Lucas 2,48: ' Toen ze Hem daar opmerkten, stonden zij verslagen. Zijn moeder zei tot Hem: Kind, waarom hebt Ge ons dit aangedaan? Denk toch eens met wat een pijn uw vader en ik naar U hebben gezocht.' Voor Jezus is het evident dat Hij in het huis van zijn Vader moest zijn. De ongerustheid van Maria is even evident. Als wij echter haar vraag oorspronkelijker lezen nml : 'waartoe hebt Ge ons dit aangedaan ? 'wordt haar vraag geen verwijt meer maar een vraag om uitleg die Jezus dan ook geeft. Dezelfde waarom vraag vinden wij in één van de woorden die Jezus op het ktuis sprak: 'Waarom hebt Gij Mij verlaten ?' heeft ook meer een bijklank van verwijt terwijl waartoe hebt Gij Mij verlaten ? eerder een vraag om uitleg inhoudt. In gezinsrelaties nodigt de waartoe-vraag meer uit tot gesprek en dialoog dan de waarom-vraag. Hugo Dierick,Rosier