Bijbelstudie 204.
De gemeente in haar eerste van zes functies: God verheerlijken.
Ef 3 v 10: Zo zal nu door de gemeente de wijsheid van God in al haar schakeringen bekend worden aan alle vorsten en heersers in de hemelsferem
Ef. 3 v 20 en 21: Aan hem, die door de kracht, die in ons werkt bij machte is oneindig veel meer te doen dan wij bidden of beseffen, (vragen of denken)...aan hem komt alle eer toe in de gemeente en in Christus Jezus, tot in alle generaties en tot in alle eeuwigheid.
Gedachten bij Efeze 3 v 10. De gemente verheerlijkt God door samen met Christus het einddoel van Gods planning te zijn. De gemeente heeft als taak aan alle vorsten en heersers in de hemelsferen de wijsheid van God te tonen. God wordt verheerlijkt, wanneer zijn grote tegenstrever, de duivel en alle onderhorigen van de duivel, gaan merken, dat er aan hun macht geknaagd wordt, dat zij terrein verliezen. Steeds sterker dringen de Geestvervulde Christenen op, gewapend met steeds beter gekende gaven, steeds sierlijker bekleed met doorleefde Geestesvrucht.
Voor het eerst sinds de zondeval zien de demomen sterke machten opduiken in ´hun´domein. - mensen worden gescheiden van boze machten - onreine geesten worden gebonden - bevrijding, verlossing, genezing, herstel....al die heerlijke begrippen brengen licht, daar waar het duister schoorvoetend wijkt.
Dat is het geheim, waarop Paulus doelt: de gemeente van Jezus Christus, - steeds meer geestelijk eén wordend met haar hoofd, - die Jezus' wederkomst mogelijk maakt door haar steeds meer volmaakt worden; - die in het duizendjarig rijk doorwerkt aan het reinigen van de wereld, - die toegroeit naar het een worden met God.
Dat is jullie taak allereerst, jongens en meisjes; een taak, zo onafzienbaar heerlijk en groots, dat er niets, ja niets, mee te vergelijken is.
Gedachten bij verzen 20 en 21:
Nee, Christenen behoren geen ' zondaars te blijven tot de dood'. Zij behoren toe te leven naar een grote toekomst en zich daarover nu reeds te verblijden.
In ons werkt de kracht van de Heilige Geest, die zijn heerlijke nieuwe bedelingswerk begon door Jezus uit de dood op te wekken.Hij maakt ook de sterfelijke lichamen van zijn beminden levend, Rom 8 v 1.
Och; er is nog zoveel mogelijk. Paulus was ten tijde van het schrijven van deze brief, weer eens in de gevangenis.Maar daar lag hij, overmand door geluk, neergeknield en kon alleen maar schrijven: "....oneindig veel meer mogelijk dan wij bidden of beseffen. Naar dat heerlijke groeien wij toe. als wij maar doorgaan met blij volhouden. Zelfs als het ons gaat naar de woorden van psalm 44: "dat wij God vasthouden....en toch tegenslag na tegenslag oogsten...." ...in die tegenslag blíjven wij volhouden met God loven en aanbidden...en daarin ligt onze heerlijkheid ,totdat zij, door alle generaties van strijders heen, uitmondt in de eeuwigheid,
Daag Ger
|