Vers 3 : ' Zijn kleed werd glanzend en zo wit als geen volder ter wereld maken kan.'
Dit gebeurt op een berg: van oudsher een bijzondere plek van bezinning, contact met wat hoger is, waar men meer éénheid beleeft.
Eigenlijk verandert Hij niet van gedaante. Zij zien Hem op die gezegende plek anders, duidelijker, schitterend en zo zal Hij van gedaante veranderen op die andere berg (Golgotha) op het kruis.
Dan laat Hij zien wie Hij echt is: Die zich naar de wil van de Vader wil geven uit liefde tot het einde toe. Aan die ene naast Hem op het kruis die Hem niets verwijt, zal Hij zeggen wie Hij is: Vandaag nog zult gij met Mij in het paradijs zijn!
Twee bergtoppen, twee gedaanteveranderingen die precies hetzelfde uitdrukken: Geen mens kan zoveel van de andere houden tenzij hij zijn leven geeft voor die ander. Zoveel houdt God van ons allemaal!