Als ik s morgens aan de ontbijttafel mijn laatste hap binnen heb doorloop ik even de krant:
de grote koppen over de bijzonderste artikels, de columns die mij aanspreken, meer en meer de overlijdensberichten of er geen bekende namen voorkomen ( bizarre bezigheid) en de reclameaanbiedingen met extraatjes ofgratis bonnen.
Het verzilveren van die bonnetjes of een reclamekoop is anderzijds niet zo rendabel. Soms moet ik ervoor wat uit mijn weg rijden of is het gekochte niet steeds al koek en ei. Maar het pleziert mij om van iets, hoe gering ook, te kunnen profiteren. Publiciteitsmensen weten dat ik daarin niet alleen ben.
Vandaag kan je bij Euro Millions146 miljoen rijker worden. Je hoeft alleen maar de juiste zeven cijfers in volgorde aan te kruisen maar die kans is slechts één op miljoenen en miljoenen mogelijkheden. Dát zie ik niet zitten.
De kans krijgen om er eens van te profiteren een reis naar Lourdes te ondernemen kan nu nog.
Je hoeft geen cijfercombinatie te raden, geen bonnetje te knippen, zelfs je niet te verplaatsen.
Dezer dagen komen de laatste lidkaarten binnen van de Vrienden van Lourdes.
De drieduizend worden bereikt en er komen er nog méér. Onder die lidkaarten worden op 12 februari minimum 35 Lourdesbeurzen ter waarde van 400 euro uitgeloot. Dit is één kans op min dan honderd !
Vrienden van Lourdes uit Roeselare en verre omstreken, het is nu de tijd om uw kans te grijpen. Per 4 euro dat je stort op de rekening 880-4652731-76 van de Vrienden van Lourdes kan je deelnemen en misschien wel winnen. En heb je gewonnen zonder dat die beurs zelf gebruikt, kan je een familielid, vriend of onfortuinlijke kenniser mee plezieren.
Profiteer er van en zie onze website www.lourdesvrienden.be
Het kerststalletje met de herders en de drie koningen gaat weer voor een jaar op zolder en straks ga ik met de lege flessen naar de container. Zondag hebben we nog late nieuwjaarders aan tafel die de restanten van vorige menus die op asiel in de diepvries lagen zullen voorgeschoteld krijgen.
De dagen beginnen weer normaal te lopen. Het grote werk om Kerst- en Nieuwjaarswensen te zenden is voorbij. De lading enveloppen die de postbode binnenwerpt geraakt zeer uitgedund op enkele laatkomers na. We kunnen nu beter deze zien met een ruitje waarvan we al op voorhand weten dat ze onze geldbeugel plunderen die met al die nieuwjaarscadeautjes zo uitgedund is.
Met de E-kaarten die per computer verstuurd worden en waaraan ik mij ook bezondigd heb zou je denken dat de briefdragers of draagsters er niet meer krom van lopen nochtans is het ver over de middag als hij bij ons arriveert.
Zouden er toch nog mensen zijn die een fles staan hebben met nog een druppel er in of is moeten ze nu zo sleuren aan de soldenreclames ?
Het verenigingsleven begint weer op zijn toeren te draaien.
Vandaag gaat het krantje van de seniorenclub naar de post met een uitnodiging voor onze 6e kegeldag in Antwerpen en een leuk verslag over onze quiznamiddag van november, morgen is er een nieuwjaarsbijeenkomst van het Diocesaan Comité, overmorgen Bureau van de seniorenclub in Turnhout en over-overmorgen Raad van de Belgische Hospitaliteit te Brussel.
Leve het seniorenticket van de Belgische Spoorwegen !
Met een nieuwjaarsbrief heb ik de 75 ijveraars van de Vrienden van Lourdes aangepord om tegen het eind van de maand hun verkochte lidkaarten binnen te brengen. De trekking van de Lourdesbeurzen op 12 februari is geregeld waarbij naast een optreden van het zangkoor uit Ardooie een Lourdesquiz voorzien wordt. Affiches zijn verspreid en de lokale pers ingelicht.
We zijn blij dat we nog leven en vooral gezond leven. Er wordt zoveel gezondheid gewenst en op de gezondheid geklonken in die dagen. Meer en meer echter in onze omgeving moeten wij wensen met een goe beternisse!.
De Gust ging in de kliniek zijn cafémaat bezoeken om te nieuwjaren en vroeg naar de staat van de laatste doktersconsultatie. Och, zei Kamiel, t is het een het ander. Er zitten stenen in mijn nieren, te veel kalk in mijn bloed en water in mijn knieën. Wat moeten ze daarmee doen ?. Dat is niet moeilijk, antwoordde Kamiel, dat ze er beetje cement bij doen om er uw duivenkot mee te metsen.
Vóór Kestmis kreeg ik van de postbode onverwacht een pakje toegezonden. Het was een mooi verzenboek vande overleden Aimé Verthriest met de veelzeggende titel Dit is mijn afscheid niet. Wellicht werd het mij toegestuurd uit een onvermoede genegenheid als metgezel op Lourdesbedevaart.
Vandaag zijn wij Oudejaar en in dit verzenboek lees ik volgend gedicht:
Oudejaar.
Ik wilde lui zijn
op vandaag en t oude
jaar wat rekken.
Misschien dat ik daarom
ben opgestaan, zo vroeg,
om zalig niets te doen
dan ogen toe
en paternosters kralen.
Het ging zo haastig
vlug, van goed en minder:
uren, ongeremd de dagen,
nachten, weken, maanden:
een jaar is om, de tijd
verleden en handenvol:
gevoelens, hoop, verlangen,
wensgebeden.
Vandaag, één dag nog rest:
ik bid U wel veel mooie
nieuwe dagen:
kijk Nieuwjaar wenkt:
straks
nieuw: de Lente
Zomer,
Herfst en
Winter
In December.
Morgen gaat 2005 voorbij. Mensen hebben de tijd gemaakt enin minuten, uren, dagen, maanden, jaren verdeeld alsof men die wou klasseren. Om het te vergeten ? Of om die voor de geschiedenis te bewaren ?
Een verleden tijd is geen afscheid: In het verleden ligt het heden, in het nu wat komen zal.
Eigenlijk nemen wij dus geen afscheid van het verlopen jaar. Onze ervaringen, belevenissen, het goede en minder goede van het jaar zal nog nawerken, zal er nog zijn.
Afscheid nemen is er niet meer zijn. Dit "zijn" kan bestaan in tijd, ruimte en gedachten. Het is er steeds in afwezigheid van het "niet-zijn". Als gelovige geloven wij in een absolute zijn, een eeuwig zijn, weg van alle leegte, alle gemis, alle niet-zijn. Het niet-zijn dat het negatieve is in ons bestaan: het kwade, slechte, lelijke, ongezonde. Wij geloven dat de dood niet verdwijnt in het niet-zijn, daarom willen wij dat de doden blijven leven. Van een afgestorvene nemen wij geen afscheid.
Aimé was in mei laatstleden nog met ons op bedevaart naar Lourdes. Hij is overleden in het U.Z.te Gent op 16 november. De begrafenismis ging door in de kapel van het U.Z. in alle intimiteit. Zijn lichaam werd ter beschikking gesteld van de wetenschap . Hij wou het afstaan voor het goede doel.
In het voorwoord schreef zijn familie: Vake heeft vroeger in zijn actieve periode nooit de tijd gevonden om gedichten te schrijven. De poëzie stond zelfs een eindje van zijn dagelijks werk verwijderd. Maar toen zijn ziekte zijn toekomst bepaalde, wilde hij met deze woorden en gedachten verder leven. Hij die zovele huizen heeft gebouwd voor anderen, wilde zelf in deze woorden thuis zijn en wonen. Ze zijn zo breed als zijn hart en zo wijd als zijn ziel. In de ruimte van zijn woorden ontmoeten wij een lieve goede mens die met een diep gevoel zijn boodschap uitspreekt.
De opbrengst van het boek, gespijsd door vrijwillige bijdragen, gaat naarde VZW A.L.S die hij omwille van de steun en de hulp bij zijn ziekte diep genegen was.
Ook wij mochten te Lourdes die goedheid in die prachtmens ervaren en was hij weer een getuigenis welke prachtmensen wij ontmoeten onder de zieken die met ons op bedevaart zijn.
Ik meende dat dit heengaan van Aimé niet onopgemerkt mocht blijven en stuurde per mail een herinneringstekst naar onze mensen van de bedevaartziekendienst met een gedicht hoe Aimé de nabijheid van een ziekengeleiding te Lourdes ervaren had..
Een verpleger antwoordde mij op ludieke wijze:
Bedankt voor al het Lourdesnieuws dat je mij regelmatig toestuurt. Ja..., ik moet zeggen meestal is het wel ergens slecht nieuws; maar goed ik ben toch blij om het te vernemen.
Hopelijk zien we elkaar in goede gezondheid terug ergens in Lourdes. En als we toevallig minder gezond zouden zijn, wat natuurlijk bijna onmogelijk is, kunnen we nog altijd rekenen op het wonder vanLourdes hé.
Na al hetgeen jullie beiden reeds voor en omwille van Lourdes gedaan hebben, zou dat van nu af wel eens mogen he....? (hahaha).
Het ga jullie goed en hopelijk tot algauw!
Zo zie je maar. Door deze nieuwe sociale sofware via internet, e-post en het bloggen blijven mensen niet zo afgescheiden maar meer verbonden. Verbondenheid, dit is geen afscheid.
Ten gerieve van de afdelingen bij de Vrienden van Lourdes en andere belangstellenden werd een reeks van 49 dias op powerpoint geplaatst met als théma: Lourdes beleven in zijn symbolen en rituelen.
De voorstelling met Marialiederen toont de boodschap die Lourdes brengt inafbeeldingen, glasramen , sfeertaferelen en heiligenbeelden uit het Heiligdom Lourdes nl. een rotsvast geloof, ons leven als een pelgrimstocht, de bron als teken van reiniging, de universele Kerk in de massa, de stad van het Licht in de wereld, de innerlijke genezing en caritas via de zieken
Je kan deze voorstelling dowloaden(50 Mb in 21 minuten) door te klikken op de foto met de basiliek, rechterzijkant van het blog.
Méér over de Vrienden van Lourdes vind je op de link www.vvlourdes.be waarop ook interessante links te vinden zijn naar Kerknet Vlaanderen, het Heiligdom Lourdes, Lourdesmagazine, Marypage en bovenvermelde diavoorstelling.
Het is weer zover. Wij komen in de donkere zes weken. Overal wordt licht gemaakt met schitterende kerstversieringen in de straten en aan de huizen.Kerstbomen schieten uit de grond met slingers en blinkende ballen, wat kleiner dan die van het Atomium.
Straks zal in de winkelstraten het Suza Nina en minder gepast muziekweerklinken
De kerstmannetjes zijn geland in het land,. Je kan ze zien hangen in de bomen of uit de kamerramen, in de voortuin of in de kerstboom. Ze zijn te koop bij Blokker en andere warenhuizen voor een fluitje van een cent om ze op te blazen als een goedzakkige senior met een grijze baard van twee eeuwen en een met cadeautjes gevulde zak op zijn rug.
Wat beroert er zoveel mensen met deze rage ? Is het een heimelijke nostalgie naar de tijd van de kaboutertjes ? Is het een verheerlijking van de nog fitte en welstellende senior die voor zijn kleinkinderen nog goed genoeg is om na Sinterklaas de vrijgevige opa te spelen ?
Het kerstmannetjes verdringt stilaan de heilige Sinterklaas.Of is het een uiting van een volks nihilisme,een waardeloze verpauperde cultuur tegenover de beleving van een zinvol symbool en jaarlijks weerkerend ritueel van gelovige mensen ?
Van mensen die geloven in een kerstverhaal, méér dan tweeduizend jaar geleden gebeurd en nu nog steeds aan het gebeuren: mensen op de vlucht zonder onderdak, asielzoekers, nestwarmte in een eenvoudig onderkomen en van de geboorte van een kind vol verwachting en hoop.
Wij zoeken in stad tevergeefs naar kerststalletjes, nog zo raar te vinden. Van op de zolder halen wij ons zelfgemaakt kerststalletje naar beneden. En aan de kleinkinderen vertellen wij het verhaal van Maria, St.- Jozef, de zingende engeltjes, de herders en de drie wijzen die de ster volgden.Misschien zijn wij de wijzende ster aan het duistere firmament ?
Straks komen er de wenskaarten aan per zwaarbeladen postbode of mail die als een schicht onze mailbox binnenvliegen. Het zullen maar wensen zijn, de verwachting vullen wij zelf in, gelovend in een echte kerst zonder kerstmannetjes..
Het zijn weer van die dagen vol nostalgie naar het sociaal leven van vroeger. Oorzaak daartoe is mijn scheurkalender. Amper gaan er een paar dagen voorbij als daar geen heilige op staat die mij er aan herinnert. Was daar niet St.-Elooi die ons het gewijd brood op tafel bracht om ons te behoeden van kwade beten en razernij ? Dan hadden wij St.- Maartendie ons op de vooravondmet een uitgeholde biet als lantaarn de baan op zond om in groep van deur tot deur te gaan zingen en allerlei snoep binnen te rijven. Waar zie je nog van die glanzende sexy- verjaardagskaarten die jonge snaken met het St.- Catharinafeest naar hun katrijntje stuurden om haar er aan te herinneren dat zij nog ongehuwd, en misschien door hem aan de haak te slaan was ? En de muzikanten en koorzangers zagen St.- Cecilia komen, de boeren en smeden namen hun tijd voor St.-Elooi en de pompiers bliezen met St.-Barbara op hun klaroenen terwijl hun lever ferm geblust werd.
Het was in de tijd dat kinderen nog lang geloofden in de goed heilige man die je niet in ieder groot en zelfs klein warenhuis zag maar die je af en toe maar eens als per mirakel tegen kwam.
Het was een tijd van dikke pannenkoeken, grote en mooi gevormde klaaskoeken zoals mans te peerde, van vieringen in de kerk waarbij de gezellige meute bleef hangen in het dorpscafé tot na de vespers, van smakelijke banketten met ossenstaartsoep, koeientong in madeirasaus en veel ander schuimend nat en als toetje een grote crème-au-beurre taart .
Aangespoord door deze SAM- heiligen waren het dagen van samenhorigheid en sociaal contact onder de gildeleden en dorpsgenoten lang vóór dat TV één en Radio 2 het SAM- initiatief hadden uitgevonden.
" Heeft Gheluwe 'nen plompen torre Al ware heel Vleaanderen een ei, Gheluwe ware toch de dorre (dooier) ! " Oud gezegde uit de jaren 1800
MIJN GELUWSE ROOTS
Mijn geboortedorp heeft niet alleen een slimste mens ter wereld op TV maar ook een internetradio en een mooie site over het dorp op: www.geluwe.be.
Dit was een gelegenheid voor TV één om op 23 november een interessante reportage uit te brengen over hetverenigingsleven en de sociale binding in het dorp. Bij de voorbereiding en de opnames stond Geluwe wat op stelten en waren heel wat verenigingen, Geluwnaren en prominenten er bij betrokken. Zo zag ik verschillende malen mijn broers dochter Claudine in beeld en voor de micro.
Bij het openen van deze site was ik verrast door de professionaliteit, de mooie lay-out en debrede informatie, mede de kwaliteit van hun creatieve en innoverende internetradio.
Op de site zag ik vertrouwde fotos zoals van de kerk, het oudstrijdersstandbeeld op de platse voor de deur van mijn ouders waar ik woonde, St.Denijsplein 24.
Als gewezen Geluwnaar kon ik mij weer wat inleven in de tijd van toen. Ja, het deed mij iets het relaas te horen van mijn leeftijdsgenoot, buur en vriend Werner Vanneste en Lucien Couckuyt over de vreselijke bominslag .
Ik voelde mij weer wat Geluwnaar en was een beetje fier over mijn Geluwse roots.Daar heb ik van 1932 tot 1962 ook het sociale leven gedeeld op school, in de Chiro, de KSA, de H.Hartbond, de Missiekring met Meester Hugo Driessens, als secretaris van de Middenstandsbond en uitgever van het reclameblaadje t Gaperke, bestuurslid van het Davidsfonds en van Vlaamse strijdverenigingen van die tijd tegen de talentelling, de marsen op Brussel, voor School en Gezin, voor een Vlaamse Expo58 enz.
Ik ging enthousiast op zoek in mijn stamboom sedert wanneer mijn Geluwse roots begonnen zijn.
Mijn grootvader langs vaders zijde Bruno Dierynck, geboren in Langemark huwde op 25/6/1874 met Sylvia Malfait geboren te Geluwe op 6/5/ 1851.
Langs moeders zijde huwde Vandamme Philippus te Beselare in 1785 met Lescouhier Johanna die op 15/2/1848 te Geluwe overleed zodat men in die tussentijd naar Geluwe was komen wonen.
Van toen af tot nu woont het gros van mijn familie nog in Geluwe en zak ik er wel af en toe daarheen.
Met Allerzielen mijmeren velen wat over het hiernamaals. Niemand weet wat dat zal zijn. Sommigen geloven in een reïncarnatie. Zo zaten destijds Saten Bierbuyck en Dreeten Schinkelbeen in Den Beiaard na de Allerzielendienst nog een pint te pakken. Na de zesde pint zegt Dreeten Saten, veronderstel dat je in incarnatie gelooft, hoe zou je willen weerkeren : als een aap, een ezel of een kalf ? Saten denkt na, doet nog een slok aan zijn pint en zegt Als een ezel . Maar Saten toch, zegt Dreeten, ge weet toch dat ge bij incarnatie nooit als dezelfden weerkeert ?.
Maar incarnatie of niet, toch geloven wij in heiligen die ons na hun dood nog kunnen van dienst zijn. Zo ook de jagers en de echte dierenvrienden die met 3 november Sint Hubert aanroepen. Op het Sint Hubertusfeest zijn wij naar St.- Hubert geweest. In de grootse en mooie basiliek (je moet die zeker eens bezoeken!) namen we deel aan de plechtige Jagersmis met de zegening der dieren en de St.-Hubertusbroden. Jachthoonblazers in kleurrijke uniform en vergezeld van hun jachthonden luisterden de mis op.Het plein voor de basiliek stond vol met paarden, honden en katten en hun baasjes te wachten om gezegend te worden.Ik weet niet of die folklore echt veel met religie te maken heeft. Ik was meer getroffen door de zendingsboodschap van de bisschop van Luik die in het Frans, het Nederlands en het Duits een mooie homilie hield over de Kerk als minderheidskerk op vandaag met zijn houding tegenover de staat, het openbaar leven en de medemensen. Hij stelde dat wij niet meer in een tijd zijn van godsdienstoverheersing maar niettemin van godsdienstbeleving waarbij onze religie zonder pretentie maar eenvoudig mag vertoond en aangeboden worden aan andersdenkenden. Dit, als moderne missionering in het spoor van Sint Hubertus, de missionaris van Europa.
Een andere heilige die in de streek van Ieper concurrent is van Sinterklaas is Sint Maarten. Wij zagen hem in stoet op zijn paard met het muziek en de marionetten voorop, gevolgd door een schare kinderen met lantaarns. Voor de kinderen in die streek is deze heilige de geluksbrenger van snoep en speelgoed. Ik herinner mijI dat in mijn kinderjaren te Geluw , met een lantaarn uit een uitgeholde biet gemaakt, van deur tot deur gingen aanbellen en bedeeld werden met snoep of wat zakgeld. Het was ook een avond waarop er pannenkoeken gebakken werd. Hij was symbolisch aanzien en vereerd als de weldoener der armen. Wij zongen; Sinte Maartens avond De torre gaat mee naar Gent En als mijn moeder wafelkens bakt Dan zitten wij er omtrent. Waak vier, staak vier, Sinte Maarten komt alhier Met zijn bloten arme....
Want hij was de sint die zelfs zijn bisschopsmantel aan de armen wegschonk. Als kleermakerszoon herinner ik mij dat hij zo gepromoveerd werd als patroon van de kleermakers.
11.11.11. is ook de dag dat de deuren plat gelopen worden voor het goede doel. In die dagen stop ik voor een paar dagen mijn ronde voor de lidkaarten van de Vrienden van Lourdes. Als er vers geld bij mijn slachtoffers binnen gekomen is zet ik mijn ronde weer verder. Ik moet zo een 75 lidkaarten aan 4 euro aan huis ophalen. Dit vergt wel meer dan 100 bezoeken want het is geen sinecure om sommigen thuis te vinden. Met mij zijn er te Roeselare zo een 75 ijveraars de baan op om in het geheel een 3200 lidkaarten aan de man of de vrouw te brengen. Dus na Sint Maarten en voor Sint Niklaas is het weer vollen bak.
Zou de reïncarnatie misschien betekenen dat de geest van onze vereerde doden in ons herleeft ?
Er is een nieuw cultuurfenomeen gevonden om onze katholieke preutsheid en respect voor het sacrale in onze godsdienstbeleving geweld aan te doen. Waarvoor zou anders de affiche van Union Suspecte voor de toneelopvoering "O.L.Vrouw van Vlaan-deren" door de KVS dienen met de fel ontblote borst van de Heilige Moeder Gods tenzij als een oneerbiedig lokaas voor een opvoering die niets te maken heeft met onze Lieve Vrouw van Vlaanderen
Als deze voorstelling een overdreven preutsheid is dan vraag ik mij af wie dergelijke voorstelling van zijn vrouw of van zijn moeder zou appreciëren ? Waarom dan onze hemelse Moeder en toevlucht van nog steeds zoveel Vlaamse Mariavereerders zo voorstellen ? Zelfs ben ik niet akkoord met theoloog Robert Deburggraeve dat men de spot over onze religieuze symbolen moet kunnen verdragen om niet uit onze maatschappij ( van lichte zeden !) gesloten te worden. Zelfs in onze civiele maatschappij duldt men zelden dat men spot met een waardig symbool, een uniform, een vlag. Trouwens Maria is voor ons geen symbool maar een werkelijkheid.
Dit beeld kan niet vergeleken worden met de voorstelling door onze Vlaamse Primitieven die paste in een "verhaal, een concept" zoals de Madonna van Rogier Van Der Weyden de perceptie in zich draagt van de "Moeder, voedster van Jezus en van de mensheid". Hier wordt dit gebruikt als chock-element en plat exhibitionisme. Oze middeleeuwse kunstenaars had-den méér feeling, talent en respect. Zie foto.
De uitzending gisteren op BRT Eén in Canvas bracht over het onderwerp niets bij. Het werd weer eens eenzijdig verdraaid rond een reportage over een ultra-rechts katholiek gezin en niet over de discussie wat wel en niet beledigend is voor christenen, inzonder met betrekking tot deze voorstelling van de Madonna.
Laten wij maar voor het misbruik van onze Mariale beleving in Vlaanderen eens onze Vlaamse tanden zien, zelfs al worden wij een minderheidskerk.
Als 1 novembermijmering dit gedicht van de Zweedse Edith Södergran, vertaald door Lisette Keustermans.
De laatste bloem in de herfst.
Ik ben de laatste bloem in de herfst. Ik werd gewiegd in de wieg van de zomer, ik werd op wacht gezet voor de wind uit het noorden, rode vlammen sloeger uit op mijn wang.
Ik ben de laatste bloem in de herfst. Ik ben het jongste zaad van het dode voorjaar, het is zo gemakkelijk om als laatste te sterven: ik heb het meer gezien, sprookjesachtig blauw, ik heb het hart van de dode zomer horen kloppen, mijn kelk bevat geen ander zaad dan dat van de dood.
Ik ben de laatste bloem in de herfst. Ik heb de diepe sterrenweelde van de herfst gezien, ik heb het licht van verre warme haarden aanschouwd, het is gemakkelijk om dezelfde weg te gaan, ik sluit de poorten van de dood. Ik ben de laatste bloem in de herfst.
Genealogie is een veel beoefende bezigheid, eerder door speurders van middelbare leeftijd, zo niet senioren.
Zich interesseren aan zijn aan zijn familieverleden, op zoek gaan naar reeds lang overleden voorzaten en een beetje familiegeschiedenis schrijven is een vorm van piëteitsvorm memoriaal. In deze Allerzielen tijd doet het mij denken aan de kerkhofbewoners die weer, velen voor één keer in het jaar, zullen bezoek krijgen.
Zo ook bezocht Jules Vanheuverzwijn op Allerheiligen het kerkhof om een bloemeke te plaatsen op het graf van zijn vrouw en een weesgegroetje te bidden. Een paar rijen verder ziet hij daar een vent staan te wenen en zijn armen in de lucht et smijten. Jules gaat er naar toe, leest stilletjes de naam op het graf en vraagt hem: "Was dat uw vader?".- " Neen 't"" zegt hij.- " Uw broer of uw zoon van u ?" - " Ook niet" - " Naaste familie misschien ?" - "Bijlange niet" snikte de vent " Had hij maar langer, veel langer geleefd" was het antwoord "'t was de eerste vent van mijn vrouw".
In de jaren '75 was ik ook gebeten door de microbe om te spitten Naar de wortels van mijn bestaan. Ik begon met de voorouders langs moeder's zijde omdat de enige grootvader die ik gekend heb Jules Vandamme was. Het leidde mij zelfs er toe de " Familievereinging Vandamme" op te richten met drie grote familiereünies; 600 Vandammes te Geluwe in 1979, 2000 te Damme in 1980 en 750 te Damme in 1985.
Wat later ben ik begonnen met de voorouders langs vader's zijde. Tot nog toe ontbrak mij voldoende tijd om verder te graven.
In mijn nieuw blog http://blog.seniorennet.be/dierynckvandamme verneeem je hierover regelmatig méér en misschien krijg ik van de een of de ander een aanvulling. Voor vervolg kan je ook klikken op "MIJN STAMBOOM".
Zaterdag ll. was het de jaarlijkse algemene vergadering van de Hospitaliteit O.L.Vrouw van Groeninge of de ziekendienst van Vlaanderens Lourdesbedevaarten.
Wij waren opgeroepennaar Kortrijk waar de wieg van Vlaanderens bedevaarten stond. Vóór de lunch en de Algemene vergadering in de namiddag was er de eucharistieviering met inlijving van de nieuwe leden van de Hospitaliteit in de Gravenkapel van de OnzeLieve Vrouwekerk.
De Gravenkapel was een bijzonder mooie ontmoetingsplaats. De kapel in de O.L.Vrouwekerk werd in 1369 opgericht in opdracht van graaf Lodewijk van Male. Zij kreeg de naam Gravenkapel omdat men in de 51 nissen de afbeeldingen vindt van de soevereinen van Vlaanderen met het monument van de zalige Karel de Goede, graaf van Vlaanderen van 1119 tot 1127. De glasramen stellen verschillende taferelen voor uit de geschiedenis van Vlaanderen met in het midden een ode aan Sint-Katharina ter wiens eer deze kapel oorspronkelijk werd opgericht.Een bezoekje waard. Ik vertoefde reeds dikwijls in Kortrijk zonder dat ik dit kende.
Na de stemmige misviering had de inlijving plaats van vijf nieuwe leden die in het verleden reeds blijk hadden gegeven van hun inzet in de ziekendienst en het voornemen hadden in de toekomst zich verder te blijven engageren in dient van de zieken op bedevaart naar Lourdes.
Tot mijn verrassing werd ik met twee collegas vooraan geroepen om uit de handen van de directeur de onderscheiding opgespeld te krijgen met de zilveren medaille van St. Donatianus, verleend door de bisschop voor bewezen diensten in de Kerk, in het bijzonder wegens mijn 29 jaar lidmaatschap bij de Hospitaliteit, mijn dienst sinds 9 jaar als hoofdbrancardier en mijn inzet voor de ziekendienst.
Deze gewaardeerde erkenning gebeurde zoals de directeur verklaarde in het eken van een generatiepact waarbij volgend jaar de fakkel wordt overgedragen aan een jongere en beloftevolle medewerker.
Meteenwas het een officiële dienstoverdracht, geen brugpensioen denk ik, waarbij wij als senior de volgende generatie nog wat kunnen coachen en bijstaan.
Je begint te voelen dat het St.-Michielszomerke voorbij geraakt. Vanmorgen was het echt fris en wij zouden voor het eerst de verwarming aanleggen, onze mazoutleverancier komt vandaag toch onze tank vullen, profiterend van de afslag en de mazoutsubsidie. Wij moeten toch ergens iets recupereren van de door Verhofstadt beloofde belasting op mijn beveks.
Maar de verwarming wil niet aanslaan . Het doet mij denken aan die winterse oorlogstijd op school toen wij stampend met onze voetjes de ronde deden in klas en zuster Cecilia ons een liedje deed zingen van Oei, oei, oei, mijn voetjes hebben zo koud, de stove wil niet branden en we hebben geen hout. Nu zouden we zingen: De chaufage wil niet branden, want we sparen mazout.
Dus, maar wat harder tikken op mijn computerklavier en werken tot wij zweten.
Van werken gesproken, het is deze morgen een hectische dag aan het worden: Een Lourdesvriend mailt mij om het adres te kennen van een verpleegster uit Meibedevaart.Een mail is teruggekeerd van een correspondente omdat haar mailbox vol zit, dus maar een gsm-bericht sturen om te zeggen dat ze de grote kuis in haar mailbox moet doen. Er belt iemand aan de deur ( een goede gepensioneerde ziel die zelf nooit thuis is) om zijn lidkaart bij de Vrienden van Lourdes te betalen en iemand (een vroege vogel) belt aan de telefoon om te vragen naar de bedevaartkalender van volgend jaar. Ik zou nog een zestal Lourdesijveraars dienen te bezoeken op de wijk De Tassche in Ardooie om hun voor hun medewerking aan te porrren. Morgen ontvangen wij Lourdesvrienden op tegenbezoek tegen de middag, het boodschappenlijstje ligt klaar voor de beenhouwer, de Delhaise en den Aldi.
Donderdag gaan wij met de banksenioren naar Antwerpen op Jodenwandeling en ik moet nog uitzoeken en een collega verwittigen hoe en wanneer wij er kunnen geraken.
Tegen 5 november moet mijn contactbladje van de Belgische Hospitaliteit verschijnen in twee talen op 600 exemplaren. Een goedwillige vrijwilliger uit Brugge vertaalt dit voor mij en dan stuur ik dat nog eens door naar een lid uit Luik om de vertaling na te zien.
Ik bel hem nog eens op. Aan de andere kant van de lijn hoor ik: Allo, ici Pierre, jécoute. Ik weet dat hij enkele woordjes Vlaams kent en denk bij mij zelf: oei, oei, t is daar in Luik ook niet te warm want hij zegt dat hij het koud heeft.
Daar ik wat verkouden geweest ben zal ik nog wat vitamines nemen. De merels in mijn tuin doen het ook. Zij zitten te loeren naar mijn sierboompje met rode bessen om er van te snoepen. Er hangen drie afgediende C.D.Roms in het boompje maar er is te weinig wind om te draaien en schrikaanjagend te flikkeren.
Je ziet het op de ene plaats in de wereld is er te veel wind en elders te weinig. De een zoekt werk en vindt geen. Een ander heeft werk en staakt omdat hij door het generatiepact bedreigd voelt om op rust te gaan en als gepensioneerde weten wij niet wat eerst gedaan.
Vandaag namen wij afscheid van onze goede Lourdesmaat en collega brancardier André Christiaens in de mooie parochiekerk van Doomkerke met zijn vele antieke beelden en houtsnijwerk. De kerk zat bomvol, een blijk hoe de man in zijn omgeving geliefd was.
Sedert hij als landbouwer op pensioen was is André en zijn vrouw Elza 14 maal mee geweest als brancardier naar Lourdes. Het ontroerde mij op de lijkkist zijn kenteken van de Hospitaliteit O.L.Vrouw van Groeninghe te zien liggen. Wij weten dat dit geen decoratie is maar het is toch een erkenning en bevestiging van zijn trouw in de ziekendienst. André was daar fier over. Hij had die nog niet zovele jaren ontvangen. Te laat wellicht, want slechts twee of drie jaar heeft hij deze gedragen.
Kloek van gestalte was hij een werkpaard, gezellig in omgang en spraakzaam met iedereen, sociaal voelend en steeds bereid. De laatste keren hielp hij met Elza bij de bediening van de zieken aan tafel en zorgde voor de voorraad drank waarbij hij niet vergat een glaasje te schenken voor zijn collegas brancardiers.
Moge hij nu bij de Heer verder zorgen dat de inwendige mens van zieken, brancardiers en verpleegkundigen versterkt wordt.
Op de begrafenis waren wij ( slechts)met acht, ik zelf en Mia, Paul Dupan, Marcella Storme, Christine Pattijn en haar moeder, Christiane en diaken Omer Buyse die de dienst assisteerde.
Wellicht was het voor enkelen een slechte dag en was het niet genoeg geweten. Maar voor André mochten er méér zijn en .zou onze bedevaartvlag niet mogen aanwezig zijn op dergelijke gelegenheden ? Hierbij een tekst van mijn vriend priester-dichter Jan Coghe
Het ontbreekt niet aan Mariale feesten op de kalender,om er maar enkele te noemen: O.L.Vrouw ter sneeuw, O.L.Vr. van de goede raad, O.L.Vr. ter Slaven, O.L.Vr. van Vlaanderen en van Boonen, van de berg Karmel en Loreto, van Affligem en van Bissegem, O.L.Vr. Schreyboom , Maria Middelares, Maria Koningin en Maria van de 7 weeën enz. maar eris vooral bij ons O.L.Vrouw van Dadizele, niet alleen een bedevaartdorp maar ook een folkloredorp. Zie een filmpje als je klikt op "pompeschitter". Maria wordt nogal vereerd en er wordt noal wat gebeden voor voorspraak bij haar Zoon voor allerlei gunsten. Klik op devotieprentjes van Mariale gebeds- en bedevaart-plaatsen en op Mariakapelletjes te Roeselare.
Wie kan mij nog devotieprentjes of foto's van Roeselaarse kapelletjes bezorgen ?
Maar eigenlijk steunt alle devotie tot Maria op het feest dat vandaag wordt gevierd.
Vandaag herinnert de Kerk aan de dogmaverklaring van Marias goddelijk moederschap. Wij gedenken de woorden van profeet Isaias, VII,14 Zie, de Maagd zal ontvangen en een Zoon baren, en zijn naam zal genoemd worden: Emmanuel.
Emmanuel betekent God met ons, een naam die aankondigt dat God mens wil worden en met ons wil zijn in vreugde en verdriet.
Philippe en Mathilde hebben bij de geboorte van hun jongste zoon niet alleen een welluidende naam gekozen (zoals zij zeggen) maar een zinvolle bijbelse naam - Proficiat.
Een ander tekst van dezelfde profeet verkondigt: Een twijg zal uit de stam van Jesse ontspruiten, een bloem ontluiken uit zijn wortel. En op Hem zal rusten de Geest des Heren. Het doet ons denken aan de Virga Jesse feesten te Hasselt . Op reis in het Odenwald (Duitsland) zagen wij in een Maria bedevaartkerkje een hoogaltaar dat deVirga Jesse of stamboom van Jezus mooi voorstelde ( zie afbeelding).
Op 7 oktober 1571 overwonnen de christenen op de Turken in de zeeslag nabij Lepanto.
Kort voordien had Paus Pius V, een dominikaan, overal de Broederschappen van de H.Rozenkrans in beweging gezet om de rozenkrans te bidden opdat de zo gevreesde vijanden van het Christendom zouden wijken. Deze overwinning werd dan ook toegeschreven aan de voorspraak van Maria. Zijn opvolger Paus Gregorius XIII stelde dan ook op 7 oktober het feest van de H.Rozenkrans in en paus Leo XIII die wel negen encyclieken schreef ter bevordering van het Rozenkransgebed riep de maand oktober uit totRozenkransmaand.
De rozenkrans herinnert aan de tijd dat ongeletterde monniken een snoer gebruikten om 15 x 10 Onze-Vaders ( pater noster) te bidden evenredig met de 150 psalmen van het Brevier.
De rozenkrans is ook hét gebed te Lourdes met zijn Rozenkransbasiliek en de dagelijkse Lichtprocessie bij het bidden van de Rozenkrans.
Rond het feest van de Rozenkrans is er dan ook de jaarlijkse grote Franse bedevaart, le Rosaire, een van de laatste van het seizoen.
Op de foto diverse soorten paternosters uit onze Bedevaartexpo van januari ll. afkomstig uit de collectie Onzen Heertjes/Poperinge. Zie http://blog.seniorennet.be/OH
Op mijn 10-12 jaar hielden wij in het straatje achter ons huis met burenvriendjes loopkoers. Wij namen een traject van ongeveer 800 meter.Na de eindspurt werd soms wel als premie een appel, peer of pruim uitgedeeld, geplukt uit de tuin van de buren. In mijn jeugdige overmoed dacht ik ooit een marathonloper te worden. Maar niets van, ik heb de sportievelingen laten lopen.
De pers, de gesprekken, de discussies gaan over de eindeloopbaan en straks zullen ze het werk staken . Moet het een korte afstand zijn of een marathon en wie zal korte afstand en wie de marathon lopen? Zij hebben het niet over sport maar over werk. Hoelang van zijn levensweg moet men lopen en wat zal de prijs zijn?
Wat mij betreft, ik heb mijn arbeidsloopbaan gelopen van mijn 26 jaar tot mijn 70 jaar.Maar hoe ? Nog niet ten einde asem maar wel het rondjes draaien moe, ben ik op 60 jaar gestopt met mijn loopbaan in de bank. Het kostte mij 25% minder pensioenpremie om mijn loopbaan niet volledig uit te lopen. Ik had wel de mogelijkheid om als mandataris van een kredietverzekering (assurance du credit de Namur), een uitloopfunctie half-time uit te oefenen op zelfstandige basis en min of meer op mijn eigen keuzeritme zodat ik dit met gemak nog tien jaren kon uithouden.
Uw loopbaan uitlopen moet je immers doen met verstand.
Maar versta mij goed.t Is niet omdat je vroeg op pensioen gaat dat ge een luiaard bent zoals lange Louis uit de Leegaardsdijk in Oostende. Hij was rap moe en het gebeurde wel een keer dat hij goesting had om te lopen maar dan ging hij zitten en wachtte tot de goesting over was.
Sommige doen niets van gans de dag en staan s morgens te zessen op om nog langer niets te kunnen doen en zagen dat ze te weinig betaald zijn. Voor anderen zijn de dagen steeds te kort omdat ze nog zoveel te doen hebben voor het goede doel en pro deo.
De dagen vliegen als destijds mijn vaders duiven van uit Clermont naar hun duivinneke.
De virus van reünitis is weer in het land met startvergaderingen, planning voor ontmoetingen en activiteiten. Zo zijn weer twee drukke weken voorbij.
Men zegt dat de liefde en dus ook de vriendschap door de maag komen.
Na een geslaagde startvergadering van de medewerkers voor de Vrienden van Lourdes om hen enthousiast op wervingspad te zenden werd deze na de voordracht over Paus Johannes Paulus II en Lourdes beklonken met een glas en een smakelijk hapje.
Deze week streken de commilitones van de retorica 1954 uit het college te Menen neer opHet Eilandje te Ieper voor onze jaarlijkse klasreünie. 24 Benen strekten zich uit onder tafel voor een heerlijke menu à la nouvelle cuisine, maar niet zoals bij de kok Magermans in het restaurant De Gieregaard: enorm kleine porties op een groot bord en met een gepeperde rekening.
Al waren wij maar met twaalf, toch waren wij volledig. In het laatste jaar Grieks-Latijnse waren wij met negen, een uitzonderlijke kleine klas, waarvan er inmiddels drie collegas zijn overleden. Hierboven zie je onze klas op de laatste dag waarbij wij een bak bier hadden binnengesmokkeld. Maar, Small is beautifull!.
In gezelschap van de eegas zaten wij aan tafel zoals wij het geleerd hadden; mannen bij de mannen en vrouwen bij de vrouwen.
Wij, mannen, konden naar hartelust herinneringen uit het verleden ophalen over lief ( een woord dat we niet mochten gebruiken en zeker niet mochten hebben in die tijd) en leed ( méér zweet over de Illias, Schakespeare en de wiskundige puzzels dan tranen over ons strafregister). Vriendschap komt ook door gedeeld lief en leed.
Ook de geesten van onze profs zweefden als zorgzame engelen bewaarders boven ons hoofd; de mussche, de vlooie, krieke en Belga, zwaantje en de rosten,papa Lambert en de mama Anseeuw. Al moet gezegd dat hoe ouder wij worden wij met des te meer respect spreken over hun deskundigheid.
De vrouwen hadden het over de tegenwoordige perikelen van hun echtgenoten en luisterden naar de anekdotes van vroeger of keurden het clubje naar slijtage, vergrijzing en verkaling.
Wij wuifden mekaar uit tot volgend jaar. Eigenlijk mankeerde er nog een nieuwjaarsdrink zoals die pastoor die na de mis met Pasen voor de zegen zei: Ik wil niet nalaten u een zalig kerstfeest en gelukkig nieuwjaar te wensen, want ik weet dat ik er velen van u maar volgend jaar met Pasen terug zie..
En dan nog bij leven en welzijn. Wat ik ten zeerste hoop.
Eind van de week ging mijn 29e Seniorenkrantje op de post naar de leden van de HBK-Seniorenclub. Als secretaris van deze club stuur ik een achttal keren per jaar een krantje.
Iedere krantje bevat een uitnodiging voor een of andere activiteit en een verslag van de vorige bijeenkomst.. Deze keer was het een relaas over een bezoek aan Gent met zoals het gepensioneerden past weer een smakelijke menu( hoe kon het anders dan een Gentse waterzooi van kip) en een of meer gevulde glazen.
.In tegenstelling met de klasreunie blijft meestal op dergelijke bijeenkomst het vorige leven onbesproken. Wellicht is dit nog niet lang genoeg geleden want senioren hebben meer een geheugen op lange dan op korte termijn.Toch is het een gezellige bedoening om vroegere collegas, gelijken in het werk, hogere en lagere in rang, te leren kennen in een andere sfeer, een sfeer van niet-meer-moeten maar van nog-meer-mogen.
Om dat meer-mogen gestalte te geven nodigt het krantje de collegas uit naar Antwerpen voor bezoek aan het centraal station, een Jodenwandeling en Jodenmaal.
Met gehandicapten en zieken naar Lourdes. Voor een diareeks met muziek en 49 sfeerbeelden over "Lourdes, zijn symboliek en rituelen" klik op de foto 51 Mb en 21 min. downloadtijd.