Dit is het vierde (en voorlopig laatste) gedicht in een reeks waarin een hevige pijnervaring inspireerde tot het extrapoleren naar andere varianten van lijden, die even ingrijpende ervaringen zijn.
Liefde tegen pijn
Als je lijf de pijn niet langer kan dragen,
ziet de dag van morgen er zinloos uit,
en het helpt niet met kermen en klagen,
als je weer op een muur van lijden stuit.
Andere pijn teistert onzichtbaar de geest,
wanneer onrecht en onmacht je vloeren.
Je staat machteloos tegenover dit beest,
en het haalt je ongewild over je toeren.
De geniepigste pijn is die van het hart,
waar de jaloezie en de haat je verteren,
de ontgoocheling je verwachtingen tart:
je beseft dat je nooit ophoudt met leren.
Remedies reikt men je aan van alle kant,
en sommige komen zelfs goed van pas.
Toch sta je nergens zonder helpende hand
die je steun geeft van 't zuiverste ras.
Liefde verdooft, net als pijn, beide je ogen,
en vreet de krachten die je zuinig spaarde.
De lijdenden die liefde ontvangen mogen,
beseffen best haar niet te schatten waarde.
29/5/2009
|