VIJFDE PAASZONDAG Joh 15,1-8 Vers 7: 'Als gij in Mij blijft en mijn woorden in u blijven , vraagt dan wat gij wilt en gij zult het krijgen' Hebben wij daar ervaring van ? In feite is dat een heel concrete beschrijving van wat we intimiteit noemen: Geënt zijn, verbonden leven, gehecht, verstrengeld in mekaar, thuis zijn bij mekaar, intiem. Dan mag je alles aan mekaar vragen en dan krijgt ge dat ook van mekaar. Hoe komt het dat we dan krijgen wat we vragen ? Van 't moment dat we zo thuis zijn bij mekaar weten wij perfect wat de andere ons kan geven en zullen wij die nooit overvragen. Rijke vruchten die blijvend zijn. Heb ik in deze paastijd al iets gevraagd aan God of aan wie ook met wie ik geënt leef? Hugo Dierick, Rosier 26, Antwerpen
VIERDE PAASZONDAG Joh 10,11-18 Vers 15b:' Ik geef mijn leven voor de schapen' Wij hebben allemaal het leven gekregen. Daar is Jezus echt van overtuigd. Vandaar zijn voortdurende dankbaarheid naar zijn Vader toe. Hij geeft verder wat Hijzelf gekregen heeft. Van hem hebben wij geleerd dat de zin van het leven is: doorgeven wat je gekregen hebt. Om deze levensvisie niet toe te spitsen en te beperken tot dat laatste moment van ons leven , zouden we Jezus'uitspraak: ' Ik geef mijn leven voor mijn schapen' ook zo kunnen lezen: 'Ik geef mezelf aan mijn schapen.' Dan wordt het iets van elke dag. Wanneer was het weer dat ik mezelf heb kunnen geven? Wat heeft dat teweeg gebracht in mijn leven en dat van die andere(n) Hugo Dierick, Rosier 22.Antwerpen