Op rust (maar dan ook weer niet)
De weg die ik mijn leven lang gevolgd heb, loopt dood,
en de mist onttrekt het landschap aan mijn ogen.
Er is nog wel één station waar de laatste trein op mij wacht
en ik rijd mee, naar ik weet niet waarheen,
ik weet niet hoe lang,
ik weet niet hoe ver,
ik weet alleen dat ik hier blijf tot mijn eindstation,
dat de passagiers mij verlaten tussen haltes in,
wanneer de noodrem onverwacht mijn trein doet stoppen.
Ik weet dat er niemand meereist die mijn bagage dragen kan,
dat er geen zijspoor is waar ik even kan kamperen
of reflecteren, recupereren, mediteren, repareren
en simpelweg de trein de rug toekeren.
Ergens in de rook van de trein zitten mensen
in de blinde stoom van de machine,
voor wie ik een taxi betaal
aan de laatste halte,
om hun eigen weg te volgen
tot die doodloopt.
13/6/2020
|