'De gave van krachten'heeft niets met de occulte wereld te maken, is dienaangaande niet neutraal, maar diametraal daar tegenoverstaande. Herinner jullie je nog de genezing van de verlamde aan de 'Schone poort', Handelingen 3.
Zo op het eerste gezich is hier van een genezing sprake.... 'genezing van Godswege' en 'een kracht van Godswege'liggen overigens dicht bij elkaar ...maar er is hier toch wel sprake van 'een kracht', immers : er wordt gesproken van 'een teken van genezing' (Handelingen 4 v 22) krachtens een bovennatuurlijke kracht. Er was ditmaal ook geen actieve medewerking bij de verlamde, zoals je dat veelal ziet bij Goddelijke genezing. En tegen de verbluft toekijkende menigte zegt Petrus dan ook: (Hand 3 v 12):"Israelieten, waarom bent u zo verbaasd en waarom staart u ons aan alsof het aan onze eigen kracht en vroomheid te danken is dat deze man weer kan lopen".
Geen enkele gedachte aan paranormale begaafdheid mag bij een 'werking van een kracht' post vatten.
Elia was toch ook geen magiër. Jacobus 5 v 17 vermeldt omtrent hem: "Elia was een mens als wij en nadat hij vurig had gebeden dat het niet zou regenen, is er drieën eenhalf jaar geen regen gevallen. Toen bad hij opnieuw en de hemel gaf regen, en het land bracht zijn vrucht weer voort".
De gave van krachten kan zelfs nog weer méer ongewoon zijn dan deze gave toch al is. Lezen wij Handelingen 19 v 11, dan staan wij versteld: "Door Gods toedoen verrichte Paulus buitengewoon grote wonderen, zelfs de doeken en de werkkleren, die hij gedragen had werden naar de zieken gebracht, zodat ze genazen en de boze geesten hen verlieten". En Petrus overkwam iets dergelijks, (Handelingen 5 v 15).
O lui, er is zoveel mogelijk in de dienst van de Heer door de genáde van de Heer.
Maar of je nu door Gods kracht, gepaard aan je eigen bereidwilligheid om met God mee te gaan, - zieken geneest door handopegging - misschien zelfs ooit een kracht doet, denk er altijd om: Geen bewondering voor jullie zelf; kap dat gelijk af. Ook geen waasje om je heen van een mysterie, nee alléen Gods kracht.
En altijd de geestelijke oren wíjd open om de aanwijzingen van de Heer op dit gevoelige gebied te kunnen horen en opvolgen.