Wat was er nu eigenlijk aan de hand en waar ging het nu over bij de staking. Er was een ambtenarenbond, die meer loon eiste. Andere bonden wilden sympathie betuigen. Er was ook een wat wilde stemming, erg ´links´. De overwinning van de Communisten in Vietnam was al weer even achter de rug. Maar nu waren er in Afrika ook succesvolle communistische opstanden. Net was in een groot land, Angola, de Portugese kolonist verjaagd en ook in Mozambique en daar waren allemaal 'linkserige' regeringen gekomen.
Jonge mensen dachten: "En nou wij". En zij gaven ophitsende krantjes uit, zoals ´de rode Surinamer´. En er was nog een bron van onrust. In Nederland was de tiijd van agitatie, de zestiger jaren , achter de rug. En vele onderwijsgevenden waren vandaar overgekomen naar Suriname en brachten hier de ideeën, die in Nederland uitgediend raakten, nu de 'saaie'zeventiger jaren waren begonnen.
En al die dingen werkten in op de algemene onlust . En je zult in dergelijke situaties altijd zien, dat de duivel ingrijpt en de zaak laat escaleren op een manier, die niemand had voorzien. Het begon ermee, dat bakkerskarren werden geplunderd. En toen gingen er twee van die houten scholen in de brand.... in Suriname waren toen nog ovrwegend houten grbouwen. ....en toen vielen de eerste doden. En met het bloed van de slachtoffers werd op de muren geschreven: "Wraak voor onze doden".
En toen was er die nacht, dat er een molotovc-cocktail werd geworpen in het totaal houten gebouw van de belasting-inspectie. Dat gebouw was een loods, in de periode 1940-1945 door de Amerikanen daar neergezet en nooit vervangen door een degelijk gebouw. En de inhoud: papier en nog eens papier, de gezamelijke belasting-gegevens van heel Suriname.
De vlammen moeten op het hoogrepunt dertig meter hoog zijn opgelaaid. Toen ik de volgende dag ging kijken naar de smeulende puinhopen, viel éen ding mij in het bijzonder op. Weten jullie nog, ... ja, ik vertelde dit pas vorige week ....dat de inspecteur tegen mij na ´de rampokpartij ' had gezegd: `Zó´n geluk: ze zijn de trap niet opgrweest". En nu keek ik naar die trap en....ik vond hem in zijn geheel terug....in enkele seconden in zijn geheel verbrand en als zwarte as in de vorm van een trap liggend op de witte as van de formulieren..
Alleen de 'chef de bureau was aanwezig om de wacht te houden bij de puinhoop. Hij klaagde mij zijn nood: "Ach...meneer Gerritse: zó'n nationale ramp...en niemand is geweest om te kijken of iets te zeggen: de gouverneur is niet geweest..... en de minister van Finnanciën niet...en de directeur van de belastingen niet....".
Ik zei: "Maar.....IK ben er toch !!!
"Stelde niets voor...wie was ik ??? Maar hij nam mijn hand in de zijne en zei zo echt warm: "Ja....ú wás er !!!!
Een Surinaams toneelstukje voor twee heren. Maar de indruk is bij mij onuitwisbaar gebleven.
Nadien bloedde de staking dood.Een loonsverhoging zo hier en daar. Was daar nu al die onrust voor geweest. Al die barricaden, die 's middags bij de siësta verlaten lagen en daarna waren ze er weer allemaal;: de politie en de betogers en het over de straat verspreide glas, waar ik door Gods goedheid dan onbeschadigd doorheenlaveerde op weg naar de een of andere meeting of naar een bidstond, waar de hulp van God werd afgesmeekt.'De geest was even uit de fles geweest en keerde daar weer in terug.
Na mijn 1976-vertrek, in 1981, is er een heuse coup geweest en een militaire dictatuur. Suriname werd steeds meer een echt Zuid-Amerikaans land.
Er zijn genoeg auto's vernield in die woelige dagen. Maar onze auto bleef gespaard. En ons werk in dienst van de Heer ging door. En dat gaat nog steeds door, in weerwil van allerlei stormen.
De Heer heeft ons geen rustige reis beloofd, maar wel een behouden aankomst.
....en terwijl wij bezig zijn met aller.lei huiselijke dingen, voor namelijk over Mariëtta: - ze verliest van die typische kleine kindereigenaardigheden, bijvoorbeeld: de dingen moeten altijd eender staan in de kamer - ze wordt minder panisch voor de tandarts - ze gaat beter om met het gepest op school, dat haar zo kwelde - ze geeft Marijke meer 'lik op stuk´
..... en terwijl ik steeds meer ´versurinaams´ in mijnb woordgebruik; als iemand mij om geheimhouding vraagt, antwoord ik zo echt in de bloemrijke sfeer vasn het land: "Deze lippen zullen verzegeld zijn....en als zij komen met een MES....dan nóg...zullen deze lippen zwijgen". ....en terwijl ; ach.....honderd dingen meer, groeit er gaandeweg in dit onbezorgde land met zijn heerlijke temperatuur, een wrevel.
Op kantoor gaan revolutionaire gesprekken beginnen, die er altijd weer op neerkomen, dat de 'bakra's'weg moeten, dat zijn dus de Nederlanders. En er is stakingsgeroep.
En voor je weet, dat het allemaal zo uit de hand gaat lopen, ligger er overal op straat bazrricades, wordt ons kantoor geblokkeerd, is Marijke ongwild stakingsbreker, want alle scholen liggen plat en ze gaat uit verveling maar helpen in het ziekenhuis. Maar daar zijn dan ook weer mensen kwaad over, want het ziekenhuispersoneel staakt ook.
En dan gaat het van kwaad tot erger. De inspectie van de belastingen, waar alle gegevens van het hele land liggen opgeslagen, wordt bestormd. Voor de ogen van de inspecteur en zijn staf worden allerlei stukken uit kasten gerukt en op de grond vertrapt, of met de handen verscheurd.
Wanneer de rampokkende menigte weer vertrekt, kom ik daar binnen, terwijl iedereen nog diep- geschokt bij elkaar staat, ook de hoogste omes.
Een van de personeelsleden vraagt mij : "Zoudt u niet een gebedje voor ons willen doen ?" Maar ik heb er de leiding niet toe. Of misschien niet de durf. Mogelijk heb ik ergens een kans laten liggen. Maar al die dingen zijn een paar dagen later al weer verleden tijd. Want wat er dan met de inspectie gebeurt....nee, dat vertel ik in een volgend verhaal.
Alleen dit nog: terwijl ik door de massa's papieren over de vloer van de inspexctie waad, merk ik opeens, dat ik ongelijk sta. Ik kijk....en ik blijk te staan op een van de dikke rapporten van mijn hand, waarvoor ik daarginds beroemd was. Nu is het vloerbedekking geworden.
De inspecteur heeft zichzelf hervonden, komt glimlachend op me toe: "Er stond een dikke, grote vrouw voor me, Met haar sterke handen verscheurde ze een hele bos aanslagen tegelijk, terwijl ze riep: "Wij pinaren in dit land, ( sterven van de honger) en dat zullen jullie merken".
Daarna blij: "De schade is best te herstellen. Het werkelijk kostbare goed lag boven.Maar ze gingen de trap niet op. Als ze dat toch gedáan hadden.....!!!"