varende senioren over bootjes, varen en nog andere dingen !
18-08-2007
Tewater !
Vandaag is het zo ver, de ms Enya verlaat de werf-hal en wordt te water gelaten. Met een wagen op rails, waarop de boot is vastgezet verlaat ze na vijf weken intens werk de hal. Met een vuil-watertank van 137 liter, waarop toilet en twee wasbekken zijn aangesloten, zijn we in orde voor de normen die in 2009 wet worden. Ook de gas geiser is verdwenen en in de plaats ervan kwam een boiler van 31 liter. Ook twee accu's vonden hun plaatsje in de motor ruimte,de buiten-besturing werd opgesmukt met een houten dashboard met metertjes voor volt en temperatuur, alsook een dieptemeter. Een nieuwe radio-cd combinatie werd binnen geplaatst met boxen binnen en buiten. Op de bestaande marifoon binnen, werd er een nieuwe antenne geplaatst, en aangevuld met een draagbare marifoon voor buiten. Ook dit word verplicht vanaf 2009, wanneer men twee besturingen heeft. De gasinstallatie werd volledig nagezien en alle flexibele slangen vernieuwd. Het kacheltje in woonkamer nagezien alsook de ring-verwarming. Op het moment dat ze in het water ligt, kan het schip ook pas gelegd worden op zijn waterlijn. De ballast (ijzeren broodjes) zal verplaatst moeten worden, aangezien de gewichtsverdeling van de boot veranderd is door het plaatsen van boiler, accu's en vuil-watertank. Indien de eindrekening meevalt, worden er nog twee nieuwe fender-houders gemonteerd. De foto toont de oude buiten-besturing met lampjes, hoe de nieuwe er uitziet merkt u in één van de volgende berichtjes wel. Tenslotte is de motor volledig nagekeken alsook alle filters vernieuwd. Nieuwe olie er op en klaar zou kees moeten zijn !
Dikwijls, toen ik in Akkrum was, was ik nieuwsgierig naar welk riviertje door Akkrum vloeide en voorbij de brug linksweg via de Kromme Knilles naar Irnsum ging en rechtsaf naar Nes stroomde. Dit riviertje, drukbevaren door lokalen, boeide me. Ik zocht dan ook zijn verleden op en vond de eerste notities die teruggingen tot ongeveer 10.500 jaren terug. De Boorne of in het fries Boarn ging in die tijd naar de zee tot Beetsterzwaag, zeg maar om eenvoudig te blijven richting het huidige Vlieland. Circa 4.000 jaar later verbrede de inham tussen het huidige Terschelling en Vlieland, waar de Boorne zich in de zee wierp. De intussen ontstane zee, Middelzee geheten ontving nog altijd vele noord-friese rivieren. 1.000 jaar geleden was de Middelzee zodanig dichtgeslibd, dat men een afwateringskanaal naar het Sneekermeer groef. Het stuk tussen Akkrum en de Oude Schouw werd Kromme Knilles genaamd. Boarn is niet voor niets het oud-nederlandse stamwoord voor BRON.
De boot is nu definitief klaar op 23 augustus. We rijden 's avonds met Petra's vader richting Akkrum met de mobilhome. De laatste spulletjes worden meegenomen evenals de fietsen. 's Anderendaags gaat Petra winkelen in Akkrum en geeft Wolter tekst en uitleg over alles wat de boot aangaat. In de late vrijdagvoormiddag verlaten we Akkrum richting Dokkum. Want inmiddels ligt ook onze ganse reis vast.Met 55 km voor de boeg hopen we 's avonds in Hollands noordelijkste haven aan te meren. Bij het keerpunt van de elfstedentocht, gaan we op zaterdag 25/8 richting Ijlst, nog één van de punten waar de legendarische schaatstocht doorkomt. Tot IJlst via Leeuwarden is het iets meer dan 68 km, waarna we op zondag naar Urk gaan, aan de rand van het IJsselmeer. Bij goed weer gaan we via Stavoren buiten op het IJsselmeer en varen zo naar Urk. De volgende dag wordt het Kampen, aan het begin van de randmeren.Dinsdag varen we op de prachtige randmeren naar het zuiden naar Eémdijk op het Eémmeer. Eens de meren voorbij, rondden we de Pampus, het eiland net voor Amsterdam. Via de oranjesluizen komen we op het Amsterdam-Rijnkanaal. Een breed, drukbevaren, ééntonig kanaal met als enig voordeel dat het snel opschiet. Daar waar Amsterdam-Rijnkanaal en de Lek elkaar kruisen ligt Vreeswijk, een stopplaats die we kennen van vorige reizen.De dag nadien beginnen we aan de Merwede, een brede rivier, rustig die ons richting Gorinchem (Gorkum zoals de schippers zeggen) brengt, waarna we op dezelfde Merwede blijven tot Werkendam, thuishaven van de zwarte kousenkerk. Hier werkt NIETS op "de dag des Heeren". Ook de sluizen niet. Daar schutten we de Biesbosch binnen, hier waan je je in de oertijd, kleine grachtjes met langs weerskanten bomen - de natuur heerst hier - bij dit overvloeingsgebied dat een doolhof van grachtjes en beekjes is, en waar, tijden wereldoorlog II ook de duitsers zich stuk op beten bij het opsporen van verzetsmensen en joden die er hun toevlucht hadden gezocht. Via Biesbosch en Amer varen we voorbij Moerdijk en leggen aan in Lage Zwaluwe op het Hollands Diep. Het Hollands Diep ligt achter ons en voor ons ligt het Haringvliet. Niet voor ons want wij nemen bakboordkant Krammer- en Volkerraksluizen, de top in sluizenbouw op rivieren. Naast elke beroepssluis ligt er een jachtensluis, allebei ruim bemeten. Via het Zijpe, Mastgat en Keeten komen we op de Oosterschelde. Het kan er ruig aan toegaan in deze smalle toegang tot de Oosterschelde. Petra herinnert zich nog altijd de 5/6 Beaufort in het Zijpe waar het water aan dek spoelde en we rolden van de ene golf in de andere. Oversteken en in Wemeldinge nemen we de verbinding met de Westerschelde, die we invaren na Hansweert-sluis. We zijn bijna thuis nu, enkel de oversteek naar Terneuzen, het binnenschutten in de Oostsluis en we zitten veilig op het kanaal Gent-Terneuzen. Na Sluiskil gepasseerd te zijn, zijn we terug in Vlaanderen, varen Zelzate brug voorbij tot we aan bakboordkant de Moervaart zien. Kanaal over en dan volgt de Moervaart (toch mooi), Mendonk voorbij tot we aan de petrolekleurige brug van Spanjeveer komen. Ons tochtje eindigt hier, na bijna 600 km vaarplezier. Na maanden zijn we terug op Spanjeveerbrug. Het echte verhaal kunnen jullie straks lezen, met alle toeters en bellen er bij. Tot dan !
Het zou een verhaal kunnen zijn over twee landlopers, die met elkaar optrokken en ongelofelijke avonturen beleefden. Maar neen, het zijn gewoon twee aan elkaar rakende kanalen, het ene, gelukkig bevaardbaar, het andere jammer genoeg niet en gescheiden door een keersluis. Er is vooreerst de "Stinker" vroeger bevaarbaar voor beroepsvaart tot max 47m schepen (ca.350 t op de aangegeven diepgang), ook wel eens Schipdonkkanaal genoemd. In Balgerhoeke stond er vroeger een silo, waar zelfs granen vanuit Duitsland werden aangevoerd. Ook binnenlands heb ik zelf nog schepen bevracht naar Balgerhoeke, maar toen al met verminderde diepgang van 1,80m, en voor een spits (38m schip) was dat max 250 ton. Bij schaalvergroting in de binnenvaart bleek deze geringe tonnemaat niet meer haalbaar tegenover de silogiganten in Gent en Antwerpen. Het kanaal zelf werd gegraven in 1852 en diende als afleidingskanaal die het overtollige water van de Leie moest opvangen. Nu nog wordt er regelmatig gespuid, waardoor men ten zeerste moet opletten bij het invaren van de Schipdonksluis. Ikzelf ondervond het aan den lijve.... De bijnaam "Stinker" kreeg het kanaal ten tijde van de industrie in Eeklo en het vlasroten langsheen de Leie. Maar de Stinker stinkt al lang niet meer, de vissen zwemmen weer rond en voor ons, gegadigden van het bootje, is het een schitterende daguitstap. Aan het bijna-einde van het kanaal twee mogelijkheden om aan te leggen, de jachthaven Eeklo. Men moet dan, aan de windmolen rechtsuit het kanaal naar Eeklo, dat jammer genoeg doodloopt in Eeklo zelf. Wanneer men het kanaal richting Balgerhoeke verder neemt, komt men aan V.V.W. Nieuwenrode, een schitterende club aan een gezellig taverne gelegen en dito fietspad dat naar Balgerhoeke loopt, en verder dan de keersluis van Balgerhoeke. Net er voor de antieke spoorlijn, met alle industrieeel erfgoed erbij horend. Eénmaal voorbij de keersluis komt men aan de "Blinker", ook wel Leopoldkanaal genoemd. Dit onbevaarbare kanaal werd gegraven in 1845 en loopt van Boekhoute (Braakman) tot in Heist. Het diende als ontwateringskanaal voor de omliggende polders. Dit kanaal werd gegraven door de jonge Belgische staat, die na de onafhankelijkheid in 1830, een niet al te best buurtschap hadden met de "hollanders". Vroeger gebeurde de ontwatering van onze polders via het "Lapscheurse Gat" , een kreek die nog steeds de grens vormt tussen België en Nederland, en naar de Noordzee afgevoerd wordt via Sluis en Cadzand. Bij de scheiding van de Verenigde Nederlanden sloten de Nederlanders alle sluizen af. Het gevolg liet niet op zich wachten en diverse landbouwgronden werden waterziek. Omdat het Leopoldkanaal het zuiverste was van de twee vaarten, kreeg het de bijnaam de "Blinker" Beide vaarten bezitten een unieke bomenrij (populieren), die wel eens "de kathedraal van de bomen" genoemd wordt. Met de fietsen er bij is een uniek natuurgebied vlakbij. In Oostkerke kruisen deze beide kanalen de "Damse Vaart", vroeger ooit bevaarbaar. Om deze drie kanalen elkaar ongestoord te kunnen laten kruisen bouwde men een technisch hoogstaand kunstwerk : "de siphon". De Blinker en de Stinker doken onder de Damse Vaart, zodat de scheepvaart op de Damse Vaart ongehinderd kon gebeuren. Tijdens de tweede wereldoorlog werd de siphon door de duitsers opgeblazen en de Damse Vaart langs beide kanten afgesloten. Vandaar dat men in Damme het restaurant "de siphon" kent. Kortom, het is een mooi natuurgebied met kreken en grachten, een uniek watergebied ook dat door de vooroorlogse nijverheid nog gebruikt werd. Er is sprake om in deze bedding een duwvaartkanaal neer te poten, om voor een binnenlandse ontsluiting te zorgen voor de Zeebrugse haven. Ik hoop dat het niet zo ver komt. Geef mij maar het rijke krekengebied met al zijn ontspanningsmogelijkheden.
Verscheidene mensen vroegen zich af wat is er al gebeurd aan het ms Enya qua werkzaamheden. In de 30° week werden de vloeren in de slaapkamer en op het toilet uitgebroken om zich makkelijker een toegang te verschaffen tot de machinekamer. Aangezien er een vuilwatertank bijkomt, en deze moet passen zowel wat betreft afmetingen als gewicht in de boot. Zo kwamen we tot de bevinding dat een tank van 175 liter te groot bleek, wij hebben dan in overleg gekozen voor een vuilwatertank van 137 liter omdat wij dan ook tezelfdertijd een vermaler en een pomp konden installeren om het via de afzuigdop in het gangboord, te kunnen overpompen. Ook de verbindingen met het toilet konden zo kort mogelijk gehouden worden. Ook werd er plaats gemaakt voor de boiler. Deze week worden zowel de boiler (31 liter) als de vuilwatertank (137 liter) geplaatst. De geiser werd weggenomen, wat voor Petra een must bleek. Bij de buitenbesturing word het armtierig dashboard vervangen door een houten paneel met verlichte metertjes en een dieptemeter. Vooreerst werd de besturing en de hendel voor de boegschroef afgenomen en de kabeltjes verlengd, zodat ze acheraf teruggeplaatst kunnen worden. Deze week wordt ook het volledige gascircuit nagekeken. Alle stukken zijn zo wat besteld en aangekomen, zodat ze deze week en de volgende kunnen geplaatst worden. Ook wordt er een volledig check-up van de motor gedaan, o.a. met de vervanging van alle filters (zowel olie- als fuelfilters). Ook is er een ruitenwisser besteld om voor het centrale venster geplaatst te worden, en ook een bijkomende startaccu wordt geplaatst. Ook gaan we nakijken om het ballast aan boord te veranderen. I.v.m. het gewicht dat er bijgekomen is, in de machinekamer dient dit ook aangepast te worden. Tenslotte nog een aantal kleine werkjes, zoals de ontluchting van het gas dat verhoogd werd, alle nummers en stickers dienen aangebracht en dan zou ons bootje moeten vaarklaar zijn. Oh ja, ook de eerste betaling ging de deur uit. Eind volgende week weet ik wanneer we vertrekken.
Ik ben André Van Hecke, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Oostvaarder.
Ik ben een man en woon in Lokeren (België) en mijn beroep is ex-bevrachter van binnenschepen, nu met pensioen.
Ik ben geboren op 31/07/1945 en ben nu dus 79 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: vooreerst mijn bootje Enya, en alles wat ook maar te maken heeft met H2O..
Sinds 25/11/2008 met pensioen, een soms onbekende zee van tijd die op me afkomt - met vrouwtje Petra wat wandelen, en skieën ieder jaar in Seefeld, Oostenrijks stadje waar we getrouwd zijn - in de zomer spenderen we onze vrije tijd sowieso aan ons bootje
Gastenboek
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Beoordeel dit blog
M/S ENYA
mijn bootje is een Gruno 38E Royal van bouwjaar 2000, is 12m lang en 3,80m breed met een diepgang van 1,10m en een doorvaarthoogte van 4,25/3,60m en een gewicht van 12,5 ton - de motor is een 6 cylinder IVECO van 120 pk met een verbruik van ca. 4 liter/uur. Een watertank en fueltank van elk 500 liter en een vuilwatertank van 200 liter. De boot heeft een buitenbesturing met boeg- en hekschroef, automatische piloot en gps/plotter. Herschilderd op de werf in 2011, zowel boven als onder de waterlijn, nieuwe anodes geplaatst. Zijn geboorteplaats is Zoutkamp in Friesland.
De motor is een 6 cylinder dieselmotor IVECO type 8065M12.01, met een verbruik van ca. 4 liter per uur, en komt uit de Milanese fabriek (It.) en draagt als matricuulnummer 0587975. Rustig draaiend en bedrijfszeker, zo wordt de motor omschreven in de onafhankelijke testen. Met in de nabijheid van mijn ligplaats, Spanjeveer op de Moervaart, is er een Europees hoofdverdeler en onderhoudscentrum van IVECO, gelegen aan de Vliegtuiglaan in Gent. Ook dat is makkelijk.
Wij hebben in onze boot geopteerd voor een dinette i.p.v. een tweede slaapkamer, aangezien wij voor meer dan 95% ons tweetjes varen. Ruim om te eten, en voorzien van talrijke bergplaatsen, waarbij alles binnen handbereik ligt, is het in blanke eik uitgevoerd en met een blauwe stoffering, een lust voor het oog.
Het kombuis betekent ook soms het "hart" van de Bourgondische Vlaming. Wanner er gekookt wordt aan boord, is het nuttig om te beschikken over een degelijk uitgeruste keuken. Met twee ijskasten, een magnetron en een vier-pits gasvuur, dampkap en verluchting via een dakvenster, is ook onze keuken voldoende gewapend om "de hongerigen te spijzen".
Het salon is en blijft de plaats bij uitstek in het schip. Gezien de geringe oppervlakte die een boot biedt, is het de pleisterplaats om televisie te kijken of radio te luisteren. Lezend, makkelijk achterover leunend in een zetel vliegen de avonden zo voorbij.
"De natte cel" noemt men het toilet- was- en douchegedeelte in een pleziervaartuig. Je kan aannemen dat ook de mechaniek een aardig stukje vertegenwoordigd is in dit gedeelte van de boot. Pompen, vermalers en verwarmingselementen zijn er in vertegenwoordigd. Met de huidige verstrengde wetgeving is ook de vuilwatertank verbonden aan de lozende installaties.
Ieder mens heeft slaap nodig. Dus is de uitrusting van een slaapkamer bijzonder. Immers een goede matras waarborgt een goede nachtrust. Met de vele bergplaatsen vindt de kledij er ook zijn plaats. Onze slaapkamer biedt nog iets extra wat we bij vorige bootjes niet hadden. Een venster achteraan waar je bij 't opstaan nog een blik kan werpen over het rustige of onrustige water. Mooi toch !
Wanneer hier een lichtje aanslaat of er een geluidje biept, is er "iets". Behalve de snelheid in km/u of in zeemijlen/u, de diepte in meter of in voet, beschikt de stuurstand ook over een elektronisch kompas, aangevuld met gps/plotter en een stuurautomaat, er is er op dit electronisch plateau ook plaats voor een boeg- en hekschroef en een electrische ankerwinch. Bij de "gewone" meters vervolledigen een voltmeter, temperatuurmeter, oliedrukmeter, toerenteller met aangegeven aantal draaiuren van de motor en een stand van de tanks aan boord. Alles is overzichtelijk geplaatst, zodat bij het minste onheil snel kan worden ingegrepen.
Historiek van mijn vorige bootjes :
El Verde : spitsgatkottertje 9,30m lang en 3,20m breed en 0,85m diepgang, motor Indenor 50 pk, van Peugeot origine met bouwjaar 1970, gebouwd door Jachtwerf Oost in Akkrum. Bootje werd verkocht (2007) aan onze inmiddels zeer goede vrienden Karel en Leon, Karel is ook geregeld gastschrijver op mijn blog. In 2010 verkochten Karel en Leon de El Verde verder aan een koppel uit Izegem. Zij herdoopten het terug in Griffioen, wat de naam was van het bootje toen we er allebei op verliefd werden in het verre, maar mooie Akkrum.
Enya : Super Lauwersmeerkruiser - 11,40m lang en 3,40m breed met diepgang van 1,00m - gewicht 12 ton - motor : DAF 575 - bouwjaar 1983 op Lauwersmeer - werf in Westergeest. Was een miskoop, maar dat gebeurd overal wel eens. Het bootje werd omgeruild met mijn huidige Gruno Royal 38'.
Enya : Gruno Royal 38 - bouwjaar 2000 - 12m lengte, 3,80 breed en diepgang van 1,10m - gewicht 12 ton - motor IVECO 125 pk - 6 cylinder gebouwd op Gruno werf in Zoutkamp. Ongelofelijk wendbaar, dankzij boeg- en hekschroef, stille, zuinige motor, weinige uren gedraaid bij aankoop en zowel het interieur als buiten goed in orde. Boot werd in 2011 herschilderd, zowel onderwaterschip als boven de waterlijn, nieuwe anodes geplaatst en de motor volledig nagezien.
Toen we elkaar zagen op 16.09.10 wist ik niet eens dat zo'n studierichting als I.W. bestond. Ik heb ondertussen al wat gegrasduint op internet en er over gelezen. Lang niet zo'n makkelijke materie, maar ik denk dat jij dat aankan ! Ik hoop zeker dat we van tijd tot tijd de gelegendheid hebben om met elkaar een babbeltje te doen. Dat zou super zijn. Jammer van die verloren tijd, want die halen we nooit meer in ! opa
Hi Pa,
Ikke nog eens. JIJ staat nu op internet op een blog. Iets wat je nooit gekend hebt, maar je zou het zeker interessant gevonden hebben, al was het maar om je postzegelverzameling aan te dikken. Ons ma zou het maar "brol" gevonden hebben. De band tussen ons was altijd sterk, omdat we zoveel op elkaar leken. Telkens ik bij u sta, daar op die kille plaats mis ik je nog altijd. 'k Heb al een nieuw plantje gekweekt om het andere te vervangen bij u. 'k Breng het wel eens als we alleen zijn. U en ik ! Rust zacht. Onze kleinen.