Na de veroverde rang van 'adjunct accountant eerste klas' ging ik vol goede moed op weg naar de twee deeldiploma's, die mij nog scheidden van de fel begeerde accountantsrang, die ook nog weer zo ver uitliep, zelfs tot hoofdaccountant.
Maar ik bemerkte in de loop van een worsteling van drie jaar, dat er ergens grenzen zijn. Ik wilde alles gelijk hebben: - een succesrijke werkring - een volbrachte studie - een avondbaan als leraar belastingrecht - een volle vrije-tijdsbesteding als oudste van een drukke gemeente - een goed beheer van een gezin met nog zes kinderen, in leeftijd variërend van 16 tot 3.
En dat gíng eenvoudig niet. Het gebeurde, dat ik tijdens mijn werk, in de middagpauze: - een leerboek trachtte te bestuderen - een campagne van de gemeente probeerde voor te bereiden - ....en dan ook nog eens alle lectuur, die ik binnenkreeg, wilde doorlezen. Dat moest fout gaan. En dat ging het dan ook. Bij éen van die inspannende middagpauzes 'ging ik even helemaal op slot'. 's Middags wachtte mij een belangrijke slotbespreking, een hoogtepunt als afsluiting van een 'onderzoek'. En ik wist helemaal niet meer, wat ik daar mee aan moest. Dat herstelde zich dan wel weer, maar vanaf dat moment kreeg ik waarschuwing op waarschuwing: laat de kaars niet aan twee kanten tegelijk branden.
Twée kanten??...menslieve: een kaars héeft maar twee kanten, maar ik stond rondom in brand.
Die bijbaan ging er het eerst aan. 's Avonds ook nog eens voor dat beetje extrageld op pad...en dat terwijl dat leeraarschap me niet lag. Weg ermee.
En toen de studie: ik zag een oudere collega telkens zijn hoofd stoten aan 'controle leer'. Dat ging keer op keer mis. En ik was nog maar bezig aan 'ínrichtingsleer' en daarvoor was ik al tweemaal gebakt. En extralessen waren er alleen op zaterdagmorgen en die morgen kon ik niet missen in verband met boodschappen en zo.
En tenslotte moest ik mij erbij neerleggen dat het volledige diploma te hoog voor mij gegrepen was. Ik was inmiddels ook al weer de veertig gepasseerd. En boven die leeftijd moet je ook eigenlijk niet meer voor een diploma studeren.
|Maar wat me dat gekost heeft ! Ik was altijd gewend geweest om nooit iets los te laten. En nu móest het. God modelleerde aan mij door. Híj hoorde op de troon van mijn hart te zitten, immers: "Gij zult de Heer uw God liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en uit al uwe krachten". En wie er toch allemaal op die troon elkaar verdrongen, terwijl God daar als enige behoorde te tronen !!
Met een ferme bluts van Godsweg bleef ik achter, toen ik uiteindelijk de diplomajacht uit mijn handen had laten wringen. maar die bluts paste uiteindelijk ook weer in Gods vormingswerk, mijn persoon betreffende.