| ik moet je vertellen van zoveel  ik heb nieuwe schoenen gekocht ze kwellen me nu al van links naar rechts zitten mijn tenen als haringen in een ton ik heb mijn brilleglazen gebroken  dus moest ik bij de opticien langs want ook hem zag ik dubbel een klier van een vent die nooit went ik had nog geen miserie genoeg nauwe schoenen dubbel zicht  kwam daarbij dat ik mijn rok verloor tussen een menigte tieners die niet wisten wat hen overkwam Ze gibberden en sourdine zoals de doffe roep van scheepshorens ik stond erbij alsof ik door de bliksem getroffen was als de bliksem er vandoor  zonder rok aan mijn lijf mijn rok in de hand ik heb me achter een bushokje gewrongen de rok met een veiligheidsspeld bevestigd en weg was ondergetekende van deze tekst ik had de pech aan mijn zijde  de miserie in een notedop speelde zich voor mij af als een komische film bij uitstek ik voelde me een belachelijke toevalligheidals niet één  ik ben gaan slapen met mijn hoofd in de kussens van de schaamte binnen de woorden  in mijn dagboek der domme fratsen die me zomaar overkwamen Ingrid Lenaerts 
 |