...en nog steeds maar 21
En zo werd het septemnber 1944. in oktober zou ik 22 worden. maar in deze tijden gebeurde zoveel, dat in éen levensjaar vele beslissende dingen gebeurden.
Ik vertelde jullie al, hoe ik háar ontmoette, die met mij het leven ging delen.
Dat was in mei, vlak voor die glorieuze 6 de juni, die elke West-Europeaan in de herinnering gegrift staat; het begin van de bevrijding.
Maar Betty en ik zaten nog steeds in dat stille, landelijke gebied, waar 'niets gebeurde'. En we werkten aan onze relatie. Zíj kon nu ook 'geen kant meer op'. De grote stad was voor haar familie net zo onbereikbaar als voor mij. De scholen, waar haar onderwijzeressencarrière nog maar net begonnen was in augustus 1943, waren gesloten. Heel het land stond in het teken van de naderende geallieerde troepen.
Het was moeizaam werken aan onze relatie. Ik was een humeurig jongmens. Ook waren er al seintjes naar haar toegegaan, dat ik een 'bedonderaar' was vanwege alle affaires, die ik al achter de rug had. Zoals zoveel tussen verkering hebbende jongelui voorkomt, was het een tijd van 'aan...uit', een knipperlichtrelatie. En Betty zat vol twijfel of ik nu werkelijk de ware was.
Tot die septemberavond kwam, dat we Ab ontmoetten. Ab was éen van die ontelbare mensen, die wel in 'iets' geloofden, en misschien ook wel in 'iemand', ja zelfs wel in 'Iemand'. Maar wanneer de zaak scherper werd gesteld met de vraag: "En wat denk je over Jezus", dan gaf hij : niet thuis. Zo 'dicht op zijn huid' moest het allemaal niet komen.
En die avond stonden wij daar in die late zomer/beginnende herfst met hem te praten, Betty en ik.
En natuurlijk kwam het gesprek op 'het geloof'. En ik stootte al gauw door naar de vraag: "Maar wat denk je van Jezus".
En toen Ab 'eigenlijk níets van hem dacht', geen raad met hem wist, omdat Jezus buiten het veilig 'ietsisten' gedoe viel, hield ik een gloedvol betoog voor Onze Heer Jezus Christus.
En Betty stond erbij en ze luisterde en opeens wist ze het: "....en tóch horen we bij elkaar. Ik weet het nu zéker. Zoals deze jongen de Heer liefheeft".
Och; ik werd in dat gesprek 'boven mijzelf uitgetild'; ik zei dingen, die ik helemaal niet voorbedacht had en die ver boven mijn 'geestelijke standing ' van die tijd reikten. Afijn; in volgende verhalen zullen jullie wel eens gnuiven: "Haha....dat was dan die vrome knul van september 1944....nananananana..."
Maar goed; dat horen jullie in volgende weken wel.
Daag Ger
|