Wil je meer lezen over het nestje bordercolliepups en hun ontwikkeling de eerste 8 weken kijk dan eens op www.hettysite.nl weblog 1 vanaf 1 juni 2007. Het was zo mooi om mee te maken dat ik er een kinderboekje over schreef. Dit dierenprentenboekje is te koop. Scotty vertelt over wat hij beleefde vanaf het moment dat hij geboren werd tot hij zich op z'n gemak voelde bij z'n nieuwe baas. Meer informatie over "Ik ben Scotty" en hoe je het unieke boekje kunt bestellen, is op de website www.hettysite.nl te lezen onder het kopje Kinderboekjes. Welkom!
De pups van Tessa en Scott waren een geweldige ervaring!
Een paar pagina's uit het kattenprentenboekje IK BEN MONIEK. www.hettysite.nl
of de belevenissen van een Achterhoekse in Drenthe
23-05-2014
Over een gevecht en een ontbijtje...
Met Twila en Luella - september 2010
Ik weet dat ik het niet zal winnen…maar ik geef de moed nog steeds niet op. Ik heb het over mijn gevecht met het zevenblad, de vijand van iedere tuinier. Dacht ik alles weggehaald te hebben op een stukje dat ik opnieuw wilde inplanten, ik liet het even rusten … en ja hoor… wel 10 plekken waar dat gehate spul weer boven kwam. Ik heb het opnieuw uitgegraven, heel voorzichtig om alle worteltjes mee te krijgen. Ben benieuwd hoe lang het nu gaat duren voor ik die groene haneklauwtjes weer boven de aarde zie uitkomen. Op de ruige stukken van het erf kan het me niet zoveel schelen maar vlak om ons huis hou ik de strijd nog vol. In het vroege voorjaar pluk ik de bladeren wel om er samen met de brandneteltoppen een lekker voorjaarssoepje van te brouwen. Dus helemaal schadelijk is het niet. Het schijnt zelfs heel gezond te zijn. Zo vond ik het recept van Luella terug van een zéér gezond ontbijtje. Ze had de ingrediënten voor ons klaar gelegd op de ochtend voor we naar de Black Hills zouden vertrekken. Zelf moest ze nog even naar de chiropractor. En lekker dat het was. Ik schreef het meteen op, kreeg zelfs zakjes mee om het in te doen maar tot mijn schande moet ik toegeven dat er nog niet van gekomen is. Maar nu gaat het gebeuren. Wil je het ook eens proberen? Doe twee eieren, zonder de bast, stukjes champignon, gesnipperd uitje, geraspte kaas en stukjes tomaat ineen plastic zakje dat je af kunt sluiten. Dat masseer je even en doe het in een pan met water tegen de kook aan. Na 13 minuten is je ontbijtje klaar.
Zomaar een leuke middag. ‘Komen jullie me zaterdag helpen met de lammetjes?’, vroeg ik donderdag aan deze kinderen op de afsluiting van het V en T programma in de Schepershof. Dat wilden ze wel. En vanmiddag haalde Wim de familie op. Ze hadden geen idee waar ze terecht zouden komen. Dat was even schrikken voor ze toen ze Storm zagen want ze hadden niet zulke beste ervaringen met een buurhond. Maar het ijs was al gauw gebroken. Na het voederen van de twee kleinste lammeren was Storm helemaal aan de beurt. Storm is dol op kinderen en hij had al gauw door dat hij speelkameraadjes had. Het bijzondere was dat hij bij ons vaak zijn bal of knuffel niet kan afstaan om opnieuw te gooien, maar de kleinste van deze twee had overwicht. Hij commandeerde: ‘Storm los’, terwijl hij met zijn vingertje wees en hem strak aankeek. Storm had al gauw z’n beweging voor de dag al weer gehad. Toen hij gisteren bij Henry Nielen z’n jaarlijkse enting kreeg vond die hem aan de dunne kant. ‘Er mag wel een kilootje bij’, vond hij. Het was een gezellige middag met deze familie die nog niet zo lang in Nederland woont. Storm was blij met de kinderen en die waren van hun angst voor honden genezen.
Het is een kunst om als alles tegen zit toch opgewekt en positief te blijven. Elke keer als we een bijeenkomst of zoals vorige week een uitje hebben met ‘Passage Zuidbarge Rietlanden’ wordt er even bij stil gestaan dat we een paar zieken in onze gelederen hebben. Roelie Drenthen is er een van en vanmiddag togen Coby en ik naar verpleeghuis De Horst waar Roelie op de Revalidatieafdeling op verder herstel wacht. Na een operatie aan haar knie gooiden een bacterie en een longembolie behoorlijk roet in het eten en wacht ze op verder herstel voor er een nieuwe knie gezet kan worden. De bacterie is ze gelukkig kwijt. Dat is al wàt. Coby kwam op de fiets naar me toe en na het bewonderen van de lammerencrèche gingen we gezamenlijk dus op de Horst aan. Het was even zoeken, wat een groot en mooi gebouw en wat een vriendelijke verpleging. We waren niet de eersten want Albertje en haar man waren al een poosje bij haar. De bloemen uit onze tuin werden erg op prijs gesteld en ook één van de Passage potten met waxinelichtje die we meebrachten om te laten zien wat het ééndagsbestuur bedacht had. Natuurlijk vertelden we over ons uitje naar Orvelte. Nee, Roelie wist ook niet waar de uitdrukking ‘een blauwtje lopen’ vandaan kwam. Weet je het nog? - In dat Ottenshoes stonden in de pronkkamer een blauw servies op tafel en de gids vertelde over het ontstaan ervan. Als vroeger een jongen voor het eerst bij een meisje thuis kwam werd er natuurlijk ook koffie gedronken. Kreeg hij dat dan in een blauw kopje... dan wist hij dat hij niet terug hoefde te komen. Maar kreeg hij de koffie in een kopje met een andere kleur dan zat het wel goed. Roelie was gisteren, op Moederdag, naar huis geweest om dat te vieren met de hele familie. En meteen werd de verjaardag van haar jongste zoon gevierd. Wat had ze een mooie dag gehad met haar kinderen en kleinkinderen èn de verjaarsvisite. En zo geniet ze van alle goede dingen die ze óók beleeft. De tijd vloog voorbij… We wensten haar veel sterkte en tot een volgende keer.
Afgelopen week werden de kleden met veel zorg opgehangen. De mannen hingen het op en de dames keken toe...
Voor een nieuwe expositie in de Schepershof hebben we Fenna Lever weten te strikken. Zij is al jaren bezig met het in elkaar zetten van quilts, een heel oude techniek van het maken van kleden en dekens door verschillende stukjes stof aan elkaar te naaien. Ze bestaan uit drie lagen. De toplaag brengt het meeste werk mee, de tussenlaag is meer voor de stevigheid en de onderlaag kan uit één lap bijpassende stof bestaan. Op de expo-wanden van de Schepershof zijn nu de quilts van Fenna Lever te bewonderen. Vanmorgen vertelde ze zelf iets over de techniek en het vele werk dat het met zich mee brengt. Het grootste kleed heeft haar twee jaar en twee maanden gekost om het af te krijgen wat haar man Henk de opmerking ontlokte: ’Ik wou dat ik dat kleed was!’ Momenteel is ze bezig met het maken van troostdekentjes voor ernstig zieke kinderen. Natuurlijk zijn de lapjes dan voorzien van iets wat kinderen leuk vinden: dieren of auto’s. Het is zo’n mooi geheel geworden dat veel mensen er bewonderend naar staan te kijken.
Al wonen we wat afgezonderd , er valt altijd wat te beleven met dieren om je heen. Onze haan, een prachtige donkere Barnevelder was een half jaar geleden gesneuveld, waarschijnlijk door een roofvogel of andere rover. Ik was in de veronderstelling dat er bij de kuikens van afgelopen augustus een paar haantjes zouden zijn, maar nee dus. Gerald heeft ze bekeken en kwam al snel tot de conclusie: allemaal hennetjes! Intussen hebben we vorige week een haan gekregen van Rob. ‘Ik heb er ook nog wel een paar dezelfde hennetjes bij’, zei hij. En die bracht hij gisteren mee. Intussen was ons haantje al geacclimatiseerd en de enige bruine kip, naast de donkere Barnevelders die we hebben, had hem al voor zichzelf uitgekozen. Toen dus die beide nieuwelingen bij in de ren kwamen was het hek van de dam. Madam de Bruine vond het niks dat die er bij kwamen. De haan was namelijk nog geïnteresseerd in de nieuwe want die kende hij nog. In de ren bleek de bruine een kwaaie, zo jaloers als het maar kan en joeg de nieuwelingen alle kanten op. Vanmiddag ging de ren weer open na een anderhalve dag gewenning. Bruintje loopt bij de haan in zijn kielzog en zorgt dat de witte indringers op afstand blijven. Toch zag ik de haan eventjes bij de witte de baas spelen… je weet wel… Tja, maar nu ben ik benieuwd wie straks de broek aan heeft, Bruintje of meneer de Haan.
Al wonen we wat afgezonderd , er valt altijd wat te beleven met dieren om je heen. Onze haan, een prachtige donkere Barnevelder was een half jaar geleden gesneuveld, waarschijnlijk door een roofvogel of andere rover. Ik was in de veronderstelling dat er bij de kuikens van afgelopen augustus een paar haantjes zouden zijn, maar nee dus. Gerald heeft ze bekeken en kwam al snel tot de conclusie: allemaal hennetjes! Intussen hebben we vorige week een haan gekregen van Rob. ‘Ik heb er ook nog wel een paar dezelfde hennetjes bij’, zei hij. En die bracht hij gisteren mee. Intussen was ons haantje al geacclimatiseerd en de enige bruine kip, naast de donkere Barnevelders die we hebben, had hem al voor zichzelf uitgekozen. Toen dus die beide nieuwelingen bij in de ren kwamen was het hek van de dam. Madam de Bruine vond het niks dat die er bij kwamen. De haan was namelijk nog geïnteresseerd in de nieuwe want die kende hij nog. In de ren bleek de bruine een kwaaie, zo jaloers als het maar kan en joeg de nieuwelingen alle kanten op. Vanmiddag ging de ren weer open na een anderhalve dag gewenning. Bruintje loopt bij de haan in zijn kielzog en zorgt dat de witte indringers op afstand blijven. Toch zag ik de haan eventjes bij de witte de baas spelen… je weet wel… Tja, maar nu ben ik benieuwd wie straks de broek aan heeft, Bruintje of meneer de Haan.
Zo af en toe begint het hier op een huishouden van Jan Steen te lijken. In de lammertijd mag ik graag de zorg op me nemen voor verstoten- wees- en 'een van een drieling' lammeren. Het gevolg is wel dat je een paar dagen met een stel lammeren in de keuken zit die je overdag vrij hebt rondlopen. Het komt er op neer dat ze de beste plekjes uitzoeken zoals de warme mand van Storm of jouw leunstoel met een schapenvacht er in. Er is na de voeding wel het een en ander op te ruimen en de wasmachine met oude handdoeken draait regelmatig en de dweil aan een stok doet goede diensten. Maar leuk dat het is! De drie sterksten zijn vandaag verhuisd naar de schapenstal en de zwakste begint aardig bij te komen nu die onder de warme lamp ligt. Storm is er al helemaal aan gewend en heeft een soort vriendschap gesloten met dat vreemde goedje. Maar als ik teveel met ze bezig ben komt hij zijn aandacht opeisen.....
‘Is het je vorig jaar goed bevallen mee naar Schotland te gaan?’, vroeg ik Rick vorige week. ‘O.. jawel…’, was zijn standaard antwoord. ‘En heb je misschien zin om nog eens met caravan en tent mee te gaan naar een andere omgeving?’ ‘O… jawel’. 'Heb je misschien zelf al een plaats waar je graag heen zou gaan?’ Een paar jaar terug zijn we ook al eens samen naar Normandië geweest en op onze trektocht met camper door Canada was hij er ook bij. Dan komt het… ‘Ik wil naar Auschwitz.’ Het klinkt bloedje serieus. Hij heeft er al vaker over gepraat en nu wil hij het echt zien. Ik kijk hem wat onzeker aan. Zuid- Polen…!! ‘Ik weet niet of papa dat ook zo’n goed idee vindt om daar met de caravan helemaal heen te rijden.’ Wij zijn niet zo gecharmeerd van Oost Duitsland na een mindere ervaring toen de muur nog niet zolang gevallen was. ’Papa zegt anders dat hij me door heel Europa wel brengen wil’, is zijn volgende opmerking. Ik zeg al niks meer maar… de raderen draaien…!We hebben zelf Theresienstad bezocht toen we ons reisje met Ben en Diny en Curtis en Berdena naar Praag maakten en dat was al zo vreselijk dat ik besloot om geen andere vernietigingskampen op te zoeken uit vrije wil. Ik denk aan een busreis samen, maar nog beter.... aan andere reisgenoten voor hem: Berend, Gerhard of misschien Mark. Ik begin op internet rond te struinen voor bus- of vliegreizen naar Krakow en Auschwitz. Gerhard is niet van het reizen en zeker niet vliegen, maar Mark is er meteen voor in. En zo gaat het gebeuren, in augustus. Rick blij, wij blij!
Hetty… kijk eens..!’ Daan wijst naar de grond vlakbij Storm. We zijn even met Ben en Niesje bij onze buurtjes om de lammeren te kijken en een praatje te maken. En ineens zie ik daar een dikke drol liggen. Meteen besef ik dat die niet van Storm kan zijn… Lachen…! Daan heeft net z’n zesde verjaardag gevierd en kreeg ook een lekkere dikke bruine levensechte plastic drol. Hij had hem ook al op de stoel van de juf gelegd. Ik heb niet meegekregen hoe dit afgelopen is. Even later moet Storm er aan geloven. Die is zo blij dat hij de jongens weer ziet dat die alles goed vindt. Als we weg gaan beginnen de lammeren in de stal ogenblikkelijk weer te krijsen als kleine kinderen. Ze denken meteen dat ze melk krijgen als ze stemmen horen. Het is een prima idee om Anja de Drentjes te laten die verstoten zijn. Ik wacht wel op de Schoonebekers. Als er 200 schapen van Rob gaan lammeren moet het al gek zijn als er niet een paar zonder moeder moeten opgroeien. Als we op huis aan lopen staan de zes Schoonebeker ooien op een rijtje naar ons te kijken….. Vrouwelijke nieuwsgierigheid? ‘Bij ons is het net andersom’, meldt Niesje. Bij hen thuis houdt Ben goed in de gaten wie voorbij komt lopen…. Gezellig zo’n dagje met elkaar. We maken meteen de afspraak dat ze begin september weer een paar weken bij ons vakantie komen vieren. Waar wij dan heengaan? Nog geen idee. Misschien gaat het wel net als 15 jaar geleden toen we met caravan vertrokken richting Klazienaveen. Bij de snelweg aangekomen vroeg Wim: ’Linksaf of rechtsaf?’ Het werd linksaf en uiteindelijk kwamen we uit bij het Wesergebirge
Toe nou baasje’, lijkt Storm te zeggen. Hij heeft voor de zoveelste keer zijn vosje voor me neergelegd. Het is een van de knuffeltjes die ik met regelmaat voor 25 cent voor hem koop bij Kringloop Het Goed. Er zit leven genoeg in, in die hond van ons. Het is heel apart. Als je hem aankijkt als hij z’n vosje komt brengen, trekt hij z’n speeltje terug, wil hem niet loslaten. Maar als je hem niet aankijkt, legt hij het ding zo op je knie. En voor zover een hond jaloers kan zijn… hij is het. Altijd bang dat je een andere hond voortrekt. Hij wurmt zich er gewoon tussen als je Queeny of een andere aanhaalt. Hij zal toch de kleuterfase wel voorbij zijn. Toen Rick net geboren was voedde ik die de eerste dagen vaak in bed. Toen Gerhard dat zag kwam die er ogenblikkelijk bij en wilde er tussenin. Of wat ik hoorde van een vriendin: ‘Wanneer gaat ie weer weg?’ toen er een nieuw babytje was geboren. Storm is nu 13 maand, moet die fase nu te boven zijn, toch? Hoewel… Queeny doet het ook nog… kan nog wel even duren dus.
Altijd handig als iemand je even komt helpen opruimen in de tuin. Dat gaat binnenkort gebeuren. Gek is dat. Dan wil ik de boel een beetje klaar hebben, tenminste voor het deel dat ik zelf kan natuurlijk. In het begin dat we hier kwamen wonen kwam er eens per week een trouwe hulp om beneden de boel een extra beurt te geven. En wat deed ik dan? De avond ervoor was ik zo druk met opruimen dat ik net zo goed door had kunnen gaan met de stofzuiger en dweil. Ik heb nog wel het een en ander van haar geleerd. Ze begon altijd om de bovenkant van de hoge kast schoon te maken. Zo werkte ze naar beneden toe. Die bovenkant deed ik maar eens per jaar. Zo heb ik nu voor de tuinman komt helpen al heel wat blad in de tuin weg geharkt. De houten tuinset is al in de beits gezet en violen en rozen zijn gekocht om de boel wat op te fleuren. Ik heb meteen maar de hoezen van de tuinset gewassen en te drogen gehangen en een schapenvacht in de wasmachine gehad. Of zou zoiets toch ‘schoonmaakwoede’ heten…?
Hoe is het ermee?’, vraag ik aan de oude dame die naast me zit bij het koffiedrinken na de kerkdienst. ‘Slecht’, antwoordt ze meteen. ‘Is het zo erg?’ Ja, zegt ze, ‘ik ben aan het dementeren. Gisteren was ik hier ook al, ik dacht dat het zondag was. Ze waren hier druk bezig om de stoelen allemaal goed te zetten.’ Ze heeft er duidelijk erge moeite mee. Ze woont nu gelukkig in De Schans, het Zorgcentrum hier vlakbij. Binnenkort krijgt ze een soort kalender met klok en dag en datum. Dat zal vast iets helpen. Dan vraag ik haar wat ze vroeger voor werk gedaan heeft. Ze zat in de verpleging, vertelt ze, en in het dorp deed ze veel vrijwilligerswerk, was ze zelfs gespreksleider bij het buurtwerk. Ze noemt een dorp ergens aan de Rijn. Ik vraag haar hoe ze dan toch in Emmen terecht is gekomen. Nadat haar man gestopt was met werken waren ze naar Emmen gekomen, vertelt ze. Hij is intussen al overleden en ligt vlak bij ons begraven op begraafplaats het Oeverse Bos. Dat weet ze me allemaal zonder haperen te vertellen. Het lange termijn geheugen doet het nog en ze is ineens weer opgewekt. Wim heeft met de Cantorij ook een muzikale bijdrage geleverd. Het is een geweldige ondersteuning bij kerkdiensten. Wim is nu aardig ingeburgerd in dat koor èn de liederen. In het begin raakte hij wat gefrustreerd van al die nieuwe liederen. Elke avond kwamen er een stuk of drie bij.. Ze hebben meer dan 200 liederen op hun repertoire. Maar intussen is hij getraind....en dat voor een man die nooit bij een koor wilde omdat hij geen zin in oefenen had. Nu oefent hij twee keer per week. Maandags Cantorij en dinsdags Valerius en dan hebben we het nog niet over de optredens, kerkdiensten en begrafenissen… En even later fietsen we, in het mooiste lenteweer ooit op 9 maart, naar huis.
Er hoort toch een haan bij, vind je niet? Deze foto is van een paar jaar terug.
Hebben jullie nog belang bij een mooie gespikkelde haan op jullie erf?’, mailde onze trouwe schapenman Rob. Alle kippen die we op dit moment hebben komen bij hem vandaan. Van de eerste gespikkelde toom is er nog maar eentje over. De rest is uitgedund door steenmarter en kiekendief. Maar de volgende die we van hem kregen, donkere Barnevelders, doen het nog steeds goed. Alleen de mooie zwarte haan is gesneuveld. Kort erna, toen we in september met Rick op vakantie door Schotland trokken, kwam er onverwacht een kloek met kuikens uit de struiken zetten, vertelden Ben en Niesje die de oppas verzorgden. Daar zijn er nog vier van over. Ik denk dat er twee haantjes bij zijn. De staarten zijn nog niet helemaal ontwikkeld en ik heb ook nog geen hanengekraai gehoord, maar toch. Rob moet er maar even naar kijken als hij de Schoonebeker ooien komt omweiden. Want in mijn ogen hoort er een haan bij de kippen. Voor Wim hoeft het niet… helemaal niet zelfs, hij ziet de bui al weer hangen van broedse kippen en haantjes waar je van af moet zien te komen. Alles hebben we hier al meegemaakt. Buurman Jans heeft ons in het verleden al van heel wat haantjes afgeholpen. Nu houdt de natuur het aantal in evenwicht...
He’j et veurjaor in de kop?’, zeiden ze vroeger wel eens als je je even druk maakte terwijl je anders graag op je lauweren rustte. Zo’n dag was het vandaag. Het zwemmen vanmorgen ging uitbundig, we zongen als lijsters voor een jarige mede aqua jogsters, deden extra oefeningen in het warme bad, dronken samen koffie in ’t café en gingen daarna ieder ons weegs. Mijn bezoekje met Susan aan onze vaste stek Het Goed verliep wat rustiger. We deden ons rondje en bij de tosti Hawaii werd lief en leed besproken en daarna ging het op huis aan. Maar toen ...kreeg ik het te pakken. Ken je dat? Er moet dan gewoon wat gebeuren. Ik heb emmers vol water met azijn gebruikt om hek en tuinmeubelen met sponsjes af te boenen. Het groen zat er dik op. Morgen ga ik nieuwe buitenbeits halen om het houten tuinstel op te fleuren. Terwijl ik vanavond mijn spieren ontspan in een luie stoel merkt Wim op: ’Ie hadd’n toch gewoon de hogedrukspuite der op können zetten… geet völle makkelijker… Kön ie ok wel.’ Da’s achteraf praten… toch? Zelf was hij de hele dag in de weer voor de Voedselbank. Kan hem nergens de schuld van geven… Moet ik dan toch die apparatuur eens gaan proberen?
Dat komt ervan als je er een snoeppaleis voor de vogels van maakt. Terwijl ik nog wat na zit te genieten van de actie van de grote visser en hem zie zitten verder op het land zie ik vanuit mijn linker ooghoek een andere rover voorbij schieten. 'Den is kleiner as een buizerd', zeg ik tegen Wim. 'Wat is het?' De vogel zet zich neer op dezelfde stronk waar nog geen 10 minuten ervoor de reiger doodstil stond te staren. Deze staarde niks. Er staat vlakbij aan de rand van de vijver een grote blad-houdende struik die het speelplein van de mussen is. Ik voer ze uitbundig door vetbolletjes op te hangen en de voederhuisjes bij te vullen en na het snoepen schieten die al spelend de hulst in. Ik kon nog net een keer klikken met mijn cameraatje voor de sperwer in een flits ook die hulst indook. Even bewoog alles in de struik en toen werd het stil... heel stil. De sperwer was weg en de mussen moesten eerst van de schrik bijkomen. Met natuurlijke vijanden is trouwens te leven. Onze kippen trekken steeds half lopend, half vliegend een sprintje als ze van de ene groep struiken naar de andere verhuizen.
'Ik zou hier niet willen wonen'. Ik hoor het nog het Hengelose vriendje van Mark zeggen. Veel te stil... niks te beleven. We reden op dat moment richting Coevorden om hem weer terug te brengen na een logeerpartij bij ons. Het is ook wel een kale vlakte moet ik zeggen. Ik zie ook liever een bosrand. En daar zit ik nu te kijken met een kopje koffie voor het grote achterraam. De mussen zijn druk in de weer bij het voederhuisje van Jans en ineens wordt mijn oog getrokken naar de oude boomstronk die naast de vijver ligt, ooit met veel moeite door Mark vanuit het Oeverse bos hierheen gekruid. De grote visser is er. Hij staat doodstil op de stronk. Het licht hier is uit, dus ziet hij me niet. Heel even komt hij op de rand van de vijver staan en loert het water in. Ik zie niks, de vissen zitten nog diep, dacht ik. Maar ineens met een flinke graai heeft hij een dikke goudvis te pakken. Eerst dwars in de bek, maar met een elegante zwaai gaat die in de lengte de bek in en... weg. Tevreden vliegt hij weg.... dacht ik. Nog geen vijf minuten later is hij er weer. Dat wordt me te gortig. Ik geef een schreeuw en weg is hij. Dan Storm maar naar buiten, die krijgt er een taak bij. Als hij buiten is houdt hij de kiekendief al op afstand en nu mag hij die brutale reiger ook erbij in zijn pakket.
Dit plekje aan het Schoolpad, ingesloten door boerenland en de weg, is bij mens en dier geliefd. Ik doe mijn best om de vogels te helpen de winter door te komen, de Schoonebekers van Rob kijken me iedere morgen nog nieuwsgierig aan, de kippen lopen los zoals het vroeger was en verstoten lammetjes krijgen een kans. Deze week zijn we beiden niet in orde, nog steeds hoesten meneertje. Gelukkig heeft buurvrouw Anja zich net over onze Drentse fleslammetjes ontfermd. ’Ik doe de Drentjes wel, jij straks de Schoonebekers’, besloot ze begin van de week. Loedertje trakteert ons regelmatig op een muis en Storm houdt ons bezig door te melden wanneer er post, onraad of voorbijlopende wandelaars zijn. Als ik weer eens op het erf loop zie ik dat er nog meer dieren van ons plekje houden. De mollen vieren hun feestje, nee niet op het land van de boer, dat is vergeven van allerlei gif. Je wilt niet weten hoe vaak die er langs komt om de aardappelen te spuiten. Er is dan ook voor mollen geen insect in dat land te vinden. Wel bij ons. In het verleden hebben we er wat aan proberen te doen.... aan die mollen dan. Johan is al eens geweest, er zijn gaspatronen geplaatst, maar nu…? Ik maak de hopen plat en het gras groeit wel weer. Eigenlijk moet ik blij met ze zijn.
De zes Schoonebeker heideschapen lopen nu weer in onze wei.
Het zijn net baby’s … die lammeren. De drie R’s van dr Spock zijn ook hier van kracht: Rust, Reinheid en Regelmaat. Op vaste tijden de fles, lekker spelen om moe te worden, schoon bedje maken, en daarna heb je er een paar uur geen omkijken naar. Ze ontwikkelen zich alleen wat sneller, maar ja… hun leventje is ook heel wat korter dan een mensenkind. Als Jansie wakker wordt springt hij al uit de bak en Tinus weet al dat de vacht in de grote stoel heel lekker ligt. Ze zullen in elk geval een mooie zomer hebben. Mijn oude krantenvoorraad is er bijna door want wat er bij een lam ingaat komt er ook weer uit. Ze zijn er aan toe om naar de schuur te gaan. Nu is Rieksie afgelopen vrijdag al met Anja meegegaan en heb ik alleen nog Jans en Tinus. Vanmorgen belde herder Kievit alweer. ‘Ik heb-t- er weer ene of za’k Anja bellen?’ Ik liet hem Anja bellen. Vanmiddag ging ik er op kraambezoek. Ze heeft het kleine ding nog in een grote door vader Alle getimmerde kist in de kamer en Rieksie zit alleen in de stal op de deel. Daarom hebben we een afspraak gemaakt: Anja de Drentse heidelammeren en ik de Schoonebekers die er ongetwijfeld nog zullen komen. Morgen brengen we Jans en Tinus naar Anja, kunnen ze bij Rieksie in de stal totdat ze naar buiten kunnen en bij de andere schapen en geiten kunnen. Rob heeft gisteren de zes ooien gebracht die hier vanaf begin april zullen lammeren. Dat duurt nog even. De rest van zijn 200 ooien die op verschillende plekken lopen moeten dan ook lammeren. Hij gaat er van uit dat er nog wel wat flessenlammeren zullen komen. Daar wacht ik maar op. We hebben er goede afspraken over gemaakt. Ja ja… het voorjaar is op komst.
Vandaag is het Valentijnsdag en in tegenstelling tot de jeugd in andere landen ben ik er niet mee groot geworden. In Nederland heeft deze gewoonte intussen wel zijn intrede gedaan. Op het Carmelcollege kwam het op een gegeven moment ook in de mode. De kinderen konden bij de jeugdraad voor 1 euro een roos kopen die dan op de 14e februari aan hun stille geliefde in de klas afgeleverd werd. En daar zag je ze lopen. De mooie sexy meiden met een bos rozen in de arm, sommigen met eentje maar de rest met niks. Ik hoorde wel fluisteren dat meisjes ze ook wel voor elkaar kochten omdat het zo sneu was om niks te krijgen. Friso Bavinck had dit dus ook van dichtbij gezien tijdens zijn leven als docent en dat gaf hem inspiratie voor het volgende gedicht. Hij had het op Valentijnsdag in de docentenkamer uitgedeeld en het bracht hele discussies op gang.
Valentijnsdag
Ik ben niet vlot en eigenlijk verlegen Ik ben gewoon en niet zo’n ster, Bij jongens dus ook niet zo populair Ik heb vandaag geen roos gekregen.
Ik heb vandaag geen roos gekregen En toen mijn moeder vroeg: ’Waar zit je mee, Was het niet leuk vandaag op het AC?’ Toen keek ik weg en heb ik maar gezwegen.
Ik ben maar gauw naar boven toe gegaan En heb mijn huiswerk half gedaan Steeds moest ik tranen uit mijn ogen vegen.
Nu lig ik in het donker op de slaap te wachten Met steeds maar in mijn hoofd die pijnlijke gedachte: Ik heb vandaag geen roos gekregen. FB
Je kunt nu vast wel raden wat deze neerlandicus kreeg aan het eind van de mooie poëzie-middag.
Onze werkgroep ‘Ontmoeting en Inspiratie’ van de Schepershof in Emmen- Oost had de neerlandicus Bavinck uitgenodigd om een poëzie-middag te verzorgen met als thema: ’Liefde in de Poëzie’, met een knipoog naar Valentijn. Dhr Friso Bavinck kwam vanuit Haren onze kant op en had een mooie verzameling gedichten uitgezocht die deels voorgelezen werden en deels met de beamer werden voorzien van beeld en geluid. Co had het boekje met de gedichten verzorgd. Er was behoorlijk animo voor deze middag, al moet ik ook zeggen dat me toevertrouwd is dat een gespreksgroep deze middag spontaan hierheen kwam. Er zijn zoveel soorten liefde dat Dhr Bavinck ze in hoofdstukjes aanbood, liefde tussen een paar, liefde voor kinderen of juist ouders. Hij bracht het allemaal met de nodige humor. Er was één gedicht bij die mij nogal aansprak en meerdere moeders met mij die voor het eerst zonder kinderen op vakantie gingen.. typisch de humor van Ivo de Wijs.
De moeder Ze is op reis, maar min of meer gedwongen. Haar man zei: Kom de caravan staat klaar. Nu zit ze ergens in het Schwarzwald, maar Ze wordt door zorg en zenuwen besprongen.
Ze mist haar teerbeminde kinderschaar. De één is naar een scoutingskamp in Dongen, De tweede zit in Spanje- met een jongen, De derde zit in Griekenland maar wáár.
Hoewel haar echtgenoot intens geniet Van alles wat het Zwarte woud hem biedt Kijkt zij niet naar de hoge boomgevaarten
Maar naar de brievenbussen langs het pad. Het moederhart verlangt naar ansichtkaarten Die liggen thuis in Makkum op de mat.
Meer over 'Weerspiegeling' en liefde voor poëzie op www.hettysite.nl weblog 2