E-mail mij

Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Archief per week
  • 24/04-30/04 2006
  • 17/04-23/04 2006
  • 10/04-16/04 2006
  • 03/04-09/04 2006
  • 27/03-02/04 2006
  • 20/03-26/03 2006
  • 13/03-19/03 2006
    Inhoud blog
  • ART . NR . 15 . - FIG . 47 .
  • BESTE LEERLINGEN BEZOEKERS VAN FRITSKE2
  • FIG . 46 / 47 .STILLEVEN VAN CHARDIN .
  • FIG .48 / 49 . APPEL
  • FIG . 48 / 49 .
  • FIG . 50 / 51 . DE BEGRENZING VAN DE SCHADUWPARTIJEN.
  • FIG . 50 / 51 . DE BEGRENZING VAN DE SCHADUWPARTIJEN.
  • ART . NR . 15 , DE COMPOSITIE VAN HET STILLEVEN
  • ART . NR . 15 FIG . 44 . SCHEMA VAN DE COMPOSITIE
  • FIG . 43 . DE COMPOSITIE VAN HET STILLEVEN
  • ART . NR . 14 , a . HET EFFECT.
  • FIG . 36 . HET EFFECT
  • FIG . 37 . HET EFFECT
  • FIG . 38 . TINTEN - NUANCE
  • FIG . 39
  • FIG . 40
  • FIG . 41
  • FIG . 42 . HET EFFECT
  • ART . NR . 14 , TOONWAARDEN
  • FIG . 31
  • FIG . 32
  • FIG . 33
  • FiG . 34 .
  • ART . NR . 13 . d , SLAGSCHADUWEN OP VERTICALE EN OP SCHUINE VLAKKEN .
  • FIG . 14 en 15 . LINKS BIJ KUNSTLICHT . RECHTS BIJ ZONLICHT .
  • FIG . 22 , 23 , 24 , 25 en 26 .
  • FIG . 27
  • FIG . 28 . HET SPEL VAN LICHT EN SCHADUW BIJ EEN SAMENGESTELDE BELICHTING .
  • FIG . 29 .
  • FIG . 30 . HET SPEL VAN LICHT EN SCHADUW BIJ EEN SAMENGESTELDE BELICHTING .
  • ART . NR . 13 . c . NATUURLIJKE EN KUNSTMATIGE BELICHTING
  • ART . NR . 13 . d , - FIG . 19 , 20 , 21 , SCHADUW BIJ KUNSTLICHT
  • ART . NR .13 . d , - FIG . 16 , 17 , 18 , SLAGSCHADUW ZONNESTRALEN
  • FIG . 9 .
  • FIG . 10 .
  • FIG . 11
  • FIG . 12 .
  • FIG . 13
  • FIG . 7 en 8 , SLAGSCHADUW VAN EEN CILINDER
  • ART . NR . 13 . b , SLAGSCHADUWEN EN HUN PERSPECTIEF.
  • FIG . 6 . KUNSTMATIGE BELICHTING
  • FIG . 5 . KUNSTATIGE - LICHTBRON .
  • FIG . 4 . HET ZONLICHT KOMT VAN LINKS .
  • ART . NR . 13 . a , DE SCHADUW
  • ART . NR . 13 . - FIG . 1 . - EIGEN SCHADUW EN SLAGSCHADUW .
  • ART . NR . 13 - FIG . 2 . - SLAGSCHADUW ( ZON OP RIJ BOMEN )
  • FIG . 3 . - KUNSTMATIGE LICHTBRON
  • ART . NR . 13 . LICHT EN SCHADUW
  • ART . NR . 12 , d . VERSCHILENDE WIJZEN VAN UITVOERING
  • VERVOLG . FIG . 12 . c , DE ONDERDELEN
  • FIG . 51
  • FIG . 53
  • ART . NR . 12 . c , - PLAAT X - SCHETSEN VAN PERSONEN
  • ART . NR . 12 . c , - PLAAT XI - SCHETSEN VAN PERSONEN
  • ART . NR . 12 . c , - PLAAT XII - SCHETSEN VAN PERSONEN
  • ART . NR . 12 . c , - PLAAT XIII - SCHETSEN VAN PERSONEN
  • ART . NR . 12 . c , - PLAAT XIV - SCHETSEN VAN PERSONEN
  • ART . NR . 12 . c , - PLAAT XV - SCHETSEN VAN PERSONEN
  • ART . NR . 12 , c . DE ONDERDELEN
  • ART . NR . 12 , b . PRAKTISCHE RAADGEVINGEN HET MODEL
  • FIG . 49 . DE ONDEDELEN
  • FIG . 50 . DE ONDEDELEN
  • FIG . 47 EN 48 . DE ONDEDELEN
  • FIG . 47 EN 48 .
  • FIG . 47 EN 48 .
  • FIG . 47 EN 48 .
  • FIG . 47 EN 48 .
  • FIG . 47 EN 48 . DE ONDERDELEN
  • FIG . 47 EN 48 . DE ONDERDELEN
  • FIG . 47 EN 48 . DE ONDEDELEN
  • ART . NR . 12 . a , - FIG . 40 . - PERSPECTIEVISCHE SCHAAL VAN VERKLEINING
  • ART . NR . 12 , a . DE PERSPECTIEVE SCHAAL VAN VERKLEINING .
  • FIG . 41 en 42
  • FIG . 43 en 44
  • FIG . 45
  • FIG . 46
  • ART . NR . 12 . - FIG . 37 . - NOG IETS OVER PERSPECTIEF
  • ART . NR . 12 . -NOG IETS OVER PERSPECTIEF
  • FIG . 38 .
  • FIG . 38
  • FIG . 39
  • ART . NR . 11 , b . - PLOOIENVAL
  • FIG . 34 . PLOOIENVAL .
  • ART . NR . 11 , a . DE COMPLETE SCHETS
  • ART . NR . 11 . a , - FIG . 35 , 36 , a en b . - PLOOIEN
  • ART . NR . 11 . a , - PLAAT III . PLOOIEN IN HERENKLEDING
  • ART . NR . 11 . a , - PLAAT IV . PLOOIEN IN DAMESKLEDING
  • ART . NR . 11 . - DE PRAKTIJK
  • FIG . 33 . - AFBEELDINGEN IN BEWEGING
  • ART . NR . 11 . a , - FIG . 32 . - DE COMPLETE SCHETS
  • ART . NR . 10 , c . - HOUDINGEN EN BEWEGINGEN .
  • Fig . 27
  • FIG 28 .
  • FIG . 29 .
  • ART . NR . 10 , b . HET EVENWICHT . - DE LOODLIJNEN
  • ART . NR . 11 . - FIG 31 . - DE FIGUUR IN BEWEGING
  • ART. NR . 11 . - FIG . 30 . - VERSCHILLENDE STANDEN VAN FIGUREN IN RUST .
  • FIG . 24 . LEDEPOP . B , GEZIEN DOOR A.B.C.-SCHREM.
  • FIG . 25 . - LOODLIJNEN EN PUNTEN VAN ERKENNING.
  • FIG . 26 .
  • ART . NR . 10 , a
  • LEDEPOP , B
  • ART . NR . 10 . a , - PLAAT II - LEDEPOP B
  • DE A . B . C . LEDEPOP.
  • FIG . 22 en 23
  • ART . NR . 10 . - PLAAT I
  • ART .NR . 10 . SCHETSEN VAN PERSONEN .
  • ART . NR . 9 , b . DE VERKORTINGEN.
  • FIG . 15 , 16 , 17 .
  • FIG . 18 EN 19 .
  • FIG . 20
  • FIG . 21
  • ART . NR . 9 , a . DE VERKORTINGEN .
  • ART . NR . 9 . a , - FIG . 7 , 8 , 9 en 10 . - DE VERKORTINGEN .
  • FIG . 11 .
  • FIG . 12 .
  • FIG . 13 .
  • FIG . 14 .
  • ART . NR . 9 . HET SCHETSEN VAN PERSONEN .
  • FIG . 1 .
  • FIG . 2 .
  • FIG . 2 bis .
  • FIG . 2 bis .
  • FIG . 3
  • FIG . 4
  • FIG . 5
  • FIG . 6
  • ART . NR . 8 , a .
  • FIG . 71 .
  • FIG . 70 .
  • FIG . 69
  • ART . NR . 8 . DE BOUW EN DE DEFINITIEVE TEKENING .
  • FIG . 66
  • FIG . 67
  • FIG . 68
  • FIG . 56
  • FIG . 57 .
  • FIG . 58 en 59.
  • FIG . 58 en 59 .
  • FIG .60 en 61 .
  • .
  • FIG . 60 en 61
  • FIG . 62
  • FIG . 63
  • FIG . 64
  • FIG . 65 .
  • ART . NR . 7 a
  • FIG . 55 .
  • ART . NR . 7
  • FIG . 51 .
  • FIG . 52
  • FIG . 54 .
  • FIG . 53 . - GROTE VOORWERPEN MET KLEINERE OBJECTEN
  • ART . NR . 6 . a , - FIG . 50 . - SILHOUETTEN
  • ART . NR . 6 a
  • DE PERSPECTIEF VAN DE CIRKEL .
  • FIG . 43 .
  • FIG . 44 EN 44 BIS .
  • FIG . 45 .
  • FIG . 46 .
  • FIG . 47 .
  • FIG . 48 .
  • FIG .49
  • ART . NR . 6 DE HORIZON.
  • FIG . 38
  • FIG .30
  • FIG . 40
  • .
  • .
  • FIG . 40
  • FIG . 41
  • FIG. 42
  • Fig . 34
  • Fig . 35
  • Fig . 36
  • Fig . 37
  • ART .NR . 5
  • FIG .27 en 27 bis .
  • FIG . 28.
  • FIG . 29 .
  • FIG .30 .
  • FIG . 31 .
  • FIG . 32.
  • Fig . 33.
  • ART . NR. 4 b
  • ART . NR . 4 . b , - PLAAT II
  • ART . NR . 4 . a , - PLAAT I - DECORATIEVE VERSIERINGEN
  • Fig . 26 .
  • ART . NR. 4 a
  • Fig. 23
  • ART . NR . 4 . a , - FIG . 21 en 21 bis - FIG . 22
  • FIG . 25 . - PENSEELTEKENINGEN VAN JAPANSE KUNSTENAARS
  • FIG . 24 . - HET PENSEEL
  • ART . NR . 4 . - FIG . 13 . - HB POTLOOD
  • FIG . 17 . - CIRKELS OVALEN EN ELLIPSEN
  • FIG . 18 . - AFBEELDINGEN VAN DECORATIEVE VERSIERINGEN EN VOORWERPEN
  • ART . NR . 4 . - FIG . 19 en 20
  • ART . NR . 4 . - FIG . 14 , 15 en 16 . - LOSSE LIJNOEFENINGEN
  • ART . NR. 4 . - HET POTLOOD
  • Fig. 10 . - VOORBEELD VAN HET TEKENEN MET A.B. C. - SCHERM
    Mijn favorieten
  • Gastenboek
  • Groetjes uit Tessenderlo
  • Een aangenaam weekend.
  • Hallo Fritske.
  • Hallo Fritske.
  • Hallo

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    "Altijd Welkom Bij fritske2"

    14-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 12 . - FIG . 37 . - NOG IETS OVER PERSPECTIEF
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 12 .

    Fig . 37 .

    Nog  iets  over  perspectief

    14-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 12 . -NOG IETS OVER PERSPECTIEF
    Art . Nr . 12

    NOG  IETS  OVER  PERSPECTIEF

       Door  de  vlakken  van  fig . 37  (A  en  A' )  bij  elkaar  te  brengen  is  het  gemakkelijk  ruimtelijke  vormen  te  contrueren  ( B  en B' )  waarbinnen  wij  de  cilindrische  vormen  ( C  en C' )  kunnen  insluiten , welke  de  vormen  benaderen  waaruit  een  menselijk  figuur  is  opgebouwd .  Het  zal  moelijker  zijn  om  de  raakvlakken  van  twee  haaks  op  elkaar  staande  cilinders  te  doen  uitkomen .  De  doorsnee  van  een  cilinder  is  een  cirkelvorm  wanneer  deze  doorsnede  recht  is , en  ellipsvormig  wanneer  hij  schuin  is  doorgesneden .  Deze  ellips  en  deze  cirkel  zullen  meer  of   minder  vervormd  zijn , afhankelijk  van  de  hoek  waaronder  wij  ze  zien .  Dit  komt  duidelijk  uit  in  onze 
    Fig. 38  D .  In  de  eerste  schets  zien  wij  de  gebogen  arm  zuiver  van  opzij .  Hier  doet  de  raaklijn , die  overeenkomt  met  de  onderste  doorsnee  van  de  verticale  cilinder  of  van  de  arm  gehuld  in  een  mouw , zich  voor  als  een  rechte  lijn , daar  waar  deze  doorsnee  samenvalt  met  die  van  de  horizontale  cilinder , welke  de  onderarm  voorstelt .  Zo  zal  in  het  algemeen  de  buigingsplooi  van  de  mouw  zich  voordoen .  In  de  tweede  voorstelling  zien  wij  er  schuin  van  voren  tegenaan .  De  lijn  die  de  plooi  voorstelt  is  nu  bol  geworden , omdat  wij  de  cilinder  in  perspectief  zien .  Daartegenover  zien  wij  in  de  derde  afbeelding  ditzelfde  schuin  van  achteren .  Deze  plooilijn  loopt  dus  rond  in  tegenovergestelde  richting . In  het  eerste  geval  komt  de onderarm  naar  ons  toe .  In  het  tweede  gaat  hij  van  ons  af , waarbij  de  bovenarm  dus  dichter  bij  ons  oog  is .  De  afbeelding  E  tonen  verschillende  toepassingen  van  deze regel , die  zowel  voor  de  benen  als  voor  de  armen  geldt .  Een  ander  perspectivisch  verschijnsel  van  eenzelfde  soort  zullen  wij  zien  bij  de  lijn  die  de  ronde  onderkant  van  een  jurk  of  van  een  mantel  begrenst . Deze  lijn  zal  zich  voordoen  als  een  rechte  horizontale  of  als  een  ronde  lijn ; hol  of  bol ,  al  naar  gelang  de  hoogte  waarop  zich  de  figuur  bevindt .  Wanner  U  fig . 39  goed  bestudeert  zal  het  U  stellig  geen  moeilijkheden  meer  opleveren .  Vanzelfsprekend  geeft  in  werkelijkheid  de  onderrand  van  een  jurk  deze  regelmatigheid  in  omtrek  niet  te  zien .  Maar  de  regel  blijft  er  niet  minder  toepasselijk  om .  U  zult  dit  ook  zien  bij  de  meisjes  op  de  trede  van  een  trap  ( fig . 40 ) .  De  horizon  ligt  hier  op  H .  Wat  betreft  de  cilinder  rechts ;  deze  toont  door  zijn  boven  elkaar  liggende  doorsneden , de  nog  steeds  door  de  perspectief  veroorzaakte  vormveranderingen .  Hetzelfde  geld  voor  het  been  van  de  figuur . 40  , waarvan  wij  een  reus  hebben  gemaakt , omdat  wij  het  perspectivisch  verloop  van  de  banden  in  de  kousen  duidelijk  kunnen  volgen .

    14-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 38 .
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 38 .

    14-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 38
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 38

    14-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 39
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 39 .

    14-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy


    13-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 11 , b . - PLOOIENVAL
    Art . Nr . 11 , b

    De  onderdelen - Plooienval.

      Ongetwijfeld  zullen  in  de  complete  schets  bepaalde  onderdelen  om  enige  uitwerking  vragen .  Als  men  zijn  modellen  een  gezicht  wil  geven , zullen  alleen  die  lijnen  van  het  gelaat  worden  aangegeven  die  kenmerkend  zijn  voor  het  type .  Gelijkenis  zoeken  wij  echter  geenszins .  Op  dezelfde  wijze  gaan  wij  te  werk  met  de  handen  en  de  voeten  en  ook  daarvan   geven  wij  slechts  een  sterk  vereenvoudigde  vorm  weer .  Bij  de  kleding  zal  ons  oog  in  de  meeste  gevallen  getrokken  worden  door  een  opmerkelijke  plooienval .  Beginners , wij  weten  dit ,  worden  in  de  war  gebracht  door  het  schijnbaar  ingewikkelde  vormenspel  van  de  plooien  in  de  stof .  Welnu , dezelfde  plooien  zien  wij  in  alle  kledingstukken  omdat  zij  steeds  op  dezelfde  wijze  gevormd  worden .  Wanneer  wij  dus  het  principe  van  de  plooivorming  begrijpen , kunnen  wij  ook  iedere  plooienval  tekenen .  Wij  zien  dit  bij  de  mouw , waar  hoogten  en  diepten  van  de  plooien  zich  volgen  eenzelfde  schema  vormen .  Ook  bij  pantalons  en  rokken  kunnen  wij  dit  waarnemen .  Regelmatig  schetsen  naar  levend  model  is  dan  vanzelfsprekend  de  enige  manier  om  achter  deze  geheimen  te  komen .  Het  weergeven  van  de  plooien  dient  met  simpele  lijnen  te  gebeuren , waarbij  voor  dezelfde  stof  en  houding  ook  lijnen  van  dezelfde  aard  gebezigd  worden .  Door  uw  visuele  herinnering  zult  U  voortaan  bijna  vanzelf  de  vouw  daar  aangeven  waar  hij  moet  zijn  en  zoals  hij  moet   zijn  en  op  die  wijze  het  gebaar  of  de   houding  ondersteunen .  Er  zijn  fraaie  plooien , als  we  dat  mogen  zeggen , die  zich  vormen  bij  kledingstukken  van  goede  snit ; andere  die  kenmerkend  zijn  voor  veel  en  langgedragen  kledinstukken .  Observeert  deze  bijzonderheden !  Zij  zullen  veeal  samengaan  met  andere  bepalende  elementen  van  het  karakter  van  de  persoon :  houding , stand  van  het  hoofd  en  de  ledematen ,  enz.  Door  dit  goed  te  bestuderen  zullen  uw  schetsen  levendiger  en  echter  worden .  De  vouwen  doen  dus  het  lichaam  onder  de  kleding  uitkomen !  Die  tengevolge  zult  U  dus  altijd  de  hals , de  polsen  en  handen  en de  benen  zo  moeten  tekenen  dat  zij  werkelijk  bij  de  gehele  figuur  behoren .  Hun  voortgezette  lijnen  onder  de  kleding  moeten  als  het  ware  voelbaar  zijn .  Bijzondere  aandacht  dienen  wij  te  besteden  aan  kragen  en  revers .  Daar  de  hals  cilindervormig  is  zullen   kraag  en  revers  zich  nauw  bij  deze  vorm  aansluiten  en  zijn  dus  aan  dezelfde  perspectievische  wetten  onderworpen .  In  fig . 36   laat  de  stippellijn  duidelijk  de  voortzetting  van  de   vloeiende  vorm  zien .  U  ziet  dat  steeds  de  perspectief  tussen  beide  komt , zowel  bij  het  weergeven  van  ruimtelijke  voorwerpen , als  bij  dat  van  vlakken , waarvan  onze  ledepoppen  A  en  B  zijn  gevormd.

    13-04-2006 om 15:24 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 34 . PLOOIENVAL .
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 34
    De  plooien  in  een  colbert
    schematisch  voorgesteld .  De  hoofdrichtingen
    zijn  met  stippelijnen  aangegeven .
    ( foto  hier onder )

    13-04-2006 om 14:02 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 11 , a . DE COMPLETE SCHETS
    Art . Nr . 11 , a

      De  complete  schets

      Tenslotte , en  dat  is  dan  het  het  derde  stadium , komen  wij  tot  de  complete  schets .  Waarin  verschilt  nu  deze  van  de  voorgaande ?  Laten  wij  voorop  stellen  dat  het  hier  niet  gaat  om  een  studie  of  een  waarneming  van  kleine  onderdelen ;  hun  weergave  dient  tot  het  uiterste  beperkt  te  blijven .  In  een  schets  moet  men  allereerst  het  belangrijkste  leren  zien  en  vastleggen  en  dat  alleen !  Het  is  dus  van  belang  om  die  vormen  en  lijnen  uit  te  kiezen , zonder  welke  de  figuur  niet  zou  kunnen  bestaan  en  die  vanzelf  de  ontbrekende  gedeelten  te  voorschijn  roepen .  U  zult  dus  met  veel  overleg  moeten  observeren .  Overigens  zou  U  ook  eenvoudig  de  tijd  niet  hebben  om  alles  weer  te  geven .  Wees  dus  gemakkelijk , maar  na rijp  beraad .  De  complete  schets , dat  wil  zeggen  beperkt  tot  enkele  noodzakelijke  en  voldoende  onderdelen  voor  het  goede  begrip  van  het  model , van  het  type , van  zijn  karakter , van  zijn  houding , van  zijn  gebaar ,  zou  kunnen  bestaan  uit  het  begin - schema  van  de  draadfiguur , waarom - heen  wij  snel  het  volume  aanbrengen  .  De  lijnen  hiervan  zullen  evenwel  soepeler  moeten  zijn  en  zuiverde  de  rondingen  van  de  vormen  moeten  volgen .  Zij  mogen  niet  eenvoudigweg  bestaan  uit  ruw  aangegeven  lijnen  die  evenwijdig  lopen  aan  die  van  de  draadfiguur  en  de  vorm  tot  het  uiterste  terugbrengen .  De  draadfiguur  ontstaat  bij  het  zien  van  het  model  als  het  ware  in  uw  gedachten  en  U  zult  hem  in  die  geest  op  uw  papier  overbrengen  en  uw  hand  zal  hem  als  gids  blijven  volgen .  De  snelheid  van  uitvoering  zal  erbij  winnen  zonder  dat  zuiverheid  en  naukeurigheid  verloren  gaan .  Het  moet  inderdaad  snel  gaan .  Maar  omdat  het  onvermijdelijk  is  te  steunen  op  hulp - en  richtingslijnen , zult  U  de  lijnen  van  de  draadfiguur  langzamerhand  vervangen  door  enkele  wezenlijke  lijnen  van  het  model  zelf .  Welke  zijn  deze  lijnen ?  Welnu , die , waarvan  U  denkt  dat  ze  het  meest  sprekend  zijn  voor  een  bepaalde  stand  en  beweging .  Dus  lijnen  waarop  de  gehele  figuur  steunt !  Wij  hebben  dit  aangegeven  door  een  dikke  lijn  op  onze  afbeeldingen  32  en  33 .  Als  U  deze  lijnen  ineens  op  hun  plaats  heeft  kunnen  brengen , als  U  hun  juiste  richting  en  verhouding  heeft  aangegeven , dan  zal  het  aanbrengen  van  de  overige  lijnen  U  weinig  moeite  meer  opleveren .  Wees  er  in  elk  geval  van  overtuigd , dat , als  U  geen  tijd  heeft  gehad  om  hem  af  te  maken , uw  schets  al  een  goede  schets  zal  zijn , wanneer  U  alleen  al  die  lijnen   heeft  gezien  en  weergegeven .  En  trouwens , wanneer  het  model  is  verdwenen , kan  men  steunen  op  zijn  visuele  herinnering  en  het  geheel  toch  nog  voltooien .  Hierbij  zult  U  geholpen  worden  door  uw  vormenkennis  welke  U  in  de  loop  van  deze  les  verkregen  heeft .  Maar  nogmaals , ga  niet  te  ver , stoor  U  niet  teveel  aan  onbelangrijke  details , zij  zullen  de  schets  alleen  maar  ingewikkelder  maken  en  dragen  toch  niet  bij  tot  de  algemene  uitdrukking .  Wij  dringen  hier  stelleg  niet  zonder  meer  aan  op  eenvoud .
    Wanneer  U  nogmaals  plaat I  ( met ledepop A )  bekijkt  zult  U  het  met  ons  eens  zijn  dat  deze  schetsen , in  al  hun  eenvoud  voldoen  aan  de  behoefte  stand  of  beweging  voor  ons  op  te  roepen .  Let  bij  uw  schetsen  vooral  op  de  perspectievische  verschijnselen ; kijk  goed  waar  de  horizon  loopt .  Schenk  alle  aandacht  aan  de  verkortingen  en  maak  hiervan  desnoods  even  aparte  studie's .

    13-04-2006 om 12:13 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 11 . a , - FIG . 35 , 36 , a en b . - PLOOIEN
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 11 . a ,

    Fig . 35 , 36 , a  en  b .

    Het  is  voldoende  om  de  plooien  aan  te  duiden  bij  de  buiging  van  de  armen .

    a , In  zijaanzicht .
    b , In  driekwart  aanzicht

    13-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 11 . a , - PLAAT III . PLOOIEN IN HERENKLEDING
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 11 . a ,

    Plaat  III .

    Plooien  in  herenkleding .

    13-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 11 . a , - PLAAT IV . PLOOIEN IN DAMESKLEDING
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 11 . a ,

    Plaat  IV .

    Plooien  in  dameskleding .

    13-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy


    12-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 11 . - DE PRAKTIJK
    Art . Nr . 11

      DE  PRAKTIJK

    HET  SCHETSEN  NAAR  LEVEND  MODEL

      Om  een  persoon  te  schetsen  is  het  voor alles  van  belang  om  houding , gebaar  en  beweging  te  leren  doorzien .  Geen  enkele  tekenaar  of  schilder , hoe  groot  zijn  technische  vaardigheid  ook  is , zal  een  goede  schets  maken  als  hij  zijn  model  niet  begrijpt .  Onze  draadfiguur  zal  U  echter  steeds  kunnen  helpen  om  stand  en  beweging  te  leren  zien  en  begrijpen  en  het  mogelijk  maken  deze  in  grote  lijnen  op  te  zetten .  Dit  zijn  dus  inderdaad  de  lijnen ,  die  in  tegengestelde  richtingen , evenwijdig  of  schuin , elk  onderdeel  van  de  figuur  volgen .  In  het  eerste  stadium  houden  we , zoals  wij  het  al  met  de  ledepop  gedaan  hebben , geen  rekening  met  de  uiterlijke  verschijningsvormen .  Elk  onderdeel  van  ons  model  geven  wij  dus  met  een  enkele  lijn  weer  en  bouwen  het  geheel  op  tot  wij  de  draadfiguur  verkrijgen .  Wanneer  wij  het  model  goed  observeren  zal  het  ons  mogelijk  zijn  om  in  zeer  korte  tijd  de  voornaamste  lijnen  van  houding  en  beweging  weer  te  geven .  Bij  het  schetsen  van  de  draadfiguur  komt  het  niet  alleen  aan  op  de  juist  richting  van  de  lijnen  maar  ook  op  de  juistheid  van  hun  onderlinge  verhoudingen , welke  overeen  moeten  komen  met  de  werkelijkheid , zie  fig . 30 .  Om  in  het  begin  de  moeilijkheden  niet  al  te  groot  te  maken  zullen  wij  eerst  personen  in  een eenvoudige  stand  schetsen .  Naarmate  wij  vorderen  gaan  wij  ons  bezighouden  met  ingewikkelder  standen , doch  nog  steeds  van  modellen  in  rust .  Op  deze  wijze  zult  U  zich  het  beste  oefenen  om  de  eenvoudige  lijnen  en  vormen  van  de  ons  bekende  ledepop  en  draadfiguur  te  leren  omzetten  in  de  werkelijke  vorm  van  het  levende  model .  Een  zeer  nuttige  methode  is  ook  om  op  de  draadfiguur  een  vel  transparant  papier  te  leggen  en  daarop  de  juiste  vormen  van  Uw  model  te schetsen .  U  dient  zich  daarbij  evenwel  te  beperken  tot  de  hoofdvormen  en  de  bijkomstige  details  weg  te  laten .  Wanneer  U  deze  schetsen  op  het  transparante  papier  met  een  kleurpotlood  maakt  zult  U  de  zarte  lijnen  van  de  draadfiguur  beter  kunnen  blijven  volgen .  Na  voldoende  oefening  kunt  U  dan  vervolgens  proberen  om  los  van  de  draadfiguur  de  stand  nogmaals  te  schetsen , desnoods  op  tranparant  papier ,  omdat  U  het  geheel  kunt  controleren  door het  weer  op  de  draadfiguur  te  leggen .  Het  woord  stand  betekend  niet  dat  men  zijn  modellen  zal  moeten  laten  poseren .  Op  deze  wijze  zal  de  houding  spoedig  iets  verstarrends  krijgen  . Uw  jachtterein -  de  schets ,  is  indedaad  een  echte  jacht...  en  hoe  opwindend .  Schets  uw  figuren  op  straat , in  parken  en  wachtkamers .  Onvermijdelijk  zullen  Uw  modellen  U  parten  spelen  door  plotseling  van  houding  te  veranderen .  Laat  U  hierdoor  niet  van  de  wijs  brengen .  Blijf  waarnemen  zonder  haasten  en  zonder  opwinding .  Wanneer  U  goed  heeft  gestudeerd  zult  U  stellig  in  staat  zijn  om  na  de  eerste  lijnen  de  rest  van  de  figuur  uit  het  hoofd  verder  te  schetsen .  Bedenk  altijd  dat  het  in  dit  stadium  van  de  studie  niet  gaat  om  de  precieze  afbeelding  van  de  persoon , maar  dat  U  tracht  de   menselijke  figuur  te  leren  doorgronden  in  vorm  en  verhouding .  Met  andere  woorden  : het  gaat  hier  nog  niet om  " het  potret  van  Uw  model ".  U  moet  een  verantwoorde  figuurschets  maken !  Al  wat  U  zult  hebben  opgemerkt , hoe  gering  dit  ook  is , zal  op  zichzelf  een  niet  te  verwaarlozen  winst  zijn .  Uitgaande  van  dit  beginsel  kunt  U  trachten  om  de  schets  af  te  maken  zonder  het  model , dank  zij  de  herinnering  die  U  ervan  bewaard  heeft , een  herinnering , die  des  te  zuiverder  zal  zijn ,  naarmate  U  Uw  model  beter  heeft  waargenomen .  In  elk  geval  zult  U  zich  bij  het  schetsen , naar  levend    model , toch  moeten  oefenen  om  niet  te  traag  te  werken .  Tracht  de  twee  opeenvolgende  bewerkingen  ( lijnen  van  de  draadfiguur ; daarna  het  aangegeven  van  de  omvang ) steeds  sneller  uit  te  voeren .  Als  U  regelmatig  oefent  zult  U  weldra  in  staat  zijn  om  in  het  snelle  tempo  dat  vereist  is , te  komen  tot  het  schetsen  van  figuren  in  actie .  Dit  zal  dan  ons  tweede  stadium  zijn .  U  laat  Uw  model  dus  een  bepaalde  handeling  uitvoeren  die  hij  regelmatig  herhaalt , bijvoorbeeld : vegen , hameren , spitten  enz.  In  het  begin  ook  weer  niet  te  ingewikkelde  of  te  snelle  handelingen , maar  tempo  en gebaar  langzaam  opvoeren .  Ook  bij  deze  schetsen  gaan  wij  uit  van  de  draadfiguur  en  daarna  geven  wij  de  omvang  aan , zoals  fig. 31  dit  laat  zien .  Vervolgens  wagen  wij  ons  aan  snellere  bewegingen , die  niet  verschillende  keren  na  elkaar  worden  uitgevoerd  en  waarbij  het  dus  aankomt  op  een  éénmalige  observatie  ( fig. 31 ) .

    12-04-2006 om 13:08 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 33 . - AFBEELDINGEN IN BEWEGING
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 33 .

    Afbeeldingen  in  beweging .

    12-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 11 . a , - FIG . 32 . - DE COMPLETE SCHETS
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 11 . a ,

    Fig . 32 .

    De  complete  schets

    12-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy


    11-04-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 10 , c . - HOUDINGEN EN BEWEGINGEN .
    Art . Nr . 10 , c

    Houdingen  en  Bewegingen .

      Wij  hebben  hier  al  opgemerkt  dat  op  ledepop  B  de  lijnen  van  een  zeer  eenvoudig  schema  van  het  menselijk  geraamte  zijn  aangegeven .  Deze  lijnen  zullen  het  eenvoudigste  middel  blijken  te  zijn  om  houdingen  en  bewegingen  tot  uitdrukking  te  brengen .  Deze  lijnen  nu  zult  U  gaan  betrekken  in  Uw  nieuwe  schetsen  van  de  ledepop .  Zij  zullen  het  belangrijkste  deel  uitmaken  van  Uw  waarnemingen , zonder  dat  U  de  vormverschijningen  van  de  vlakken  verwaarloost , waaruit  deze  ledepop  is  opgebouwd .  U  schetst  echter  alleen  de  lijnen  van  het  geraamte  en  verkrijgt  op  deze  wijze  de  zogenaamde  " draadfiguur " ,  de  meest  simpele  weergeve  van  een  bepaalde  stand .  Probeer  dus  altijd  dit  geraamte  voor  te  stellen  in  het  levende  lichaam  van  de  personen  die  U  gaat  schetsen .  Bekijk  daartoe  fig. 28 .  Wij  kunnen  U  niet  genoeg  aanraden  om  toch  vooral  methodisch  en  stap  voor  stap  te  werk  te  gaan  volgens  de  beschrijving , welke  wij  in  het  vorige  en  dit  hoofdstuk , gegeven  hebben .  Pas  dan  kunt  U  verzekerd  zijn  van  een  goed  resultaat .  Wanneer  U  wilt , kunt  U  zelf  uit  stevig  karton  meerdere  ledepoppen  maken  om  U  zodoende  te  oefenen  in  het  schetsen  van  personen.  Ook  zult  U  dan  een  rij  ledepoppen  kunnen  vormen  en  aan  de  hand  daarvan  de  perspectivische  schaal  van  verkleining  kunnen  obseveren .   

    11-04-2006 om 14:54 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fig . 27
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 27 .
    Het  schemtische  geraamte is  voldoende  om  een  stand  duidelijk  te  maken .

    11-04-2006 om 12:16 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG 28 .
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig. 28 .
    Rechts  :  Het  schematische  geraamte  is  door  stippellijnen  aangegeven .
    links :  Allen  het  geraamte  al  maakt  ons  de  stand  duidelijk .

    11-04-2006 om 12:13 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FIG . 29 .
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Fig . 29 .
    Een  groepje , slechts  aangeduid  door  het
    schemtische  geraamte . 

    11-04-2006 om 12:09 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 10 , b . HET EVENWICHT . - DE LOODLIJNEN
    Art . Nr . 10 , b

    Het  evenwicht .  -  De  loodlijnen

    Bij  elk  voorwerp  heeft  men  met  verhoudingen  te  maken  en  elke  houding , elke  beweging  is  onderworpen  aan  een  evenwicht .  Wij  hebben  al  genoeg  gesproken  over  verhoudingen  en  gaan  ons  nu  bezighouden  met  evenwicht  en  de  loodlijnen  die  ons  daarbij  zullen  helpen .  Wij  zullen  hiervoor  opnieuw  het  A.B.C. -scherm  gebruiken  en  U  zult  zich  stellig  herinneren  wat  wij  al  verteld  hebben  over  de  verdeling  in  vierkanten  van  een  tekening  of  foto ; beter  nog  van  een  werkelijk  model ,  met  drie  afmetingen ,  waargenomen  door  deze  doorzichtige  in  vakjes  verdeelde  plaat .  Nu  passen  wij  deze  werkwijze  eerst  toe  op  onze  ledepop  A , daarna  op  ledepop  B .  Wij  plaatsen  ze  op  een  redelijke  afstand  van  het  scherm , zodat  hun  afbeelding  er  in  z'n  geheel  binnenvalt  zonder  dat  deze  te  klein   wordt .  Fig . 24  laat  dit  zeer  duidelijk  zien .  U  zult  opmerken  dat  sommige  lijnen  van  het  mannetje  vrij  naukeurig  samenvallen  met  de  verticale  en  horizontale  lijnen  van  de  ruitverdeling .  Sommige  belangrijke  punten  van  de  ledepop  kunnen  juist  op  de  snijpunten  van  deze  lijnen  liggen .  Laten  deze  punten  dan  ook  richtpunten  voor  U  zijn  zodoende  steeds  weer  Uw  beginpunt  terug  te  kunnen  vinden .  Tevens  zullen  zij  de  opbouw  van  het  geheel  vergemakkelijken  en  kunt  U  dus  op  deze  wijze  gemakkelijk  de  belangrijke  lijnen  bepalen  dank  zij  het  samenvallen  van  deze  punten .  Bij  de  overige  lijnen  dient  U  zich  af  te  vragen  in  welke  mate  deze , hetzij  evenwijdige , hetzij  schijn , verwijderd  zijn  van  de  vaste  lijnen  de  ruitverdeling .  Maak  deze  studie  eerst  op  de  bladen  geruit  tekenpapier .  Naderhand  moet  U , evenals  U  dat  gedaan  heeft  met  voorwerpen  uit  de  vorige  lessen  ( hand  en  oog ) , proberen  studies  te  maken  op  gewoon  tekenpapier , want  anders  zouden  wij  teveel  gaan  wennen  aan  ons  ruitjespapier  en  per  slot  van  rekening  is  het  slechts  een  hulpmiddel .  Zo  langzamerhand  moeten  wij  dan  ook  het  A.B.C. -scherm  opbergen .  U  moet  het  scherm  evenwel  niet  te  snel  opbergen ; en  wanneer  U  het  niet  meer  gebruikt , houdt  het  dan  toch  in  gedachten  steeds  voor  U .  Het  moment  is  gekomen  om  verder  te  gaan  met  ons  kartonnen  mannetje  en  te  zien  op  welke  wijze  de  opbouw  vergemakkelijkt  kan  worden .  Wij  zullen  daartoe  meerdere  hulp -  en  richtingslijnen  in  onze  schets  moeten  betrekken , zoals  wij  dit  beschreven  hebben  in  het  tweede  van  de  les "oefening  van  hand  en  oog " .  Als  wij  fig . 25  bestuderen  kunnen  wij  vaststellen dat  een  loodlijn  neergelaten  kan  worden  door  de  punten  A, B, C, D, en  E;  door  de  punten  F  en  G ;  door  H  en  I .  Ook  de  elleboog  ( J ), de  hiel ( K ),  en  de  knie  ( L )  liggen  op  eenzelfde  loodlijn  evenals  de  punten  M, N, O  en  P .  Daarentegen  zien  wij  dat  de  punten  Q, R  en  O  op  een  horizontale  lijn  liggen ,  evenals  S  en  L  en  ook  T  en  D ,  enz...
    Op  die  manier  zijn  wij  een  twintigtal  nauwkeurige  richtpunten  rijk  !  Het  opzoeken  van  deze  punten  moet  altijd  het  eerste  werk  zijn  bij  het  schetsen  van  een  figuur , want  alleen  op  die  manier  kunnen  wij  tot  een  evenwichtige  stand  komen .  In  onze  fig . 25  zijn  wij  trouwens  wel  een  beetje  geholpen  door  de  talrijke  samenvallingen  van  de  punten  om  zodoende  een  duidelijke  uiteenzetting  te  kunnen  geven .  Maar  in  het  algemeen  zult  U  steeds  de  gelegenheid  krijgen  om  dit  soort  waarnemingen  te  doen .  Zie  deze  zwemster  ( fig. 26 ) .  Wij  merken  al  dadelijk  op , dat  de  loodlijn  1  de  punt  van  de  rechter  borst  raakt  en  uit  komt  op  de  linker  voet .  De  loodlijn  2  gaat  langs  wang  en  raakt  de  linker  hiel .  De  loodlijn  3 verbindt  het  rechter  oor  en  de  rechter  elleboog .  De  loodlijn  rechter  oor  en  de  rechter  elleboog .  De  loodlijn  4  gaat  langs  de  rechte  zijde  van  het  haar , loopt  over  de  linker  schouder  en  gaat dan  rakelings  langs  de  linker  bil .  Op  de  horizontale  lijn  A  liggen  de  basis  van  de  hals  en  de  linker  schouder .   Lijn  B  verenigt  rechter  borst  en  linker  elleboog , terwijl  C  rechter  heup  en  linkerhand  snijdt .  U  zult  gemakelijk  zelf  dezelfde  loodlijnen  en  horizontalen  kunnen  zien ;  bijvoorbeeld  bij  een  stamdbeeld .  En  van  daar  naar  het  waarnemen  van  een  levend  model  dat  ombeweeglijk  voor  U  staat , is  slechts  één  stap .  En  neem  deze  stap  dan  ook , flink  en  zonder  aarzelen , want  door  de  voorgaande  eoefeningen , welke  U  ernstig  en  veelvuldig  gemaakt  heeft , zal  het  U  zeker  lukken .  Ten  overvloede  sommen  wij  nog  eens  de  voorbereidende  studie  op  :

      1e .  Waarneming  en  tekenen  van  ledepop  A  in  verschillende  standen  gezien  door  het  A.B.C. - scherm . 

      2 .  Waarneming  en  tekenen  van  ledepop  A  in  verschillende  standen  zonder  hulp  van  het  A.B.C. - scherm .

      3e .  Waarneming  en  tekenen  van  ledepop  B  in  verschillende  standen  gezien  door  het  A.B.C. - scherm .

      4e .  Waarneming en  tekenen  van  ledepop  B  in  verschillende  standen  zonder  hulp  van  het  A.B.C. -scherm .

      Steeds  en  in  alle  gevallen  dient  U  met  aandacht  en  nauwgezetheid  te  werk  te  gaan  en  niet  proberen  om  " eventjes  gauw "  de  loodlijnen  op  te  zoeken , het  perspectievisch  verloop  na  te  gaan  of  de  verkortingen   te  bekijken .  Bewaar  het  A.B.C. - scherm  zorvuldig ; het  zal  U  steeds  van  pas  komen  om  de  juist  plaatsing  van  Uw  objecten  vast  te  stellen , of  het  nu  stillevens , landschappen  of  figuren  zijn .  Gebruik  het  in  alle  gevallen  waar  twijfel  mogelijk  is , net  zo  lang  totdat  U  ervan  overtuigd  bent  om  het  zonder  te  kunnen .  Doch  blijf  het  in  gedachten  steeds  voor  U  houden , wanneer  U  vrije  schetsen  gaat  maken , maar  denk  er  wel  aan  dat  het  werkelijke  tafereel  enigszins  gebogen  is  in  tegenstelling  tot  het  volkomen  verticale  vlak  van  het  scherm .

    11-04-2006 om 11:48 geschreven door Freddy


    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ART . NR . 11 . - FIG 31 . - DE FIGUUR IN BEWEGING
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Art . Nr . 11 .

    Fig . 31 .

    De  figuur  in  beweging .  Allereerst  eenvoudige , herhalende  bewegingen .  Daarna  oefenen  wij  ons  in  het  schetsen  van  een  eenmalige  beweging . 
    Hier  ziet  je  de  opzet  van  figuren  in  beweging .  Eerst  de  draadfiguur  en  daarna  de  lijnen  die  het  volume  bepalen .  Let  vooral  op  de  eenvoudige  aanduiding  van  het  hoofd .

    11-04-2006 om 00:00 geschreven door Freddy




    >

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!