Drie mooie sprotjes
Kop en staart wegsnijden.
De buik verwijderen.
Langs de rug diep insnijden en de filets met de vingers losmaken
Ruggengraat en de ingewanden verwijderen
Het vel met de vingers losmaken langs de kop en weghalen
Een gefileerde sprot !
|
Niet fout lezen alsjeblief. De eerste letter van de titel is een S!
Ik hoop dat ik ondertussen mijn pis- en kakperiode toch al ontgroeid ben maar sprotjes, dat doet mij toch altijd terug denken aan mijn jeugd.
Hoe die sprotjes vroeger in huis kwamen dat weet ik niet meer maar ik denk dat het meestal was tijdens de kermissen of als er een kermiskoers in het dorp waswas. Dan kwamen er mannen op zware fietsen met grote witte manden vooraan op die fiets en zij verkochten garnalen en sprotjes.
Ook gedroogde wijting.
Wij aten de sprot niet als een element van een maaltijd maar gewoon als versnapering… Dat was ook de bedoeling denk ik. De lokale herbergen mochten ook goede zaken doen.
Want sprot is lekker maar zout…
Het verse visje heb ik tot hiertoe nog nooit gezien… Naar het schijnt is het ongerookt vrij smaakloos.
Een sprot is een lid van de haringfamilie, dat is duidelijk te merken. Sprotjes zijn werkelijk mini harinkjes. Verder heb ik, daar geen informatie over. Ik kan dat op het internet opzoeken natuurlijk maar de geïnteresseerde lezer kan dat zelf ook wel.
Het is opvallend hoe weinig mensen er van de zoekmachine van Google (kunnen) gebruik maken. Wil je iets weten: Google is your friend…!
Maar we hadden het over sprot.
Soms laat ik mij ook eens verleiden om reed gefileerde sprotjes te kopen. Die zitten verpakt in een plastic bakje, onder beschermende atmosfeer, zo heet dat, en blijven dan ongeveer twee weken verkoopbaar.
Forget it! Vergeet het maar. Dat product gelijkt op niets meer!
De sprotfiletjes die daar inzitten zijn zeer mooi gefileerd, machinaal waarschijnlijk maar de structuur, de beet, dat is niks meer.
Sprot moet heel zijn, ongekuist in ‘t Vlaams, zodat je hem zelf kan fileren. Pas dan krijg je de echte lekkere zuivere smaak te pakken.
Zelfs nu nog durf ik sprot met huid en haar opeten, dit wil zeggen zonder de kop en zonder de middengraat maar de gewanden incluis. Tijdens vlagen van zinsverbijstering eet ik de graat ook nog op, dat brengt kalk aan.
Begin maar te walgen…
Maar heerlijk is dat!
Voor degenen die nu nog verder lezen :
Het kan ook wat geciviliseerder…
Echt veel bereidingen voor sprot bestaan er niet. Soms is er eens een jonge veelbelovende kok die wat uitvindt waar je verder nooit nog iets van hoort en daar blijft het dan ook bij. Ergens vond ik zo een recept : sprot op drie wijzen.
Dat doet mij altijd denken aan: rauw, gebakken en verbrand. Nu heet dat: carpaccio, gefrituurd en barbecue.
Deze morgen heb ik mij op de markt weer een solide handvol sprotjes aangeschaft. Ik was er de heuse som van één euro en tachtig cent aan kwijt.
En zo flitste me het idee ineens te binnen: laat mij even tonen aan de lezers hier, hoe ze zelf een sprotje kunnen fileren, want dat is eenvoudig.
Een beetje de juiste techniek beheersen en dan moet je niet meer van die slechte “onder beschermende atmosfeer” voorverpakte sprot eten.
Daarom : mijn zondagse officemes geslepen. De beukenhouten snijplank proper afgewassen met Dreft. Ik heb het echt zelf moeten doen - mijn vrouw is nog altijd op vadrouille - en nieuwe batterijen in het fotoapparaat gestopt.
Sprot fileren in zeven foto’s.
Toen kwam ik tot de vaststelling dat het programma waarmee ik vroeger flashbestandjes maakte niet meer werkt. Waarschijnlijk is “Vista” weer de oorzaak. ( Alle progjes die onderdelen – DLL’s- gebruiken van het vorige XP werken niet meer in Vista. Heel grappig is dat.) In flash had ik de fotootjes op mekaar kunnen leggen, zodat ze dan minder ruimte innemen op het blog. Maar dit is meer overzichtelijk.
Dan ben ik maar gaan bestuderen hoe ik met tabellen moet werken. Dat opent weer nieuwe perspectieven.
Daarom een “blok” foto’s, die een idee geeft hoe een klein sprotje te fileren.
Ooit ( vervlogen verleden tijd) heb ik toch een bereiding geprobeerd met sprotjes.
Gegrilde sprotjes in geuzesabayon
Benodigdheden :
• Ongeveer 4 gefileerde sprotjes per persoon
• een flesje geuze
• 3 eierdooiers
• 100 g boter
• peper
• citroensap
• gehakte peterselie
Bereiding :
• Bereid de saus door de eierdooiers op te kloppen met de peper en een halve deciliter
bier. ( De rest van het bier mag je opdrinken)
• Opwerken met geklaarde boter of met klontjes koude boter.
• Afwerken met citroensap, eventueel wat zout, maar denk er aan dat de sprotjes zeer zout zijn !
• Leg de sprotjes op een plaat en grill ze zeer snel onder een zeer hete grill. Omdraaien en de andere zijde grillen.
• Maak een sausspiegel op een bord, schik de gegrilde sprotjes er op en bestrooi met peterselie. Versier met een bloemetje.
Ik heb het recept zo uit een bestand gehaald. De schotel versieren met gehakte peterselie is
niet meer van deze tijd. Gebruik nu een toefje sisho in plaats van een bloemetje en takjes
roomse kervel om het bord te versieren. Dat komt niet zo oubollig over.
De saus is een combinatie van Hollandse saus en sabayon.
Nog veel vroeger, voor de term amuse gueule gekend was, maakten we ook gemarineerde
sprotjes. Daarvoor legden we de sprotfilets in witte wijn met wat citroensap en strooiden
royaal fijngesnipperde sjalot en peterselie tussen de filets. De filets mochten dan een paar uur
marineren en werden geserveerd als hapje bij het aperitief. Ook niet helemaal correct want
het geheel is nogal zuur en zout en sterk naar sjalot smakend. Dus eigenlijk een
smaakbederver. Daarom denk in dat het beter is om daar een stevige pint bij te drinken of
waarom niet, een lekker neut. De smaak van de Keyser.
|