DERTIENDE ZONDAG DOOR HET JAAR Lc 9,51-62: Vers 57b-58: Iemand zei tot Jezus:' Ik zal U volgen waar Gij ook heen gaat. Jezus sprak tot hem : De vossen hebben holen en de vogels hun nesten, maar de Mensenzoon heeft niets waar Hij zijn hoofd op kan laten rusten. Typerend voor Jezus toch: Jezus gaat in feite nooit ergens naar toe. Hij is altijd onderweg naar mensen en van het ene contact komt het andere. Nooit heeft Hij gezegd dat Hij was aangekomen. Alleen als Hij over zijn Vader sprak, had zijn verblijven iets definiteifs, een thuiskomen. Hugo Dierick, Rosier 26 2000 Antwerpen
TWAALFDE ZONDAG DOOR HET JAAR Lc 9,18-24: Vers 20: ' Maar gij, wie zegt gij dat Ik ben? Nu antwoordde Petrus: De Gezalfde van God.' Wie het kort kan zeggen, heeft het meestal beter begrepen dan wie meer woorden moet gebruiken. Wat is in een woord ? Gezalfde ? In de taal die Jezus sprak was Gezalfde : Messias. En in de taal die de evangelisten gebruikten om hun evangelies te schrijven was Gezalfde: Christus. In feite betekenen al die woorden precies hetzelfde. Hoe zouden wij dat nog anders kunnen zeggen in onze gewone woorden: DOORDRONGEN Van God. Gezalfd dus. Was dat niet het speciale, het specifieke, het aparte van die Man van Galilea ? Hugo Dierick, Rosier 26 2000 Antwerpen.
VEERTIENDE ZONDAG DOOR HET JAAR Lc 10,1-12.17-20 Vers 20: 'Toch moet ge u niet verheugen over het feit dat de duivels aan u onderworpen zijn, maar verheugt u omdat uw namen staan opgetekend in de hemel.' Jezus wil aan zijn leerlingen ook bijbrengen hoe ze best reageren op het 'succes' dat ze behalen als ze in Zijn naam spreken en handelen. Precies zolas Jezus deed. Hij heeft nooit de aandacht op Zijn macht gevestigd maar op het geloof van degene die Hem om een gunst vroeg. Altijd opnieuw: Uw geloof heeft u gered ! Uw vertrouwen heeft het 'wonder' mogelijk gemaakt ! (H)erkennen wij dat ook in onze contacten met gelijk wie ? Zonder vertrouwen lukt er toch niets. Hugo Dierick, Rosier 26, 2000 Antwerpen.
ELFDE ZONDAG DOOR HET JAAR Lc 7, 36 - 8,3: Een vrouw die in de stad bekend stond als een zondares. Vers 50,b: 'Uw geloof heeft u gered.' Water over Jezus' voeten laten vloeien, ze met uw haren afdrogen, zijn voeten zoenen, zijn voeten olieën. Wie deed zoiets ? Alleen die vrouw die in de stad bekend stond als een zondares. En Jezus prijst in haar dat ze zoveel vertrouwen, geloof in Hem heeft waardoor ze zo dicht bij Jezus kon komen , dichter dan gelijk wie ! Wie zo authentiek bemint, wordt even authentiek vergeven en mag gaan in vrede.