Vierde Paaszondag: Jo10,26-30 Vers 30 ' Ik en de Vader, Wij zijn één' Een ik-zijn - en een wij-zijn - en dan ook nog één- zijn. Bondiger dan in die paar woorden kan het mysterie van de goddelijke intimiteit wellicht niet geformuleerd worden. Die uitzonderlijke uitspraak van Jezus was voor zijn toehoorders voldoende om naar stenen te grijpen.Wij kunnen immers alleen maar een ik- zijn en ook nog een-wij zijn maar nooit samen één zijn. Wij kennen wel dat verlangen naar één- zijn : dat doet ons trouwens leven en liefhebben. Daarbij kan Jezus'intimiteit met zijn Vader en Geest ons verlangen naar intimiteit levend houden.