TWEEDE ZONDAG IN DE VEERTIGDAGENTIJD Lc 9,28b-36 Vers 29b:' Zijn gelaat veranderde van aanblik en zijn kleren werden verblindend wit. Wij zouden zeggen : schitterend ! Want wat verrast ons het meest en bewaren wij onvergetelijk lang in ons geheugen als de schittering van een aanblik, de helderheid van schitterende ogen, de klaarheid van één woord, de uitstraling van een gelaat, de verblinding van het pure graag zien. All what I want is to remember me as having loving you. Hugo Dierick, Rosier 26 A.
DERDE ZONDAG IN DE VEERTIGDAGENTIJD Lc 13,1-9 Vers 8b: 'Laat mij eerst de grond omspitten en er mest op brengen.' Wij kunnen zo hard werken als we willen en ontzettend veel realiseren . Eén domein ontsnapt ons volledig :Wij kunnen geen groeikracht maken. De zorg wel, het werk ook maar de groeikrach is ons niet geveven. Terwijl de boer slaapt gebeurt het. Wij zijn geen baas over het leven: Wij zijn God niet. Wanneer stoppen wij onze zorg dan ? De vraag die onze samenleving dagelijks bezighoudt. Hugo Dierick, Rosier 26 A