Inhoud blog
  • Inpakdag
  • een laatste keer de bergen in
  • torre del mar
  • dry rafting
  • apentoerentocht
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek
  • Goedemiddag
  • OOk nog de Beste wensen voor 2024
  • Hallo
  • Een goede midweek middag en avond
  • Goedemorgen

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    de hort op

    24-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.24 oktober naar de bergen van Alcaraz

    We beginnen onze fietstocht met 3 km in de verkeerde richting te rijden.  Verkeerd begrepen  of niet goed geluisterd naar de uitleg van de dame van het hostal ? Wie zal het zeggen ? Voor de bewoners van Ossa de Montiel moet het een komisch zicht zijn : ons zien vertrekken en even later zijn we daar al weer. We vragen nog eens goed de weg en hop, daar malen we de kilometers af.  Er staat heel wat minder wind dan gisteren en de baan is van heel goede kwaliteit (asfalt) en bovendien ontzettend rustig.  De steeneiken zijn daar weer, afgewisseld met dennen en struiken, maar eerst zien we nog een reusachtig paprika-veld, waar de paprika's, rood en groen, smeken om geplukt te worden.  Ik hoor hun smeekbeden en pluk een verse, rode paprika om hem een uur later alweer te verliezen door het gehos van mijn fiets.  

    Voor het eerst deze herfst zie ik ook de herfsttijloos.  Vroeger meende ik dat het krokusjes waren die zich van seizoen vergisten.  Nu weet ik beter, ik bewonder de lila bloemetjes, die in grote groepen langs de kant van de weg staan.  Wat er ook staat : een bord met het verbod om eekhoorntjesbrood te zoeken (prohibido de buscar setes) en even verder weer een bord met het verbod om eekhoorntjesbrood te plukken (coger).  Noch zoeken, noch plukken, de man die we even verderop zien stappen met een grote mand, lapt het allemaal aan zijn laars en moet heel hard lachen als ik 'paddestoelen' naar hem roep.

    We kunnen volgens google maps een korte weg nemen via Viveros, maar deze staat niet op de kaart.  Het wordt duidelijk waarom niet : de weg is onverhard en eigenlijk onberijdbaar.  Niet zozeer omdat hij vol stenen en brokken ligt, wel omdat hij de structuur heeft van een wasbord, waardoor je het gevoel krijgt dat je continu over snelheidsremmers rijdt. Waarschijnlijk veel bereden door de reusachtige wielen van camions.   Dat host en hobbelt en ik raak mijn blozende paprika kwijt.  We proberen het niet langer en keren terug naar de goeie propere asfalt. Dat betekent wel  een omweg en uiteindelijk zullen we 70 kilometer rijden in plaats van de voorziene 48. 

    We rijden naar El Bonillo, het dorpje valt ons best mee. Restaurants zijn gesloten, maar er is een mooi marktplein waar we kunnen picknicken.  Na het débacle van de platte batterij gisteren proberen we een Chinese vrijwilliger te vinden om onze batterij op te laden.  Er is een dienst voor toerisme maar zijn deuren zijn potdicht.  Geert suggereert om het aan de politie te vragen, het kantoor is naast de toeristische dienst.  Ik trek mijn stoutste schoenen aan, stap het gebouw binnen en vraag in mijn schoonste Spaans aan de dikke pollis die tussen de papieren zit of ik de batterij zou mogen opladen.  Een uur ?  Of een half uurtje ? Hij zegt niet ja. Het lijkt hem raar.  Hij wiebelt op zijn benen.  De toeristische dienst is gesloten, probeer ik opnieuw, er is daar niemand. We stappen samen naar de robuuste deur van de dienst.  Hij klopt eens fors aan.  Niks niemand.

    Nu kan hij geen kanten meer uit.  Hij vraagt van waar we komen, alsof dàt een uitweg biedt voor zijn dilemma, en geeft dan toch toe.  Una media hora, een half uurtje, en dan gedaan, want dan trek ik de deur toe ! (en gaat hij waarschijnlijk een siësta doen).  Oké dan, beter een half uurtje dan helemaal niks.  Uiteindelijk laat hij de batterij toch een uur zitten en zijn wij weerom gerust.

    Een klein eindje vòòr Robledo zien we plots de via verde, die onze baan kruist. Dat is een geweldige meevaller, de weg, weg van alle verkeer, loopt tot Alcaraz en trakteert ons op heel mooie landschappen.  Wij rijden hoog, onder ons de velden en bomen, rotsen, uitgedroogde beken,  en geen enkele levende ziel.  Een paar vogels, dat wel, het moeten roofvogels zijn met hun brede armslag en hun spiedende oogjes.  Best dat de patrijzen die we gisteren in het veld zagen lopen op hun eigen lachwekkende wijze hier niet wonen. Een patrijs is weliswaar een vogel, maar vliegt die ook wel eens?  Een patrijs is dik, zegt Geert, hij kan moeilijk vliegen. Hij loopt liever dan hij vliegt en hij is geliefd in de pot.

    Er staat ons nog een pittige klim te wachten naar het centrum van Alcaraz, naar het hostal les Rosales, dat Benjaminsse in zijn boekje  de hemel in prijst.  Dat boekje, waar is dat trouwens ? We hadden het vanmiddag nog om de hoogtemeters te bestuderen.  Nu is het boekje verdwenen.  We zoeken en zoeken, maar het blijft verdwenen.  Waarschijnlijk ligt het nog op ons picknickplekje bij de dikke pollis.  Dat we het daar achtergelaten hebben is bijzonder jammer, want we kwamen hierheen om de reisroute van Benjaminsse te doen.  Maar hey, we kunnen zelf ook routes bedenken (ik ken de routes van Benjaminsse trouwens bijna uit mijn hoofd), we zien wel hoe we het verder doen.  het is geen wiel af, we maken het zelf top.

    Het hostal heeft een heel mooie kamer voor ons in petto met zicht op de bergen, maar de dame van de doening loopt scheef van de rugpijn.  Vreemde dame die constant kreunt van de pijn en toch de gekste dingen vertelt.  Dat we nog  moeten betalen en dat het 1 miljoen euro kost (het lijkt mijn schoonvader wel) en dat we de volgende morgen in uniform verwacht worden aan de receptie voor de militaire parade.  Als ze ook nog onze bagage wil dragen wordt het al te gek, we protesteren luid en verdwijnen vlug in onze kamer.















    24-10-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    23-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.23 oktober de einder zonder einde in de grote leegte

    We komen 's morgens terecht in een lawaai, waar we niet goed tegen kunnen, maar die mensen hier heel normaal lijken te vinden.  Druk pratende Spanjaarden, de ene die de andere overstemt, door elkaar pratend, bulderende lach die tot diep in mijn oren dringt.  Het is zondagmorgen en de harde Spaanse klanken klinken door de ontbijtruimte.  Daar zitten al jagers te popelen om wild te gaan schieten op hun vrije dag, de honden zitten in kooien en zullen straks gelost worden.  We staan wat onwennig aan de bar, waar de juffrouw roetsjt van de ene kant naar de andere en ons gebaart om even te wachten.  We leggen uit dat we willen ontbijten, koffie, brood con tomate ? si, con tomate), wat ham. Het brood wordt getoast, de tomatenpulp wordt er bij geserveerd.  We kennen dit al van de vorige fietsreis door Spanje.

    De ontbijtruimte, en ook alle andere ruimtes die we kunnen bekijken, hangt vol messen.  Allemaal te koop.  Mijn kop af als het er geen duizend zijn.  Aan het plafond hangen hespen, ook te koop.  Ze ruiken niet goed, een wat weeë geur, ik maak me snel uit de voeten en kom de onvermijdelijke stierenvechters aan de muren tegen. Het machismo komt hier uit alle muren en hoeken en spleten.

    Over mannen gesproken, ik heb me de laatste dagen, in Barcelona, in Tarragona en in Valencia de bedenking gemaakt dat die steden oneindig meer proper zouden zijn, als mannen eens niet in steegjes en hoekjes zouden gaan plassen, maar netjes hun boodschapje zouden bij houden en het thuis in de pot zouden doen.  In elke stad kom je die urinegeur tegen.  Van de vrouwen kan het niet zijn, het moet dus wel van hoogwaterige mannen komen.  Het is geen rozengeur en het kruipt in je neus en liever dan dat ruik ik de indringende geur van bleekwater dat kwistig in de ochtenduren wordt rondgestrooid.  Ook niet heerlijk, maar toch.

    We vertrekken voor 37 kilometers door de hoogvlakte van Don Quichotte.  Don Quijote schrijft men hier en de Spanjaarden lijken er fier op te zijn, op de legendarische man uit de 17de eeuw.  Nochtans bakte hij er niet veel van, hij was wel van adel, maar ook een echte kluns, die dacht dat hij ridder was en dan nog een heldhaftige.  Het grappigste detail is zijn gevecht met een reus, die eigenlijk een windmolen was.  De Don probeerde hem te doorboren met een lans, maar stak die per abuis in de wieken en draaide met de wieken mee in het rond.  En Cervantes had dat natuurlijk gezien.

    Wij beleven zo veel avonturen niet, want er is voorlopig geen windmolen te zien.  Er is niets te zien eigenlijk, kilometers in het rond.  Voelen daarentegen, dat wel.  Tegenwind !!! We komen maar moeizaam vooruit en moeten geregeld stoppen. In Menura, na de eerste 37 kilometers wil ik mijn batterij terug wat kracht geven, ze is al voor meer dan de helft leeg.  De cafébaas is niet toeschietelijk, hij gaat algauw sluiten, verzint hij ter plekke, maar hij plooit toch en de batterij kan in het stopcontact.  Gelukkig maar, want we moeten nog 28 km verder door berg en dal.  De wind is niet verminderd, integendeel, maar het landschap wordt wel heel wat mooier.  We eten een boterhammetje onder een oude steeneik, het is ondertussen al 15 uur. 

    6 kilometer voor onze bestemming (Ossa de Montiel) valt de batterij plat. Het was te verwachten, ik had al gestapt om ze te sparen, maar helaas, mijn oude maat kon niet meer.  Wat te doen ?  Geert stelt voor om te wisselen van fiets.  Ik dus de koersfiets op en hij puffend achter mij aan. Een tafereel dat nogal wat beziens opleverde bij de mensen van het stadje.  Maar we geraken er en logeren in een hostal, die La Paz heet, maar verder niets met Bolivië heeft.  50 kamers heeft het hotelletje, wij zijn de enige gasten.  Het kan maar rustig zijn, we malen er niet om.  We kunnen nog gaan avondmalen in een plaatselijk restaurant en zijn weeral tevreden, lekker eten, goedkoop, vriendelijke jongen die ons bedient.  En morgen mogen we hier komen ontbijten. Joehoe!









    23-10-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    22-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.22 oktober trein-trein-trein-trein

    Beland waar we willen zijn : in Roda d'Albacete en dat is in Castillië-la Mancha, de streek van Don Quichote.  Het hotel van vandaag heet Flor de la Mancha, hoogst originele naam.  Geen Don Quichote te zien, wel hangen de muren vol met foto's van stierenvechters.  De groteske neonlichten verlichten de nacht en hopelijk niet onze kamer.  We moeten de krullen en de kitsch en de drukke kleuren van deze streek wellicht nog wat gewoon worden.

    De afgelopen twee dagen hebben we niet veel meer gedaan dan met de trein gereisd.  Eerst - en dat was gratis, want er kwam geen conducteur opdagen en het stationnetje waar we opstapten was zo goed als verlaten - van Vilajuïga naar Barcelona. Meerdere stations in Barcelona heten blijkbaar Sant den dienen of Sant den anderen, wat ik niet zo goed gezien had, en dus was het station waar we van de trein moesten niet hetzefde als waar we terug moesten vertrekken naar Tarragona. Dat was even schrikken, Barcelona is immens groot, maar algauw overbrugden we de 9 km met onze fiets en kwamen, o wonder, zelfs de beroemde Sagrada Familia tegen die nog steeds in de steigers staat.  In Barcelona Sants, het station dat we zochten, was het even zweten geblazen, omdat we graag een tarjeta dorada kregen die ons als zestigplussers korting geeft. Maar o wee, dat kon enkel cash betaald worden.  Geert, de oppasser van de fietsen aan de andere kant van het station, had cash geld.  Oef.  Terug naar het loket.  Of ik even de identiteitskaarten kon laten zien ?  Ja, die waren bij Geert.  Un momento por favor.  En of ik ook het geld kon terugkrijgen dat ik verkeerdelijk in een automaat had gestoken in een poging om zelf kaartjes te kopen (zoals we zo dikwijls in België doen).  Daar moest ik voor naar het loket van de informatie.  Oké dan.  En welk spoor moesten we hebben ?  Spoor 11 of 12 direccion Reus, zei de bediende.  Ja maar, is het spoor 11 of is het spoor 12, vroeg ik argwanend. Si, si 11 of 12, herhaalde ze gewillig. Afdruipen dan maar.

    Spoor 11 en spoor 12 liggen langs dezelfde kade en de trein kon op beide sporen aankomen, vandaar de of en nog eens de of. Een vijftal minuten voor de aankomst kwam het juiste spoor op scherm.  Wie ook klaar stond om op te stappen was Don Quichote die al bij ons was op de vorige trein en die zijn hele heldhaftig huishouden op een kar bij had.  Zelfs een veegborstel met een lange steel zat vastgebonden op die kar.  Voor geen geld ter wereld zou ik de kar willen aanraken en ook de man niet, zijn hondje tot daaraan toe, die man trok vegend de wereld rond.  Niet enkel Don Quichote had het originele idee opgevat om naar Tarragona te reizen, de trein zat stampvol.  Onze fietsen én onze bagage moesten er op, we zaten als haringen in een ton.  Omvallen konden we niet, neerzitten ook niet.  Dat werd een lange, warme rit.  Tot overmaat van ramp wilden mensen uitstappen langs de deur die wij volledig barricadeerden en Geert, die zijn beste Engels bovenhaalde om aan te manen de andere deur te pakken, werd enkel zoet glimlachend aangekeken.  zo kwam het dat er nogal wat ambiance was bij het uitstappen en wie dik was moest zich tussen wiel en wand wringen en had gegarandeerd vuile wielstrepen op zijn outfit.  In Tarragona aankomen, het was een verlossing.

    De stad ligt aan zee en heeft een oud stadsgedeelte dat nog van de Romeinse tijd dateert.  Later werden de Romeinen weggejaagd door de Visigoten en nu is het een mengelmoes van -nou ja- mensen. Het hotelletje, Pigal, zag er niet uit aan de buitenkant, maar binnen konden we ons daar best vinden.  We sliepen in een stapelbed, de jongste bovenaan (ik zag dat hij toch niet meer zo soepel in en uit klom en sprong), ik lekker onderaan. Kleine kamer, externe eigen badkamer.  Meer moest dat niet zijn. Eerst nog even naar de haven om een lekker visje te eten (restaurant getipt door Maria, de hotelbediende) en dan ons bedje in, met een warme zeebries die de kleine kamer in stroomde.

    Vandaag tickets naar Valencia. Gevraagd of we wel degelijk in hetzelfde station gingen aankomen en later weer vertrekken.  Si. En of we moesten betalen voor de fietsen. No. Vier uur sporen, we zitten op een regionale trein.  Als je je fiets wilt meenemen, is dat de manier van reizen.  Sneltreinen zijn verboden voor fietsen.  Goed voor ons, we kunnen zitten deze keer , we kunnen lezen, we kunnen een boterhammetje eten en er is niks dat ons verontrust of ambeteert.  Valencia, we kennen het nog een beetje van vier jaar geleden.  Het is nog altijd even druk (fietspaden die in twee richtingen gaan en levensgevaarlijke steps), maar ook mooi en zonnig, prachtige gebouwen en...paëlla valenciana. We hebben twee uur de tijd om nog even van de stad te proeven.

    Nu nog de trein naar Roda en dan kom ik uit bij het begin van deze blogdag. We stuiten op de conductrice die vraagt naar waar we gaan en of we betaald hebben voor de fietsen. En hebben we wel een mondmasker, want dat is verplicht in alle treinen. We hebben niet betaald voor de fietsen, maar dat hoefde ook niet, zegden ze in het station van Tarragona.  Ja, dat hoefde wel, zegt de uniform. Maar, zegt ze erbij, in Catolonië trekken ze zich daar niks van aan. Oeps, dat kunnen wij niet helpen.  We kunnen nu toch betalen dan ? Laat maar zo, zegt ze, maar denk er aan voor de volgende keer, 3 euro per fiets ! We beloven het plechtig.   Als we door de ramen naar buiten kijken, zolang het nog kan want het wordt al aardig donker, zien we een uitgestrekte vlakte, één grote leegte.  Het boekje met de reisroute heeft er al voor gewaarschuwd, we zullen blij zijn als we een mens zullen tegenkomen. Don Quichote misschien ?









    22-10-2022 om 21:48 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    20-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.20 oktober benvinguts in Spaans Catalonië

    We lagen er gisteren vroeg in en we hebben de wekker niet nodig om op tijd klaar te zijn voor het ontbijt om 8u30.  Tess, de hond, weet niet wat te kiezen : een wandeling maken met de baasjes of bij ons blijven en misschien een hapje krijgen.  Hij laat zijn twijfels luidruchtig blaffend blijken, maar kiest toch maar voor de baasjes.  Die twee vreemde snuiters gaven hem gisteren ook enkel een klokhuis, niks ham, niks Brie, niks koek. Wij eten weer lekker buiten, het ontbijt is excellent.

    De mama van Corinne is op bezoek, ik schat haar een tiental jaar ouder dan ik en gisteren zag ik haar met een peilende blik naar mij kijken.  Ik probeerde mezelf te zien zoals zij dat leek te doen en het enige wat ik kon denken was : hoe vreemd sta ik hier, met koersbroek en zwaar gepakt en gezakt met een fiets, 1300 km van huis, 67 jaar oud.  Hoeven oudjes niet eerder in een zetel te zitten met een glaasje wijn en de krant en een middagdutje na het eten ? Ben ik geen levend anachronisme van mezelf ?  Een die van geen wijken wil weten ? Het zij zo, zolang het plezant blijft, doe ik verder.

    Lang duurt de twijfel niet, we zwaaien uit en beginnen aan de rit van vandaag, door de uitlopers van de Pyreneeën.  We zouden ook de kustweg kunnen volgen, maar eigenlijk kennen we die al. Het wordt een beetje zoeken, maar een frisse Fransman, op de koersfiets, schiet ons ter hulp.  Hij kent de streek hier op zijn duimpje en rijdt een stukje met ons mee.  Het is een kranige wittekop, koerstruitje open, het wit borsthaar in volle bloei op zijn blote bast, gouden ketting rond de nek en voortdurend zijn (valse) tanden bloot lachend.  Geert komt te weten dat hij 80 is.  Wat een kei!!

    De bergen zijn hier misschien niet hoog, maar ze zijn wel steil en bovendien staat er wind op kop.  Ik ben mijn valpartij van 4 jaar geleden nog niet vergeten, de wind blies me letterlijk omver toen, dus zet ik af en toe een voet op de grond om te peilen of het nog te doen is met die orkaan die uit Spanje lijkt te komen. Mijn helm waait van mijn raap, bijna toch.  Gelukkig dat hij onder mijn kin vast zit.  We moeten naar de Col du Banyul 'et puis vous tombez dans l'Espagne' heeft de witte man gezegd. Maar eerst nog rechtsaf een piste van 7 km volgen.  Een piste ? Pas une route, mais un piste.  Dat is dus een grindweg, weten we.  Doen we dit of nemen we een omweg langs Banyuls sur Mer ? We wegen af : banden kunnen plat gaan, grind kan doen vallen, het is vermoeiend en vergt veel concentratie. Maar how, we doen het.  Natuurlijk val ik al gauw met fiets en al omver.  Een dikke blauwe plek op mijn scheenbeen en met twee moeten we die fiets terug recht trekken. 7 km kan lang duren als je niet vlug rijdt.  Geert, die wat achter is belt me op om te zeggen dat we moeten kijken op Google maps om te weten of dat hier wel de f** juiste weg is.  En nog van die dingen komen uit zijn mond.  Ik wed dat zijn onderlip wat gaan hangen is. Hij slaakt de nodige lelijke en onbeleefde kreten om te ontladen : de Tourettemodus.  Gelukkig zie ik het eind van de piste, daar is warempel Spanje !!

    We worden wel verzocht om terug te keren : dikke rotsblokken versperren de baan, deze grensovergang is afgesloten. Daar doen wij niet aan mee, fietsen gaan via een zandpaadje in een omwegje de grens over.   En Spanje heeft mooi geasfalteerde wegen. Nous tombons dans l' Espagne! Vraiment !!! Er staan veel kurkeiken langs de kant van de weg, onderaan zonder schors in hun donkerbruine blootje, bovenaan met lange armen naar elkander reikend, de ruwe kurkschors tegen elkaar schurend. Het is hier prachtig en oneindig rustig. 

    Het eerste Spaanse dorpje dat we tegenkomen is Espolla, we verwachten er niets van, maar we stuiten op een bar/restaurant en kunnen er kip met sla en frieten eten.  Het is al 14u voorbij, maar we zijn hongerig en aarzelen niet.  Het restaurant lijkt een soort parochiezaal met lange tafels, kranten op de tafels en er zit behoorlijk wat volk. Ze eten allemaal kip met frieten, het is waarschijnlijk de menu van de dag.  Ze groeten ons met benvingut, allemaal, behalve de barman.  Nog nooit zag ik zo'n lijzige man.  Kom ik aan de bar staan om een bestelling te doen, hij bekijkt me, maar zegt niets.  Daar staan we dan.  Ik spreek hem aan, hij knikt langzaam.  Spreekt hij frans ? Hij knikt.  Kunnen we nog een koffie drinken ? Bwaaja, daar zal hij eens over denken. En kunnen we de rekening krijgen ? Dat kan hij zomaar niet zeggen.  Hij schuifelt wat naar links, wat naar rechts en komt me dan toch met een rekenmachine tegemoet.  28 euro staat er op. Ik geef hem 30, met de overschot kan hij een paar duracell batterijen kopen.  De rust van een man die zich nergens zorgen in maakt en wiens leven draait rond het dorpsgebeuren van een klein bergdorpje. 

    We verlaten het dorpje, het is nog 15 km naar Pau, waar we overnachten. Maar eerst gaan we een kijkje nemen naar het treinstation in Vilejuiga, waar we morgen de trein naar Barcelona en dan verder tot in Tarragona nemen.  Het is algauw duidelijk dat we geen tickets kunnen kopen in het station, het is klein en het lijkt op een gewone bushalte.  Tickets zullen moeten gekocht worden op de trein zelf.  Maar hebben we daar genoeg cash geld voor ?  Of kunnen we betalen met bancontact ? Niemand die het weet.  Het zijn zorgen voor morgen.

    Vanavond zitten we in de blauwe Pao, bij twee Zweedse mannen, die morgen een ontbijt gaan serveren (waaronder een glutenvrij voor mij) en die ook nog voor een lunchpakket gaan zorgen.  Dat heeft de ene toch beloofd.  Ze heten Thomas en Nils, praten Engels en ik kreeg wel heel obscene gedachten toen ik de eerste (zwijgzame) zag en nog meer nadien toen de tweede (meer toeschietelijke) met zijn blauwe kraaloogjes en zijn hip staartje ons aansprak vanuit zijn luie zetel.  Ik ga ze met niemand delen, die gedachten. :)













    20-10-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    19-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.19 oktober naar Argelès sur Mer bij Jaak en Corine

    We besluiten om, anders dan gepland, niet met de trein vanuit Perpignan te vertrekken, maar met de fiets al een stuk op weg naar Spanje te trekken.  Tot Argelès sur Mer, waar we in extremis nog een logement gevonden hebben. Bij Nederlanders, we moesten zelfs niet in het Frans beginnen communiceren met elkaar, als je naam Jaak is dan ben je toch een onvervalste Nederlander ?

    Rond 10u45 is mijn fiets gepakt en gezakt, zijn achterstel weegt als lood.  En wat prijkt er bovenop de bagage, vastgehouden met een goede lap plakband ?  De rode fietspomp !  Alles wil Geert achterlaten, doch niet die fietspomp.  Al goed, dat ding zal de zaak niet maken. Ik moet zeggen dat ik met de nodige pudeur op mijn fiets ga zitten.  Kan ik daar wel zonder ongelukken mee rijden ? Gaat die fiets niet beginnen schudden en beven bij het minste manoeuver dat ik ga doen?  Als het niet lukt, dan rijd ik wel met die fiets en pak jij mijn koersfiets, heeft Geert gezegd.  Daar komt niets van in huis, heb ik luid geroepen, ik ga niet mijn nek de hele dag in een verkeerde wrong houden op die koersfiets van jou.  Dan nog liever te voet. 

    Maar goed, we moeten toch vertrekken.  Dat gaat al onmiddellijk goed steil naar beneden, de vuurproef is er stante pede.  Ik doorsta ze, zij het beverig en krampachtig.  De eerste kilometers zal niemand me betrappen op een hogere snelheid dan 30km per uur (bergaf hoor!), in tegenstelling tot Geert die zich soepel laat gaan en zich vlak voor mijn wielen smijt als was het om mijn reactiesnelheid te meten. 

    Het eerste stuk van 20 kilometer kennen we als onze broekzak.  Hoe vaak hebben we hier al op en af gereden, door de mooie Fenouillèdes, met zijn wilde venkel en zijn geurige thijm.  Het meer van Caramany heeft nog niet veel water kunnen verzamelen, het peil is erg laag.  Heeft het hier dan niet veel geregend ?  Of was de droogte zo extreem dat er heel wat tijd over gaat tot er terug voldoende water is ? De wijngaarden beginnen stilaan te verkleuren, maar ze staan nog niet in hun mooiste herfstblad.  Er bloeien nog bloemen in de bermen en ik zie zelfs een kleine okergele vlinder, die zich lijkt te wapenen tegen de komende koude door nu nog doldwaas rond te fladderen.

    Geert komt met de tong uit de mond boven op de lange beklimming, het zal de zwaarste van de dag zijn.  Onvoldoende getraind, beweert hij. Een elektrische fiets zou de hemel voor jou zijn, replikeer ik.  En voor mij ook, want dan kunnen er op de tweede fiets ook zware fietszakken en wordt het gewicht toch gedeeld. Hij antwoordt niet.  Te vroeg, mijmer ik, nog te eerzuchtig.  Hij wil nog geen oude man zijn, al zegt hij zelf te pas en te onpas dat hij er een is.  De bewering die om ontkenning smeekt.

    We komen rond de middag aan in Thuir en zetten ons in exact dezelfde brasserie als 4 jaar geleden toen we het noorden van Spanje verkenden.  Als dessert vraag ik naar een sorbet (we zitten op het terras en het is aangenaam warm, met een schichtig zonnetje) en ik krijg een huisgemaakt ijsje van citroen, gember en curcuma. Ik vind het heerlijk.  Geert is aan de café Gourmand en schept lepels slagroom in zijn koffie.  Niet meer voor mij weggelegd vanwege allergieën voor gluten en zuivel. Spijtig, maar het ijsje had ik voor geen geld ter wereld willen missen. 

    We rijden langs het imposante kasteel van de BYRR-familie. Rijk geworden door het mengen van wijn met kruiden en wieweetwatnogallemaal, die slimme alchemisten. Ze hebben een heel imperium uitgebouwd en ze lijken nog niet van plan om vlug te stoppen, de familie Violet.

    Ik vermoed dat we na Thuir voornamelijk zullen moeten dalen naar de Middellandse Zee en dat we al behoorlijk over de helft zijn.  Maar dat is natuurlijk weer niet waar.  De 60 kilometers volgens Google Maps worden er meer dan 70, voornamelijk te wijten aan onze drang om langs kleine baantjes te rijden.  En het gaat nog steeds op en af. Toch levert het ons ook een piste à vélo op, waar het nóg rustiger rijden is en die ons tot Argelés brengt.  Het huisnummer waar we moeten zijn is 2666. Wie begrijpt dat ?  Allemaal in één straat ! Arme postbode die net zulke straat moet doen (Eén straat voor jou vandaag, je kunt niet klagen!)

    We snuisteren eerst nog eens rond in het stadje dat ons wel bevalt.  We drinken een koffie, beiden een grote, maar die van Geert is merkelijk groter dan de mijne. Ofwel ziet de baas niet goed, ofwel heeft hij een (koffie)boon voor Geert.  Een oude man tokkelt op zijn gitaar en zingt een melancholisch lied, over de zee en de leeftijd en het glas bier dat hij gratis wil... denk ik.  Hij krijgt een applaus en begint nog indringender te zingen over wat een mens allemaal kan meemaken. 

    Bij Jaap en Corine worden we hartelijk verwelkomd, we mogen onze picknick opeten onder een boom vol lampjes.  De oude loofboom omarmt ons in het opkomend duister. Het is windstil.  Wat spijtig dat we de auto's in de verte horen, maar klagen doen we niet.  Hond Tess ruikt iets wat hem verrukkelijk lijkt en komt onbeweeglijk bij ons staan kwijlen. Hij krijgt het klokhuis van onze appels en smakt die volledig naar binnen. Groot geluk voor een dankbare hond.  Al was die appel waarschijnlijk niet zijn eerste keuze.











    19-10-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    18-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.18 oktober alles naar wens ?
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    De lange reis (1.200 km!), verloopt als bij wonder volledig volgens plan A : er is geen voelbare staking, de treinen rijden dus, evenals de bus en ook de schoolbus pikt ons op in Saint-Paul.  Het lijkt wel alsof die schoolbus verwittigd is door onze engelbewaarder, want, terwijl wij sleurend en zuchtend onze bagage voortslepen, komt die bus er toch aangereden zeker.  Misschien, merkt Geert pienter op, zit er daar een systeem in en is er steeds een schoolbus die aansluiting geeft op de grote bus die van Perpignan komt.  En misschien hebben wij dat gewoon niet door en denken we dat we de grootste gelukzakken ter wereld zijn als we die bus zien aankomen.

    We zoeken vroeg ons bedje op, we hebben ons wel laten rijden en konden dus wat lamlendig suffen in de zachte treinzetels, of wat lezen (ik op mijn e-reader die ik -joepie- onlangs kocht, Geert in zijn Knack) of naar buiten kijken (zonnig mooie landschappen), maar toch zijn we murw gereisd en willen we slapen. Voor we in bed kruipen doen we toch een eerste schifting in de bagage, want het dringt bij beiden goed door : met de fiets op reis gaan is alleen het allerallerallernoodzakelijkste meepakken.  En al zeker die grote rode fietspomp niet !!!!!!

    18-10-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    17-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.17 oktober bezint voor ge begint

    We zijn de dag voor ons vertrek naar het verre zuiden en met toenemend afgrijzen zie ik hoe Geert bagage verzamelt. We leggen mijn pakje kleren naast het zijne : het mijne is maar de helft zo veel. Het is niet zijn gewoonte om veel kleren te willen meenemen, maar op de fiets is dat andere koek :  een pakje voor als het zonnig is en een pakje voor de mist en een pakje met grote zakken voor een hongerdag, ook nog eentje voor als het regent en zeker die handschoenen en die lange broek, want hij herinnert zich nog te goed de kou die we vorige keer in april, ook in Spanje, leden.

    De bagage moet allemaal op mijn fiets !  We hebben 2 grote fietszakken en nog een bovenopzak die dwars over de bagagedrager mooi past op de fietszakken.  Voorlopig proppen we alles in grote valiezen en 2 rugzakken, morgen neemt de Ouigo trein ons mee van Tourcoing naar Montpellier.  Hopelijk stranden we daar niet. De Franse vakbonden hebben net morgen uitgekozen om een algemene staking te houden en het openbaar vervoer kan er onder lijden. We zijn gewaarschuwd en we hebben al veel plannen B.

    Het plan A is : met de trein naar Montpellier, met een andere trein van Montpellier naar Perpignan, met de bus van Perpignan naar Saint-Paul de Fenouillet en van daar, voor de laatste 9 km ligt alles open, het kan autostop zijn, het kan te voet zijn (liever niet), we kunnen onze buren van Ansignan bellen, en heel misschien hebben we het schoolbusje te pakken, dat ons netjes naar Ansignan brengt.  Dat geluk hebben we al eens gehad toen we in de striemende regen per autostop ter plekke probeerden te geraken.

    Ik heb nog avondles Italiaans, samen met Pieter en Margo.  Piet blijft slapen en zal ons morgenvroeg naar het treinstation van Tourcoing brengen.  We zijn dankbaar voor die nobele daad.

    17-10-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    09-09-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het slot
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Vrijdag vandaag en laatste dag van ons verlof. Einde van de blog ook.  Voorlopig toch.  Want er komt wellicht een nieuwe fietsvakantie aan.

    In het winkeltje van Svetlana typ ik mijn laatste woorden.  Het was goed, het was plezant, het heeft deugd gedaan.

    Bedankt aan de trouwe lezers en tot de volgende !!!

    09-09-2022 om 17:39 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    07-09-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Svetlana, de epiceriste van Ansignan
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Fietsdag vandaag, het fietsende kind in mij juicht. Joepie! Een plaatselijke toer naar Latour de France, Montmer, Belesta en dan via Caramany (verkorte vorm) of Montalba le Chateau en Trilla terug naar huis.


    Het heeft gisteren nog gebliksemd en gedonderd en er is een druppel of tien gevallen, het is ook lekker afgekoeld vannacht. We maken een picknick en vertrekken vrolijk en bergaf. We rijden langs het meer van Caramany en daar zien we hoe ook dit stuwmeer snakt naar water. De oevers zijn gegroeid, de vissen houden zich rug aan rug aan rug verscholen in het slijk. Ik pluk wat thijm langs de kant van de weg en houd goed de vijgenbomen in het vizier. Vijgenbomen yes, vijgen no.


    Latour de France is een echt hippiedorp, dat we leerden kennen door Vicky die er vorig jaar meedeed aan de druivenpluk. Het heeft een eigen bakkerij (waar we een koek kopen) en een bar-restaurant le Coq et l’Ane, waar ik absoluut een koffie wil drinken om het eens goed te bekijken. De mannen, wat onwillig en ironisch over de locatie, plooien toch en we drinken een espresso op het terras, dat eigenlijk ook dienst doet als openbare weg. Je kan hier lekker eten, op reservatie, en je moet geduld hebben, de baas is niet haastig. Alles sans soucis, komt wat komt.


    We picknicken in Bélesta, op het dorpspleintje, de wind komt opzetten. Er zit ook een man, te voet gekomen van Schotland. Dat zegt Johan, die ziet zoiets. Er valt voor te pleiten, de man heeft een rok aan (en verder niets daaronder volgens mij), maar een schotse rok is het niet. Het lijkt eerder op een Afrikaanse schaamlap.


    De zalige baantjes zijn zo fietsvriendelijk en verkeersluw, wat willen we nog meer ? Niets eigenlijk, tenzij … nog meer van dat. Lekker rijdende baantjes brengen de fratsende mens naar boven. Michel neemt voorsprong en overweegt zijn fiets ondersteboven in de kant te smijten en zelf te verdwijnen. Een Evenepoelact als het ware. Wij, verschietend, roepend, zoekend, waar ligt dat gebroken bekken ? Tja, het is niet gebeurd, hij heeft zich nog net kunnen inhouden. Maar bij het kaarten ’s avonds neemt hij een joekel van een voorsprong. Geert kan er alleen maar om jammeren (nooit van zijn leven zo’n slechte kaarten gehad).


    Als we door het dorp rijden zien we dat Ansignan plots een winkeltje heeft. Epicerie ‘Au Comptoir de l’Aqueduc’. Daar gaan we eens een lekker brokje kaas kopen ! Helaas, geen kaas. Het winkeltje is piepklein, zoiets als onze eigen keuken, en heeft vooral brood en gebak. De winkeldame, met helblauwe ogen, blijkt een Russin te zijn die al een aantal jaren hier woont en nu een winkeltje is begonnen. Hoera voor Svetlana, deze moedige vrouw ! Haar man is Engelsman, heet Mike, en gaat ’s morgens brood kopen in St. Paul. De taarten, briochen, pannenkoeken, maakt ze zelf. En, nog driewerf hoera voor Svetlana : er is Wifi!!! Als we willen surfen, gazetten lezen, e-mailen, kunnen we ons aan een piepklein tafeltje zetten (twee aan twee, want er zijn maar twee stoelen) en koffie na koffie bij Svetlana bestellen. Tot ons gazette uit is en ons maag onwel.

    07-09-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    06-09-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wifi gezocht
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Dinsdag wordt een luie rustdag.


    Als we nu eens naar Saint-Paul rijden (met de auto!) en daar op het terras van het Pousscafé een blauwe Chimay drinken en ons gazette lezen via de Wifi van het café. Uitstekend idee, vinden we met zijn allen. Ik neem toch mijn fiets, de fietshonger is nog niet helemaal gestild. Voorlopig zijn ze gestrand bij de plaatselijke bron, waar jan en alleman zijn flessen en bidons komt vullen omdat het water goed is voor elke kwaal, drinkbaar en nog lekker ook.


    Michel wil nog koekjes kopen voor het thuispubliek, maar verdwaalt hopeloos en vraagt de weg aan een man, die (o wonder) zijn frans wat ‘raar’ vindt en in het Nederlands tegen hem begint. Dé Belg van Ansignan, die huizen verpatst ! Frank de Tank. Wij zijn ondertussen al ontgoocheld in het Wifigebeuren. Het werkt niet. Geen gazette dus en ook geen blog meer.


    Johan is op zoek naar oogvijzen om ons schaduwdoek op het terras te installeren. De Pourquoi man van St Paul, onbehouwen zoals altijd, heeft zijn winkel al gesloten om 11 uur en kan nog juist schor roepen dat hij peut-être wel oogvijzen heeft, maar dat hij voor niemand meer open doet. Demaing mataing! Gelukkig is er 's avonds Bernard, onze buurman, die in zijn garage proviand heeft om 2 winters te overleven en toevallig of niet, hij heeft voor ons 4 oogvijzen.  We zijn gered.  Later blijkt het schaduwdoek veel te klein en moeten we vechten op een plekje schaduw.


    In de namiddag neem ik nog een duikje in de Desix ( de mannen zijn er van overtuigd dat die ‘beek’ droog staat, maar mijn koppige ik gaat toch kijken en vind de heerlijke plas, goed gevuld en helemaal alleen voor mij). Dat wordt dartelen, springen, knie stoten, een zwemmetje doen.
    We eten ’s avonds biefstuk friet met een pint of een glas wijn. Leven als god in frankrijk heet dat.

    06-09-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    05-09-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.monday monday....van Le Plo naar Ansignan
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Opruimen en wegwezen, we hebben een lange rit voor de boeg. Het worden er 88 en qua hoogtemeters kan deze rit tippen aan onze koninginnerit naar de Pic de Nore.


    Maandag vandaag, 5 september, maar in werkelijkheid is het donderdag 8 september. De blog is stilgevallen wegens gebrek aan Wifi en Johan droomt er nu van om een epicerie te beginnen hier in de buurt en gratis Wifi aan te bieden : Ici Wifi gratuit. Maar …..Svetlana is hem voor, dat verhaal komt later.
    Dus probeer ik nu mijn kop vol gaten te breken over een rit van 3 dagen geleden.


    Hier komt het.
    Johan en ik hebben afgesproken om elk een halve rit te doen, zo voelen we ons het meest comfortabel. De voormiddag en voiture, c’est pour moi. De 3 musketiers zetten hun windkleppen goed, smouten hun billen en borsten in en zijn ribbedebie. Die zie ik niet meer terug tot vanmiddag in Davejean.


    De zon schijnt vol glorie op onze auto, ik ben blij dat de airco goed werkt. De bergen zien er vriendelijk uit, op hun rug grote bollen garriquestruiken, op de lage flanken druivenranken die smeken om verlost te worden van hun overrijpe vruchten. Er zijn weinig dorpjes hier. Ik stop even in Termès een mooi dorpje langs de rivier, zich nestelend langs de helling. Er is een cafeetje aanwezig, ik vraag naar de bakker. Ooh, die is net geweest en al op weg naar het volgend dorp. Even overweeg ik de achtervolging in te zetten (we komen van een ranch van cowboys en indianen, het bloed van de sioux heeft zich vannacht meester van mij gemaakt), maar ik kan nooit op tegen een plaatselijke boulanger, die gasten drijven hun toerentallen tot bloedens toe op de hellingen, scheuren door de bochten op twee wielen en vallen als stenen op de afdalingen. Dus drink ik kalmpjes een café allongé en rijd verder, ondertussen een vijgenboom controlerend op zijn oogst.


    Davejean heeft een picknicktafel voor de toeristen, dat is galant van de gemeente. De drie coureurs komen al gauw opdagen. Ze hebben een merkwaardige ontmoeting gehad met een klein hondje, dat enkel de kuiten van Michel leek te lusten. Het was een vriendelijk keffertje (Jack Rusell) dat bonjour kwam zeggen, maar een voortreffelijke sprint in de korte pootjes had, Johan voorbij roetsjte en op zoek ging naar de tengels van Michel, die bergop geen voorsprong leek te kunnen nemen. Gelukkig kwam er algauw een afdaling en dat werd het beestje te veel. Het ging in overdrive, maakte een buiteling of twee en gaf het op. Geen vriendje veroverd vandaag.


    Gelukkig heb ik brood gevonden in een dorpje naast Davejean, die mannen zijn uitgehongerd door al dat hondjesgedoe. Johan neemt het stuur over, volgende afspraak is in Cucugnan, een toeristische trekpleister omwille van zijn pastoor van lang geleden die kon preken als de beste, vooral om zijn volk terug op het rechte pad te krijgen, want hij vond ze afvallig en goddeloos. Zijn sermoenen staan neergeschreven in een oud boek. Het staat u vrij ze te lezen. We eten er een lekker ijsje bij een man met een rosse baard, die ons vriendelijk een grote karaf water en plus geeft.


    Nu moeten we nog even bergop, richting Chateau de Queribus, bastion van de Katharen, die arme sukkelaars. Ze werden allemaal afgeslacht, hun kasteel is gebleven. De banen in deze streek zijn uitstekend, mooi geasfalteerd en bereid om fietsers mooi overeind te houden. We vlammen dus naar beneden, waar Johan op ons wacht.


    Vanaf hier ga ik boodschappen doen. De mannen rijden gezamenlijk het laatste stuk naar Ansignan, onze vertrouwde stek in de Fenouillède, met koude douche, maar warm eten met nog warmere saus (Arrabiata!!!), die het zweten alleen maar verergert. Oververhit en dampend gaan we de zwoele nacht in. Johan, die onder het dak slaapt, zit uren te turen op de drempel van het huis, te warm bed, te veel muggen !

    05-09-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    04-09-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Beautiful sunday

    We hebben gisteren met de meerderheid beslist dat Michel naar de bakker moet vanmorgen en hij doet dat gewillig. Niet moeilijk, want hij is ook altijd wakker van vóór het ochtendgloren. Hij brengt croissants en koeken mee, het is zondag vandaag. De smartphone zingt beautiful Sunday van een zekere Boone Daniël. We zijn akkoord, het is een mooie zondag.


    Vandaag doen we een rustige fietstocht, waarbij we zeker eens langs Lagrasse rijden. Het wordt beschreven als één van de mooiste dorpjes van Frankrijk en heeft een oude abdij. De rivierbedding waar we langs rijden is droog, dat is eigenlijk raar om zien, al die niveauverschillen, grote rotsen, kleine rotsen, grind, ranke boompjes en struiken die het water normaal trotseren en nu alle moeite van de wereld hebben om in leven te blijven. Er is geen verkeer op de weg en het parcours is prachtig.


    Lagrasse organiseert vandaag een rommelmarkt en er wordt nogal wat rommel verkocht. Ik heb niet veel zin om te rommelen, Geert vanzelfsprekend ook niet, nooit, dus drinken we wat op een terras. Het is leuk om mensen te zien gaan en komen. Bij elke mens kan je een verhaal verzinnen, hoe hij leeft, waar hij woont, of hij een champetter is of een asceet, een opvliegende kwibus, een lachebek, een ijdeltuit of een nonchalante kwiskwater, een schrokkebrok of een smulpaap. (!) De kelner is alvast een stuurse knaap, die met moeite kan wachten tot we besteld hebben. Hij moet die rommelmarkt niet, mijn gedacht. Of het was gisteravond veel te laat en hij krijgt zijn motor niet in gang. Of het is uit met zijn lief en is van plan de volgende ochtend het hele zootje achter te laten en te vertrekken naar verre oorden. We laten het niet aan ons hart komen, maar zetten ons te picknicken aan de rivier die wonderwel nog een bodempje water heeft. De abdij kleppert, het is 13 uur. Wonen hier nog paters ? Ja, hoor, er komt er net één aangestapt in witte pij. Hij lijkt vredevol, maar negeert ons. Die gekke toeristen ook.


    We hebben goed gegeten en voldoende gedronken, vooruit met de geit. Johan beslist om terug te rijden naar Montlaur. Wij doen nog een lus langs piepkleine dorpjes. En natuurlijk is er daar weer een vijgenboom. Ik denk dat hij van de paters is, maar die malen niet om een vijgje meer of minder, zij delen graag met de medemens. Het vraagt wat gymnastiek onder toezicht, maar hoezeer loont dat! Hoe zachter de vijg hoe zoeter ! Lang geleden dat ik nog zulke lekkere vijgen gegeten heb.


    Alle dorpje die we passeren heten -en- Val. Pradelle-en- Val, Serviette-en-Val, Arlette-en-Val…. Zolang die -en-Val er bij staat weten we dat we niet aan het verdwalen zijn. We houden even halt in een dorpje aan een kruispunt. Een verre haan kraait. Ik hoor een kind antwoorden met een imitatie. Van de weeromstuit begin ik ook te kraaien. Stilte. Het kind zingt weer : kukelekuuuuu. Ik antwoord. De echte haan kraait ook. We kraaien in een aria van 3 stemmen. Ik stap het gekraai tegemoet en zie een voorzichtig kindersnuitje van achter de struiken komen, onmiddellijk gevolgd door zijn moeder. We lachen en wuiven. De moeder steekt haar duim op. Eindelijk gebeurt er toch eens iets in het dorp, al is het maar een witte duif die plots kakelt.


    Johan is al thuis van zijn tocht en zit gezapig te lezen. Hij heeft een wasje in gestoken, dat is een goed gedacht. Het waait duchtig, dat droogt gezwind. We zijn verhit, het zweet druipt van kop en oksels. Ik probeer verkoeling te brengen door met een waterslang op een onschuldige man te richten, maar hij kan het maar matig appreciëren. De ezeltjes die in de wei staan te blinken van gezondheid zouden waarschijnlijk blij zijn met een douche, maar zo ver reikt de waterslang niet. Een ezel is geen man en een man geen ezel, al ezelt hij soms. Daar is de hond van de boerderij. Hij is vriendelijk, komt met zijn kop op mijn schoot. Later op de avond is hij daar weer en krijgt hij van ons een schelletje boerepaté. Het is tenslotte een boerenhond.


    Michel heeft geen malheur gehad met het fietsen, maar vanavond (na een paar glazen wijn), steekt hij zijn vingers ergens tussen waar het heel veel pijn doet. We begrijpen het niet goed, het is iets met 2 deuren en een kast. Hij geeft een luide brul, we kijken naar die vinger, maar zien…een vinger. Tja.
    Morgen komt er een lange fietstocht aan tot in Ansignan. We zullen maar vroeg gaan slapen.











    04-09-2022 om 20:55 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (10 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    03-09-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Maak plaats maak plaats maak plaats

    Vandaag poetsen we de plaat, vóór 9u30 moet het huis geruimd zijn. Het is een ongeschreven regel, maar als we vroeg op moeten, slapen we niet goed. Nu is dat zeker zo, want Geert is in bed gekropen ònder het hoeslaken (kan iemand daar een zinnige verklaring voor geven ?) en vermits ik er boven op lig en hij er niet van onder wil komen, liggen we als het ware te slapen in 2 verdiepingen. Voor geen van beiden evident!


    Herman van Veen (leeft hij nog ? hoe oud is hij ?) roept ons toe dat we opzij moeten gaan en plaats maken. Dat doen we, gedisciplineerd en ordelijk, en om 9 uur zitten we al op het terras aan de voordeur te wachten op Pierre en Monique, die alles tout ensemble doen en tevreden zijn over onze werken. Michel rijdt vandaag met de auto en hij is druk bezig om zijn enige, echte fiets, waar niks of niemand tegen op kan, op de auto te placeren. En dan gebeurt er iets merkwaardigs. Monique vraagt hem iets, hij verstaat haar niet (is reeds beetje hardhorend), hij springt vanachter de auto op haar toe en laat de fiets bengelen waar hij bengelt. Fiets moet effe wachten. Wij kijken met open mond toe en redden de fiets van een bluts en een buil. En hij staat schaapachtig te kijken en weet van niks. 😊


    We vertrekken, maar na 1 km (we zijn juist de oprit af) bedenkt Geert dat hij mijn banden wil oppompen. Allen stoppen : pompen en blazen, bandenspanning goedgekeurd, nu zijn we echt weg.


    We verlaten de Montagne Noir (met wat spijt in het hart) en dat betekent dalen en dalen en dalen. Zalig is dat, maar ik mag niet beginnen denken hoe het zou zijn om te vallen op het asfalt. Hoe vliegensvlug mijn armen en benen ontveld zouden zijn, maar ook hoe tergend traag ik het zou beleven, het raspen en schuren en het langzaam vaart minderen omdat het asfalt hoe dan ook veel weerstand zou bieden. Mijn fiets danst tegen 45 km per uur naar beneden, ik voel Johan in mijn kielzog. Geert is een oranje stip in de verte, ver vooruit.


    Ongelooflijk snel gaan we naar beneden, maar ik zie toch volumineuze vijgenbomen vol bolle vruchten langs de kant van de weg en kan het niet laten te reiken naar de zoete vijgen, ondanks het protest van Geert. Gelukkig is Johan welwillender. Als hij nu eens een tak dichterbij trekt en ik buig me ver voorover over het muurtje dat ons scheidt van de dieper gelegen vijgenboom, dan kan ik er beslist nog eentje pakken. Ik voel een hand die mijn short vasthoudt, Geert is bozig, maar toch ook wat bang dat zijn madame naar beneden gaat donderen.
    We zijn (te) vlug in Villalier, waar we planden te eten. Michel zit op een bankje onder een loofrijke boom te wachten op ons. We overleggen en we rijden verder. Het is nog te vroeg om nu te eten. Het wordt Trèbes en we weten dat dat stadje aan de Aude ligt. Maar kijk, het ligt ook aan het Canal du Midi en het heeft enkele visrestaurantjes aan het water. Dat ziet er pittoresk uit. We eten couteaux en mosselen en gamba’s en ondefinieerbare zeevruchten, gebakken dorade en gebakken wolf en we sluiten af met een zoetje. Het is niet slecht, maar Geert geeft het een 3 op 5, want de vis was koud. ‘Grmmbl!’ zegt zijn gezicht.


    We steken de Aude over en komen terecht in de Corbières, mooi, ruig, open landschap. De baan golft op en neer, ik vind het leuk rijden. Michel, die zich duidelijk verveelt, staat te supporteren langs de kant van de weg. Hij zal een cafeetje zoeken voor ons, voor een koffie en een koekje. Maar het wordt niks. Daar is Montlaur al, het dorpje van onze bestemming. En dat heeft wel een cafeetje. Ik ga nog even binnen bij de enige slager van het dorp, een echte, ambachtelijke piepkleine slagerij, met weinig keus, maar o zo authentiek. Het doet me pijn aan het hart dat dit volgend decennium wellicht verdwenen zal zijn. Net zoals de kleine bakkers en de kruideniers.


    We logeren in een klein huisje bij een paardenboerderij, bergerie Du Plo, het uitzicht op de Corbières is fantastisch. Het heeft 3 badkamers en ik slaap vanavond wijselijk in een eenpersoonsbed, geen lakengevecht in het nachtelijk uur vandaag.















    03-09-2022 om 18:51 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (12 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    02-09-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kool, rapen, lof, schorseneren en prei

    Kool, rapen, lof, schorseneren en prei


    Dat is wat Doctorandus Pee ons bij het ochtendgloren aanraadt om in de kookpot te steken vandaag. Wij denken er anders over. Ook en vooral : het is vandaag rustdag. Gisteren was een zware dag, Johan zegt dat zijn armen en benen veranderd zijn in lood. Ja, zo voelt het bij mij ook.


    Wat doen we dan vandaag ? Een wandelingetje. We hebben geluk want ons huis ligt op de route van een wandeling in geel en blauw. Algauw zijn we op weg en zouden we deze keer eens geen cafeetje tegenkomen ? Eerst mooi de route volgen, blauw en geel, hoe vlug kijken we daar niet over. Heeeeel vlug! We zijn nog geen 500 meter ver of we vinden al geen aanduidingen meer. We kafferen wat op de blauwgele schilders en bedenken alternatieve routes die ons gaan behoeden voor verdwalen en verhongeren. De Montagne Noir lacht niet met nonchalante wandelaars. Bos en bos en bos, pad en pad en pad en dat in menig veelvoud. Zegt de ene ‘links’, dan vindt de andere dat het ‘rechts’ moet zijn en de derde en de vierde weten het niet.


    De heide bloeit, de appelbomen laten hun kleine appeltjes los (eens proeven, Johan bijt, niksnielekker, appel de berm in), de dennen en sparren bleven hier mooi groen, de steeneiken en kastanjebomen, de meidoorn, ze zijn vol van hun eigen vruchten.
    Gelukkig heb ik een appje dat Sity Trail heet en daarop kunnen we voortgaan. We beslissen naar Les Martys te gaan, we logeren tenslotte in dat dorpje en hebben het eigenlijk nog niet bezocht. De enige winkel in het dorp is met een tussendeur verbonden met het enige café en de winkelbaas/barhouder loopt nerveus heen en weer. Niet moeilijk dat hij nagelbijtend wacht tot wij (trage vakantiegangers) onze keuze gemaakt hebben.


    We zetten ons op het terras van het café, de plaatselijke drinkebroers zitten gezellig te keuvelen en te drinken. Michel moet veel water drinken (denkt hij van zichzelf) en neemt daarom…..een Ricard. Wij drieën zijn unaniem tevreden met een simpele orangina. Een van de mannen moet naar toilet en komt met de boodschap dat hij naast het toilet de grote boodschap heeft gedaan. We noemen zijn naam niet, het is te gênant. Hij verdedigt zich fel, hij mocht niks in het toilet gooien schreeuwde een affiche hem toe. Aldus.


    Een klein hongertje dient zich aan, we zullen maar eens huiswaarts keren. En zie daar, plots zitten we weer op de geelblauwe wandelweg en komen we zowaar op onze oprit van 1 km lang. Op tijd thuis, joepie, straks gaat het onweren, we zijn veilig.


    Johan kookt, niet wat Doctorandus ons vertelde, maar een ovengerecht met courgettes, tomaat, en nog van die dinges. Het ruikt al lekker en zal overgoten worden met een wijntje van de streek. Michel puzzelt een voorgerechtje in elkaar.  En Geert zit in appeltjesschilmodus. Drie gangen dus.  Meer moet dat niet zijn.
    Morgen terug de hort op. Bij regen of zonneschijn, dat weten we nog niet goed.



















    02-09-2022 om 19:06 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (12 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    01-09-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waarom de waanzin het verstand versloeg

    Bart Peeters maakt ons wakker (eigenlijk enkel Geert, want ik hoor geen steek) met een 'brood voor morgenvroeg' en het is vreemd, de twee anderen zijn ook nog niet zo lang uit de veren, ik zou zelfs zeggen : ze hebben zich overslapen, maar voor gepensioneerde vakantiegangers is zoiets zeggen natuurlijk absurd.


    We plannen vandaag de Pic de Nore, 1211m hoog, te beklimmen met de fiets. Nu Geert en Michel gevonden hebben dat dit een col 1ste categorie is en ook op het programma van de Tour de France stond, is hun adrenalinepeil fel gestegen en hopen ze ook deze veer op hun hoed te kunnen steken. Johan past voor de col, hij gaat een kleiner toertje doen en we zien elkaar vanmiddag in Mas Cabardès, of vanavond in ons logement.


    Eerst fietsen we nog in een gezamelijke duik richting Mazamet onder de heerlijke platanen die het zuiden van Frankrijk zo typeren. Geert smijt zich als een blauwgestreepte bergbuizerd naar beneden, gevolgd door Michel die een windjak heeft aangetrokken en op een fladderende vleermuis lijkt. Johan slaat af, wij duiken nog verder naar beneden.


    De klim begint in Mazamet en is 17 km lang. Dat betekent doseren, bijwijlen op de tanden bijten, en niet te ver vooruit kijken, elke kilometer telt. Maar het gaat goed, ze zijn doorwinterd in het beklimmen van (nog hogere) bergen en ik heb ondersteuning. Ik zie ze komen als we ongeveer halverwege zijn. Ondertussen heb ik bijna al mijn boterhammen opgegeten (waarom toch niet eentje meer smeren, Hilde?) en bedel ik nog wat fruitsnoepjes bij de mannen.


    Hoger dan ! De zwaarste stukken zijn achter de rug, ik zie de rood-witte toren vaag in de verte tussen nevel en mist en een schuchter zonnetje. Welke natuurkrachten hier hebben huisgehouden, dat weet ik niet, maar het lijkt hier op een bomenkerkhof. Afgekraakt, verdord, neergehaald, scheefgezakt ….de helft van de sparren staat hier niet meer recht en de andere helft -groen, florissant- staat er onverschillig tussen.


    Vanop de top is het prachtig uitkijken op de valleien rondom en de bergen in de verte. We zouden zelfs de Bucharach en de Canigou kunnen zien, vertelt de oriëntatietafel. We zijn hier quasi alleen (een mobilhome en een motokoppel niet meegerekend), eten gretig onze picknick op en smeren onze benen in met een dikke laag zonnecrème. Hoogtezon, weetjewel!


    De afdaling is fantastisch. We zweven over het asfalt, we snijden onze sporen in de flanken van de berg, we vliegen, dartelen, zingen en jodelen de diepte in. Er is geen verkeer, er zijn geen katten die overlopen, geen mensen met onverhoedse bewegingen. Enkel wij en onze dierbare fiets, die snerpt en zoemt en fluit van plezier.


    Kastanjebomen zijn barstensvol gevuld met hun stekelige vruchten, Vijgenbomen, we kunnen er niet afblijven en plukken een zakje vol zoete, rijpe vijgen.


    En dan komt de les. Als je veel kilometers afdaalt betekent dat dat je ook weer veel kilometers moet klimmen. Dat moeten we toch weten, maar zijn we domweg vergeten. Het wordt dus terug zweten en zwoegen, wringen en wroeten, hoe lang nog, wanneer komt hier een eind aan. Geert heeft zich even aan de kant gezet en lost een vloek of drie. 'Min batteri es ep'. Michel heeft zich in de strijd gegooid alsof het over een sprintje op ‘vals plat’ gaat en rijdt zich te pletter op de col die eigenlijk geen col is, omdat hij geen naam heeft. Maar oef, onze benen halen het. Johan stuurt een bericht dat hij thuis is, hij heeft dezelfde col gedaan en springt van de fiets in het zwembad(je) om te bekomen. Ja, onze benen zijn moe, we zijn leeg en we zijn blij dat we vanavond kunnen gaan eten in een restaurant in het naburig dorpje.
    ‘Loup entier’ staat er op het menu. Een hele wolf, daar kunnen we met vieren van eten, oppert Michel. Het smaakt ons allemaal, al merken we toch weer op dat Fransen echt geen frieten kunnen maken. Het zij zo, morgen is Johan de chef kok. We kijken er naar uit!!













    01-09-2022 om 22:08 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (10 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.samen onderweg, net zoals u zegt

    We worden gewekt door een mens van goede wil met De Mens, die vertelt dat we samen onderweg zijn. Het is woensdag vandaag en joepie, Johan komt onze kant uit. We hebben hem proberen overhalen om zijn vliegtuigticket in te ruilen voor een ticket met extra stop in Mazamet (wat geenszins bestaat), maar hij heeft koelbloedig gereageerd en is er niet in gelopen. En dus rijden we vandaag gezamelijk naar Carcassonne, waar hij al op ons staat te wachten, kloek en gebruind. Geert en Michel hebben de voormiddag al gevuld met het bakken van 10 pannenkoeken en het koken van patatjes. Ze zijn voorzienig, die mannen.


    En wat gaan we doen deze namiddag ? U mag raden. Juist, ja, fietsen natuurlijk. Johan is onmiddellijk akkoord, het maken van zijn bed kan later. Hij heeft er zin in, de fiets is in orde gezet door 2 fietsenmakers en dat kan niet verkeerd lopen. Ja, dat dachten we maar. Hij trapt groot en hij kan niet klein. Beetje stampen en wrikkelen en het tandwiel hapt terug toe. Houden zo.
    De zon laat het afweten, ze toont zich heel af en toe met waterige oogjes. We fietsen bijna continu onder de bomen en flirten met de grens van de Aude en de Tarn. De Montagne Noir ziet zwart van de loof- en sparrenbossen. En, ja, de droogte heeft hier ook zijn sporen nagelaten, de bladeren zijn hier en daar al aan het vallen. Ook de varens zien er ros en droog uit, het maakt het landschap mooi divers in een kleurenspel van felgroen via geel en roestbruin naar donkere sparrensprokkel.


    We zoeken de weg naar St. Pierre, maar vinden enkel een kerk met een doodlopende straat. Chaos bij de mannen die op en af de fiets springen, rondlopen, smartphone consulteren…. Mooi hoe u dat op de foto’s kan zien! We moeten terug en rijden een andere weg weeral verkeerdelijk in. Poezenvergadering temidden de straat, ze gaan maar amper uit de weg, zij waren hier toch eerst zeker en niet die vreemdsoortige grote krekels met hun glimmende benen en hun zwetende oksels.


    Tussendoortje : Michel heeft zich een nieuwe koersbroek aangeschaft, we prijzen ons gelukkig want ze was niet zo zedig meer wegens uitermate dun geworden op het zitvlak. Maar wat zien we bij Johan ? Wat is die roze schimmige schijn die uit de achterkant van die broek komt ? Moet dat zo zijn of….? Tip voor Cathy : koop die coureur een nieuwe broek.


    Het wordt stilaan tijd om terug huiswaarts te keren, onze benen worden moe, onze hartslag gaat omhoog. We hebben heel wat hoogtemeters gevreten (800 hoor ik de statisticus onder ons later zeggen). In de verte zien we de Pic du Nore liggen, de hoogste top van de Montagne Noir. Die wordt op de planning van morgen gezet.  Vandaag was 46 km genoeg.

    Noot : we zijn op vadrouille met 3 mannen en 1 vrouw, maar zijn flagrant gekant tegen een rollenbestendigend patroon.  Hoe ik dat weet ?  De mannen die verantwoordelijk zijn voor de afwas deze avond krijgen de vaatwas niet in gang. Ik, die andere verplichtingen heb, belangrijke uiteraard, moet au secours komen om de kunst van de techniek te tonen.  Waarop 2 van de 3 mannen  heel hard roepen dat hun tussenkomst niet gevraagd werd.  Ik moet er eens om lachen. Die mannen toch. Als even later de waterkoker niet lijkt te werken, zoeken ze het zelf maar even uit.  Ik blijf zitten waar ik zit.



















    01-09-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (9 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    31-08-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Quand le soleil dit bonjour aux montagnes

    Quand le soleil dit bonjour aux montagnes….
    We worden om 8u 30 gewekt met dit oude liedje uit onze jeugd. Michel berekent dat ze 92 geworden is, maar daar moet u vooral geen geloof aan hechten. Vanaf nu spelen we de quiz over beroemde mensen. Eerste vraag : leven ze nog? Tweede vraag : hoe oud zijn ze geworden?


    Het is welletjes geweest met al dat geslaap, de zonnige dag begint in al zijn glorie. Vandaag plannen we een fietstocht om in te rijden (geen kilometergeschrok), een bezoek aan de slager van het nabijgelegen dorpje Cuxac Cabardès, en verder niks meer. Picknick mee en op tijd terug want om 16 uur komt er onweer met hagelstenen, als oliebollen zo groot.


    We dalen al vlug ettelijke hoogtemeters, dat gaat geweldig goed vooruit. Ons eerste doel is le lac de Saint-Denis, een klein stuwmeer, omarmd door loof en bos én door een niet verharde weg. Die pakken we wel eventjes en sluiten dan terug aan op de gewone Départemental. Niet dus ! De weg is quasi berijdbaar maar leidt ons terug naar het beginpunt, hij maakt gewoon de tour du lac dus. Daar moeten we eens over nadenken, terwijl we onze picknick opeten op een bank langs het meer. Er zijn nogal wat wandelaars en ook wat fietsers, maar die ambiëren enkel le tour du lac. We doen bravo voor een klein meisje op de fiets, zo gemakkelijk rijden is het niet. Van de weeromstuit valt het kind omver. Ach toch, traantjes, papa die komt troosten, het is niet erg. We krijgen een plannetje van wandelaars, kunnen een zijwegje nemen volgens hen (très joli là bas, ombrageux et chouette). Het zijwegje is een smal wandelpad, en ondanks onze pogingen met heffen en sleuren lukt het niet. Terug dus naar de laatste splitsing en daar de andere kant op.


    Het fietsen is aangenaam, de natuur is prachtig en lijkt eindeloos, de zon werpt grillige figuren door de bomen op het wegdek. Maar opgelet, we weten toch dat het gaat onweren om 16 uur, moeten we ons stilaan niet gaan haasten ? Toch maar de kortste weg nemen, langs le Lac de Laprade, we gaan ons niet laten verrassen door de oliebollen werpende snoodaard. Met het gevolg dat we om 14u30 al terug aan ons vakantiehuis staan, 43 km in de benen. En het onweer, het kwam niet.
    We keuvelen dan maar wat op het terras. Met een hapje en een drankje. Het is toch vakantie zeker !















    31-08-2022 om 21:06 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    30-08-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Pinte-Velles-Les Martys (vervolg)

    De tuin van het kasteel is bezaaid met ontelbare wilde cyclamens. Het is prachtig, in zacht rose en lila en paars en het lijkt wel lente. De chirurg bromt ons een bonne voyage toe en we beginnen vol frisse moed aan het tweede stuk van de autorit.


    Vandaag geen ronde van Spanje, de aankomsttijd op de gps geeft 15u45. Leuk is dat, misschien kunnen we vanavond nog een ritje doen ?
    Het loopt enigszins anders. We naderen Toulouse en we worden van de autostrade geleid naar de gewone RN. We moeten richting Albi, Castres en dan Mazamet. Vandaar nog even zuidwaarts. Gps commandeert maar is niet up to date en weet niet dat er een wegversperring is. Rechtsomkeer, gps proberen negeren (wil ons doen keren en nog eens keren en nog eens), google maps dan maar. Die vindt vooral de D wegen in al hun facetten geweldig, en stuurt ons gezwind langs de kleinste baantjes van Frankrijk. Allemaal mooi, maar ook meedogenloos traag en dat begint onze chauffeur op de zenuwen te werken. U mag raden wie aan het stuur zit, maar die mens is blind voor verkeersborden die drempels aangeven en, ondanks een ultieme ‘pas op’, een boenk en een klop en een luide vloek. We zijn in snelheid over de drempel gehotst. Ik verwacht een gebroken fietsrek en wrakken in de berm. Maar het valt mee, de fietsen staan wat gedraaid en in een valse hoek op het rek, maar er is niks kapot. Wat hebben we weer geluk.


    Het is een hele poos later als we arriveren op onze bestemming, maar die is heel mooi. Monique en Pierre overstelpen ons met een uitgebreide rondleiding, een flesje wijn, confituur, een paté de poulet. We mogen appels rapen zo veel we willen (wat we ook onmiddellijk doen) en een ritje met de quad een van de volgende dagen kan ook, indien gewenst.
    Het huis ligt heel rustig langs een aardeweg, het is groot en comfortabel, we installeren ons met veel goesting. Michel boven aan de ene kant, wij beneden aan de andere kant in de master bedroom, we moeten al bellen naar mekaar, als we mekaar willen horen ’s nachts.
    De kast van Michel heeft al een bewoner, dat ontdekt hij even later als hij gesis uit de kast hoort komen. Aaah, hij voelt zich bedreigd en geeft een flinke klop op het slangebeest. Kast kapot (de eigenaar heeft alles eigenhandig opgebouwd met hout uit het bos, wat gaat die man verdrietig zijn !!!) en het beest blijkt een mot. Een reuzemot weliswaar. Dat verhaal horen we pas de volgende morgen, wij horen en zien niets meer, de lakens zijn verdeeld deze keer, gevecht blijf uit.











    30-08-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    29-08-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Pinte-Velles-Les Martys (vervolg)

    En zo ontdek ik dat er op een ordinaire 'aire' soms prachtige roosjes te vinden zijn, die ik stante pede wil fotograferen.

    Ons verblijf in Velles ligt niet ver van de autostrade naar Limoges en Toulouse, maar is toch heerlijk rustig gelegen. De dame des huizes is groot en heeft een zware stem en heeft al ettelijke lichamen opengesneden. Dat denken we toch, want de boekenkast zit vol met annalen uit de chirurgie. Zij woont in een kasteel, wij verblijven in het koetshuis-conciërgewoning. Aangenaam vertoeven. We smullen van de spaghetti die chef kok Michel thuis reeds gemaakt heeft en vlijen ons nog even neer op het terras. De avond is fluweelzacht en muisstil. De kippen zijn op stok en wij ook algauw. Het wordt een nachtelijk gevecht om een te smal laken. Hoe het in de kamer naast ons gesteld is, we weten het niet.





    29-08-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    28-08-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Pinte-Velles-Les Martys

    De kalender geeft 28 augustus aan. En wie zien we volgens afspraak op onze oprit verschijnen? Het lijkt warempel de flexijobber Michel te zijn. De Carrefour moet maar op ralenti draaien, Michel gaat op reis hoor. Fris gewassen en geschoren, de bagage beperkt tot 2 serieuze valiezen (aankopen voor de groep, beweert hij), klaar om zijn deel in het sturen te doen (maar de périphérique de Paris, ho maar, daar begint hij niet aan, madame mag zich daarover ontfermen, madame kan dat goed, jazeker). Onze tweede compagnon Johan kan nog niet mee, hij heeft nog een halve week verplichtingen en afspraken en komt woensdag met het vliegtuig naar Carcassonne.
    We kunnen relax en gezellig rijden, want we hoeven maar tot Velles (ten noorden van Limoges) vandaag, 570 km ver. Omdat het zondag is zijn er alvast niet veel verkeersproblemen. Het is bloedheet buiten, maar in de auto blaast de airco een frisse wind in ons gezicht. We eten onze picknick op een 'aire' even voor Parijs. Geert vindt zijn pistolets niet en eet die van Michel dan maar op, die ze gul aanbiedt. Win-win want hij heeft er te veel gesmeerd. Het loopt ook gesmeerd, maar er is wel een inhiberende factor in het vlot gerij. Wat denk je ? Het is toch de ronde van Spanje zeker. Dat moeten ze gezien hebben, die aankomst daar boven op die berg ! Dus stoppen ze bij de eerstvolgende ‘aire’. Madame moet wachten en ronddribbelen terwijl de mannen vol commentaar naar hun smartphone kijken voor de laatste kilometers bergop.





    28-08-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 22/08-28/08 2022
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 10/09-16/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 08/05-14/05 2017

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!