VEERTIENDE ZONDAG DOOR HET JAAR Mc 6,1-6 Vers 4 :' Maar Jezus sprak tot hen: Een profeet wordt overal geƫerd behalve in zijn eigen stad, bij zijn verwanten en in zijn eigen kring.' Kijken ook wij niet eerder op naar mensen van formaat die van elders komen dan naar even belangrijke mensen uit eigen kring? Precies wat er gebeurde met Jezus. Hij wordt ook profeet genoemd en dat woord betekent in zijn taal: Iemand die God doet komen. En sinds Jezus weten we een beetje beter wie God voor Hem betekende: Hij die er naar verlangt om ons te beminnen. Beleven wij daarbij iets als we dat zinnetje beluisteren zoals jezus het bedoelde ? Hugo Dierick, Rosier 26 2000 A.