Zoals in een regenvlaag
de blaren van de boomtakken
van de grote eik werden geschud
zo werd zij voor schut gezet
in haar blote hemd in dat kantoor
door collega's die veranderden
inviswijven met te schelle roep
wurgslangen die haar stikten
die haar tot de wanhoop dreven
tot zij de tegenaanval inzette
de handschoen in de boksring gooide
en de wurgslangen nekte
Collega's werden weer tam
en slijmend lief
Ingrid Lenaerts
|