4 middelgrote tomaten- blaadjes Romeinse slaxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
320 g handgepelde garnalen- peper- zout en olijfolie
Voor de mojo:
6 teentjes knoflook- 4 g komijnzaadjes- 1 bosje koriander,fijngehakt- 1/2 bosje platte peterselie, fijngehakt- 200 ml olijfolie- 200 ml maïsolie- 50 ml sherry-azijn- peperen- zout- snuifje suiker
Maak eerst de mojo, de beroemde saus van de Canarische Eilanden. Plet de knoflook met zout en komijn tot een pasta. Maak een mayonaise zonder mosterd met olijf- en maïsolie en sherry-azijn. Kruid met peper en zout en een snuifje suiker. Roer er de knoflookpasta, koriander en peterselie onder.
Pel nu de tomaten. Snij het hoedje er af. Haal de kern en de pitten uit. Leg de tomaten even omgekeerd om ze wat te laten uitlekken. Schik enkele blaadjes sla op een bord. (De tomaat en garnalen primeren, de sla is er enkel als toets). Vul de tomaat royaal met garnalen. Kruid met peper en zout en een scheutje olijfolie. Schik de tomaat naast de sla en leg er een lepel van de mojo naast.
Tip:
Garnalen zijn té lekker om ze te verdrinken in mayonaise of saus. Wees dus zuinig met de mojo, de saus moet het gerecht ondersteunen, niet overheersen. Zet eventueel een kommetje met mojo op tafel.
|