen landhuis waarvan de familienaam is afgeleid. Naar aanleiding van een aantal geschillen plundert de prins-bisschop van Luik, Hendrik III van Gelre, het kasteel van de familie van Barse in 1267.
Door de dood van Wauthier de Barse in 1292, worden de heerlijkheden van Vierset en Barse overgedragen aan zijn neef, Wauthier van Beauffort en in 1450. Door de erfenissen, Vierset is tijdelijk van Barse gescheiden, en wordt Conrard de Bombaye eigenaar. De twee domeinen worden herenigd onder Gilles de Crissegnée. In 1606, opnieuw door huwelijken verviel Vierset aan de familie Billehé. Een bekende eigenaar is generaal der Infanterie Charles-Albert, groot Baljuw van de Condroz en de eigenaar van het regiment Vierset van de Waalse Garde in de dienst van Frankrijk en later Oostenrijk. Aan hem te danken we de vernieuwing van de gebouwen in 1765 en de bouw van de boerderij in 1763. In 1794 erft John Valensart, Baron Billehé, het landgoed en verkoopt het in 1818 aan Francis Joseph graaf van Mercy-Argenteau. De nieuwe heer was getrouwd met prinses Therese van Paar. Hun kleinzoon Carl Vierset verkoopt het domein aan zijn neef Lodewijk van Overschie Neerysche Baron (1829-1896), echtgenoot van de markiezin Blanche De Trazegnies. Hun kinderen verkopen Vierset in 1917 aan Lamarche. Sinds 2001 is het kasteel in handen van de familie Bruggeman.
Chateau de Bonne-Esperance. TIHANGE.
Het kasteel zoals we het vandaag zien, dateert van 1588. Het was een familie uit Piemonte die het kocht en liet verbouwen. In de loop der eeuwen ging het regelmatig in andere handen over maar het bleef steeds privébezit. De huidige eigenaars verworven het kasteel met zijn prachtig park na een verkoop ten gevolge van een niet verdeelde nalatenschap. Ze stellen drie gastenkamers ter beschikking. Af en toe vinden er ook culturele evenementen plaats.
Het kasteel is in het bezit van een fraaie collectie rieten manden. De vader van de huidige kasteelheer was namelijk een van de laatste ambachtelijke mandenmakers, een beroep dat ook zijn vader en grootvader al uitoefenden. Hij reproduceerde vooral oude modellen en restaureerde voorwerpen die hij op rommelmarkten vond.
ABDIJ PAIX DIEU. AMAY
De Abdij la Paix-Dieu ligt in een valleitje en is omgeven door bossen, velden en weides. Het is een rustige architecturale locatie in perfecte harmonie met de natuur.
De geschiedenis van de abdij vangt aan in 1244 met de komst van de abdis Aelid en de zusters van de Orde van Cîteaux. In 1797 werd ze verkocht als staatseigendom en momenteel is het vervolmakingcentrum voor beroepen in verband met cultuurerfgoed en de Toeristische Dienst Hesbaye en Meuse er gevestigd. De watermolen is nu ook gerestaureerd en zo kom stilaan alles weer in zijn oude glorie terug.
Nog de kerk moet gerestaureerd worden. Het is een prachtige plek om even te stoppen en er wat op rond te wandelen.