Het ruikt hier muf naar aardappelschillen voor het varken van de boer van hiernaast het is zijn laatste exemplaar dat hij koestert alvorens de slacht weer onder ons zal zijn
En ik wil deze ritus niet meemaken het brullen van het arme beest naar een waarom zonder antwoord de laatste gil zoals een stoomfluit van een ouderwetse trein
Nu kan het nog dromen van de boomgaard toen het op zijn flanken lag onder modder te drogen in de zon met een margriet tussen de bek als een zalige nietsdoener Hij weet niet wat hem te wachten staat. Ik wel en ik gruwel daarvan
Ingrid Lenaerts
|