TWEEDE ZONDAG DOOR HET JAAR Joh.1,29-34. Vers 29b:' Zie het Lam Gods dat de zonde van de wereld wegneemt.' De zondebok uit het nomadenbestaan van Israêl is voldoende bekend. Het is een oud volksgebruik: al wat er misloopt bij een volk en waar men geen raad mee weet concentreren op één dier en het de woestijn in sturen.. Het heeft iets primitief: de schuld doospelen op een ander. Het heeft iets kinderachtig. Het zegt alles over onze onmacht tegenover het kwaad waarmee wij geconfronteerd worden in de mensengeschiedenis. En dan komt er op een zeker moment een onschuldig iemand op het toneel die wordt beladen met allerlei kwaad dat hij nooit heeft gedaan en Hij neemt alles van anderen op zich. Hij wentelt het kwaad niet af op anderen. Hij begint zijn leven als Christus dan ook in de woestijn en het is niet het volk dat Hem stuurt maar de Geest van Heiligheid. Dit is het keerpunt in onze geschiedenis. Alleen God kan zo iets doen. Is dat niet de essentie van onze verlossing ? Hoe reageer ik zelf op die uitspraak van Johannes ? Hugo Dierick,Rosier.
ZONDAG DOOPSEL VAN CHRISTUS (9-1-11) MT 3, 13-17 Vers 16b: ' En zie, daar ging de hemel open en Hij zag de Geest Gods neerdalen in de gedaante van een duif en over zich komen.' De duif als voorstelling van God's Geest blijft voor ons christenen niet gemakkelijk. Hoe kunnen wij trouwer blijven aan de openbaring tenzij door de openbaringstaal daarbij te gebruiken. Die openbaringstaal is precies de taal van Jezus. In Jezus'taal betekent duif 'jona' en om de volle betekenis van dat woord in zijn taal te vatten, vergeten wij best het beeld (duif) om alle aandacht te geven aan het woord jona. Jona wil als letterwoord zeggen : God's profeet. Als we dan ook nog weten dat profeet in Jezus'taal nabi betekent wat zo veel wil zeggen als : 'wij zullen God doen komen'dan zorgt Gods'Geest ervoor dat God zal komen met stellige zekerheid. Zo krijgen zowel het woord duif als het beeld duif een invulling waarbij wij iets kunnen beleven nml: het verwelkomen van God's liefde. Wat beleef ik bij die woorden bij Jezus'doop als Godsliefde hiermee gemoeid is?
ZONDAG OPENBARING DES HEREN(2-1-11) Mt 2,1-12. vers 1b: ' Kwamen er Wijzen uit het oosten.' Wie waren in die tijd van Jezus'komst die Wijzen? Er staat in feite Magiërs, Astrologen of als we ze toch 'wijzen' willen noemen dan kunnen we van hen zeggen dat zij wijs waren, vaardig in het lezen van de sterren. Hun aantal wordt niet genoemd. Dat wordt alleen afgeleid uit de drie geschenken die ze bij zich hadden. Het eerste geschenk is het pure goud dat zich laat voelen in zijn gewicht en de twee andere zijn aan elkaar verwant : ze laten zich ruiken: wierook en myrrhe. Wierook: heilig reukwerk gericht tot de heiligen. Myrrhe: welriekende stof gebruikt bij het balsemen van het lichaam na de dood. De sfeer daarbij is er één van vertrouwdzijn met elkaar, ontvankelijk, aanhankelijk. Hugo Dierck, Rosier.