Ik ben Journée Wilfried , en gebruik soms ook wel de schuilnaam PAPOUM.
Ik ben een man en woon in LANDEN (België) en mijn beroep is gepensioneerde , slapen, goed eten en drinken..
Ik ben geboren op 04/06/1944 en ben nu dus 80 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: wielersport en tafeltennis, geschiedenis, reisverhalen, chansons, humor..
C'est plein d'Uylenspiegel Et de ses cousins Et d'arrière-cousins De Breughel l'Ancien
Le plat pays qui est le mien.
Tous les chemins qui mènent à Rome Portent les amours des amants déçus et les mensonges des anges déchus.
Pelgrim
Wat zich gaande voltrekt in de ziel van de pelgrim is niet een toenemend verlangen naar het bereiken van zijn reisdoel, niet het vinden van het heilige aan het einde van zijn bedevaart, maar zijn overgave aan de ruimte, aan de kiezels op zijn pad, zijn besef van niet-weten, zijn afdalen in de leegte.
Zijn benen worden zijn vrienden, de regen zijn lijden, zijn angst wordt gericht naar de honden langs de weg, het vele legt hij af en hij rust in het Ene. Al trekkend komt hij nergens, voortgaande bereikt hij niets, maar zijn vreugde neemt toe om een bloem en een krekel, om een groet en een onderdak.
Zijn reisdoel en zijn thuis vloeien samen aan de horizon, hemel en aarde vinden elkaar op het kruispunt van zijn hart. Het heilige verdicht zich in de dieren en de dingen. Zijn aankomst ligt verborgen in de wijsheid van het Zijn.
Catharina Visser
De Weg.
In de verte gaat een pelgrim, eenzaam over het pad. Met een blik voorwaarts, eindeloos turen naar het pad. Het pad dat hem leidt, de wind die hem begeleidt. Samen èèn met de natuur, de geur,het geluid en omgeving. Daar toont de schepping hem, nederig dat het pad van zand zo hard als steen is. Soms ook warm,koud en nat. De pelgrim stapt over het harde pad, met als enige vriend zijn schaduw. Samen op hun weg.
When we got to the sea at the end of the world We sat down on the beach at sunset We knew why we had done it To know our lives less important than just one grain of sand.
En camino de Santiago Sur le chemin de St Jacques Iba una alma peregrina Allait une âme pérégrine Una noca tan obscura Une nuit si obscure Que ni una estrella lucia ; Que ne brillait aucune étoile ;
Le patron de toutes les filles C'est le saint Jacques des Bourdons; Le patron de tous les garçons C'est le saint Jacques des Coquilles. Nous pouvons tous les deux nous donner un bouquet, Coquilles et bourdons exigent que l'on troque; Cet échange affermit l'amitié réciproque, Et cela vaut mieux qu'un œillet.
Dat een pelgrim bij terugkomst niet wordt herkend door de mensen thuis, is een geliefd thema in middeleeuwse pelgrimsverhalen. Waarschijnlijk wil de legende daarmee aanduiden, dat de pelgrim door zijn bedevaart een ander mens is geworden; hij is op Christus gaan lijken. Dat wordt uitgedrukt door de omstandigheid dat de mensen van vroeger de teruggekeerde pelgrim niet meer herkennen: hij beantwoordt niet meer aan het oude beeld, dat zijn nog hebben; de pelgrim is een nieuwe mens geworden.
Betrouw geen pelgrim met een baard Die met een schooikroes geld vergaart Al beed'lend langs de wegen sjokt En met een deerne samenhokt.
Priez pour nous à Compostelle - Barret et Gurgand - 1977.
Par milliers, par millions, le besace à l'épaule et le bourdon au poing, ils quittaient les cités, les chateaux, les villages, et prenaient le chemin de Compostelle. Gens de toutes sortes et tous pays, ils partaient, le coeur brulant, faire leur salut au bout des terres d'Occident, là où la mer un jour avait livré de corps de l'apotre Jacques.
Ik had het eerst niet in de gaten, en opeens zàg ik het spoor dat jij voor mij hebt nagelaten.
Mon père .
Assis dans un vieux fauteuil Recouvert d'un plaid usé, Il rêve de son passé, En attendant le sommeil.
La fumée d'un cigare Flottant au-dessus de lui, D'une auréole, pare, Sa tête grise, de nuit.
Vêtu d'un pantalon gris, Chemise de flanelle Sous le tablier bleu sali. Sa casquette est belle.
Il sait déjà que demain, Sera le grand jour pour lui. Mais il ne regrette rien, Et partira seul sans bruit .
***
La mort .
Le jour où tu viendras, A l'aube d'un matin, Me tendre les bras Me chercher par la main, Entre comme moi Par le fond du jardin.
Tu essuyeras tes pieds Sur le grand paillasson, Pour ne pas marquer Tes pas dans le salon, Et n'oublie pas d'ôter Ton noir capuchon.
La table sera mise Et le vin bien chambré, Quand tu sera assise Nous pourrons le goûter, Avant que je ne suive Ton ombre décharnée .
Mais si tu préfères Par surprise me faucher, Au début de l'hiver Ou au soir d'un été, Pousse la barrière Elle n'est jamais fermée.
Avant de m'emporter, De rendre ma valise, Laisse-moi griffonner Une dernière poésie Où je ferai chanter La beauté de la vie.
Ce n'est pas ce matin Que je quitterai le port, Puisque de mes mains J'ai caressé si fort Ses lèvres de satin Que je t'oublie, la mort.
+++
SEUL SUR LE CHEMIN .
J'ai traversé des villes, J'ai longé des cours d'eau J'ai rencontré des îles J'ai cotoyé le beau !
Tout au long du voyage Rien ne m'a retenu Même pas un signe de croix Tracé d'une main tremblante.
Le vent, la mer, la pluie M'ont façonné le coeur. Je suis leur propre image, Immuable douleur.
Je fais signe aux oiseaux, Seuls amis de ce monde, Qui m'entraînent dans une ronde A m'en crever la peau.
J'ai traversé des coeurs, J'ai rencontré des bras, J'ai caressé des fleurs, J'en ai ceuilli pour toi.
TENNIS DE TABLE MESATENISTA PING PANG QIU TISCHTENNIS TABLE TENNIS
photos courtesy ITTF
乒乓球 Stolni tenis Tenis Stolowy
ITTF TABLE TENNIS Classement mondial 26 - 08 - 2012 World Ranking Weltrangliste Ranking Mundial Värlen Rangordning Classifica Mondiale MESSIEURS : 1. ZHANG Jike - CHN 2. MA Long - CHN 3. XU Xin - CHN 4. WANG Hao - CHN 5. MIZUTANI Jun - JPN 6. MA Lin - CHN 7. BOLL Timo - GER 8. CHUANG Chih-Yuan - TPE 9. OVTCHAROV Dim - GER 10. WANG Liqin - CHN 11. JOO Se Hyuk - KOR 12. OH Sang Eun - KOR
-- DAMES : 1. DING Ning - CHN 2. LI Xiaoxia - CHN 3. LIU Shiwen - CHN 4. GUO Yan - CHN 5. ISHIKAWA Kasu - JPN 6. FUKUHARA Ai - JPN 7. FENG Tianwei - SIN 8. KIM Kyung - KOR 9. GUO Yue - CHN 10. WANG Yuegu - SIN 11. WU Yang - CHN 12. TIE Yana - HKG
De noodklok belt slechts éénmaal Komt weldra de ultieme speeltijd Ademen voor de laatste maal Gelukkig geen haat noch nijd Toch af en toe een flater Een zorg is dit voor later Lopen van os naar ezel Toch af en toe een flater Niet knikkers tellen, wel het spel Lopen van os naar ezel Dagelijks goed aan de kost Niet knikkers tellen, wel het spel Verwachtingen zelden ingelost Dagelijks goed aan de kost De beste blijft mijn moeder Verwachtingen zelden ingelost Water is het kostelijkste voeder De beste blijft mijn moeder Om bestwil een toontje lager zingen Water is het kostelijkste voeder Op zoek naar de diepte der dingen Om bestwil een toontje lager zingen Komt het varksken met de lange snuit Op zoek naar de diepte der dingen Nu is dit pantoumeke bijna uit Komt het varksken met de lange snuit Ademen voor de laatste maal Nu is dit pantoumeke bijna uit De noodklok belt slechts éénmaal.
Tibertyn. ***
Kleine mensenhand strooit op winterse dag kruimels voor de mus.
Schelpen op het strand die worden door de branding voor ons kind gebracht.
Molens in de wind draaien, draaien, en draaien in het vlakke land.
Kerstman in de straat borstelt met grote bezem sneeuw weg van de stoep.
De dode takken breken af bij felle wind van de avondstorm.
Kreten in de nacht van kikkers in de vijver lokken de reiger.
Hulpeloos jong lam verloren tussen struiken waar de wolf vertoeft.
De werkzame bij zoekt in de roze bloesems lekker naar honing.
The country with the biggest population in the world, the People's Republic of China, regards this sport as the most important.”
De pelgrim.
Hij is op de weg alleen al weet hij nog niet waarheen maar ergens stond geschreven dat hij die richting moest gaan en aarzelt hij soms even langs de eindeloze baan terwijl hij in zijn hart voelt dat velen eerder gingen mijmerend over dingen terwijl een windje afkoelt .
Verder dan Rome loopt de weg.
Ervaringen van een pelgrim.
27-12-2009
Terug naar het Noorden.
Het was nog vroeg in de bleke ochtend toen ik wakker werd, en ik wist zo'n twintig nare seconden werkelijk niet wie de man was die in dat bed had geslapen. Ik voelde mij iemand anders, een vreemdeling, een voorbijganger, daar op die kamer, doch ik had geen angst. Mijn lang leven was een gekwelde tijd geweest. Voorbij negentienduizend dagen, een afgerolde bobijn, voorbij twee derden van mijn bestaan, en precies was ik gekomen op de scheidingslijn van de som van de twee eerste delen, jeugd en volwassenheid en van dat volgende deel, mijn toekomst, mijn oude dag. In de prille ochtend, daar en toen, werd ik echt wakker toen ik in de frisse badkamer stond van het Hotel Flora. De weg die verder loopt dan Rome had ik ver genoeg afgelegd. Nu brak voor de oudere mens die ik was geworden een nieuwe dag aan die me terug huiswaarts zou laten keren. Al de andere dagen van de rest van mijn leven waren in aantocht. Ik moest weer op pad. Om sterk te zijn nam ik een heerlijk ontbijt met water, koffie, broodjes met honing, kaas en hesp. Daarna op de hotelkamer sorteerde ik mijn spullen. Al wat ik niet meer nodig zou hebben was bestemd voor de afvalberg van de lieflijke stad Frascati. Met enige moeite kon ik overschakelen van zes tassen naar twee volle Karrimors en een sportzak. De rekening werd betaald met een Golden Eurocard om te bewijzen dat iemand die met de fiets reist even kredietwaardig is dan zij die met dure wagens hotels bezoeken. Mon ami l'africain was nog altijd van dienst. Die keurige kerel kwam me 'bonne chance' wensen toen ik wegreed.
Goeie vaart tussen de bomen in de bergaf van Viale Veneto, maar even is het toch weer ' ik-riskeer-mijn-leven ' op de steenweg tussen de wagens. Terwijl de mooie stad van Stan Ockers achter me nog in de zon blinkt rijd ik terug door de campagna romana op de Via Appia Antiqua. Ik stop weer aan de winkel op vier wielen die ik al de vorige dag bezocht en daar koop ik blikjes cola. Tiens, ... die oude erotische werkster van gisteren zit er nog steeds op haar stoel en zij is in slaap gevallen met een flink stuk van haar Dolce Vita bloot. Zo'n kleine zelfstandige hoer klopt dus nog langere werkdagen dan de vrachtwagenchauffeurs in het internationaal vervoer. Dezelfde oudste stiel van het zwakke vlees wordt wat verder op de antieke heirbaan eveneens uitgeoefend door zwarte meisjes, die met de heren achter de struiken verdwijnen 'per amore con soldi' . Wat later, doch nog steeds een stuk voor het middaguur, zie ik een schitterende negerin in een te klein geel kleedje uit een grote wagen stappen.Minder dan twéé minuten later rijdt zij me al weer voorbij gezeten achteraan op een 50cc motor, met een vrouwenliefhebber met zwarte bril die haar prijs kent en voor haar diensten een hele week had gespaard.
Ik bereik de Catacomben van San Sebastiano. Daar werd, zéér lang vooraleer wielrenners de martelaren van de weg werden genoemd, een imposant kerkgebouw gezet ter ere van de Heilige Sebastiaan, de allereerste martelaar van het vroege christendom. Ik integreer me tussen een groep Engelse bezoekers en daal met hen mee neder naar de ondergrondse wereld, de catacomben die reeds in de XIXde eeuw door de toeristen werden bezocht. Het bezoek is aangenaam alhoewel wat akelig. In de geheime labyrinten waar de eerste gelovigen van de Kerk zich hadden verscholen is het heerlijk fris en zijn er geen onaangename geuren. In de donkere zerkgangen, vol met het stof van massa's lichamen van heiligen, vrome maagden, martelaren, en van duizenden onbekenden, wordt zelfs een moedige pelgrim kleintjes terwijl het begrip ' Memento, homo, quia pulvia es et in pulverem reverteris ' door zijn hoofd wriemelt. Maar de sfeer van de tweeduizend jaren oude begraafplaats wordt op dat moment wat bedorven door enkele boys die onder de grond zich als geile jonge mollen gedragen en hun girlsfriends die giechelen omdat zij in die duistere omgeving gekieteld worden buiten het oog van hun groepsleider.
Nabij Sint Jan van Lateranen post ik de allerlaatste zichtkaartjes van Rome, voor personen die ik bijna vergeten was.Mijn stratenplan is ondertussen verfrommeld maar nog steeds van veel nut. Het is ondertussen lunchuur in Roma City en dus minder druk omdat velen pasta aan het eten zijn. Alzo kom ik vlot tot Roma Termini. In dat spoorwegstation schuif ik aan in de rij voor reservaties om wanneer het eindelijk mijn beurt is te vernemen dat op de trein die ik wil nemen geen plaats meer is. Zo word ik gedwongen van nog één dag langer te blijven. Ik moet nadien aan een ander loket gaan aanschuiven, terwijl mijn fiets en reistassen op korte afstand blijven omdat ook tijdens de laatste uren van een reis de dieven kunnen toeslaan. Het is daar trouwens vol met allerlei onhebbelijk volk. De spoorwegbedienden willen geen kredietkaart aanvaarden en zo verdwijn ik weer uit de rij van de internationale treinreizigers om op zoek te gaan naar een geldautomaat. Iedereen is hier zenuwachtig, vooral ikzelf. Niemand is vriendelijk achter de loketten. Geen flauwe kul, vreemdeling ' Dica ...' wat gij moet hebben, stel geen domme vragen, en ga verder want wij hebben toch zoveel werk en zelfs niet de tijd om een koffietje te gaan drinken. Voor Roma-Namur moet ik 255.700 lires afdokken, en daarbij komt nog 40.600 lires om mijn plaats te reserveren, alsook 24.000 lires voor mijn fiets. Ik betaal met het geld dat ik tien minuten eerder uit de automaat kon halen. Oef, wat duurde dat lang, maar nu heb ik in mijn hand drie kaarten die mij de zekerheid geven dat ik binnen 30 uren zal mogen zingen van ' Arrividerci Roma '. Gelukkig is het toch geen eeuwigheid meer dat ik in deze eeuwige stad zal verblijven, en daarom wil ik nog even doorgaan met een sterk gespierd toeristisch programma. Maar, ik moet eerst en vooral toch nog slaapgelegenheid zoeken voor de komende nacht. Ik beweeg me terug door de drukke straten die ik al redelijk goed begin te kennen. Bij Rosati op de Piazza di Popolo neem ik plaats op het terras en bestel er een fles spuitwater van het merk Appia, insalata, lasagne, voor 35.000 lires. Een uurtje later bereiken Olive Green, ikzelf, en drie barstensvolle reistassen weer de ons vertrouwde jeugdherberg van de Foro Italico. Op kamer 12 krijgen we het bed 10. Het personeel aan de balie bestaat nog steeds uit dezelfde gezichten, maar het bonte jeugdige klienteel is helemaal veranderd, behalve dan het blonde meisje met de gekrulde vlechten en met de Bo-Derek-look. Zij is er nog steeds, vreemd en mooi, een zeemeermin op het droge, een engel die romans leest. Een zwerm jongens drumt zich rond haar, maar niemand krijgt blijkbaar een kans. Zij wacht op de kunstschilder voor wie zij model zal mogen zijn, of op de Marcello Mastroiani van haar dromen.
( tekening van Pieter Breugel die te voet naar Rome was gegaan)
Reacties op bericht (1)
28-12-2009
Lieve groetjes van uit De Klinge
Ik kom je een fijne laatste maandag van het jaar wensen
Ik wens u een jaar, een topper, een knaller, een dagelijkse knuffel een zee van geluk. En niet te vergeten een zuiver geweten, een jaar vol vertrouwen een vleug romantiek. Uniek in je leven, een jaar om te zweven, een jaar zoals niemand er ooit een verwacht.
28-12-2009 om 00:08
geschreven door Lana & Pip
EINDE VAN DEZE BLOG 26 08 2012
Hoe sterk is de eenzame fietser Die krom gebogen over z'n stuur tegen de wind Zichzelf een weg baant
Zoeken in blog
Een bescheiden blik in de geschiedenis van de wielersport is vaak al voldoende om de fascinatie te proeven.
Quand on partait de bon matin Quand on partait sur les chemins A bicyclette Nous étions quelques bons copains Y avait Fernand y avait Firmin Y avait Francis et Sébastien Et puis Paulette
On était tous amoureux d'elle On se sentait pousser des ailes A bicyclette Sur les petits chemins de terre On a souvent vécu l'enfer Pour ne pas mettre pied à terre Devant Paulette Faut dire qu'elle y mettait du cœur C'était la fille du facteur A bicyclette Et depuis qu'elle avait huit ans Elle avait fait en le suivant Tous les chemins environnants A bicyclette
NATHALIE.
La place Rouge était vide Devant moi marchait Nathalie Il avait un joli nom, mon guide Nathalie... La place Rouge était blanche La neige faisait un tapis Et je suivais par ce froid dimanche Nathalie... Elle parlait en phrases sobres De la révolution d'octobre Je pensais déjà Qu'après le tombeau de Lénine On irait au café Pouchkine Boire un chocolat... La place Rouge était vide Je lui pris son bras, elle a souri Il avait des cheveux blonds, mon guide Nathalie... Nathalie Dans sa chambre à l'université Une bande d'étudiants L'attendait impatiemment On a ri, on a beaucoup parlé Ils voulaient tout savoir, Nathalie traduisait Moscou, les plaines d'Ukraine Et les Champs-Élysées On a tout mélangé et on a chanté Et puis ils ont débouché En riant à l'avance Du champagne de France Et on a dansé... La, la la... Et quand la chambre fut vide Tous les amis étaient partis Je suis resté seul avec mon guide Nathalie... Plus question de phrases sobres Ni de révolution d'octobre On n'en était plus là Fini le tombeau de Lénine Le chocolat de chez Pouchkine C'était loin déjà... Que ma vie me semble vide Mais je sais qu'un jour à Paris C'est moi qui lui servirai de guide Nathalie... Nathalie
Marianne de ma jeunesse Ton manoir se dressait Sur la pauvre richesses De mon rêve enchanté
Les sapins sous le vent Sifflent un air étrange Où les voix se mélangent De nains et de géants
Marianne de ma jeunesse Tu as ressuscité Des démons des princesses Qui dans moi sommeillaient
Car ton nom fait partie Marianne de ma jeunesse Du dérisoire livre Où tout enfant voudrait vivre
Marianne de ma jeunesse Nos deux ombres enfuies Se donnèrent promesse Par-delà leurs joies et leur vie
Marianne de ma jeunesse J'ai serré sur mon cœur Presque avec maladresse Ton mouchoir de pluie et de pleurs
Il avait poussé par hasard Dans notre cour sans le savoir Comme un aveugle dans le noir Mon arbre Il était si petit Que c'était mon ami Car j'étais tout petit Comme lui J'attendais de lui le printemps Avec deux ou trois fleurs d'argent Un peu de vert, un peu de blanc Mon arbre Et ma vie s'accrochait A cet arbre léger Qui grandissait Comme je grandissais
Chanson de GILBERT BECAUD
Quand tu n'es pas là Tous les oiseaux du monde Quand tu n'es pas là S'arrètent de chanter Et se mettent à pleurer Larmes de pluie au ciel d'été Quand tu n'es pas là Le silence qui gronde Me donne si froid Qu'un jour ensolleillé Me fait presque pleurer Larmes d'ennui malgré l'été La ville fait de grâces La lune des grimaces Qui me laissent sans joie Les cantiques d'églises Malgré tout ce qu'ils disent Me font perdre la foi Quand tu n'es pas là Tous les oiseaux du monde La nuit sur mon toit Viennent se rassembler Et pour me consoler Chantent tout bas ' Elle reviendra ' Quand tu reviendras De l'autre bout du monde Quand tu reviendras Les oiseaux dans le ciel Pourront battre des ailes Chanter de joie Lorsque tu reviendras !
Le Pianiste de Varsovie Gilbert Bécaud
Je ne sais pas pourquoi Cette mélodie me fait penser à Chopin Je l`aime bien, Chopin Je jouais bien Chopin Chez moi à Varsovie Où j`ai grandi à l`ombre A l`ombre de la gloire de Chopin Je ne sais pas pourquoi Cette mélodie me fait penser à Varsovie Une place peuplée de pigeons Une vieille demeure avec pignon Un escalier en colimaçon Et tout en haut mon professeur Plus de sentiment Plus de mouvement Plus d`envolée Bien bien plus léger Joue mon garçon avec ton coeur Me disait-il pendant des heures Premier concert devant le noir Je suis seul avec mon piano Et ça finit par des bravos Des bravos, j`en cueille par millions A tous les coins de l`horizon Des pas qui claquent Des murs qui craquent Des pas qui foulent Des murs qui croulent Pourquoi? Des yeux qui pleurent Des mains qui meurent Des pas qui chassent Des pas qui glacent Pourquoi Le ciel est-il si loin de nous? Je ne sais pas pourquoi Mais tout cela me fait penser à Varsovie Une place peuplée de pigeons Une vieille demeure avec pignon Un escalier en colimaçon Et tout en haut mon professeur
What does not destroy us makes us stronger.
Rondvraag / Poll
Wie wordt wereldkampioen 2012 bij de profs ?
À la claire fontaine
M'en allant promener, J'ai trouvé l'eau si belle, Que je m'y suis baignée.
Il y a longtemps que je t'aime Jamais je ne t'oublierai.
Sous les feuilles d'un chêne Je me suis fait sécher, Sur la plus haute branche, Un rossignol chantait.
Il y a longtemps que je t'aime Jamais je ne t'oublierai.
Chante, rossignol, chante, Toi qui as le coeur gai, Tu as le coeur a rire, Moi, je l'ai à pleurer.
Il y a longtemps que je t'aime Jamais je ne t'oublierai.
J'ai perdu mon ami Sans l'avoir mérité, Pour un bouquet de roses, Que je lui refusai.
Il y a longtemps que je t'aime Jamais je ne t'oublierai.
Je voudrais que la rose Fût encore au rosier, Et que mon doux ami Fût encore à m'aimer
Turning and turning, the world goes on We can't change it, my friend Let us go riding now through the days Together to the end Till the end
Les bicyclettes de Belsize Carry us side by side And hand in hand, we will ride Over Belsize Turn your magical eyes Round and around Looking at all we found Carry us through the skies Les bicyclettes de Belsize
Spinning and spinning, the dreams I know Rolling on through my head Let us enjoy them before they go Come the dawn, they all are dead Yes, they're dead
Les bicyclettes de Belsize Carry us side by side And hand in hand, we will ride Over Belsize Turn your magical eyes Round and around Looking at all we found Carry us through the skies Les bicyclettes de Belsize
Julia Tulkens .
Hebben wij elkaar gevonden in dit land van klei en mist waar tussen hemel en aarde ons leven wordt uitgewist ?
Ben ik nog schaduw, ben ik al licht, of is d'oneindigheid mijn aangezicht ?
Treed ik in wolken of in hemelgrond ? Er ruist een hooglied aan mijn lichte mond. In uw omarming hoe ik rijzend ril ... Mijn haren wuiven en de tijd valt stil .
Julia Tulkens.
SONNET POUR HELENE
Quand vous serez bien vieille, au soir, à la chandelle, Assise auprès du feu, dévidant et filant, Direz, chantant mes vers, en vous émerveillant : Papoum me célébrait du temps que j’étais belle.
Lors, vous n’aurez servante oyant telle nouvelle, Déjà sous le labeur à demi sommeillant, Qui au bruit de mon nom ne s’aille réveillant, Bénissant votre nom de louange immortelle.
Je serai sous la terre et fantôme sans os : Par les ombres myrteux je prendrai mon repos : Vous serez au foyer une vieille accroupie,
Regrettant mon amour et votre fier dédain. Vivez, si m’en croyez, n’attendez à demain : Cueillez dès aujourd’hui les roses de la vie.
Regretting my love, and regretting your disdain. Heed me, and live for now: this time won’t come again. Come, pluck now — today — life’s so quickly-fading rose.