Vannacht heeft het flink geonweerd en is de regen met bakken uit de hemel gevallen. Wegens een storing in het elektriciteitssysteem kan ik mijn ramen en verduisteringsschermen niet openen. Het gevolg is dat ik amper heb geslapen van de hitte in mijn kamer waar geen airco was. Na een zeer goed ontbijt vertrekken we vandaag voor de eerste dag met redelijk wat bewolking boven de bergen. We nemen goed onze tijd om in te pakken aangezien we maar een kleine 200 km van Wenen zitten. We kunnen pas rond 19u onze motors op de trein zetten dus hebben we tijd genoeg vandaag.
De bewolking verdwijnt en we rijden door mooie landschappen, goede wegen en swingende bochten. Onze soeppauze nemen we in een klein restaurantje waar een blonde dame in lederhosen de plak zwaait. Onderweg komen we borden tegen waar de motorrijders op een ludieke manier worden gewaarschuwd voor overdreven snelheid. We rijden over kleine weggetjes en door mooie dorpjes naar Wenen, var weg van de autostrade.
Voordat we naar het station rijden stoppen we in Wenen nog voor een koffie en een fris pintje. Door diverse omleidingen en het regelmatig wegvallen van het gps-signaal zoeken we ons eigen te pletter naar het station waar we de motors op de trein moeten zetten. Niet echt prettig met een temperatuur van een graadje of 30. Rond 19u kunnen we de motors op de wagon rijden. Dit is het vervelendste karwei van de reis. De wagons zijn zo laag dat je bijna met je kin op het stuur van de motor moet zitten om erdoor te rijden. Het is dan ook verplicht om je helm op te houden als je de wagon in rijdt. We hoeven ons geen zorgen te maken over het vast sjorren van de motors dit wordt door het personeel van de spoorwegmaatschappij gedaan. Als je de folder bekijkt waarin ze de slaaptrein aanprijzen zou je denken dat je in de hemel terecht komt. Zoals al dit soort folders is dat weer ferm overdreven jen komt eerder in de hel terecht. Je zit werkelijk in een paar vierkante meter opgesloten met een airco die absoluut niet werkt waardoor je je te pletter zweet. De wasgelegenheid is minimaal, op deze trein kwamen er enkele druppels water uit het kraantje en dat was het. Ik me min of meer gewassen met een paar flesjes plat water die ik nog had. Reizen met de trein, altijd fijn. Na een uurtje of veertien in de trein is het eigenlijk; Reizen met de trein helemaal niet fijn.
Toch een paar uurtjes kunnen slapen, in de vroege ochtend rijden we langs de Moezel waar ik uit verveling nog wat foto’s heb proberen te nemen. De laatste rit van Wenen naar huis is perfect verlopen. Dieter, de zoon van Theo staat zijn vader vol ongeduld op te wachten hij wil immers zijn waterpijp vullen met de heerlijke tabak die zijn vader in Sofia heeft gekocht. Wat een teleurstelling blijkt dit te zijn. We hebben geen tabak gekocht maar een kilo blokjes om de waterpijp aan te steken. Deze blokjes dien om de tabak te laten ontbranden, eigenlijk zijn we dus ferm in de zak gezet in Sofia.
De reis zit erop, we hebben uitzonderlijk goed weer gehad en het was een leuke ervaring om door elf verschillende landen te rijden. Landen die volgens mij in de toekomst de groeilanden zullen worden. Wat me het meest bij zal blijven van deze reis is dat er zelfs in de armste landen geen sprake is van verzuring en ontevredenheid. We zijn door moslimlanden gereden waar geen hoofddoeken, lange zwarte kleren en mannen met lange jurken te zien waren. In deze landen is de Islam een gewoon geloof zonder al die fanatieke toestanden die we hier in België zien. Onze politiekers moeten volgens mij hier dringend stoppen met allerlei toegevingen te doen aan een minderheid van moslims die in normale moslimlanden niet aanvaard zouden worden.
We zijn weer vertrokken, deze keer een reis naar Italië met name naar de Stelvio. Mijn Limburgse motormaat Theo moet werken, mijn Essense motormaat Armin heeft verlof dus rij ik ook deze reis niet solo. Trouwens het was een voorstel van Armin om naar de Stelvio te rijden. En als de Kees zo’n voorstel krijgt dan is er natuurlijk geen houden aan.
Over de rit van vandaag valt weinig te vertellen, eigenlijk kan ik het met twee woorden vertellen. Regen en zoeken. Door grootscheepse wegenwerken is de A1 op een gegeven moment gewoonweg afgesloten, daar konden we nog redelijk een omleiding volgen. Bij de volgende omleiding was het één grote miserie, om terug op de route te komen hebben we zeker 50 km om moeten rijden met het nodige gesukkel.
De motregen gaat af en toe over in echte regen, regelmatig de nodige wind er bovenop dus echt plezierig was het niet zeker niet met een temperatuur van 13 graden. De laatste 70 km klaart het op, geen regen meer en 18 graden. Van de opwarming van de aarde hebben we vandaag niet veel gemerkt. Rond17 uur komen we aan in Haguenau.
Morgen rijden we autostrade tot de Zwitserse grens, vanaf de grens rijden we door Zwitserland over binnenwegen naar Chur waar we twee dagen verblijven. Een rit van 365 km.
Op tijd opgestaan en met goed weer aan de 342 km begonnen. Na een paar uur gaan we van de autosnelweg af en rijden we het zwarte woud in. Onze eerste stop is bij de grootste koekoeksklok ter wereld. De parking staat vol met bussen die hier horden toeristen een twintigtal minuten vrijgeven om in de shop naast de koekoeksklok nog wat geld te spenderen. Het mooie van het Zwarte woud is dat er her en der zo’n vijftal van die klokken staan, en het allermooiste is dat er bij elk van de vijf een bordje staat dat het de grootste koekoeksklok ter wereld is. Het is en blijft mooi rijden hier in deze streek het stikt er dan ook van de motorrijders.
De rit verloopt goed en bij de volgende stop zitten we al in Allensbach dat aan de Bodensee ligt. Dit is volgens mij één van de grootste meren Duitsland. Een paar foto’s van het meer en het leuke kerkje van Allensbach getrokken. Een kopje koffie en thee bij een Chinees die volgens mij alleen Chinees verstaat (we moesten thee en koffie op de kaart aan wijzen) is het weer de hoogste tijd om verder te trekken.
In Alt Sankt Johann nemen we onze laatste sigaren stop en een paar foto’s van het prachtige dal waar we door rijden.
Rond 18 uur komen we Chur aan voor twee overnachtingen in het Ibis Centrum hotel. Morgen een vrije dag.
Ps.Het Wifi gedoente is op deze reis bar en bar slecht. Het is dan ook absoluut niet zeker dat er elke dag een verslag op de blog verschijnt.
Vandaag een vrije dag in Chur (Zwitserland) de motors blijven op stal en wij gaan Chur verkennen. Na een wandeling door het oude stadsgedeelte van Chur en een bezoek aan een terrasje besluit ik om met de kabelbaan naar een hoogte te gaan van 1.510 m. Op een kaart heb ik gezien dat er een wandelpad terug naar het dal is. Rita en Armin zien het niet zitten om mee te gaan.
Vanuit de kabelbaan krijg je een prachtig zicht van het stadje. Op 1.195 m moet er overgestapt worden in een andere kabelbaan die naar de top van de berg gaat waar de wandeling gestart wordt. Een km of tien dalen dat moet gemakkelijk kunnen voor een geoefende wandelaar. Later zal blijken dat ik dit geweldig onderschat heb.
Opgewekt wordt de wandeling aangepakt, en het gaat lekker en het is mooi ik beging zelfs liedjes te fluiten. Regelmatig wordt er gestopt om de gasten te bekijken die met een BMX-fiets over een speciaal aangelegd parcours met veel lef naar beneden fietsen. Bij de aankomst op 1.195 m is het fluiten al min of meer overgegaan in puffen. De beenspieren gaan pijn doen door het afremmen en ik maak dan ook nog eens de fout om langs een verkeerd pad verder te gaan. Op de wandelkaart is te zien dat het wandelpad van hieruit nogal stijl naar beneden gaat en veel door het bos loopt waar dus weinig uitzichten te zien zijn. Er loopt echter en fietspad (voor normale fietsen) dat langs de rand van de berg loopt met talrijke uitzichten. Op de kaart leek het een kleine omweg maar in de realiteit was het een omweg van een km of vijf. Halfweg ben ik het toch wel beu geworden en begin ik stukken van de wandeling af te snijden door over het BMX-parcours te gaan stappen. Een smal glibberig padje dat redelijk steil naar beneden gaat, eigenlijk wel leuk maar ik had absoluut niet de geschikte schoenen aan om op dit pad te wandelen.
Het resultaat is dat ik via dit pad op een redelijk drukke baan uit kom waar het mij te gevaarlijk lijkt om te gaan wandelen. De vangrail overgestapt en langs een steile gladde wei naar benden waar een fietspad ligt. Na wat omwegen kom ik bij een rusthuis aan waar ze het zo moeilijk gemaakt hebben om van het terrein af te komen dat ik aan een bezoeker daar moet vragen hoe ik hierbuiten geraak. Rond 16u30 kom ik strompelend in Chur aan.
Morgen een rit van 215 km. We zitten dan in Italië en overnachten in Lecco.
Vandaag weer stralend weer en dat komt goed uit want er staat ons een prachtige rit te wachten. We rijden door een mooie kloof (De Via Mala weg) naar de San Bernardinopas. De weg ligt Thisis en Zillis-Reischen en is ongeveer 7 km lang. De weg is geasfalteerd en er zijn diverse galarijen om eventueel steenslag op de voertuigen te voorkomen.
Er wordt over een aantal bruggen gereden om van de ene kant van het riviertje naar de andere kant te rijden. Vroeger gold deze weg als doorgang door de Alpen. Zo kon men naar de San Bernardino-en Splügenpas in het zuiden van het land reizen. Tegenwoordig kan men via de autobaan A13 (sinds 1967) van Chur naar Bellinzona rijden. Wij nemen dus de oude weg via de kloof
Na deze kloof beginnen we al snel aan de beklimming van de San Bernardinopas die een hoogte heeft van 2.066 m. De San Bernardinopas in Zwitserland verbindt het Duitstalige Hinterheintal (zeer mooi dal) met het Italiaanstalige Valle Mesolcina en werd al door de Romeinen gebruikt. De pas is vernoemd naar de heilige Bernardinus van Siena. Het huidige traject is aangelegd in het begin van de negentiende eeuw (1818-1823) In 1968 is de 6,6 km lange San Bernardinotunnel die onder de pas loopt in gebruik genomen. De pas is ’s winters voor het verkeer afgesloten, deze periode duurt meestal van eind oktober tot begin mei. Net voorbij Hinterheintal begint de weg vrijwel meteen te stijgen met boven elkaar liggende bochten (16). Na 9 km bereiken we de kale pashoogte van San Bernardino. Op de top ligt een prachtig meer (Lago Moesola) dat in mei vaak nog deels bevroren is.
De afdaling richting San Bernardino heeft minder bochten dan de beklimming. Het landschap is, op een enkele elektriciteitsmast na, ongeschonden. Na 8 km wordt het Italiaanse dorp San Bernardino bereikt waar ook de tunnel uitkomt. Deze plaats ligt te midden van uitgestrekte sparrenbossen. Het hoogste deel van het Valle Mesolcina is rijk aan watervallen. Vanuit San Bernardino vervolgen we onze weg over een eeuwenoude smalle weg vol bochten.
Als we het mooie meer Lago di Lugano gepasseerd zijn komen we in het stadje Menaggio aan. Dit stadje ligt aan het Lago di Como, een geweldig groot bergmeer dat we met een veerboot oversteken naar Varenne. Vanaf hier rijden we nog 25 prachtige kilometers langs de oever van het meer naar Lecco waar we vandaag overnachten.
Het ziet er gezellig uit hieraan dat meer, ik neem me dan ook voor om vanavond hier zeker te gaan wandelen. Allee, wandelen is wat veel gezegd, het is nog altijd strompelen. De beenspieren voelen nog zeer pijnlijk aan. Tijdens het rijden krijg ik regelmatig ferme krampen in mijn benen, de wandeling van gisteren is absoluut nog niet uit de oude beentjes van de Kees
Morgen een overgangs rit naar Breno waar we overnachten. Een rit van 145 km van de ene bocht naar de andere, ook de Dolomieten komen dan in beeld.
Op verzoek van Armin hebben we het diner gisterenavond in het hotel genomen waar we overnachten. Jammer, het was echt niet goed en tamelijk duur voor wat we gekregen hebben. Na het eten gaan Rita & Armin naar de kamer. Ik ga het stadje verkennen, tot mijn verbazing gaan er rond 20 u talrijke terrasjes en restaurantjes open langs het meer en zie ik heerlijke schotels met eten passeren. Drie bollen lekker Italiaans ijs en een paar frisse pinten heeft de pijn van de slechte maaltijd wat verzacht. Voor de pijn in mijn oude stramme benen hielp het geen fluit. Ongelooflijk, dit is nu twee dagen na die wandeling in Chur en ik heb er nog steeds veel last van.
Als we na het redelijk ontbijt een sigaartje gaan roken zien we vanuit de bergen donkere wolken over het meer verschijnen, ook de wind wakkert aan en binnen een paar minuten valt de regen dan ook met bakken uit de hemel. We stellen ons vertrek uit maar hierdoor valt ook mijn plan in duigen om in Mandello del Lario, waar we vlakbij, zijn de Moto Guzzi fabriek te bezoeken die daar staat.
Als de regen over gegaan is in motregen vertrekken we naar Breno, het is een korte rit maar met het nodige bochtenwerk. We moeten een drietal passen over en rijden door het mooie dal van de rivier Oglio. Rond de middag hebben we weer prachtig weer en er beginnen zich files te vormen bij de doorgangen van de diverse kleine dorpjes waar we door moeten. Bij een temperatuur van rond de dertig graden heb ik geen zin om voor elk dorpje een half uurtje in een file aan te schuiven, ik ga dan ook tussen de file doorrijden. Er is weinig plaats maar het gaat volgens mij wel. Bij de koffie stop laat Armin me weten dat hij het rijden tussen de file te gevaarlijk vindt. Daar ontstaat een pittige discussie over. Rita en Armin rijden namelijk vrij gemakkelijk bij dit warme weer in een jeansbroek en een T-shirt, dit vind ik persoonlijk veel gevaarlijker dan tussen een stilstaande file te rijden. Ik vind het zelfs belachelijk om met een motor in een file te blijven staan. Ik vind het eveneens belachelijk om in een T-shirt op een motor rond te rijden, trouwens in België is dit verboden. Maar iedereen doet er mee wat hij wil.
Na een laatste stop op een mooi terras in de bergen rijden we verder over een mooie weg langs het nationaal park Parco delle Orobie Bergamasche. Er is weinig verkeer en we kunnen zonder problemen naar Breno rijden.
Morgen een rit van 185 km naar Livigno. We moeten dan over Passo Gavia één van de mooiste en moeilijkste cols van Italië. De Gavia ligt in het prachtige natuurpark Parco Nazionale dello Stelvio
Vandaag starten we onder een heldere blauwe hemel. De aanloop naar de Gaviapas loopt nog altijd door het dal van de rivier Obligo. In Mezzo rijden we het Nationaal Park Stelvio in en beginnen na enkele kilometers aan de beklimming van de Gaviapas. De Gaviapas is een bergpas in de Italiaanse Alpen, in de regio Lombardije. Het is een van de hoogste paswegen van Europa. De weg voert dwars door het ongerepte Nationaal Park Stelvio. De weg is aangelegd in de eerste Wereldoorlog voor de bevoorrading van Italiaanse soldaten die vochten in het Italiaans-Oostenrijks grensgebied. De pashoogte behoort tot de mooiste van de Alpen. In het gebied zijn vele goed gemarkeerde wandelingen uitgezet. De pas is tot in mei en juni afgesloten vanwege de grote hoeveelheid sneeuw.
Het weggedeelte tussen Ponte di Legnood en de pashoogte is erg smal, vaak niet breder dan drie meter. Inhalen is op het traject haast onmogelijk, hiervoor zijn uitwijkplaatsen aangelegd. Diep onder in het dal stroomt de rivier de Frigidolfo. Langs de diepe afgronden is op de meeste plaatsen een vangrail aanwezig, maar op sommige plaatsen ontbreekt deze. Daar begint naast de weg direct de afgrond van ruim 500 m diep. Dit maakt deze weg tot één van de gevaarlijkste bergpassen.
Het is midden augustus en prachtig weer, we waren dus zeker niet alleen op deze pas. Juist op het smalle stuk komen we twee mobilhomes tegen en is het passen en meten om elkaar te passeren. Op de weg kan er niet gestopt worden om foto’s te nemen. Aangezien ik deze pas in 2015 ook gereden heb weet ik dat er half weg de pas een grote parking ligt. Van een wegdek op de parking is geen sprake het is steenslag met zeer grove keien, je kan ook moeilijk zeggen dat het alleemaal mooi vlak en horizontaal ligt. Bij het parkeren gaat Armin onderuit met zijn motor, waarschijnlijk op zo’n losse kei terecht gekomen en het evenwicht verloren. Geen lichamelijk letsel, (ik was blij dat ze niet in T-shirt reden)de zijkoffers van de Triumph vangen gelukkig veel op. Natuurlijk is er wat schade aan de koffer.
Op de Gavia worden we op een mooi wolkenspel getrakteerd, een sigaartje roken, wat foto’s trekken en we beginnen aan de afdaling die zeer vlot gaat, op naar de volgende pas. Na de afdaling komen we in het dal van de rivier Adda? We rijden het Nationaal Park Stelvio uit en rijden in Campocologo terug Zwitserland in. In dit deel van Zwitserland spreken ze Italiaans, ook hier is het prachtig rijden.
De laatste pas is de Passo Forcola, een relatief gemakkelijk te rijden pas. De grens Italië-Zwitserland ligt op deze pas. Als ik boven kom heb ik net tijd genoeg om een foto te maken van Rita en Armin die aankomen gereden. Aangezien het hier redelijk fris is beginnen we direct aan de afdaling naar Livigno onze bestemming voor vandaag. We overnachten hier in hotel Valeria.
Na de douche een wandeling in het uit de voegen gegroeid dorp, waar Taxfree inkopen gedaan kunnen worden. Ik kan het niet laten om een mooie muurschildering te fotograferen.
Morgen een rit van 210 km. We gaan dan over de Stelvio naar Oostenrijk
Het is weer schitterend weer als we vandaag vertrekken, we laten onze tank vullen voor € 0,97 per liter en vertrekken ook vandaag voor een prachtige rit. We rijden een flink stuk door het Park de Livignese over de mooie bochtige SS01. In de buurt van Bormio rijden we de SS38 op die ons terug in het Nazionale Parco dello Stelvio brengt. Na enkele kilometers beginnen we dan aan de beklimming van de Stelvio.
De Passo delle Stelvio is een bekende, zware, beruchte, hoge bergpas in Europa, 2758 m hoog, 48 haarspeldbochten aan de noordkant(Prato) en 39 keer een haarspeldbocht aan de zuidkant(Bornio). Wij gaan langs de zuidkant naar boven. Ruim 20 kilometer klimmen om bijna 2000 meter hoogteverschil te overwinnen (zo’n 7,7% gemiddeld stijgingspercentage) De Stelvio is sinds medio mei geopend. Het stikt hier van de motors, fietsers en sportauto’s. Natuurlijk ook de nodige gekken op een motor die per se willen laten zien hoe hart ze durven rijden. Het is dan ook oppassen geblazen op deze pas.
Op de top is zoeken naar een plaatsje om te parkeren, aangezien we op een berg zitten is het moeilijk om een horizontaal plekje te vinden, ook hier gaat het mis bij Armin tijdens het parkeren. Rita was al afgestapt en helpt met de motor op zijn plaats te duwen. Er staat echter een fietser die min of meer in de weg staat en opeens gaat Armin weer omver met de Triumph. Deze keer schade aan de andere zijkoffer en een ferme bloeduitstorting boven zijn enkel waarmee hij onder de motor is klem geraakt. Er staan direct een aantal motorrijders aan de motor om deze recht te zetten en het probleem is weer opgelost. Hier en daar een plakbandje om de boel bij elkaar te houden en we kunnen een koffie gaan drinken. Na de nodige foto’s te hebben genomen en enkele stickers te hebben gekocht zijn we terug weg. De afdaling verloopt perfect.
We rijden Oostenrijk binnen via de Timmelsjoch-Passo Rombo een bergpas met een hoogte van 2.509 m waar we €14 tol moeten betalen om erover te mogen rijden. Er komt hier zware bewolking opzetten en het wordt redelijk fris. Een twintigtal kilometers na deze pas komen we in Solden aan waar we vandaag overnachten. We zitten nu in Zuid Tirol in Oostenrijk. We slapen vandaag in een B&B en hebben vanuit onze kamer een mooi uitzicht over Solden en het Otztalerdal.
Als we in een hotel vlakbij onze B&B gaan eten komen we enkele koeien tegen die op weg zijn naar de stal om gemolken te worden. Het is een geklingel van jewelste. Armin heeft geen honger en gaat terug naar zijn kamer.
Morgen een rit van 295 km naar Tuttlingen we zitten dan in Duitsland.
19/08/17 Solden-Tuttlingen Het heeft heel de nacht geregend, als we vertrekken valt er nog wat motregen en we hebben een temperatuur van 15 graden. Vandaag een lange rit door Oostenrijk en Duitsland, waarschijnlijk is het een wisselweekend van vakantiegangers want het is opvallend druk op de wegen. Voor de tunnel van de Fernpass komen we in een kilometerslange file terecht. Ook hier rijden we weer tussen de file door, er zijn een paar tegenliggers die er zich moeilijk in maken maar dat kan de pret niet drukken.
Het wordt een lange dag met veel files en omleidingen er is dan ook maar één foto gemaakt bij het vertrek deze morgen. Na de middag hebben we prachtig weer en ondanks de files zijn we ruim op tijd in Tuttlingen. We overnachten hier in een nieuw modern complex waar we inchecken via een computer. Douchen en een wandelingetje door het stadje en even langs de Donau gelopen om dan lekker te gaan eten in een Grieks restaurant in de buurt van het hotel. Hoe Armin in leven blijft is mij een raadsel want ook hier slaat hij de avondmaaltijd over. Morgen een rit van Tuttlingen naar Sarrebourg. Een rit over binnenwegen van 230 km
20/08/17 Tuttlingen-Sarrebourg Na een goed ontbijt vertrekken we hier ook weer met zeer goed weer. We rijden over mooie wegen door het binnenland van Duitsland. We komen al vrij snel in het Zwarte Woud aan en rijden hier door de streek waar de beroemde koekoeksklokken worden gemaakt. In Rheinau varen we gratis de Rijn over en zitten we in Frankrijk. De Rijn is hier de natuurlijke grens tussen Duitsland en Frankrijk. Ruim op tijd komen we in Sarrebourg aan waar we vandaag overnachten. We zitten nu in de noordelijke Vogezen.
Het is prachtig weer en ik ga dan ook een lange wandeling maken langs het Sanal de la Marne au RIN. Dit kanaal wordt nog enkel gebruikt voor de pleziervaart. Na de wandeling douchen en gaan eten in het enigste hotel dat hier in de buurt open is. Het is een soort westerngedoente, er staat zelfs bizonvlees op het menu. Het is volle bak in het restaurant dus we hebben er goede moed op. Die goede moed was snel voorbij toen het eten op tafel kwam, ribben die niet gebakken maar gekookt waren, druipend van het vet. Het bizonvlees dat ik besteld had was een petieterig hoopje sliertjes in een bordje met een paar gebakken patatjes. Al goed dat het sliertjes waren want het was zo taai als leer. Voor te veel geld slecht gegeten.
21/08/17 Sarrenbourg-Wallendorf Het is onvoorstelbaar maar het blijft deze reis prachtig weer. Ook vandaag vertrekken we weer met volop zon. Vandaag een ritje van 208 km. We rijden door het nationaal natuurpark Lorraine en flirten heel de dag met de grens Duitsland Luxemburg. Bij de start rijden we regelmatig langs de Saar. In Konz zien we deze rivier in de Moezel stromen. Het laatste deel van de route rijden we langs de Our in Luxemburg. Door problemen met de gps is het vandaag een rit geworden van 230 km over minder binnenwegen dan voorzien. In Wallendorf slapen we in een hotel waar we vanaf het terras een mooi zicht hebben over de vallei van de Our.
22/08/17 Wallendorf-Essen Vandaag de laatste rit van deze reis, een rit van 280 km. We rijden tot Dasburg door het dal van de Our. We gaan dan door de Ardennen naar Malmedy waar we de autostrade opgaan voor de laatste 100 km van deze reis. De laatste foto vind ik wel leuk we rijden namelijk door een dorpje A DE LANGE mijn vader heeft precies dezelfde naam.
Voor de Kees is het ook de laatste reis van dit jaar geworden. De Tri moet op onderhoud, de Kees moet wat recupereren en de portemonnee moet aangevuld worden. Er zitten al een paar ideetjes voor 2018 in mijn achterhoofd die ik de komende winter ga uitwerken.
Jammer dat jullie de blog niet hebben kunnen volgen zoals gewoonlijk maar de verbindingen waren of te slecht of er moest te veel voor betaald worden.
Bedankt voor jullie aandacht en bij leven en welzijn ben ik terug op de blog in 2018. Kees
We zijn weer vertrokken en deze keer onder een blauwe hemel met een stralende zon. Voor het vertrek was er nog even paniek. De laatste update van mijn gps was waarschijnlijk mislukt. Toen ik wilde vertrekken bleken er geen kaarten meer in het toestel te zitten, na een half uurtje was het probleem opgelost. Koelvest aan, en met een temperatuur van rond de dertig graden rij ik naar mijn Limburgse motormaat Theo. Aangezien ik met redelijk wat vertraging in Limburg aan kom is er geen tijd om een koffie te drinken.
Nadat de traditionele foto’s getrokken zijn (te zien op de website van motart) rijden we naar Düsseldorf waar we de nachttrein naar Innsbruck nemen. Als we het terrein oprijden waar onze motors op de wagons worden gereden hebben we geen tijd meer om een sigaartje te roken, het laden is al volop bezig.
Stipt om 20u55 vertrekt de trein, aangezien we elk een cabine hebben genomen met douche en wc ben ik weer een ervaring rijker. Douchen in een rijdende trein, plezanter kan het niet meer worden vandaag. Om toch maar een paar foto’s te hebben trek ik vanuit de rijdende trein de Rijn bij Keulen en de dom van Keulen. M
orgen rijden we van Innsbruck naar Udine. Een rit door de bergen van Oostenrijk en Italië. De overnachting is in Udine. (De verslagen lopen een dag achter wegens geen internet op de trein)
Buiten de wegomleggingen en een afgesloten autosnelweg zonder een fatsoenlijke aanduiding van de omleiding niet veel beleefd vandaag.
Het spannenste was de wegomleiding, ik rij met een Garmin en een Zumo en met route begeleing om mijn smartphone. Je zou toch denken dat dan een omleiding nemen een fluitje van een cent moet zijn. NIET dus, ze slaan alle drie tilt en ik zoek me het lazerus om terug op de route te komen. Ik kan jullie zeggen dat dit met een temperatuur van 28 graden niet echt een leuke manier is om motor te rijden. Alles uitgeschakeld en het gezond verstand gebruikt dat was nog de beste oplossing. Met al die miserie en gezoek zijn er veel te veel sigaartjes opgesmoord ik heb nu al een derde van mijn voorraad in de lucht geblazen. Uit ervaring weet ik dat er in Tjechie en Duitsland zeer moeilijk sigaartjes kunt bekomen. Afijn, we zien maar wat het wordt.
Het stadje Stolberg in Hartz valt ontzettend mee, het is er aangenaam wandedlen en er zijn volop gezellige terrasjes. Mooie straatjes, lekker bier en goed eten. De eendenborst was uitstekend.
De overnachting is vandaag in gasthaus Kupfer, het gasthaus ligt in het centrum van het stadje dus dat is een meevaller.
Morgen een rit van ongeveer 500 km over binnenwegen en autosnelweg.Als alles goed gaat zit ik morgen in Tjechie.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen) Categorie:2019 019 Elbe van bron tot monding
Redelijk geslapen, maar ik vraag me af waarom ze in Duitsland van die onnozele dunne kussens hebben. Twee op elkaar in vieren gevouwen en nog het gevoel hebben dat je op een dun kussen ligt.
Na een uitstekend ontbijt wordt de Tri (die zich zoals altijd fantastisch gedraagt) rond kwart voor acht gestart. Vol goede moed vertrek ik niet wetende dat deze dag verschrikkelijk zwaar gaat worden. Thuis een toertje maken van 512 km met hier en daar een stukje snelweg is poepsimpel. Zo’n toer is te doen op een fatsoenlijke manier als alles meezit. Maar als er een tiental omleidingen gedaan moeten worden en als het om elf uur in de voormiddag al een graadje of 28 is en er flinke stukken slecht wegdek in de toer zitten dan is het zweten, puffen en werken geblazen. Vandaag weer regelmatig gedacht; jongen toch waarom doe je dit je eigen aan, blijf toch lekker thuis en doe een ritje rond de kerktoren. Neen, dus deze oude man zal het waarschijnlijk nooit afleren, hoe verder hoe liever is nog altijd het motto.
Ik heb vandaag dus zes uur en drie kwartier gereden, de spaarzame stukken snelweg heb ik wel constant rond de honderdzestig km per uur kunnen rijden. Op het einde van de rit nog een onweersbui en dertig km bar slechte weg dus was ik weer aan het mekkeren waarom ik hier in godsnaam rond lig te dalken. Al bij al geen tijd gehad om fatsoenlijk foto’s te nemen alhoewel het hier prachtig is, niet gegeten juist drie keer gestopt om rap rap een sigaartje te roken. Rond 16 u steendood aangekomen in het hotel.
Na een heerlijke douche, en een paar sigaartjes op het terras met een prachtig uitzicht ben ik alle ellende weeral vergeten. Ik heb hier een heerlijke kamer met mooi uitzicht, het bier is lekker en koud en het avondmaal is uitstekend. En er liggen normale kussens op het bed. Dus de Kees gaat toch nog maar een paar jaartjes wachten om rond de kerktoren te gaan rijden.
Morgen heeft de Tri een welverdiende rustdag en trekt de Kees de bergen in om de bron van de Elbe te gaan bezoeken, als het geen wandeling is van een uurtje of vier;
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen) Categorie:2019 019 Elbe van bron tot monding
Eindelijk kan ik vandaag de bron van de Elbe gaan ontdekken. Aan de receptie van het hotel heb ik een Gopass gekregen waarmee ik korting krijg bij het gebruik van de kabelbanen. Ik kom erachter dat ik weer niets bij heb om het materiaal in te steken wat ik onderweg nodig heb. Ik moet namelijk nogal wat meeslepen zoals een koeltasje waar mijn insuline spuiten inzitten, een paar pakjes koekjes om een eventuele hypo op te vangen drinken sigaren enz. Te veel om in mijn broekzakken te stoppen. Voor de zoveelste keer in mijn reis carrière ga ik weer maar een rugzakje kopen.
Alles ingepakt, gezwind de motor op (in mijn jeansbroek een motorbroek is wat zwaar om bij een graadje of 28 te gaan wandelen) De eerste kabelbaan werkt nog niet, de tweede evenmin en de derde doet het ook niet. Waarschijnlijk te vroeg in het seizoen. Ik ben goed gezind vandaag dus ik maak me er niet druk over. Ik rij gewoon met de motor naar boven en dan zie ik wel waar ik uit kom.
Nog geen vijfhonderd meter ben ik weg en sta ik voor een bord dat zeer duidelijk is. Verboden voor auto’s en motors om verder te rijden. Na wat opzoekwerk kom ik te weten dat er enkel speciale bussen door het nationale park mogen rijden. Er zijn onderweg diverse stopplaatsen waar je dan met een wandeling kunt beginnen. Na nog wat opzoekwerk kom ik te weten dat de dichtstbijzijnde stopplaats om naar de bron te wandelen een wandeling van ongeveer viereneenhalf uur is. Nu begint het me wel serieus mijn kloten uit te hangen. IK denk er niet aan om met deze hitte drie uur bergop te gaan wandelen en nog eens anderhalf uur terug alleen maar om een foto van die klote bron te hebben. Hier sta ik dan met mijn rugzakje, omdat ik niet heel de dag op een terras wil gaan hangen besluit ik om aan een stuwdam langs het meer te gaan wandelen.
In de namiddag nog wat gewandeld in het stadje waar ik de dorpsgek tegen kwam. Een beer van een vent met een grote baard en een wandelstok bekleed met het vel van een hermelijn denk ik. Ik heb hem een tijdje in de gaten gehouden en kom tot de conclusie dat hij zo gek nog niet is. Elke toerist die een foto van hem nam moest hem betalen. Ik heb geen enkele toerist zien weigeren om te betalen.
Al bij al een rustige aangename dag gehad, lekker gegeten en redelijk wat terrasjes gedaan.
Morgen beginnen we langs de Elbe te sokkelen, de overnachting is voorzien in Ceska Lipa. Toch nog een rit van 285 km.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen) Categorie:2019 019 Elbe van bron tot monding
Even terugkomen op gisterennacht, een kwartier na middernacht word ik wakker van een verschrikkelijke jeuk. De linkse kant van mijn bovenlichaam staat vol met bobbels. Ik maak er een foto van om het te tonen aan de receptie bij het uitchecken. Ik kan in mijn bed niets bijzonders vinden en ga terug proberen te slapen weliswaar met mijn hemd en broek aan. Nog geen half uur later staat ook de rechtse kant van mijn bovenlichaam vol met dezelfde bobbels. Ik ga wat googelen en kom bij foto’s uit met dezelfde bobbels als ik heb. Waarschijnlijk zijn het beten van bed wants. Ik besluit om niet meer in dat bed te gaan liggen, probeer nog een paar uur te slapen in een stoel die op de kamer staat. Geen prettige nachtrust gehad, ben dan ook niet van plan om voor deze nacht 52 euro te betalen.
Aan de receptie denken ze er echter anders over. De dame die daar zit was zwaar verontwaardigd als ik over beestjes in het bed begon. Dit is een viersterrenhotel mijnheer hoe durft u zoiets te veronderstellen? Volgens haar kan ik niet tegen de zeep waarmee het beddengoed gewassen is. (Haar dochter heeft dat ook) Hallo mevrouw, ik heb al in honderden hotels geslapen en dit in de raarste landen nooit last gehad van zeep. Afijn om een lang verhaal kort te houden, ik heb de nacht wel moeten betalen.
Ik vertrek met een aangename 20 graden en ben benieuwd wat de dag gaat brengen. Ik wist het redelijk snel, hitte, hitte en nog eens hitte. Ik ga hier zeker niet zitten klagen over het weer maar als het rond een uur of elf al 29 graden is en dat oploopt tot 33 graden is het echt niet heerlijk rijden met een lijf vol bobbels die jeuken als de pest.
In normale omstandigheden is dit best een leuke rit om te rijden, aangename slingerwegen, het wegdek is van redelijke kwaliteit, charmante dorpjes en mooie steden. De laatste 150 km gaan echter constant door landbouwgebied, de eerste kilomaters is het nog aangenaam maar na 50 km heb je het wel gezien. De wegen blijven gelukkig bochtig genoeg om me niet te vervelen.
De laatste 40 kilometers eindigen in een ongezien chaos (inderdaad Theo, altijd aan het einde van een rit) ik kom op een rotonde en de hoofdweg naar Ceska Lipa waar ik moet zijn is afgesloten. Er komen vier wegen uit op de rotonde, op alle vier die wegen staan km files. Als ik eindelijk de rotonde kan op rijden volg ik het omleidingsbord naar Ceska Lipa. Aan het eerstvolgende kruispunt gedaan met omleidingsborden. Tot drie keer toe kom ik in de files te staan om de rotonde te passeren. De derde keer helpt een vriendelijke mens op een scooter mij uit de problemen. Ik verlies hier anderhalf uur op het heetste van de dag. Als ik aan sta te schuiven zit ik in een temperatuur van 36 graden. Het was weer een gezellige dag.
Morgen naar Dresden voor twee nachten, het ticket voor de hop on hop off bus is al besteld. Een rit van 285 km. De weersvoorspelling zegt dat het morgen nog een paar graden warmer zal zijn dan vandaag. Joepie, leve de jeuk.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Categorie:2019 019 Elbe van bron tot monding
Een goede nacht gehad in een kamer waar je gemakkelijk met vier had kunnen verblijven. Het probleem van de jeuk is ook opgelost. Ik ben blij dat het opgelost, maar minder blij om het probleem te voorkomen. Het ligt namelijk aan de hitte in combinatie met alcohol en het gebruik van Medrol. Het zal dus redelijk waterachtig worden op deze reis, maar het gevoel van een paar honderd muggenbeten te hebben is ook niet alles.
De start liep vandaag niet over een leiendakje, om de eerste omleiding te vermijden sla ik een weggetje in dat na een paar honderd meter wel heel slecht wordt. Een drietal km is het laveren rond diepe putten en over losse steenslag. Het zweten is nu al begonnen. Na deze hindernis heb ik echter een fantastische rit gereden vandaag. Om dit soort ritten te rijden is de reden dat ik zo graag op reis ga met mijn geliefde Tri. Wat kan mij de hitte schelen, de slechte wegen en alle andere miserie die je altijd wel tegenkomt als je op reis bent. Elke dag starten met het gevoel hoe zal het vandaag zijn en dan onverwachts is er altijd wel die ene rit die eigenlijk perfect is.
Ook vandaag kom ik weer groggy aan in Dresden, het hotel ligt in het centrum van de stad en ik kan jullie verzekeren als je met 34 graden van het ene stoplicht naar het andere moet rijden je gevoel krijgt dat je ballen aan het koken zijn en je hersenen liggen te pruttelen. Toch ben ik blij dat ik rij.
Het ergste van zo’n dag is aan de receptie aankomen. Terwijl je half bewusteloos van je motor gestapt bent, kom je zwetend en puffend aan die receptie, daar krijg je een papiertje voorgeschoven om dit even in te vullen. Hallo, ik weet nog amper hoe ik heet op dit ogenblik. De receptionist kijkt me meewarig aan terwijl ik hevig bibberend dat onnozel papiertje probeer in te vullen. Op de zweetdruppels die op dat klote papiertje vallen kun je geen letter geschreven krijgen het wordt dan ook een janboel van jewelste. Ondertussen dat ik zo sta te klooien krijg ik hele uitleg over het ontbijt, of ik een kamer met zicht op de rivier wens of een stadszicht. Ik kijk hem onnozel aan en zeg hem dat het mij geen bal kan schelen. IK WIL NAMELIJK DOUCHEN.
Na de douche heb ik nog een goed gesprek gehad met die mijnheer, hij heeft me zelfs een pint aangeboden in de bar. Dat kan ik toch moeilijk laten liggen dan gaat die mens denken dat ik echt kierewiet ben. En ik zie het echt niet zitten om die mens heel mijn jeukverhaal te gaan vertellen dus hoop ik maar dat het van één pint mee zal vallen.
Morgen Dresden gaan verkennen, volgens de weersvoorspelling in de regen.
Ik heb een kamer met zicht op de rivier en heel de middag de zon op mijn raam zonder airco. Maar wel lekker gegeten.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen) Categorie:2019 019 Elbe van bron tot monding
Goed weer, goed hotel en geen problemen meer moet dat niet zijn om een dag in Dresden door te brengen. Op tijd het ontbijt genomen en al mijn rommel die ik bij een wandeling nog heb in de rugzak gekieperd. Een tweetal kilometer wandelen (het zullen niet de laatste zijn) om naar de startplaats van de op on op off bus te gaan. Het is nog warm maar niet meer zo verstikkend als gisteren 26 graden.
Stipt op tijd vertrekt de bus, ik steek de audiogids en mijn oor en krijg heel de geschiedenis ver Dresden. Het valt op dat er weinig over de tweede wereldoorlog wordt gesproken die toch veel schade heeft toegebracht aan de stad. Ook hier krijgen de toeristen af en toe nogal optimistische informatie. Bv. het mooiste plein ter wereld, ik kan jullie verzekeren dat er in Moskou, St. Petersburg en Florence ook schitterende pleinen te vinden zijn. Volgens de gids is de Elbe met een lengte van 1.094 m de langste rivier van Europa. Met deze lengte staat de Elbe op de negende plaats en dit weet ik heel zeker want ik heb zelf een paar rivieren afgereden die langer zijn dan de Elbe. Maar die overdreven informatie geven ze in elk land, de mooiste kerk ter wereld, de hoogste toren ter wereld enz.
Dresden is een fijne stad en zeker een bezoek waard, gezellige terrasjes, geen overdreven drukte en de mooiste gebouwen en pleinen liggen relatief dicht bijeen. Het was fijn hier in het hotel Am Terrassenufer en het zal morgen weer fijn zijn op mijn goede trouwe reisgezel de Try.
Het is donker aan het worden in Dresden, tijd om te gaan slapen
Morgen rijden we verder langs de Elbe de overnachting is in Worlitz gelegen aan, hoe kan het anders, de Elbe. Een ritje van 250 km.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Categorie:2019 019 Elbe van bron tot monding
Ondanks de vele omleidingen toch een mooie rit gereden. De laatste veerboot die ik genomen heb zet me voor de deur van het hotel af.
Geen verslag van de rit vandaag, het weer is te mooi en er heerst hier een gezellige drukte in het hotel, te gezellig om mij op te sluiten in mijn kamer om aan de blog te werken. De Kees heeft ook verlof he.
Trouwens ik moet op tijd gaan slapen morgen staat er een rit van 335 km over binnenwegen op het programma.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen) Categorie:2019 019 Elbe van bron tot monding
Het kan niet alle dagen kermis zijn, zo ook met de ritten het kan niet elke dag een fantastische rit zijn. Al wie dat beweert geloof ik niet. Vandaag had ik zo’n dag, een ongelooflijk saaie rit van meer dan 300 km. Ik heb een paar foto’s in het toch wel mooie stadje Magdeburg kunnen nemen. Veel tijd had ik niet om dit stadje te bezoeken, de veerboot die ik moest nemen om bij het hotel weg te kunnen vertrok pas om negen uur. Voor de rest eindeloze landbouw met één foto heb je alles gezien. Nog een veldje met klaprozen, een kleurrijke berm en dat is het dan zowat voor vandaag. Opmerkelijk was een dorpje dat letterlijk in de schaduw van een hoge dijk van grint ligt.
De dagelijkse omleiding waren vandaag het spannendste dat er te beleven viel. Het onprettigste was geflitst worden bij de ongelooflijke snelheid van 36 km per uur.
Maar ik ga niet klagen, het weer is uitstekend 20 tot 22 graden perfect om met de motor te toeren, en ik kon mij regelmatig uitleven op mooie bochtige wegen waar honderd km per uur mag gereden worden.
Al bij al dus een saaie rit maar toch amusementswaarde genoeg om niet in slaap te vallen.
Morgen komen we in Hamburg aan war de Elbe in de Noordzee stroomt. Toch weer een rit van 300 km, natuurlijk weer over de binnenwegen.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Categorie:2019 019 Elbe van bron tot monding
Na een goed ontbijt starten we op tijd voor de tamelijk lange rit van 300 km. De kilometerteller van de Tri is gisteren over de 115.00 km gegaan. Wat is me dat een motor zeg, bar slechte wegen heeft ze gehad, een rit door de woestijn in Marokko, daar ook nog eens drie dagen in een zandstorm gestaan en nooit heeft mijn trouwe maat me één keer in de steek gelaten.
Het is redelijk fris bij de start, meer we hebben een blauwe lucht en na een uurtje is het ideaal motorweer. De rit ziet er op de kaart een stuk beter uit als gisteren. We rijden al snel door mooie stukjes natuur en zien de Elbe steeds forser worden.
In Hamburg rijden we door het havengebied er is echter weinig gelegenheid om hier foto’s te nemen. Tamelijk druk verkeer en geen parkeergelegenheid. Als we voorbij een scheepswerf komen kan ik op een parking gaan staan voor een paar foto’s ook neem ik hier aan een kraam mijn lunch. We zijn nu bijna de haven uit en vervolgen onze weg langs de Elbe. Het is hier heerlijk toeren, jammer dat we regelmatig stukken moeten overslaan van de route omdat het daar in het weekend verboden is voor motors. Het is natuurlijk gemakkelijker om zo’n bord weg te zetten dan die paar zotten die hier in het weekend over de dijken aan het racen zijn. Nu wordt elke motorrijder gestraft.
In het immens grote havengebied rijden we voorbij de productiehallen van Airbus, best wel indrukwekkend hoe groot het allemaal is. Volgens een mijnheer die daar gewerkt heeft zijn er hier 5.000 mensen te werk gesteld.
Mooi op tijd komen we in Cuxhaven aan, eerst een paar foto’s van de haven en dan het doel van deze reis de monding van de Elbe.
Morgen rijden we langs de Noordzee naar Bremerhaven daar gaan we de veerboot op die ons naar de overkant van de Weser brengt. Dan over binnenwegen naar de provincie Groningen en van daaruit op de autosnelweg naar huis. Een rit van ongeveer 530 km.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Categorie:2019 019 Elbe van bron tot monding
Naar het zuiden van FrankrijkHet regent hier , het is koud
Het is hier koud en regenachtig. Niets voor de Kees. De Triumph staat ook te stampen van verveling dus de routeplanners bovengehaald en een reisje naar het Zuiden van Frankrijk uitgewerkt. Morgenochtend eerst naar de tandarts en dan kan ik vertrekken naar de streek van de Tarn.
In België rijden we over de autosnelweg. Vanaf Rijsel nemen we de mooie binnenwegen in Frankrijk tot Albi waar een paar nachten blijven. Een dag of tien zijn we weg, we rijden ongeveer 2.800 km. De weersvooruitzichten zijn uitstekend voor Frankrijk hopelijk kan ik er dan ook weer een mooi reisje van maken.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Categorie:2019 20 Naar het zuiden van Frankrijk