362 AVSG ENG vert. I 1
Bezoek
1 Jo Dag,Jan 2 J Dag, John 3 Jo Dit is mijn vriend Peter. 4 P Hoe maakt u het ? 5 J Hoe maakt u het ? 6 Ga zitten, als t u belieft. 7 P Dank u. 8 Het is heel mooi hier. 9 J Dank u. Hier is uw thee, Peter. 10 P Dank u 11 J Melk ? 12 P Ja, aub 13 J Suiker ? 14 P Neen, dank u.
Grammaticale structuren
1 P Ik heet Peter 2 J Jij heet Peter 3 P Ik ben Peter X 4 C Hij is mijnheer X 5 J Ik ben Jan Y 6C Zij is mevrouw Y 7P Hoe maakt u het ? 8J Hoe maakt u het ? 9 IK heet Jan 10Jo Jij heet Jan 11J Hier is uw thee 12P Dank u
Grammatica in beeld
1J Ik ben mevrouw Y 2C Hij is mijnheer X 3 Zij is mevrouw Y 4J Ik heet Jan 5 Jij heet Peter 6 Hier is uw thee
Deze situaties naspelen onder mekaar
|