Zullen we nog even de geschiedenis induiken? Nee, niet voor de zoveelste honderdjarige herdenking, maar voor belangrijker zaken zoals daar zijn: les enfants du Rock.
Even de plas oversteken naar het London van de jaren vijftig, meer bepaald de beruchte wijk Soho, niet echt een plek van godvrezende en proper gewassen burgers. Terwijl de Londenaars nog volop hun stad aan het heropbouwen waren en 's ochtends nog ontwaakten met een post war-depressie - in sommige delen stond geen steen meer overeind - broeide in Soho al de voorboden van een nieuwe cultuur overgewaaid vanuit de andere kant van de oceaan. Jonge gasten zochten er vertier, om van moeders rokken en vaders gezaag verlost te geraken, samenhokkend rond de juke box in de talloze bars of luisterend naar de al even talloze nieuwe bandjes die er optraden.
Zeggen dat de opkomst van de Britse rock'n roll te danken is aan een Italiaanse sexbom is allicht wat overtrokken, nochtans was het Gina Lollobrigida die er de eerste Moka Coffee Bar opende in 1953, gevolgd door een ware explosie van dergelijke tenten.
bekend letterwoord uit het internetfora-vocabulaire en staat voor Oh My God!
Wel, in dit geval zoiu ik willen voorstellen die met onmiddellijke ingang te vervangen door Oh My GADD! U gaat mij zeker gelijk geven na het zien van dit clipje. Voor de basloopjes van Nathan East ben ik nog aan het zoeken tussen een lijstje superlatieven.
Anyway, Meester Eric (signature Crash3 Strat) plus enkele oude getrouwen: Andy Fairweather Low (guitar) Billy Preston (Hammond) en David Sancious (keyboards plus een bizar "mondmuziekske" in het slotnummer) gaan helemaal uit de bol in Badge - One More Car.
mondharmonica's, vroegen ze vanmiddag bij Radio1 in het gelijknamige programma? Heu, neen, maar ik ken wel aardig wat muziekjes waar dit mini-instrument een prominente rol in speelt.
Once Upon a Time in the West zit natuurlijk in het geheugen van iedere filmliefhebber gebrand en wij hebben hier een Brusselaar die er al honderd jaar lang, of daaromtrent, de wereld mee afschuimt, maar dat is niet echt mijn ding.
Nu is het best mogelijk dat presentator Kobe Ilse nog niet geboren was, maar een programma over de mondharmonica zonder John Mayall'sRoom to Move uit de legendarische LP The Turning Point (1969) te draaien is gewoon zonde van de zendtijd te verprutsen aan de gerzondheidsaspecten van het mondmuziekske.
Jaja, we kregen wel het obligate streepje Dylan en dan verwacht je toch tenminste hetzelfde van zijn Canadese tegenpool. Niet dus, wel, laat ik het dan maar zelf doen, inclusief de hilarische intro:
dat simpele liedjes nog enige betekenis hadden, een gebruik dat dezer dagen wat in de vergetelheid is geraakt.
Zo zat ik wat te graduinen tussen mijn oudere albums in het hokje "Country" op zoek naar Quarter Moon in a Ten Cent Town (Emmylou Harris) om tot de vaststelling te komen dat ik dat alleen maar op vinyl LP heb.
Niet getreurd, want tussen al dat fraais zat ook nog Harvest Moon dat ik al in tijden niet meer gehoord had. Neil Young - bijna negenenzestig intussen - bracht dit pareltje uit in 1992 en dat nummer klinkt nog altijd even fris en gevoelig als meer dan twintig jaar geleden.
In 2003 verscheen het dubbelalbum Decade op cd, een schitterend overzicht van 's mans oeuvre tussen 1966 en 1976 waarop enkele bonustracks met nooit eerder uitgebrachte nummers. Een absolute aanrader voor wie Neil Young wil (her)ontdekken.
In dit, voor zijn doen, ongemeen vrolijk filmpje duikt Neil op met een van z'n favoriete (en onbetaalbare) Martin D45 '68 gitaar, een wezenlijk onderdeel van de typische Young-sound uit zijn akoestische platen en concerten.
dog? Neenee, dat laat ik over aan de adepten van dat BBC-schapendrijversprogramma.
"A man and his guitars" dan, daarmee kom je al een eind dichter in de buurt van het opzet van dit blog. Laat ik er dan maar meteen een hele grote uitpikken: Eric Clapton. Nu staat die er niet om bekend veelvuldig de persmuskieten te woord te staan, maar voor een cameraploeg van Rolling Stone maakte hij begin vorig jaar graag een uitzondering om over zijn vroegere werkinstrumenten te praten.
De eerste in de reeks is de 1956 Stratocaster die hij tweedehands kocht in een Londense muziekwinkel in 1967 en die de geschiedenis zou ingaan als "Brownie", geïnspireerd door zijn idool Buddy Holly die een dergelijk exemplaar bespeelde.
Het was EC's allereerste Strat - te horen in de vroege jaren zeventig op o.m. Layla en de fameuze Derek and The Dominos-periode en voor zijn solodebuut album.
Fender besliste in februari 2013 een quasi perfecte replica uit te brengen en aan de meester zelve ter beoordeling voor te leggen, die was verwonderd over de getrouwheid qua sound en uitzicht, zelfs de afgebladderde lak hadden ze nauwkeurig nagebootst. Gezien de beperkte oplage - en ondanks het forse prijskaartje (+/- 15000$!) - was de voorraad snel uitverkocht
De originele Brownie bracht in 1999 bij een veiling een fenomenale 497000$ op ten bate van Clapton's Crossroad Centre, een rehabilitatiecentrum voor drugs- en alcoholverslaving op Antigua.
Brownie was de inspiratiebron voor een zo mogelijk nog beroemder instrument uit de Fender-stal, met name "Blackie" but that's another story...
lees je hier en der, allicht onbedoeld, grappige wetenswaardigheden zoals deze:"Zonder Jet Harris zal de Europese Rock 'n roll nooit meer zijn wat hij was."
Nu, in de wetenschap dat Harris' gloriedagen, solocarrière inbegrepen, hooguit vier jaar omspanden, lijkt mij dat toch heu...lichtjes overdreven. Net zomin als Diamonds"een instrumentale wereldhit" zou zijn geweest. Verder dan de UK kwamen Harris&Meehan niet.
Dat nummer werd evenmin op een basgitaar gespeeld maar op een gedowntunede Fender Jaguar met de hulp van ene Jimmy Page op rhythm en John Baldwin op bass die later furore zou maken als John Paul Jones bij Led Zeppelin.
Laten we wel wezen, Jet Harris was een goeie bassist maar zeker geen topmuzikant, daarvoor had hij iets te veel ...dorst.
a wall of sound als je met een paar gabbers uit the good old days de studio kan induiken zonder dertig ton aan elektronika?
John Illsley alvast niet, zo te horen is de klassieke bezetting - bass, drums, lead guitar en een heuse Bösendorfer-vleugel - plus een heerlijk melodietje om bij weg te dromen langs een zomerse waterkant ruim voldoende.
Neem daarbij blonde engel Polly Wood voor de backing vocals en de fabelachtige sound van die Gibson ES335 en voor u zit een blije mens.
le déluge is een bekende uitdrukking die al eens te pas of te onpas boven water komt als het over politici of over politiek in het algemeen gaat.
In het nummer Before The Deluge uit 1973 houdt Jackson Browne ons al een toekomstbeeld voor ogen - de sixties waren uit- en doodgebloeid en de hippies staken hun verdorde bloemenkransen in de compostbak, trokken een modieus kostuumpje aan en gingen aan de slag in Wall street - dat er niet al te fraai uitzag: "With their hearts they turned to each other's hearts for refuge In the troubled years that came before the deluge".
Maar Jackson is geen doemdenker (wel een politieke activist) en gelooft dat we met z'n allen er wel zullen uitraken:
Let the music keep our spirits high Let the buildings keep our children dry Let creation reveal it's secrets by and by, by and by When the light that's lost within us reaches the sky
Ik had dit nummer al eens eerder gepost toen het hele concert nog online stond. Helaas hebben de geldwolven van de BBC en het Glastonbury-festival het weggehaald, gelukkig staan de individuele nummers nog steeds op YT, voor zolang het duurt, tenminste.
Kortom, bijna negen minuten pure schoonheid met de hulp van onder anderen David Lindley (geef die man iets waar snaren aan zitten en hij doet er iets wonderlijks mee) Mark Goldenberg (guitar) en Dannielle met het hoedje.
die eraan denkt dat het vandaag 3 februari 2014 is. Op zich is dat niets buitengewoons, voor mij is het een trieste datum in de loop van de geschiedenis van de populaire muziek, rock 'n roll in het bijzonder.
Precies 55 jaar geleden verongelukten drie jonge snaken op weg naar een grote carrière in de sneeuw van Iowa en nog eens tien jaar later schreef "folkie" Don McLean er dit prachtige nummer over: The Day The Music Died.
Voor een keer was Radio1 wèl mee, in tegenstelling tot vorige week toen ze er bij het overlijden van Pete Seeger niets beters op vonden dan een Franse vertaling te draaien van If I Had a Hammer van dat hyperkinetische dansmarieke Claude François.
De maker van deze video is erin geslaagd tien jaar popmuziek samen te vatten in een diashow die zowat alle elementen uit die periode samenvat, waarvoor hulde.
waar je nooit genoeg van krijgt, Sheryl Crow is er zo eentje en, laat ik het maar bekennen, niet alleen op muzikaal gebied.
Ze is dan misschien wel niet de grote hitmaker - ik twijfel eraan of ze ooit een toptien notering haalde - met haar dikwijls introspectieve songs en haar stem zal het waarschijnlijk ook nooit brengen tot The Voice of the Century.
Toch heeft ze dat ondefinieerbare, de looks daargelaten, "iets" dat haar ver boven de middelmaat laat uitsteken. Het is onbegonnen werk de schare artiesten waarmee ze al heeft samengewerkt in een notendop samen te vatten, daarvoor zijn er andere kanalen.
Daarom dit stukje uit het Crossroads Guitar Festival van 2007. Let maar eens op de manier waarmee ze Albert begroet (I can't do anything that fast) en Vince Gill vertelt "this song is in E".
Een dijk van een popsong is dit If It Makes You Happy en naar Youtube-normen van onberispelijke audiokwaliteit.
Pete Seeger, the singer, folk-song collector and songwriter who spearheaded an American folk revival and spent a long career championing folk music as both a vital heritage and a catalyst for social change, died Monday. He was 94 and lived in Beacon, N.Y.
His death was confirmed by his grandson, Kitama Cahill Jackson, who said he died of natural causes at NewYork-Presbyterian Hospital.
Je kan het je afvragen zoveel jaren later en het antwoord is: mmm, zeer twijfelachtig..
Om te beginnen was het al geen pure live groep, net zomin als de Beach Boys dat waren, ze moesten het hebben van het studiowerk waar naar hartelust kon geëxperimenteerd worden met een geniale producer achter de knoppen.
De revolutie prediken vanuit je bed in een Amsterdamse hotelkamer, met een Japanse troela aan je zij, voor het oog van zorgvuldig opgetrommelde fotografen en cameralui mag dan als reclamestunt honderd procent geslaagd zijn, het heeft allemaal weinig met de essentie te maken. Voor het echte ruigere werk moest je bij hun Londense confraters zijn.
Back to the party na de jam session van gisteren: de misthoorn van Etta James die laat horen en zien hoe je Rock and Roll Music laat swingen als een Fyra-trein op speed.
De bandbezetting is nog steeds dezelfde - Clapton zowaar nog eens op een Gibson en duidelijk beter in zijn sas - en deze keer in een proper kostuumpje gestoken:
...les in wat pure, overvalste Rhythm&Blues, niet de gepolijste shit uit de hitparades die in wezen totaal niets meer met R&B te maken heeft maar alles met handige marketingjongens en meisjes uit het MTV-wereldje.
Weg ermee!.
Aan de rock 'n roll-wieg stonden vele vaders, in dit filmpje staat de grootvader ervan: Chuck Berry IS rock 'n roll. Over Berry zijn al lelijke dingen geschreven, de meeste zijn nog waar ook, dat hij een complete asshole kan zijn voor de muzikanten waarmee hij optreedt is nog een van de minste.
Deze sessie kwam er, als ik mij niet vergis, ter gelegenheid van zijn zestigste verjaardag in 1986 op initiatief van Keith Richards die al zijn hele leven lang een adept is. Als vanouds steelt Berry de show in zijn onnavolgbare stijl, ondanks zijn beperkingen als gitarist. De anderen moeten maar volgen waar hij zin in heeft. Vooral Eric Clapton lijkt het af en toe moeilijk te hebben met de fratsen van het feestvarken.
Richards, de ongekroonde koning van de r'n-r-riffs, blijft uiteraard zijn coole zelve, Joey Spampinato hanteert de Longhorn Dano-bass, Chuck Leavell niet te zien maar wel degelijk aan de toetsen.
Het zou maar erg geweest zijn moest Johnnie Johnson (piano) er niet bijgeweest zijn, hij schreef de meeste nummers voor CB in de jaren vijftig, maar Berry ging met de credits en diens band lopen.
...van die nummers waar je nooit genoeg van krijgt, zeker om deze tijd van het jaar.
Nee, dan wil ik het niet hebben over dat melige, onuitroeibare White Christmas-gemekker maar liefst iets met ballen en waar tegelijkertijd je nekharen gaan overeind van staan.
Moesten kabouters en kerstmannen echt bestaan kieperden ze allicht al dat vreselijk hypocriete vrede-op-aarde gedoe - terwijl er in veertig of meer landen lustig over en weer geschoten, gebombardeerd en gemoord wordt - voorgoed de vuilnisemmer in en gingen ze met z'n allen uit de bol bij het enige kerstnummer dat niet eens een kerstnummer is: Fairy Tale of New-York van The Pogues en het ontroerende dansje van Mister Colgate en de betreurde Kirsty MacColl.
Verwacht aub geen ode aan dat stelletje pompeuze Engelse glamrockers, mama mia let me go!
Neenee, het gaat over the one and only Queen Ida, vierentachtig ondertussen maar nog steeds springlevend., alive and kicking.
Wat kan je beter doen dan, terwijl het voor de tweede dag op rij oude wijven regent, je troosten met één vrolijke deun, straffe koffie met een scheut geestrijk vocht en een punt lauwwarme appeltaart?
Wel, dan duik ik de platenkast in om een cadeautje van mijn dochter op te diepen dat ze voor me had meegebracht uit New Orleans.
Eerlijk gezegd: ik had haar een verlanglijstje meegegeven met namen die haar de wenkbrauwen deden fronsen alsof ik naar een origineel exemplaar van The US Constitution had gevraagd.
Maar goed, tussen de kleinoden van Clifton Chenier, Dr John, Zachary Richard en andere Beau Jocques pikte ik er direct Queen Ida and The Bon Temps Zydeco Band tussenuit en deze klassieker van haar: Rosa Majeur
Men zegt wel eens dat je pas dood bent als je vergeten bent, zeker op een dag als deze is het een moment om daarbij stil te staan.
Tien jaar geleden, september 2003, overleed Warren Zevon, nauwelijks zesenvijftig.
Ach, er is zo veel te vertellen over deze enigmatische persoonlijkheid en veelzijdige artiest, maar dat ga ik vandaag bewust niet doen.
Veel liever dit ontroerende nummer dat al jaren op mijn netvlies zit gebrand, opgenomen terwijl hij al als terminaal werd opgegeven. Een hele rits van zijn vrienden passeren de revue in dit filmpje waaronder Bruce Springsteen, Tom Petty, David Letterman en uiteraard Jackson Browne die meewerkten aan zijn postuum verschenen album The Wind.
"Keep me in your Heart" werd opgenomen met een minimale bezetting - Jim Keltner (drums), Jorge Calderon (bas en acoustic guitar), Warren (vocals) - maar straalt zo veel warmte en emotie uit alsof er een heel symfonieorkest achter zit.
Sometimes when you're doing simple things around the house Maybe you'll think of me and smile You know I'm tied to you like the buttons on your blouse Keep me in your heart for awhile
Even wat rechtzetten bij mijn post over Jackson Browne Glastonbury 2010: de dame rechts op de foto van de backing vocals is niet Alethea Mills - die was namelijk hoogzwanger ten tijde van JB's Europese tournee - maar Danielle Gaha DeAndrea.
Soms laat ze zich wel eens Dani Elle noemen, maar meestal gebruikt ze haar gewone naam.
Ze is een Australische singer songwriter met duidelijke roots in de jazz maar kan bogen op een mooi palmares als sessie- en podiummuzikant bij artiesten als Tom Jones, Jason Donovan en John Farnham (een Australische beroemdheid).
Ik zou zeggen, ga even zitten, of liever: zet stoelen en tafels aan de kant 'cause it doesn't get any better than this.
Dat deden wij hier thuis ook tijdens de nieuwjaarsnacht van 31 december 2007 bij de allerbeste aflevering in jaren (en ook van al wat daarna kwam) van Jools' Hootenanny, zeker toen mr Eddie Floyd zijn opwachting maakte.
Van de toen 72-jarige Floyd kan je op z'n minst zeggen dat hij meer soul in het bovenste vingerkootje van zijn pink heeft zitten dan de hele huidige R&B-generatie samengepakt.
Nu, behalve Jools zelve aan de piano, zat er nogal wat schoon volk in dat zondermeer geweldige Rhythm&Blues Orchestra met Dave Swift op bas, John Kruk altsax plus de rest van een blazerssectie om twee keer U tegen te zeggen, Gilson Lavis drums, Mark Flanagan guitar, kortom een band om een zieke Alpenkoe weer met plezier de flanken van de Mont Blanc te zien beklimmen.
Geweldig om zien hoe de hele meute van BB's (bekende Britten) en performers uit de bol gaat, van Suggs McPherson (Madness), Ricky Wilson (Kaiser Chiefs), Lulu, McCartney (sir), Duffy, Dawn French, Lenny Henry, Kate Nash, Adele, Kylie Minogue tot en met buitenbeentje Seasick Steve.
Stilzitten niet toegestaan, maar wees voorzichtig met uw meubilair, tenzij het van plastic is: