329 AVSG VI
VI-3 Uitspraak Dit is geen doel op zichzelf. Ze ondersteunt het begrijpen en het vertrouwd gebruiken van de taal. Ze is een essentieel element om verstaan te worden het akoestisch geheel kunnen correct uitspreken : intonatie, ritme en fonetisch systeem. Er zijn klanken die alleen benaderd kunnen worden (door het foutensysteem, bepaald door onze moedertaal). Dus : speciale aandacht voor de uitspraak. Elke klank heeft zijn toon en amplitude, waardoor sommige optimaal zijn. Door deze optimalen te gebruiken kan men het best verbeteren. De intonatie en de klank vormen een geïntegreerd gehaal in de articulatie. Voor sommige klanken : - stijgende intonatie - dalende intonatie - affectie gebruiken (vb. cest haut) - de spanning + dof, gesloten klinkers scherp, open klanken - klanken die op het schema kort bij de verkeerde klank liggen We moeten het foutensysteem van de studenten kennen. Op basis van de structurele principes en rekening houdend met het foutensysteem : beginnen en eindigen met een zin.
24-04-2012 om 08:57
geschreven door Jef De cuyper
|