De laatste Alpenrit ging van start in Saint-Jean-de-Maurienne en eindigde 200,5km verder in Morzine na een 12km lange afdaling van de Joux-Plane. Het peloton moest de volgende bergen overwinnen: Col des Saisies (Cat.1), Col des Aravis (Cat.2), Col de la Colombière (Cat.1), Côte de Chatillon (Cat.3) en de Col de Joux-Plane (Buiten cat.).
Na zo'n 17km raakten elf renners voorop: Gilbert (La Française des Jeux) , Padrnos (Discovery Channel), O'Grady (CSC), Sinkewitz (T-Mobile), Righi (Lampre), Augé (Cofidis), Paolini (Liquigas), Le Mével en Halgand (Crédit Agricole), Tankink en Garate (QuickStep-Innergetic).
Bij de favorieten opende Floyd Landis (Phonak) de debatten al op de Col des Saisies nadat zijn ploeg berewerk had verzet in de aanloop er naartoe. Pereiro (Caisse d'Epargne-Illes Balears) kon de versnelling van de Amerikaan niet aan. Rogers en Klöden (T-Mobile) bleven het langste bij Landis, maar toen die een tweede keer zijn tempo verhoogde, moesten ook zij passen. Vooraan was het Halgand die solo ging.
Landis liep alsmaar meer uit op het peloton en kwam steeds dichter bij de kopgroep. Hij sloot aan bij hen net voor de tweede beklimming van de dag. Na die col ontstond een koptrio: Landis, Sinkewitz en de ingelopen Halgand.
Op de Col de la Colombière wisselde Landis van fiets. Even later moest Halgand vooraan afhaken. Sinkewitz en Landis hadden een voorsprong van meer dan 8' op de groep met de gele trui en zo werd hij in de afdaling virtueel leider. Omdat in deze Tour elke seconde telt, had hij onderweg al enkele bonificatieseconden meegegraaid.
Na de Colombière bepaalde CSC het tempo in de groep der favorieten. Zo wilde men stap voor stap aan de voorsprong van Landis knagen.
24km van Morzine werd de beklimming van de Joux-Plane ingezet. Landis begon daaraan met een voorsprong van om en bij de 8'. En Landis verzwakte niet. Sinkewitz moest de ex-gele truidrager al snel laten gaan. Achteraan werd het gauw te zwaar voor Leipheimer (Gerolsteiner), Rogers (T-Mobile) en de Discovery's die nog in het groepje zaten. Onder hen ook George Hincapie. Schleck (CSC) verhoogde het tempo en nam enkele meters voorsprong met z'n ploegmaat Sastre. Die ging er dan alleen vandoor. Hetzelfde scenario als de dag voordien. Achter Sastre volgde Moreau (AG2R) met Evans (Davitamon-Lotto), hij zou later nog een stuk terugvallen. Het groepje daarachter bestond uit Schleck, Cunego (Lampre), Menchov en Boogerd (Rabobank). Klöden had het zichtbaar moeilijk en Pereiro probeerde hem af te schudden, wat echter niet zou lukken.
Landis kwam als eerste in Morzine aan. En in het klassement staat hij opnieuw tussen de mensen. Enkel Sastre kon tijdens de beklimming wat van de voorsprong afdoen, maar het groepje Pereiro niet. Hij houdt wel nog de gele trui. Cunego is de nieuwe leider in het jongerenklassement. In de afdaling van de Joux-Plane ging Dessel (AG2R) uit de bocht, maar hij kon zijn tocht verder zetten.
Tijdens de tweede Alpenrit in deze Tour kreeg het peloton, opnieuw enkele zware hindernissen voor de wielen geschoven: Col du Galibier (Buiten cat.), Col de la Croix-de-Fer (Buiten cat.), Col du Mollard (cat.2) en de slotklim naar La Toussuire (Buiten cat.). Het was overigens de eerste keer dat La Toussuire werd opgenomen in het parcours.
De officiële start had plaats omstreeks kwart voor twaalf en een kilometer later ging Moreau (AG2R) er vandoor. Veel voorsprong kreeg hij echter niet. De volgende vlucht kende meer succes. Het was er één van Rasmussen (Rabobank) en Valjavec (Lampre). Even verderop kregen ze het gezelschap van Casar (La Française des Jeux). In de achtergrond viel het niet stil en er werd een achtervolgend groepje gevormd van 14 man: Verdugo (Euskaltel), Lefèvre (Bouygues Télécom), Parra (Cofidis), Sinkewitz (T-Mobile), Astarloza en Calzati (AG2R), Comesso en Bruseghin (Lampre), Marchante en Simoni (Saunier Duval), Rubiera en Popovych (Discovery Channel), Arroyo en Garcia Acosta (Caisse d'Epargne). In de afdaling van de Galibier was er een valpartij van Sylvain Chavanel (Cofidis), maar hij reed verder.
Tijdens de beklimming van de Croix-de-Fer moest Casar Rasmussen en Valjavec laten gaan. Even later ging Rasmussen zelfs solo. Bij de achtervolgers was het onder andere Popovych die het moeilijk had en uit het groepje verdween. Buiten zijn ritzege is deze Tour voor de Oekraïner een mislukking. In het peloton waren het de CSC'ers die het tempo oplegden.
Tot de beklimming van La Toussuire gebeurden er geen spectaculaire dingen. De vluchters werden één voor één bijgehaald, maar Rasmussen leek een geruststellende voorsprong te hebben om de 18km lange slotklim aan te gaan en op de top te kunnen zegevieren. Het was op deze slotklim dat de favorieten zich moesten roeren, wilden ze nog veranderingen teweegbrengen in het klassement. Menchov (Rabobank) stak het vuur aan de lont. Rogers (T-Mobile), Pereiro (Caisse d'Epargne) en Evans (Davitamon-Lotto) volgden. Het groepje Landis kon terugkeren en dit door Mazzoleni en Kessler, nota bene ploegmaats van Rogers. Waarschijnlijk omdat Klöden er beter voorstond in het klassement. Op 12km van de top viel Sastre (CSC) aan en toen gebeurde het. Gele trui Landis (Phonak) kon het tempo niet langer aan en kraakte. Voor hem werd het een helse tocht naar boven, maar onderweg vond hij toch wat steun van zijn ploegmaat Axel Merckx.
Ook Menchov kreeg het moeilijk toen Klöden versnelde en zakte wat terug. Dessel, derde in de stand deed hetzelfde en kreeg steun van zijn ploegmaat bij AG2R, Moreau. Hij verdedigde eveneens zijn plaats in het klassement. Wat heel wat mensen verraste was de goede prestatie van Pereiro. Hij volgde makkelijk het tempo van Klöden en Evans. Sastre zette ondertussen zijn tocht verder en stak Leipheimer (Gerolsteiner) voorbij die in het begin van de beklimming was ontsnapt. Rasmussen reed buiten het bereik van Sastre. Naast de ritzege nam de Deen van Rabobank vandaag een grote optie op de bolletjestrui.
Landis kwam als 23ste boven op iets meer dan 10' van Rasmussen. Door de inzinking van Landis draagt Pereiro nu het geel. Landis staat nu 11de op 8'08". Het belooft morgen nog een spannende dag te worden, want er kan nog veel verschuiven in het klassement. Na zeven jaar hetzelfde scenario ligt dit jaar op vier dagen van het einde nog niets vast.
Na de rustdag van maandag dook het peloton de Alpen in. De eerste rit in het drieluik was die van Gap naar Alpe d'Huez (187km). Op weg naar Alpe d'Huez (Buiten cat.) moesten de renners over de Col d'Izoard (Buiten cat.) en de Col du Lautaret (Cat.2).
25 renners kozen het hazenpad in de hoop met een mooie voorsprong aan de slotklim te beginnen: Axel Merckx (Phonak), Jens Voigt (CSC), Frank Schleck (CSC), David Zabriskie (CSC), George Hincapie (Discovery Channel), Egoi Martinez (Discovery Channel), Eddy Mazzoleni (T-Mobile), José Luis Arrieta (AG2R), Fabian Wegmann (Gerolsteiner), Juan Antonio Flecha (Rabobank), Damiano Cunego Lampre), Francisco Villa (Lampre), David Arroyo (Caisse d'Epargne), José Vicente Garcia Acosta (Caisse d'Epargne), Anthony Charteau (Crédit Agricole), Inigo Landaluze (Euskaltel), David De La Fuente (Saunier Duval), Ruben Lobato (Saunier Duval), Christian Knees (Milram), Bernhard Eisel (La Française des Jeux), Benoît Vaugrenard (La Française des Jeux), Michael Albasini (Liquigas), Stefano Garzelli (Liquigas), Jérôme Pineau (Bouygues Télécom) en Sylvain Chavanel (Cofidis).
Op de eerste col van de dag, de Izoard, nam Garzelli afstand van zijn metgezellen en bouwde hij al gauw een minuut voorsprong uit. In het peloton zetten enkele renners de achtervolging in op de kopgroep, maar geen enkele bereikte z'n doel. Achteraan is het op een col gewoonlijk koers in de koers. Een afvalkoers dan toch. En dit keer was het wereldkampioen Tom Boonen (QuickStep) die aan het kortste eind dreigde te trekken. Er werd gemeld dat Boonen te kampen had met problemen aan de luchtwegen. Nog een opmerkelijk moment in het peloton: er werd in de loop van de beklimming van de Izoard de tijd genomen voor een sanitaire stop.
Garzelli zat alweer gewoon in de kopgroep toen dat de Col du Lautaret aansneed. Tijdens de beklimming vielen Villa en De La Fuente aan. De La Fuente deed dat vooral met het oog op de punten voor het bergklassement waarin hij nog steeds leider is. Uit de achtergrond volgde slecht nieuws. Tom Boonen gaf op aan de voet van de Lautaret. Zo stapte de wereldkampioen voor de tweede maal op rij vroegtijdig uit de Ronde van Frankrijk.
En dan kwam Alpe d'Huez. Villa en De La Fuente zaten terug in de kopgroep die al wat uitgedund was, maar nog een comfortabele voorsprong op het peloton had. Cunego en Schleck bleken de sterksten te zijn, zij gingen er met z'n tweeën vandoor. In het peloton hadden deze renners afstand genomen: Landis (Phonak), Evans (Davitamon-Lotto), Menchov (Rabobank) en Kessler en Klöden (T-Mobile). Menchov en Kessler waren de eersten die moesten lossen. Evans deed even later hetzelfde. Uit de achtergrond konden Sastre (CSC) en Leipheimer (Gerolsteiner) nog terugkeren. Gele trui Pereiro kon het tempo van de favorieten duidelijk niet aan en de vraag was of hij zijn trui kon behouden. Ondertussen raapte het groepje Landis Merckx op die nog even tempo maakte voor z'n ploegmaat. Daarna viel Klöden aan, maar Landis volgde gemakkelijk. Vooraan hadden Schleck en Cunego het gezelschap gekregen van Mazzoleni, maar die was eerder een last. Cunego wilde hem daar op attent maken, maar dat had weinig effect. Hij viel dan maar aan en enkel Schleck volgde. Hij plaatste een snedige demarrage op 2km van de top en won. Na zijn zege in de Amstel Gold Race eerder dit jaar is dit opnieuw een orgelpunt in zijn carrière.
Landis werd vierde voor Klöden en neemt nipt de gele trui over van Pereiro.
In deze snikhete etappe van Béziers Méditerrannée naar Montélimar was er ruimte voor een echte monstervlucht. Na 17km ontsnapten deze zes renners: Sylvain Chavanel en Arnaud Coyot (Cofidis), Manuel Quinziato (Liquigas), Jens Voigt (CSC), Oscar Pereiro (Caisse d'Epargne) en Andriy Grivko (Milram). Coyot loste na enige tijd. De voorsprong van de andere vijf bleef groeien en bedroeg in de twintig minuten. Dit betekende een grote kans op de gele trui voor Pereiro die op 28'50" achterstand stond van Landis (Phonak).
Met nog 26km voor de boeg zette Grivko een demarrage in, Quinziato volgde, maar ver raakten ze niet. Grivko loste even later zelfs uit de kopgroep. Chavanel was de volgende die een poging ondernam en dat op 15km van Montélimar. Ook hij bleef niet voorop. De derde poging kwam van Voigt en dit keer was het wel de goeie demarrage. Pereiro vergezelde hem en samen reden ze de laatste kilometer in. Daar reed Voigt weg van Pereiro, maar die kon het gat toerijden. Pereiro nam niet meer over, maar won toch de sprint niet.
29'57" later arriveerde het peloton in Montélimar en alweer was McEwen de beste. En er was ook goed nieuws voor Pereiro die morgen mag starten in de gele trui.
Na de zware Pyreneeënrit van gisteren volgde vandaag een overgangsetappe tussen Luchon, dat de Tour voor de 50ste keer verwelkomde, en Carcassonne. De hindernissen voor vandaag waren één col van 2de categorie en drie van vierde categorie.
Vanaf het begin van de wedstrijd vlogen de renners erin. De eerste was Joly (La Française des Jeux). Een Fransman die zich op deze quatorze juillet in de kijker wilde rijden. Spijtig genoeg voor hem kende zijn demarrage niet veel succes. Er volgden nog heel wat aanvallen, waaronder ook van Boonen.
Er waren vandaag ook vier opgaves te noteren waarvan twee van Discovery Channel: Noval en Savoldelli. Deze laatste was gisteren nogal onzacht in contact gekomen met een toeschouwer. De andere twee waren Isaac Galvez (Caisse d'Epargne) en José Alberto Martinez (AG2R).
Ondertussen bleef het alsmaar demarrages regenen in het peloton en vier man raakte definitief weg: Popovych (Discovery Channel), Freire (Rabobank), Ballan (Lampre) en Le Mével (Crédit Agricole). In het peloton werd geen aanstalte gemaakt om de vluchters terug te halen en dus gingen ze met een comfortabele voorsprong de laatste 10km in. Het was Popovych die de debatten opende. Ballan kon terugkeren met Freire in zijn zog, maar voor Le Mével betekende dit het einde. Daarna probeerde Freire het nog een keer en Popovych zelfs nog meerdere malen. telkens was het Ballan die het gat moest dichtrijden en na een zoveelste poging van de Oekraïner was bij de Italiaan het vat af. Freire probeerde zelfs niet om tot bij Popovych te rijden. Zo won die de etappe en redde toch de Tour de France voor Discovery Channel. Ballan werd tweede voor Freire die niet meesprintte.
Tom Boonen won de pelotonsspurt. Popovych sluipt na deze etappe net de top 10 binnen van het algemeen klassement.
Gisteren kon ik jamer genoeg mijn verslag niet schrijven vanwege mijn aanwezigheid bij de opname van Tour 2006.
De 11de rit van Tarbes naar Val d'Aran/Pla de Beret eindigde in Spanje en had vijf cols in petto. Van de favorieten werd tijdens deze etappe veel verwacht. Zij moesten kleur bekennen.
Na zo een 35km wedstrijd werd een kopgroep gevormd met deze vier renners: Juan Antonio Flecha (Rabobank), Iker Camano (Euskaltel), David De La Fuente (Saunier Duval) en Fabian Wegmann (Gerolsteiner).
De eerste klim van de dag was de Tourmalet (B.C.). Toen was het al duidelijk dat Mayo (Euskaltel) weer tekort kwam. Horner (Davitamon-Lotto), Rujano (QuickStep) en bijna het hele Discovery Channel-team konden niet volgen. Thomas Voeckler (Bouygues Télécom) voelde zich wel nog in zijn sas en besloot de achtervolging in te zetten op de vluchters. De La Fuente kwam als eerste boven op de top, Wegmann als tweede.
Dan zette het viertal de afdaling in op weg naar de Col d'Aspin (Cat. 1). Camano was even de aansluiting kwijt geweest met zijn drie medevluchters, maar vond die terug aan de voet van de Aspin. Tijdens die beklimming bleef alles nagenoeg hetzelfde. Ditmaal kwam Wegmann als eerste boven gevolgd door De La Fuente.
De derde col van de dag was de Col de Peyresourde (Cat.1). Hier loste Camano definitief van zijn drie metgezellen en werd hij voorbijgereden door Voeckler. Die had al een flink stuk van zijn achterstand goedgemaakt, maar kreeg dan een inzinking en werd snel door het peloton gegrepen. Zijn populariteit bij het Franse publiek zal ongetwijfeld gestegen zijn. Vooraan had flecha moeten lossen. De La Fuente nam wat voorsprong en pakte zo de eerste plaats op de top voor Wegmann. In het peloton moest Popovych (Discovery Channel) opnieuw lossen. Hij zal zijn ex-ploegmaat lance Armstrong al zeker niet opvolgen.
Toen begon het peloton aan de Col de Portillon (Cat.1). Dit was voor Mayo de berg teveel en hij stapte uit de Tour. Voor de gele truidrager Dessel (AG2R) begon het ook lastig te worden en hij moest het peloton laten rijden, net als George Hincapie (Discovery Channel). Hij kan de hoge verwactingen blijkbaar niet inlossen. In het dal voor de slotklim naar Pla de Beret demarreerden Arroyo (Caisse d'Epargne) en Cunego (Lampre). Ondertussen werden de drie overgebleven vluchters ingelopen door het peloton. ook Arroyo en Cunego bleven niet lang voorop.
Als slotstuk volgde de klim naar Pla de Beret. Hier vielen de renners stuk voor stuk af en zeven renners bleven over: Landis (Phonak), Klöden (T-Mobile), Sastre (CSC), Evans (Davitamon-Lotto), Leipheimer (Gerolsteiner) en een duo van Rabobank Boogerd en Rasmussen. Klöden moest als eerste lossen, nochtans had het werk dat T-Mobile had verricht op de Portillon veel moois voorspeld. Ook Boogerd kon vooraan niet meer mee, wat zeer begrijpelijk was aangezien hij de hele dag al had gewerkt voor Rasmussen. Anders had hij zonder twijfel nog veel langer meegekund en misschien wel een mooie ritzege op zijn palmares kunnen bijschrijven. Leipheimer, Landis en Menchov gaven af en toe een prik en bleven met z'n drieën over. Menchov won de spurt en Landis pakte dankzij de bonificatieseconden nipt het geel.
Onze landgenoot Wilfried Cretskens (QuickStep) reed de rit niet uit.
In de 11de rit van Cambo-Les-Bains naar Pau kregen de renners de eerste doortocht door de Pyreneeën voorgeschoteld. Ze moesten over de Col d'Osquich, de Col du Soudet en de Col de Marie Blanque.
Vanaf de start ging het er al snel aan toe, zo was onder andere Johan Vansummeren (Davitamon-Lotto) mee in een korte ontsnapping. Maar nog heel wat anderen roerden zich in het peloton, waardoor deze vlucht geen kans op slagen had. Even werd het peloton opgehouden door een protestactie, maar veel tijd verloren ze hier niet.
Een groep van 13 raakte weg uit het peloton: Landaluze en Isasi (Euskaltel), Vasseur (QuickStep), Voigt (CSC), Posthuma (Rabobank), Moreni (Cofidis), Rinero (Saunier Duval), Da Cruz (La Française des Jeux), Bennati (Lampre), Mercado (Agritubel), Dessel (AG2R), Sprick (Bouygues Télécom) en ook nog Quinziato (Liquigas). Oorspronkelijk maakten ook Steegmans (Davitamon-Lotto) en Hushovd (Crédit Agricole) deel uit van deze ontsnapping. Het peloton had toen nog meer dan 130km voor de boeg.
Op de Col du Soudet reden Dessel en Mercado weg van hun kompanen. In het peloton ging het iets minder vlot voor Iban Mayo (Euskaltel), hij moest de rol lossen. In de mistige afdaling van de Col de Soudet slaagden Landaluze, Rinero, Isasi, Vasseur en Moreni erin bij het kopduo aan te sluiten. Samen fietsten ze de Col de Marie Blanque tegemoet en dit met een zeer ruime voorsprong op het peloton, aangevoerd door T-Mobile.
En het tweetal Dessel-Mercado toonde dat ze wel degelijk de sterkste van de bende waren, want opnieuw lieten ze hun metgezellen achter. In de achtergrond waren het ploegmaats Leipheimer en Fothen (Gerolsteiner) die het even moeilijk hadden. Leider Honchar hing steeds achterin het peloton. Rasmussen (Rabobank) kwam als eerste boven van het peloton en pakte zo punten voor de bergtrui.
In volle finale probeerde Mercado schijnbaar te oveleggen met Dessel. Die was al zeker van de gele trui en de bolletjestrui, dus wilde Mercado zijn ritzege veilig stellen. Ze leken echter tot geen akkoord te komen en daarom liet Mercado Dessel al het kopwerk voor zijn rekening nemen. En dat heeft blijkbaar geloond, want Mercado was de snelste aan de meet.
Na de rustdag van gisteren wachtte het peloton een rit van bijna 170km tussen Bordeaux en Dax. De negende rit was ook de meest vlakke uit deze hele Ronde van Frankrijk.
Al vlug na de start ontstond een kopgroep van 3 renners: Walter Beneteau (Bouygues Télécom), Stéphane Augé (Cofidis) en Christian Knees (Milram). het peloton liet ze een hele tijd begaan en zo liep de voorsprong van het drietal op tot boven 7'30". Maar nadien zetten de spurtersploegen het offensief in en slonk de voorsprong van de koplopers.
Die bleven echter niet bij de pakken zitten. Zeker Knees niet, hij probeerde het tot drie keer toe, maar werd telkens teruggehaald door de twee Fransen. Nadien ondernam Beneteau nog twee wanhoopspogingen, maar ook hij slaagde niet in zijn opzet. Op 4km van de aankomst in Dax liep het peloton hen in.
Dan volgde de massasprint. Iedereen keek met argusogen naar Tom Boonen (QuickStep-Innergetic), zou hij eindelijk zijn etappe winnen of zou hij weer tekort komen? Even leek het goed te gaan voor de wereldkampioen, maar opeens kwamen langs links Freire (Rabobank) en McEwen (Davitamon-Lotto) opzetten. Het was Freire die het nipt haalde en zo zijn tweede ritzege boekte. Honchar (T-Mobile) blijft in de gele leiderstrui. Morgen trekt de Tourkaravaan de Pyreneeën in.
De achtste rit in deze 93ste Tour de France bracht de renners van Saint-Méen-Le-Grand naar Lorient en dat over een afstand van 181km.
Zes vluchters kleurden de etappe: Mario Aerts (Davitamon-Lotto), Matthias Kessler (T-Mobile), David Zabriskie (CSC), Kjell Carlström (Liquigas), Patrice Halgand (Crédit Agricole) en Sylvain Calzati (AG2R). Hun maximale voorsprong bedroeg meer dan zeven minuten. Op 30km van Lorient plaatste Calzati een snedige demarrage. Halgand en Carlström zetten de achtervolging in. Calzati bleef echter buiten bereik en won de etappe. De twee zouden wel uit de greep van het peloton blijven. Carlström won de spurt voor de 2de plaats.
In het peloton kwam er nooit een grote organisatie van de spurtersploegen. Lampre probeerde wel wat, maar toen Boonen op 14km van de meet lek reed, viel alles compleet stil. Het peloton spurtte dus voor een ereplaats en Boonen stelde opnieuw teleur. Uit zijn reactie aan Sporza-tv liet hij verstaan dat hij het stilaan beu wordt. Blijkbaar zit de wereldkampioen in een dipje.
Morgen is er een rustdag. Die zullen de renners en hun entourage doorbrengen in Bordeaux. Na de rit werden ze naar daar overgevlogen.
Gisteren kreeg de wielerwereld het droeve nieuws te horen dat ex-ploegleider Lomme Driessens op 94-jarige leeftijd overleden is. Hij stierf in het ziekenhuis van Vilvoorde waar hij al een maand was opgenomen na een val. Donderdag wordt hij begraven.
In 1912 werd hij als Guillaume Driessens geboren en startte later een carrière als renner, maar die kwam nooit van de grond. Na de Tweede Wereldoorlog werd hij masseur en verzorger van de legendarische Fausto Coppi. Ook andere grote namen zoals Van Looy, Merckx en Maertens had hij ooit onder zijn hoede. Hij was ploegleider van 1947 tot 1986. Tijdens die jaren won hij met zijn renners zeven keer de Tour de France en zeven keer de wereldtitel.
Hij stond bekend als een echte motivator van de renners en was een groot tegenstander van vrouwen in de koers. Hij vond dat die in die wereld niets te zoeken hadden. Een andere opmerkelijke uitspraak van hem was deze: Liever vecht ik dan te werken met een grote coureur. Want als die wint is het normaal en als hij verliest is het de schuld van de ploegleider.
Enkele reacties:
-Eddy Merckx: Hij stond steeds achter zijn renners en bezat een uiterst sterke persoonlijkheid.België verliest weer een grote naam in de wielersport.
-Freddy Maertens: Tweemaal werd ik wereldkampioen bij hem, in 1976 en 1981. Hij zorgde ervoor dat mijn carrière een nieuwe boost kreeg. Hij bleef geloven in mij daar waar anderen mij al lang hadden afgeschreven.
Begin vorige week brak in Spanje een groot dopingschandaal los. Daarbij werden vijf mensen aangehouden. Eufemiano Fuentes (arts) en José Luis Merino (labobaas) zijn ondertussen vrijgelaten door het betalen van een borgsom van maar liefst 120 000 euro. Ook Ignacio Laberta (adjunct-sportdirecteur bij Comunidad Valenciana) en Alberto Leon (mountainbiker) lopen alweer op vrije voeten. Manolo Saiz, manager van Liberty Seguros, was woensdag al vrij.
Ondertussen liet Liberty Seguros weten dat het toch doorgaat met de sponsoring tot het einde van het seizoen. Maar de vraag is of het team, samen met Comunidad Valenciana, nog wel zal toegelaten worden in de Tour. Als dat niet het geval is staat Unibet alvast te trappelen om hun plaats in te nemen.
Bij T-Mobile heeft manager Olaf Ludewig aan zijn renners gevraagd om een schriftelijke verklaring te geven waarin ze zeggen dat ze niets met de hele zaak te maken hebben. Van Oscar Sevilla, een renner van het Duitse team zijn er op de tape van de Spaanse politie beelden te zien. Sevilla ontkent dat hij iets met doping te maken heeft en zegt dat hij bij Fuentes kwam om testen af te leggen. T-Mobile behoudt voorlopig het vertrouwen in Sevilla.
Er zijn volgens de Duitse krant Süddeutsche Zeitung ook beelden van Santiago Botero en José Enrique Gutierrez, hij werd afgelopen weekend nog tweede in de Giro. Beiden rijden voor Phonak.
Terwijl de renners in de Giro een zware slotweek aan het afhaspelen zijn is er jammer genoeg een groot hoofdstuk negatieve publiciteit voor het wielrennen. Eerder deze week raakte bekend dat de Spaanse autoriteiten een groot dopingschandaal op het spoor zijn gekomen.
De bal ging aan het rollen in februari toen in enkele hotels waar Spaanse ploegen verbleven naalden en bloedzakjes gevonden zijn in vuilnisbakken. Dinsdag werden dan enkele mannen aangehouden. De meest bekende onder hen was Manolo Saiz, ploegleider van Liberty Seguros, en vroeger van onder meer ONCE. Hij werd gisteren echter alweer vrijgelaten omdat hij enkel als klant gehandeld heeft en er geen gevaar bestaat dat hij zou vluchten. Ook is hij bereid mee te werken aan het onderzoek. De andere vier blijven wel aangehouden. Het gaat om Eufemiano Fuentes, ex-dokter van verschillende teams, Ignacio Laberta, adjunct-sportdirecteur van Liberty Seguros, José Luis Merino, een Madrileense arts en Alberto Leon, een mountainbiker.
Bij huiszoekingen werden verschillende bloedzakjes gevonden en eveneens EPO, groeihormonen uit China en medicijnen uit een Duits ziekenhuis, zo meldt de Spaanse krant El Pais. Het systeem bestond erin dat de renners eerst bloed lieten aftappen, nadien werd daar zuurstof aantoegevoegd en dan kregen ze het opnieuw ingespoten. Dit is bedoeld om de weerstand te vergroten. Deze praktijken vonden onder andere plaats in een appartement in de Spaanse hoofdstad Madrid. De Spaanse politie plaatste daar een camera en maakte zo beelden van de zondaars. Ook heeft men fiches teruggevonden met namen. In totaal zijn het er 200 en heel wat van hen maken deel uit van Spaanse topploegen. Volgens El Pais heeft Spanjes grootste talent, Alejandro Valverde (Caisse d'épargne - Illes Balears), met heel deze zaak niets te maken.
De afgelopen dagen zijn ook enkele toprenners van andere ploegen in verband gebracht met dokter Fuentes. Zo zou hij contacten hebben met CSC en dokter Cecchini, die begeleider zou zijn van Basso. Bjarne Riis, manager van CSC liet ondertussen weten dat ze met geen van beiden samenwerken. Een andere grote naam die opduikt in de berichten van de Spaanse radiozender Cadena Ser is Ullrich. Hij wordt eveneens gelinkt aan Fuentes, maar ook T-Mobile ontkent.
Ondertussen heeft Liberty Seguros gezegd zich terug te trekken uit het peloton.
De 14de etappe van Aoste naar Domodossola bracht het Giropeloton in Zwitserland. Er stonden ook 2 bergen op het programma, namelijk de Sint-Bernardspas (1875m) en de Simplonpas (2005m). Wie niet meer meereed vandaag was Rujano (Selle Italia). De Colombiaan stapte gisteren uit de Giro op 3km van de streep in La Thuile.
Een groepje van elf renners reed als eerste over de top van de Sint-Bernardspas: Baliani en Laverde (Panaria), Tschopp en Zampieri (Phonak), Casar (La Française des Jeux), Schumacher (Gerolsteiner), Flores (Euskaltel), Illiano (Selle Italia), Tiralongo (Lampre), Parra (Cofidis) en Perez (Caisse d'épargne).
Er was onderweg slecht nieuws voor de Belgen, want Staf Scheirlinckx (Cofidis) moest opgeven na een val. Hij brak daarbij het sleutelbeen en enkele beentjes in de hand. Normaal mocht hij aantreden in de Tour de France, maar zijn deelname valt nu in het water.
De elf raakten samen over de Simplonpas, enkel Parra had af en toe wat moeite, maar kon uiteindelijk de rest toch bijbenen. Balliani fietste als eerste over de top en rijfde zo de bergtrui binnen. Daarna volgde nog een lange afdaling en er werd geen poging ondernomen om te demarreren. Het peloton bevond zich op een ruime achterstand van de kopgroep. Op 10km kwam dan de eerste aanval, die was van Parra. Hij probeerde het even later nog eens, maar ook dan slaagde hij niet in zijn opzet. Perez en Laverde hadden meer succes toen ze op 5km met z'n tweeën de anderen achterlieten. Ze sprintten voor de zege en Laverde bleek de sterkste.
De 13de etappe was er een van Alessandria naar La Thuile. De enige berg van de dag die de renners over moesten was de Colle San Carlo (1951m). Nadien volgde nog een afdaling van 8km tot de aankomst.
Zes renners kleurden de rit door een vlucht op te zetten na een goede 80km wedstrijd. Het waren Knees (Milram), Poilvet (Crédit Agricole), Bruseghin (Lampre), Serpa (Selle Italia), Julia Cegarra (Caisse d'épargne) en Bonnaire (Bouygues Télécom). Toen het zestal op 20km van La Thuile de Colle San Carlo aanvatte hadden ze nog een minuut voorsprong.
Het wolkendek was de hele dag al grijs en dicht en heel vaak vielen er regenbuien door, dit maakte dat de klim nog zwaarder was dan anders. Vooraan reden Bruseghin en Serpa alleen, maar Bruseghin kon het tempo van zijn metgezel niet aan en zakte weg. Uit het peloton reed Rujano weg tot bij zijn ploegmaat Serpa. Ze werden beiden echter ingehaald door wat er nog restte van het peloton.
Uiteindelijk bleef een groepje van acht op kop: Caruso en Scarponi voor Liberty Seguros, Piepoli en Simoni voor Saunier Duval, Basso en Sastre voor CSC, Gutierrez (Phonak) en Rujano (Selle Italia). Het duo van Saunier Duval en Basso hielden het het langste vol. Simoni moest even later echter ook de rol lossen. In de afdaling was Basso zeer behoedzaam en zo had Piepoli voldoende voorsprong om de dagzege binnen te rijven. Basso zelf vergroot dan weer zijn leiderspositie in het algemeen klassement.
De 8ste etappe bracht de renners van Civitanova Marche naar de Passo Lanciano op 1294m hoogte. Een etappe in de Abruzzen dus, dit betekende een grote motivatie voor Danilo Di Luca die van deze streek afkomstig is.
Na een zestigtal kilometer ontstond een kopgroep van 14 renners: Baguet (QuickStep), Kuyckx (Davitamon-Lotto), Moletta (Gerolsteiner), Bruseghin (Lampre), Sorensen (CSC), Niermann (Rabobank), Calzati (AG2R), Perez (Caisse d'épargne), Flores (Euskaltel), Cortinovis (Milram), Anza (Selle Italia) en Edaleine en Poilvet voor Crédit Agricole. Ook Pinotti (Saunier Duval) was één van hen, maar die raakte als eerste achterop. In het peloton waren het Liquigas en Saunier Duval die het werk voor hun rekening namen, respectievelijk voor Di Luca en Simoni. Naarmate de slotklim dichterbij kwam, probeerden vooraan renners weg te rijden. Zo ook onze Serge Baguet, maar een solo zat er niet in. Bruseghin plaatste een demarrage op het begin van de klim. Hij zou echter bijgehaald worden door de favorieten.
Op de Passo Lanciano hield Sastre (CSC) er, in dienst van Basso, een hoog tempo op na. Slechts enkelen konden mee: Simoni (Saunier Duval), Piepoli (Saunier Duval), Cunego (Lampre), José Enrique Gutierrez (Phonak), Mazzanti (Panaria), Caruso (Liberty Seguros), Rujano (Selle Italia) en Di Luca. Opvallend was dat Savoldelli (Discovery Channel) het tempo van dit groepje niet aankon. Ook Di Luca hield lange tijd aan het rekkertje en op 5km van de top moest hij lossen.
Iedereen zat te wachten op een demarrage van de overblijvende Italiaanse topfavorieten: Basso, Cunego en Simoni. Het was echter eerst Rujano, de derde van vorig jaar, die het vuur aan de lont stak. Hij raakte niet ver weg en Cunego plaatste dan maar een snedige demarrage. Enkel Basso kon mee en het duurde niet lang of hij ging er al alleen vandoor. Niemand vormde nog een bedreiging voor hem en Basso fietste zich zo in het roze. Savoldelli kwam binnen in een groepje op 2'20".
De 2de etappe in deze 89ste Giro bracht de renners van Bergen naar Charleroi in 197km. 4 renners reden lange tijd op kop: Arnaud Labbe (Bouygues Télécom), Mickael Delage (La Française des Jeux), Gabriele Missaglia (Selle Italia) en Albizuri (Euskaltel). Op de Cote de Silenrieux plaatste Labbe een demarrage, maar dat was enkel om alleen over de top te rijden. Even later werd hij weer bijgehaald door zijn 3 kompanen. Hij fietst morgen rond in de bergtrui, want hij heeft evenveel punten als Savoldelli en die draagt de roze trui. In het peloton waren het de mannen van Milram en Davitamon-Lotto die werkten, respectievelijk voor Petacchi en McEwen. Vooraan liet Messaglia zijn medevluchters achter, enkele kilometers verder sloot Albizuri bij hem aan. Hun poging was tevergeefs, het peloton greep hen op 20km van de meet. De renners stevenden af op een pelotonsspurt. Milram zette een heuse trein op voor hun kopman Petacchi, maar die kon het werk niet afmaken. Het was McEwen die de sprint won voor Pollack en Bettini. Savoldelli blijft in het roze.
Vandaag is in het Luikse Seraing de strijd om de roze trui van start gegaan. De Giro-karavaan zal de komende vier dagen in Wallonië blijven, daarna trekken de renners naar Italië. De Ronde van Italië is in ons land omdat het precies 60 jaar geleden is dat België en Italië het Accord du Charbon sloten. België had immers nood aan werkkrachten en Italië aan steenkool. Ook wil men van de gelegenheid gebruik maken om de mijnramp in Marcinelle, 50 jaar terug, te herdenken. Hierbij kwamen 262 mensen om het leven.
Er werd begonnen met een proloog van 6,2km in Seraing. Op dit kleine parcours was een klimmetje aanwezig en voor de meesten was het een lastig traject. De topfavorieten in deze Giro zijn Italianen: Basso (CSC), Cunego (Lampre), Di Luca (Liquigas), Savoldelli (Discovery Channel) en Simoni (Saunier Duval). Zij moesten zorgen dat ze niet te veel tijd verloren op elkaar en dat was voor hen geen al te zware opdracht. Savoldelli won zelfs de kleine tijdrit en deed dat zeer indrukwekkend. Als Giro-winnaar van de laatste editie mocht hij als laatste van start gaan en hij verpulverde de tijd van McGee (La Française des Jeux).
Top 10
01.P.Savoldelli
6,2 km in 7'50"
02.B.McGee
op 11"
03.J.E.Gutierrez Cataluna
13"
04.S.Schumacher
13"
05.S.Honchar
15"
06.F.Perez
16"
07.J.I.Gutierrez Palacios
16"
08.M.Rogers
17"
09.D.Rebellin
18"
10.D.Di Luca
19"
13.I.Basso (23")
15.D.Cunego (25")
16.G.Simoni (26")
Deze tijden gelden eveneens voor het algemeen klassement.
Na 25km wedstrijd reed een duo op kop: Frédéric Finot (La Française Des Jeux) en José Luis Arrieta (AG2R). Ze konden hun voorspong opbouwen tot meer dan 7 minuten, maar op 77km van de aankomst was hun rijk al uit. Daarna volgden enkele ontsnappingspogingen, maar tot op 63km van het einde slaagde niemand in zijn opzet. Toen raakten Oscar Freire (Rabobank) en Alexander Moos (Phonak) wel weg uit het peloton.
Liquigas, de ploeg van Danilo Di Luca, zette zich voor de volle 100 procent in om het vluchtersduo te vatten. Hun kopman nadert met het oog op de Giro d'Italia namelijk stilaan zijn topconditie. Op de Cote de Bohissau stak Bettini zijn neus even aan het venster en liet daarna zijn ploeg QuickStep werk maken van de achtervolging. Vooral Serge Baguet bleek vandaag heel sterk te zijn.
Op ongeveer 13km van de meet begon het uitgedund peloton aan de beklimming van de Cote de Ahin. Hier werden Freire en Moos bijgehaald. Er ontstond een kopgroepje van vier renners: Kessler (T-Mobile), Astarloa (Team Barloworld), Bettini (QuickStep) en Valverde (Caisse d'Epargne). Bettini reed de hele dag zeer nerveus rond, zo botste hij bijna op een wagen die op het voetpad geparkeerd stond. Het kopgroepje smeltte samen met enkele achtervolgers, waarbij klinkende namen als Basso (CSC), Frank Schleck (CSC), Danilo Di Luca (Liquigas) en Sinkewitz (T-Mobile). Onder impuls van deze laatste raakten zeven renners voorop. Schleck, Bettini, Valverde, Di Luca, Sanchez (Euskaltel) en David Etxebarria (Liberty Seguros) vergezelden Sinkewitz. Even later sloot ook Marzoli (Lampre) aan.
Maar de vluchters bleven niet voorop tot de Muur van Hoei, want op iets meer dan 4km haalde een groep met onder andere Björn Leukemans (Davitamon-Lotto) hen bij. Diezelfde Leukemans demarreerde op 2,5km van de streep, maar tijdens de beklimming van de Muur van Hoei werd hij overspoeld door de achtervolgende groep, die ondertussen al flink was uitgebreid. De laatste kilometer was zeer spannend. Astarloa probeerde weg te rijden, maar dat lukte hem niet. Het werd dan een nek-aan-nekrace tussen Sanchez, Valverde en Kroon (CSC) en van hen was Valverde de beste.
Tom Boonen geniet nu wel van een vakantie, maar niet alle renners zitten stil. Gisteren is men namelijk begonnen aan het drieluik Amstel - Waalse Pijl - Luik-Bastenaken-Luik. Erwin Thijs (Unibet) was er alvast klaar voor, hij gleed immers mee in een vroege vlucht. Zijn medevluchters waren Moreau (AG2R), Albasini (Liquigas), Schmitz (T-Mobile) en Weissinger (Skill-Shimano). Moreau loste na enige tijd uit de kopgroep. Weissinger zal deze Amstel niet snel vergeten, want hij werd uit de wedstrijd gezet. Nadat hij was lek gereden, profiteerde hij iets te veel van de volgwagen en werd daarom door de wedstrijdjury uit de race gehaald. Zo bleven enkel nog Thijs, Albasini en Schmitz voorop. De drie reden op zo'n 50km van het einde opnieuw in het peloton.
Daarna volgde een onrustige fase met lekke banden en ontsnappingspogingen. Op meer dan 30km raakten drie renners weg: Astarloa (Team Barloworld), Bertagnolli (Cofidis) en Wesemann (T-Mobile). Deze laatste slaagde erin van zijn kompannen weg te rijden. Op de Keutenberg, iets meer dan 10km van de streep, had Wesemann het gezelschap van Bettini (QuickStep). In de achtergrond was Erik Dekker (Rabobank) uit de wedstrijd gestapt na een lekke band, zo maakte hij een eind aan zijn laatste Amstel Gold Race. Enkele renners sloten bij het tweetal aan en met nog 8km te gaan viel de Luxemburgse kampioen Frank Schleck (CSC) aan. Hij bleef uit de greep van de achtervolgers en kwam zo als eerste boven op de Cauberg. Wesemann die nog had geprobeerd tot bij Schleck te rijden werd tweede. Boogerd (Rabobank) finishte als derde.
Zoals eerder deze week vermeld, is de schorsing van veldrijder Ben Berden verlengd tot januari volgend jaar. Maar Berden blijft niet bij de pakken zitten. Hij heeft namelijk een nieuwe sponsor gevonden, meer bepaald internetbedrijf webking.be en businessclub EBBB. Zij boden Berden een contract aan tot eind februari volgend jaar. Lang zal Berden dus niet voor zijn team in competitie kunnen komen. Na die eerste weken zal dan worden beslist over een verlenging van het contract. Berden is de enige renner in het team en zal rijden bij de elite zonder contract.