Betty en ik hadden al vijf kinderen naar de volwassenheid zien groeien: Jaap, Mieke, Willy, Harry, Ida. Ze waren nu allemaal volwassen en maakten in het maatschappelijke leven best redelijke sporen. - Jaap was in 1974 eindelijk uitgestudeerd. Als 28- jarige was hij aan zijn eerste baan bezig. - Mieke woonde in Duitsland . Wij wisten niet veel van haar. Maar haar man had in ieder geval een goede baan bij 'het militair'. - Willie had zélf een werkkring, wat toen gewoonte begon te worden. Haar man deed 'van alles', maar verdiende goed. Let wel; hij zat niet in de drugs, maar kocht en verkocht huizen, zo'n beetje uit liefhebberij. - Harry was op een lagere school bezig als onderwijzer in zijn eerste baan. Wat had die jongen ons een kopzorg gegeven. Maar nu had hij zich in het bestel gevoegd. - Ida was ook een modern meisje met een eigen baan.
Maar Marijke was 14. En dat was nú een jongedame, volop in de puberteit. Ze was in Suriname op de A.M.S., een school te vergelijken met onze H.A.V.O. Nu was het daar zó: er was altijd maar beperkt plaats. En de Surinaamse kinderen vóchten als het ware om zo'n plaats en wanneer zij tot de uitverkorenen behoorden, hielden zij zich best koest, bang dat zij weg zouden moeten.
Maar er waren op die school altijd wel vrije plaatsen voor ' Europese Nederlandse kinderen',die toch weer weg zouden gaan om in Nederland hun studie voort te zetten. Maar onze Marijke hield zich niet koest zoals de Surinaamse kinderen. Nee, ze was echt een opstandige puber, ook in de klas. En herhaaldelijk dreigde ze weggestuurd te worden.Ze voegde zich ook niet in de samenkomsten, trachtte daar weg te blijven. En wat dit betrof, zagen we zich een lijn aftekenen, die we bij al onze ' grote' kinderen al kenden of nog vermoedden: afwijken van het geloof. En wij....we waren tegen de vijftig...raakten een beetje vermoeid. De opvoeding van al die andere kinderen was ons niet 'in de kouwe kleren gaan zitten'. En nu begon het spul bij de oudste van onze twee nakomertjes opnieuw.
En er waren de persoonlijke problemen. Een beetje stil schreef ik op: "Nu heb ik nog maar 13 tanden of kiezen".
(Nu - dertig jaar later- zijn het er nog maar 4).
En Betty kreeg, vlak voor haar autorijd-examen weer geweldig veel last van die baarmoeder-vloeiingen..
En er waren soms van die stomme ergernissen. Tijdens de stakingen was er een protesterende bosneger gedood. Die man had van de toverdokter in zijn dorp een ' onkwetsbaarheidsdrankje' gekregen en liep in goed vertrouwen de politiekogels tegemoet. Hij wist helemnaal niet, waarom het ging, maar had in alle verwarring zijn salaris niet gekregen en kon niet naar zijn dorp terug Werd natuurlijk niets met dat drankje. Maar nu wordt hij tot ' nationale held' verheven, martelaar, gevallen in de strijd tegen het fascistisch-koloniale Nederlandse uitbuit-regime en zijn Surinaamse lakeien- hielenlikkers.
Grote en kleine ergernissen. en tegenvallers. Ach; jullie weten er alles van: - kinderen, die niet willen, zoals jij wilt. - en de eerste tekenen van de ouderdom - en tegenvallers - en maatschappelijke gebeurtenissen, die je een onveilig gevoel geven.
Maar God vraagt aan jullie, zoalas hij aan ons vroeg en vraagt, om door alles heen de hand van Jezus vast te houden. Je heb echt ook volstrekt niets te winnen hoor, met jouw hand uit die hand weg te laten glijden. Niemand kan ze uit mijn hand roven, mijn beminden, zegt Jezus, (Johannes 10 v 28). Maar je kunt er wel uit weg lopen en dan kom je in zulke slangenkuilen..!!
Houd Jezus' hand vast. Dar hebben Betty en ik door genade altijd kunnen doen