Bloemkoolquichexml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Ingrediënten voor 4 personen
300 g bladerdeeg 1 bloemkool 6 sneetjes spek (gerookt) 4 eieren 1 dl melk (halfvol) 0.5 dl room 150 g gemalen kaas peper zout nootmuskaat
De spekblokjes kort aanbakken zonder vetstof in een pan met antikleeflaag.
Uit de pan nemen.
De in kleine roosjes gesneden bloemkool blancheren in kokend gezouten water.
Laten uitlekken.
Een ronde, platte taartvorm insmeren met boter en bekleden met het deeg.
De deegbodem een paar keer inprikken met een vork.
Daarop de spekblokjes en de bloemkoolroosjes verdelen.
De eieren loskloppen met de melk en de room en kruiden met peper, zout en nootmuskaat. Over de bloemkolen en het spek gieten en bestrooien met de geraspte kaas.
Gedurende 45 minuten laten bakken in een op 175 graden voorverwarmde oven.
Serveren met een slaatje.
Zeebanket in een aardappelbakje
Ingrediënten voor 4 personen
10 aardappelen (Bintje) 2 eieren 40 g boter (roomboter) peper zout nootmuskaat 75 g paneermeel 12 Sint-Jakobsnoten 1 citroen 200 g zeeduivelfilet 100 g champignons 200 g Noordzeegarnalen (ongepeld) 15 g bloem (tarwebloem) 1 dl room 0.5 bosje peterselie
Vooraf de garnalen pellen en de kopjes bewaren.
De geschilde aardappelen koken, afgieten en laten drogen.
Heet doorsteken met een draaizeef of een stamper.
Vermengen met de eierdooiers, de helft van de boter en de kruiden.
Grote, afgeplatte bollen draaien van het aardappelmengsel.
Deze in het losgeslagen eiwit en het paneermeel wentelen, zoals bij aardappelkroketten.
De handeling een tweede maal herhalen.
Een dekseltje, dat later weggenomen wordt, nu reeds inkerven in de aardappelbol.
De Sint-Jakobsvruchten spoelen in koud water en gedurende 5 minuten laten gaarsudderen in een bodempje water met wat zout en citroensap.
Het zeeduivelvlees in blokjes snijden en op dezelfde manier laten gaar worden.
De champignons in schijfjes snijden en gaarkoken met wat boter, een bodempje water, wat zout en ruim peper.
Over de garnaalkopjes zoveel kokend water gieten als nodig is tot ze juist onderstaan en enkele minuten laten trekken.
De rest van de boter smelten en vermengen met bloem.
Deze blanke roux mengen met wat kookvocht van de zeeduivel, de Sint-Jakobsvruchten en de champignons en met een weinig garnaalextract.
Al roerend binden op een matig vuur.
De room bijvoegen en de saus wat laten inkoken.
Eventueel door een zeef wrijven.
De zeevruchten, de vis en de champignons in de saus mengen en warm houden.
De aardappelbollen bakken in hete frituurolie.
De deksels eraf snijden, de bakjes gedeeltelijk leeghalen en de holte royaal vullen met het zeebanket.
Versieren met peterselie.
Warm opdienen.
Bessenmousse
Ingrediënten voor 4 personen
400 g blauwbessen 125 g suiker 5 dl room
Per persoon een eetlepel bessen vermengen met een beetje suiker en in diepe glazen scheppen. De rest van de bessen pureren en door een fijne zeef halen.
Naar smaak bestrooien met fijne suiker en roeren tot het sap en de suiker goed vermengd zijn.
De room stijfkloppen en de bessenpuree er langzaam doorroeren.
Met dit slagroom-bessenmengsel de glazen verder vullen.
Gedurende minstens 2 uren laten opstijven in de koelkast.
|