Frisse sla met hamxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Ingrediënten voor 4 personen
1 krop eikenbladsla 250 g ham 12 asperges 250 g oesterzwammen 1 stronkje witloof 2 stengels bleekselderij 5 olijven (groen) 5 olijven (zwart) 50 g rode bessen 25 g boter (bakboter) 2 cl wijnazijn (wit) 1 eetlepel peterselie (fijngehakt) 1 eetlepel dragon (fijngehakt) 1 eetlepel bieslook (fijngehakt) 6 cl olijfolie (extra vierge) 1 sjalot peper zout
De sla en het witloof schoonmaken en de blaadjes in niet al te fijne reepjes snijden.
De aspergepunten beetgaar koken in licht gezouten water.
Afgieten en laten uitlekken op keukenpapier.
De selderij in schijfjes snijden, de oesterzwammen schoonborstelen en in stukjes verdelen.
De selderij en de oesterzwammen fruiten in de boter en kruiden met peper en zout.
De ham in reepjes snijden.
De rode bessen spoelen en van de takjes halen.
De olijven ontpitten.
Alle ingrediënten op een grote schaal verdelen.
Een vinaigrette bereiden door in een slakom de azijn te mengen met peper en zout.
Onder voortdurend roeren er druppelsgewijs de olijfolie bijvoegen.
De fijngehakte tuinkruiden door de saus roeren en er ten slotte het fijngesnipperde sjalotje bij doen.
Een beetje vinaigrette over het slaatje gieten en de rest apart serveren in een kommetje.
Konijn met sojascheuten in de wok
Ingrediënten voor 4 personen
600 g konijnenfilet 200 g sojascheuten 4 preiwitten 250 g oesterzwammen 4 cl arachideolie peper 6 eetlepels ketjap (sojasaus)
De wok verhitten en goed inwrijven met olie.
Daarin het vlees kort aanbakken, aan de kant schuiven en de kleingesneden groenten toevoegen.
Een paar minuten roerbakken en dan de gewassen sojascheuten toevoegen.
Kort laten bakken en alle ingrediënten door elkaar scheppen.
Op smaak brengen met vers gemalen peper en de sojasaus.
Serveren met rijst.
Pannenkoekjes met appel en kaneelsaus
Ingrediënten voor 4 personen
100 g bloem (zelfrijzend) 2 eieren 3 dl melk (halfvol) 8 cl arachideolie zout wijnsteenbakpoeder 30 g rozijntjes 1 dl room 0.5 theelepel maïszetmeel kaneelpoeder esdoornstroop 2 appelen (Jonagold)
Maak het beslag.
Klop de eieren los en voeg het meel, het wijnsteenbakpoeder, de melk en het zout toe.
Roer goed.
Verhit de olie in een pan.
Bak dunne pannenkoekjes en hou ze warm.
Schil de appelen en haal het klokhuis eruit.
Snij de appelen in ronde schijven.
Bak ze lichtbruin en bestrooi ze met kaneel.
Roer het maïszetmeel door de koude room.
Breng het mengsel aan de kook tot het dikt.
Voeg van het vuur kaneel en esdoornstroop aan dit sausje toe.
Leg op elk bord een in 4 gevouwen pannenkoek en serveer de appelen erbij.
Bestrooi de appelen met de krenten.
Schenk er een lepeltje saus over.
|