Keukenweetjes
Inhoud blog
  • Dromomania – Het boek!
  • Gekonfijte eendenbouten
  • Op jacht!
  • Pompoentijd
  • Aioli
  • Een plantaardig alternatief voor melk
  • Garnaal - scampi - gamba
  • Paprika of peper?
  • Over water koken
  • De Turkse keuken
  • Les couilles du pape
  • Koken zoals de Amerikanen
  • Eetperikelen in het buitenland
  • Truken van de foor
  • Peper en zout
  • Enkele specerijen
  • Champignons bakken in water
  • De goeie oude tijd 1960
  • De smaak van laurier en andere kruiden
  • Afrikaanse kip
  • Marineren en malser maken
  • Ansjovisjes uit blik of bokaal
  • Jeugdzonden
  • Weer aan het roken.
  • Vegan kersenmeringue
  • Arrowroot en corona-verveling
  • Een internationaal soepje.
  • Oorlogskeuken
  • Kopi Luwak en arak
  • Mijn Valentijn
  • Bijna authentieke marmelade
  • Duifjes en pannenkoeken
  • Lierse duiven
  • Frieten met choco en andere heerlijkheden
  • Kerstmis bij het leger
  • Stokvis en karper
  • Eindejaarsfeesten
  • Zuinige limoncello en Indische wortelhalva
  • Appels en moes
  • Peren
  • Op zijn Vlaams
  • Over yacon, kastanjes en mispels
  • Garnalenkroketten en rare paddenstoelen
  • Verjaardag (geweest)
  • Bereidingen en conserven met paddenstoelen
  • Zoetwatervissen
  • Ontbijt
  • Azijn
  • Snelkookpan
  • Terug van niet weg geweest
  • ALSO SPRACH DAS FARKEN
  • Even een break
  • François Van Hecke
  • Kapoenen
  • Menu van het paard
  • Paardenvlees
  • Limoenkaviaar, calamondin en limequat ?!
  • Bim bam beieren, hoe bewaar je eieren?
  • Nog meer woordverklaring
  • Leuke verklarende verhaaltjes
  • Roken toegelaten
  • Zeven en roeren
  • Jackfruit en pulled pork
  • Frick en rijstbereidingen
  • Op ontdekkingstocht in een Syrische supermarkt.
  • Uien, sjalotten en knoflook
  • Bonenpannenkoekjes en hiziki
  • Een marmot en een reizend wafelijzer
  • Lichtmis en wafels
  • Tomaten
  • Ketchup
  • Wij zijn tegen voedselverspilling!
  • Driekoningen, Verloren maandag en hopscheuten
  • Weer een nieuw jaar
  • Nieuwjaarstradities in verschillende landen.
    Zoeken in blog

    Foto
       Wat verwerk je in de keuken ?
      Lees hier meer
    Foto

    Twintig originele benaderingen van spaghetti bolognese.

    Foto

    Van bovenstaande drie boeken ben ik medeauteur !

    Tips en hulp voor de keuken !

    Ter Leringhe ende Vermaeck

    14-09-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Duxelles

    Vandaag een stukje keukengeschiedenis... Een onderwerp waar door het grote publiek nog maar weinig van gekend is en waar dus ook weinig aandacht aan besteed wordt...

     Daarom!









     In vorig bericht, bij de zeewiersalade, had ik het zeer even over "enoki"... Specialisten weten wel dat deze enoki, die met de volledige naam "enoki-take" heten, piepkleine witte paddenstoeltjes zijn en die af en toe wel eens ergens in de betere supermarkt, liefst in de koeling, te koop aangeboden worden.

    De naam doet al vermoeden dat deze enoki-take van Japanse origine zijn... want "take" betekent paddenstoel in Japan... Deze theorie klopt maar half, de enoki worden inderdaad in Japan en in Korea gekweekt maar de wilde vorm komt ook bij ons voor en die inheemse "enoki" zijn nog niet eens erg zeldzaam in de Belgische en Nederlandse bossen...

     Maar... niemand zal ooit paddenstoeltjes in het bos gezien hebben zoals deze die in de winkel liggen.

    De inheemse enoki-paddenstoel kreeg als mooie Nederlandse naam; "fluweelpootje"... Flammulina velutipes... In de Latijnse naam zijn drie termen te herkennen; fluweel, voetjes en vlammetje.

    Deze "vlammetjes met donzige voetje"s, zijn in hun originele voorkomen inderdaad oranje tot roodbruin gekleurd en ze hebben een donzig voetje...

    De wilde paddenstoel is nooit wit, zoals de gekweekte vorm.

     De witte enoki worden gekweekt in een soort fles in het donker in een zuurstofarme omgeving. Daardoor blijven de paddenstoeltjes kleurloos en schieten ze zeer spits en hoog op. (zoekend naar zuurstof...) Daardoor blijven de hoedjes piepklein in verhouding tot de ranke slanke steeltjes.

    Tot daar de beschrijving van de "enoki" of "fluweelpootjes".

     In de supermarkt liggen de gekweekte enoki te koop in bundeltjes van ongeveer 100 gram en zijn vacuüm verpakt waardoor ze wel enige dagen bewaren zonder kwaliteitsverlies.

    Eens uit de verpakking kan je bemerken dat de voetjes samengeklit zijn tot een compact blok... Meestal zie je daar ook een vernauwing alsof er een riem(pje) rond gezeten heeft. Dat is waar de bundeltjes begonnen zijn te groeien in de fles waarin de voeding aangebracht was. (het voedingssubstraat)..

    Dit compact deel is niet algemeen bruikbaar omdat het zo compact is, en omdat dit deel soms geel of bruinachtig gekleurd is.

     Onbruikbaar? Weggooien? Dat vind ik dan weer erg jammer.. Aan weggooien heb je niets! Met die voet moet toch iets aan te vangen zijn?

     Toen dacht ik aan een bereiding uit de heel oude doos... de duxelles.

    Een "duxelles" is één van die keukenbereidingen die stilaan van het keukentoneel aan het verdwijnen is. Misschien niet de bereiding zelf maar wel de naam. Dat alle bereidingen die een (nu) onverstaanbare, betekenisloze naam hebben verdwijnen is wel een beetje normaal. Niemand begrijpt nu nog waarover het dan gaat.

    Bovendien, een duxelles ziet er ook niet erg lekker uit... Eerder een grauwe korrelige massa... en het woord champignonpuree is beter verstaanbaar!

     Een duxelles is een vulsel. Een heel smakelijk vulsel dat in de Angelsaksische keuken onontbeerlijk is bij de bereiding van de "Beef Wellington". In de Franse keuken wordt duxelles vooral gebruikt om artisjokken, tomaten, champignonhoedjes of andere vulbare groenten er mee op te vullen. Aangelengd met bijvoorbeeld room, vleesjus of visfumet kan de duxelles fungeren als saus.

    De samenstelling volgens de regels bestaat uit: sjalotten, soms ook uien en knoflook, gehakte champignons (lees: paddenstoelen) en peterselie. In het oeroude recept, even verder meer daarover, wordt nergens bepaald welke "champignons" er moeten gebruikt worden.

     Ik deed het met de voetjes, de velutipes, van de enoki als volgt.

    Met een scherp mes is het vrij eenvoudig om het aaneen geklitte blokje met de steeltjes in dunne schijfjes te snijden en deze schijfjes vallen dan uit mekaar tot piepkleine stukjes.

    Ook zijn er nog gehakte sjalotten nodig en gehakte peterselie. De verhouding is ongeveer één derde sjalot voor twee derden paddenstoel. Hier dus enoki maar het zal wel duidelijk zijn dat ook gewone fijn gehakte champignons mogen gebruikt worden... Er wordt in feite niet bepaald welke paddenstoelen het moeten zijn!

    De sjalot mag nu even glazig gestoofd worden in boter en dan mogen de gehakte of gesneden paddenstoelen er bij. Best wordt ook een slok witte wijn toegevoegd. Die zorgt er voor dat de massa niet grijs zal verkleuren. Laat even inkoken tot alle vocht weg gekookt is. Peper en zout en een grote greep gehakte peterselie maken de duxelles af.

     Escoffier, de latere grote chef uit de twintigste eeuw, spreekt in zijn boeken over een droge duxelles; hij bedoelt hiermee, en hij is ook op dit idee gekomen, om ook nog wit broodkruim toe te voegen om van de duxelles een vrij droge massa te maken die kan gebruikt worden als vulling voor groenten.

     De duxelles is een "uitvinding" daterend uit het midden van de zeventiende eeuw. De juiste datum is onbekend... Het was wel tijdens de periode dat ook voor het eerst de gekende witte champignons gekweekt werden in Frankrijk... Deze champignoncultuur werd later overgebracht naar ondergrondse steengroeven in de buurt van Parijs waardoor de ons heel bekende champignon nu nog dikwijls "champignon de Paris" genoemd wordt of "Parijse champignon". Het zou dus best kunnen dat de "duxelles" een bereidingswijze is, die speciaal gecreëerd werd voor de nieuwe, toen voor het eerst gekweekte champignons...

     De creatie van de duxelles wordt toegeschreven aan één persoon; aan François Pierre (de) La Varenne. La Varenne (1618 - 1678), was een zeventiende eeuwse keukenchef bij Nicolas Chalon du Blé, marquis d'Uxelles et de Cormatin, gouverneur van Chalon-sur-Saône en "Marechal de France".

     Oorspronkelijk heette het gerecht "Champignons à l'Olivier". Deze Olivier zou Olivier de Serres kunnen geweest zijn die door zijn naam aan een gerecht toegewezen te krijgen op die manier geëerd werd. Een manier van verering die in die tijd veel toegepast werd. Olivier de Serres was de man die toentertijd de landbouw in Frankrijk tot een zeer hoog niveau bracht.

    Maar dit laatste, over de Serres, is wel een gissing!

     Deze La Varenne is eveneens zeer bekend geworden als de auteur van het boek "Le Cuisinier françois", een belangrijk boek dat de overgang inleidt van de middeleeuwse keuken naar de moderne tijden.

    In het boek "Le cuisinier françois" droeg La Varenne de "duxelles" op aan zijn meester, de marquis d'Uxelles. .

    La Varenne veranderde de naam "champignons à l'olivier" in zijn boek door "Les champignons d'Uxelles". Het originele recept gaat als volgt: champignons wassen en in vier snijden. De champignons met gehakte uien en zout op een warme plaat persen tot alle vocht er uit is.

    Dan worden de champignons "gefricasseerd" met sjalotten en peterselie. Daarna mogen ze bevochtigd worden met room of blanc-manger. Een blanc-manger van toen kan men vergelijken met onze huidige gevogeltevelouté. Toen een sterke kippenbouillon gebonden met amandelmeel...

     Soms wordt er ook wel eens (onjuist) verondersteld dat de naam duxelles afkomstig zou kunnen zijn van een gemeente Duxel in Noord-Frankrijk. Ook Joseph Favre schrijft in 1890 dat het gerecht eigenlijk "Duxel" zou moeten heten. De naam werd daarna mogelijk verbasterd zijn tot Duxellles.

     Nog een woordje over het boek van La Varenne, "Le cuisinier françois", dat in de geschiedenis een zeer belangrijk werk is.

    Het is het eerste grote kookboek, uitgegeven in 1651, na "Le Viandier" van Taillevent. Gedurende de volgende vijftig jaar zullen er nog 41 nieuwe edities verschijnen. Het boek wordt meerdere malen herdrukt tot halverwege de achttiende eeuw. "Le cuisinier françois" is een woordspeling op de eigen voornaam van La Varenne, maar het was destijds ook de correcte zeventiende-eeuwse spelling voor het woord français van nu.

     In zijn boek verwerpt La Varenne de overdaad op de tafels van de voorbije eeuwen en hij heeft aandacht voor de echte smaak van de ingrediënten en hun voedingswaarde en werkt zo aan een meer verfijnde keuken. De sauzen worden minder zwaar en eenvoudiger van bereiding. De overvloed aan kruiden en specerijen verdwijnt uit de keuken. Groenten worden naar waarde geschat, boter wordt geïntroduceerd en suiker wordt enkel nog gebruikt in desserts.

    Hij presenteert ook een aantal nieuwe recepten die tot klassiekers uitgroeien in de latere Franse keuken. (En nu nog gekend zijn) Zo beschrijft hij voor het eerst de "boeuf à la mode", de "oeufs à la neige", de "bisque" en hij vermeldt als eerste de "bouquet garni". (kruidentuiltje)

     Het boek is systematisch en verantwoord opgesteld. Hij heeft zijn kookboek erg overzichtelijk opgebouwd met achteraan een inhoudstafel met verwijzingen naar de bladzijden.

    Het is opgebouwd uit twee grote delen; recepten voor vleesdagen en recepten voor vastendagen, de niet vleesdagen. Een gewoonte die nog lang zal stand houden in de latere Franse keuken en ook bij ons.

    Hij stelt bouillon voor als "de basis van alle gerechten, of het nu soepen, sausen, voor- of tussengerechten zijn". Een principe dat later ook nog door Escoffier zal gevolgd worden. Hij maakt de eerste vermelding van "roux", het bindmiddel bestaande uit vetstof en bloem. Voordien werden wit of bruin brood gebruikt om sausen te binden of soms ook gestampte amandelen.

     In het boek stelt La Varenne ook dat je in zijn boek zowel "de aller-fijnste" en meest delicate bereidingswijzen aantreft, maar even zo goed "de meest alledaagse en gewone recepten".

     Als je bovenstaande tekst aandachtig leest zal je bemerken dat een modern kookboek elke keer opnieuw hetzelfde belooft als wat La Varenne vierhonderd jaar geleden reeds beweerde.

    Alleen gaat de boter en de suiker nu uit de keuken en niet er in... en de visgerechten voor de niet vleesdagen zijn nu voorbehouden aan de kapitaalkrachtigen en vlees wordt niet meer gegeten tenzij het van een verdoofd geslacht dier afkomstig is!



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail
    URL
    Titel *
    Reactie * Very Happy Smile Sad Surprised Shocked Confused Cool Laughing Mad Razz Embarassed Crying or Very sad Evil or Very Mad Twisted Evil Rolling Eyes Wink Exclamation Question Idea Arrow
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)

    Foto

    Hoofdpunten blog keukenverhalen
  • Nog een kikker
  • Separatorvlees
  • Amerikaanse worsten.

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Foto

    Gastenboek

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Categorieën
  • Aardappelen (12)
  • Bakken (12)
  • Confituur (13)
  • Culinaire geschiedenis (21)
  • Diversen (97)
  • Dranken (13)
  • Eieren (7)
  • Foie gras (2)
  • Gevogelte (25)
  • Groenten (62)
  • Humor (soms) (16)
  • Kaas (11)
  • Kalfsvlees (3)
  • Konijn (5)
  • Kruiden/specerijen (10)
  • Lamsvlees (6)
  • Meer groenten (7)
  • Nagerechten (35)
  • Paddenstoelen (11)
  • Pasta en rijst (8)
  • Rundvlees (10)
  • Sausen (22)
  • Schaaldieren (16)
  • Schelpdieren (20)
  • Slachtafval (7)
  • Soepen (22)
  • Technieken (22)
  • Varkensvlees (8)
  • Verhalen (42)
  • Visbereidingen (30)
  • Vissen (31)
  • Vlees divers (34)
  • Voorgerechten (15)
  • Vreemde keukens (48)
  • Vruchten (17)
  • Wijn (3)
  • Wild (6)
  • Zo maar recepten (46)

  • Foto


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!