Deze ochtend was het verzamelen geblazen op de Grote Markt van Brugge voor de start van de 96ste Ronde van Vlaanderen. Een vernieuwde Ronde; zonder Muur, Bosberg en Meerbeke. Wel met drie keer de Oude Kwaremont en Paterberg op het parcours. De aankomst lag na 257 km voor het eerst in Oudenaarde. In Brugge maakten twee topfavorieten hun opwachting: Tom Boonen (Omega Pharma - QuickStep) en Fabian Cancellara (RadioShack). Als Boonen zou winnen - voor een derde keer - schaarde hij zich in een mooi rijtje recordhouders.
Om tien uur schoot de Brugse burgemeester Patrick Moenaert de koers op gang. Een kwartier later volgde in Varsenare de officiële start toen wedstrijddirecteur Wim Van Herrewege de rode vlag naar beneden haalde. Onmiddellijk was er beweging in het peloton. André Schulze (Netapp) opende de debatten. Daarna volgden pogingen van onder meer Vladimir Isaichev (Katusha) en Kurt Hovelynck (Landbouwkrediet). Na een twintigtal minuten kreeg de vroege vlucht vorm. Naast het duo Daniel Schorn en Andreas Schillinger van Netapp waren dertien enkelingen ontsnapt: Manuel Belletti (AG2R), Pello Bilbao (Euskaltel), David Boucher (FDJ), Gert Dockx (Lotto-Belisol), Tyler Farrar (Garmin), Massimo Graziato (Lampre), Vladimir Isaichev (Katusha), Pablo Lastras (Movistar), Anders Lund (Saxo Bank), Baptiste Planckaert (Landbouwkrediet), Maarten Tjallingii (Rabobank), Sven Vandousselaere (Topsport Vlaanderen) en Tom Veelers (Agros-Shimano). Agros-Shimano is de nieuwe naam van de ploeg die tot voor kort door het leven ging als 1t4i. Een omvangrijke vlucht waar heel wat grote ploegen niet aanwezig waren. BMC ontbrak, net als Omega Pharma - QuickStep en RadioShack. De ploeg van Tom Boonen probeerde lange tijd deze ontsnapping te verhinderen waardoor de voorsprong rond de vijftien seconden bleef hangen. Uiteindelijk moest de ploeg toch de strijd staken. Ze bleef wel in het peloton controleren en zorgde dat de achterstand nooit groter werd dan zes minuten.
De Vlaamse Ardennen
Na 80 km op West-Vlaamse wegen reden de renners Oost-Vlaanderen binnen. Daar wachtten dadelijk twee kasseistroken: de Huisepontweg (1800 m) en de Doorn (2000 m). Garmin bracht hun kopman Sep Vanmarcke in stelling om de stenen goed door te komen. Nadien volgde de eerste helling van de dag, de eerste van zestien: de Taaienberg. Hier voert Boonen graag een nummertje op, maar met nog bijna 150 km tot de streep lag die dit keer te vroeg in de koers. Lars Boom (Rabobank) begon eraan in eerste positie. Daarna nam zijn landgenoot Niki Terpstra (Omega Pharma) over. Vervolgens stond de Eikenberg op het programma. Björn Leukemans (Vacansoleil) was goed voorin geposteerd. Zijn ploegmakker Stijn Devolder daarentegen vertoefde aan het andere uiteinde. Ook Greg Van Avermaet (BMC) zat achteraan. Matthew Goss (Greenedge) moest lossen. Juan Antonio Flecha (Sky) die reed lek. Een voorbode van de vele pech die het peloton nog zou overvallen.
In de nasleep van de Eikenberg gingen Kristjan Koren (Liquigas) en Marcus Burghardt (BMC) tegen de vlakte. Op de kasseien van de Holleweg (1500 m) reed een handvol renners lek, waaronder Thomas Voeckler (Europcar) en Niki Terpstra. Was er sabotage in het spel? In de aanloop naar de Ronde waren er immers bedreigingen geweest om de vernieuwde Ronde te boycotten. Gelukkig was dat niet het geval. De kasseistroken volgden elkaar snel op. Voorin voelde Lastras zich duidelijk goed, hij vloog over de kinderkopjes van de Ruiterstraat (800 m) en sloeg een gaatje. De Spanjaard hield in toen hij zijn voorsprong opmerkte: een solo zag hij niet zitten. Daarna volgden de stenen van Kerkgate (1500 m). Vanmarcke reed er lek en kreeg een wiel van ploegmaat Martijn Maaskant. De winnaar van de Omloop Het Nieuwsblad was duidelijk de enige kopman. Ook Fabian Cancellara had een lekke band, zij het bij het opdraaien van de Molenberg. Het zou echter niet de zwaarste tegenslag van de dag zijn voor de Zwitserse kampioen.
Na de Paddestraat (2300 m) was er verbrokkeling. Een groep van zes had zich van het peloton afgescheiden: Kris Boeckmans (Vacansoleil), Lars Boom, Mathew Hayman (Sky), Aleksandr Kuschynski (Katusha), Alexandre Pichot (Europacar) en Tomas Vaitkus (Greenedge). Lang zouden ze niet voorop blijven. Er was ook een groep gelosten waarbij Stijn Devolder en Lieuwe Westra, beiden renners van Vacansoleil, opvielen. deze groep zou echter opnieuw bij het peloton kunnen aansluiten vlak voor de Berendries. Ondertussen had José Ivan Gutierrez (Movistar) de wedstrijd moeten verlaten met een sleutelbeenbreuk. Vlak voor de Valkenberg wisselde Peter Sagan (Liquigas) van fiets. Vooraan moest Lastras hetzelfde doen na de beklimming. De koplopers hadden op dat moment nog drie minuten voorsprong. In het peloton bleef Omega Pharma het kopwerk verrichten.
De eerste lus
De renners begonnen aan de eerste van drie lussen op 80 km van de streep. Om te beginnen moesten ze over de Oude Kwaremont. Bij aanvang reed Boom lek en toen dat euvel verholpen was, verloor hij extra tijd door de mannen die stilstonden op de Kwaremont. Ook Hovelynck kende hier pech. Hij stond midden op de helling zonder zadel! Boeckmans reed als eerste van het peloton over de Kwaremont. Boonen en Cancellara vertoefden in de eerste gelederen. Westra daarentegen was alweer gelost, ook Juan Antonio Flecha (Sky) kon niet mee. Philippe Gilbert (BMC) kon het tempo goed aan. Voorin moesten Vandousselare, Schorn en Schillinger afhaken. Op de Paterberg moest ook Graziato de rol lossen. In het peloton maakte Gilbert alweer een goede indruk. Stijn Devolder stond aan de kant door een val en in de afdaling ging hij opnieuw tegen de vlakte. Voor de tweevoudige ex-winnaar waren alle kansen verdwenen. Pech dus, maar de conditie was er nog niet. Ook Thor Hushovd (BMC) verkeert nog niet in goede doen één week voor Parijs-Roubaix. Hij loste op de Pater. Er was overigens ook een aanrijding in de achtergrond. De volgwagen van Sky reed die van RadioShack aan. De Jaguar van Sky moest aan kant worden geduwd.
Voor Veelers was de Koppenberg er teveel aan. Zo bleven er nog tien koplopers over op 70 km van de aankomst. Hoewel hij op de Kwaremont had moeten lossen, kon Flecha op de Koppenberg wel mee met de kop van het peloton. Boonen zat wat dieper, ongeveer in dertigste positie. Alles bleef echter samen. In de nasleep van de Koppenberg kwam er een lichte prik van Frans kampioen Sylvain Chavanel (Omega Pharma). En dan sloeg het onheil toe voor topfavoriet Fabian Cancellara. In de bevoorradingszone viel hij over een bidon. De Ronde was over voor hem. En de Zwitser zal een tijdje aan de kant moeten blijven, want hij liep een drieledige breuk op aan het rechtersleutelbeen. Hij werd in de vooravond overgebracht naar zijn thuisland waar hij wordt geopereerd.
De Ronde van Vlaanderen bolde ondertussen verder richting Oudenaarde. Op de Donderij (800 m) was de voorsprong van de kopgroep geslonken tot anderhalve minuut. In Ronse, een goeie vijf kilometer verder, bleven er nog 50" over. Net als op de Koppenberg leek Boonen niet in zijn sas. Hij bengelde aan de staart van het peloton. Een opmerkelijk beeld op de Kruisberg/Hotond: Assan Bazayev (Astana) demarreerde met een ingepakt broodje in zijn mond! Dit was de aanzet tot een samensmelting tussen peloton en kopgroep. Enkel Boucher bleef nog voorop. Ook Tjallingii had blijkbaar nog niet zijn hele krachtenarsenaal aangesproken, want de Fries zette zich op kop van het peloton. Zijn landgenoot Sebastian Langeveld (Greenedge) maakte een zware val. In de afdaling zocht hij, net als enkele andere renners, het fietspad op. Een toeschouwer die op een parkeerstrook tussen de weg en het fietspad stond schrok op door het aanstormende peloton en sprong op het voetpad. Langeveld raakte hem echter en ging zwaar tegen de grond. Ook hij brak een sleutelbeen.
Lus twee
Bij het begin van lus twee was Boucher eraan voor de moeite. Hij werd afgelost door zijn ploegmaats van FDJ. Garmin toonde zich vooraan het peloton met drie man: Heinrich Haussler, Sep Vanmarcke en Johan Vansummeren. Vanmarcke maakte een vlotte indruk en bepaalde een hele tijd het tempo. Nadien nam Chavanel over. In de voorste regionen waren ook Alessandro Ballan, Tom Boonen, Edvald Boasson Hagen, Filippo Pozzato, Niki Terpstra, Peter Sagan en Johan Vansummeren te vinden. In het tussenstuk op weg naar de Paterberg scheidden drie mannen zich af: Juan Antonio Flecha, Vincent Jérôme (Europcar) en Luca Paolini (Katusha). Op de Paterberg heerste er chaos. Vansummeren verloor het evenwicht en er ontstond een domino-effect nadat ook John Degenkolb (Argos) tegen de vlakte was gegaan. Onder andere Matti Breschel (Rabobank) werd opgehouden. Pozzato en Ballan konden net ontsnappen. Pippo maakte een sterke indruk. Hij kwam als eerste boven, gevolgd door Terpstra en Chavanel. Het koptrio was ondertussen ingelopen. Sagan volgde enkele meters verderop. Er vormde zich een nieuwe groep met daarbij ook deze namen: Tom Boonen, Maxim Iglinskiy (Astana) en Sep Vanmarcke. Oscar Gatto (Farnese Vini) en Edvald Boasson Hagen (Sky) hadden de boot net gemist. Zij werden ingelopen door de grote groep bij aanvang van de Hoogberg. De vluchters hadden op dat moment een halve minuut voorsprong. Op de Hoogberg demarreerde Jérôme. Hij reed 20" bij elkaar. In het peloton stelde Sky alles in het werk om Boasson Hagen opnieuw voorin te brengen. Ze overbrugden de kloof met de groep op 21 km van de streep. Enkel Jérôme en Terpstra, die de sprong had gemaakt, reden nog voorop met een voorgift van 10". Marcus Burghardt (BMC) zou vlak voor de laatste passage van de Oude Kwaremont de kloof met het duo dichten. Ook de rest van het peloton keerde terug.
De finale
Ballan reed tijdens de laatste beklimming van de Oude Kwaremont op zijn sokken weg. In zijn zog volgden Boonen en Pozzato. Met hun drieën trokken ze naar de Paterberg. Pozzato bleef gedurende de hele helling in het zadel. Ballan kwam in zijn wiel boven. Boonen volgde op enkele meters. De jonge Slowaak Peter Sagan kwam als vierde boven. Vanaf de top volgden nog dertien kilometer richting Oudenaarde. Sagan zou de kloof nooit kunnen dichten. Hij werd ingelopen door een achtervolgende groep met daarin onder meer Matti Breschel, Sylvain Chavanel, Edvald Boasson Hagen, Björn Leukemans, Niki Terpstra, Greg Van Avermaet (BMC) en Thomas Voeckler.
Het koptrio zou strijden voor de overwinning. Op 10 km van de meet hadden ze immers een halve minuut voorsprong. Ballan demarreerde op 3 km van het einde. Boonen dichtte het gat met Pozzato in zijn wiel. Hetzelfde scenario herhaalde zich op twee en één kilometer van de finish. Ballan maakte geen schijn van kans door de wind. Op 200 meter van de streep deed de Italiaan een ultieme poging en begon de spurt. De derde plaats zou echter de zijne worden. Pozzato kon Boonen niet kloppen in de sprint. De Balenaar wint na 2005 en 2006 voor de derde keer de Ronde. Hij komt op gelijke hoogte van Achiel Buysse (1940, 1941 en 1943), Fiorenzo Magni (1949-1951), Eric Leman (1970, 1972 en 1973) en Johan Museeuw (1993, 1995 en 1998). En hij wint op tien dagen tijd zowel de E3, Gent-Wevelgem als de Ronde. Een knappe prestatie. Wat volgt nog? Woensdag staat de Scheldeprijs op het programma en volgende zondag uiteraard Parijs-Roubaix dat hij voor de vierde keer kan winnen en zo op gelijke hoogte komen van Monsieur Paris-Roubaix Roger De Vlaeminck.
Zondag 1 april, nog vijf nachten slapen en dan is het zover: de Ronde van Vlaanderen. Zonder de Muur van Geraardsbergen dit jaar. Wel met driemaal het duo Oude Kwaremont en Paterberg. De aankomst ligt niet langer in Meerbeke, maar in Oudenaarde. Er zijn twee topfavorieten, namelijk Tom Boonen en Fabian Cancellara. Een vooruitblik.
Toen in september vorig jaar werd bekendgemaakt dat het parcours van de Ronde drastisch was gewijzigd, veroorzaakte dat een ware schokgolf. Meerbeke zou niet langer als aankomstplaats fungeren, die eer zou vanaf 2012 te beurt vallen aan Oudenaarde. De stad die het Centrum Ronde van Vlaanderen herbergt. De Muur van Geraardsbergen en de Bosberg, al vele jaren de scherprechters in de Ronde, werden uit het parcours geweerd. De nieuwe finale bestaat uit drie lussen met telkens de Oude Kwaremont en Paterberg. Een veredelde kermiskoers zeggen sommigen, volgens anderen komt dit nieuwe systeem het publiek ten goede. Dat kan de renners nu drie keer zien. Er zijn nu echter mensen bij wie de koers niet langer voor de deur passeert en bovendien strekt het parcours zich uit over een kleinere oppervlakte. Hoe dan ook, we zullen ermee moeten leven, tenzij we zondagochtend wakker worden met het bericht dat het om een (slechte) 1 aprilgrap ging.
Rondjes in de Vlaamse Ardennen
De renners moeten om tien uur paraat staan op de Grote Markt in Brugge. 255 km, zestien hellingen en acht kasseistroken scheiden hen van de eindstreep in Oudenaarde. Na een aanloop van 90 km door West-Vlaanderen komt het peloton aan in Oost-Vlaanderen. Als opwarmer mogen ze over de kasseien van de Huisepontweg (1800 m) en de Doorn (2000 m). De eerste helling van de dag is de Taaienberg, waar Tom Boonen (Omega Pharma - QuickStep) zijn kunstjes graag tentoonspreidt. Tijdens de Ronde zal dat, op 150 km van de meet, te vroeg in de wedstrijd zijn om al veel animo te mogen verwachten. De renners zullen op 80 km van de finish beginnen aan de eerste van drie lussen. Ze trekken over de Oude Kwaremont , de zevende helling van de dag, en dan over de Paterberg. In deze ronde zijn ook de Koppenberg, Steenbeekdries en Kruisberg opgenomen. Net als een pasage over de kinderkopjes van de Mariaborrestraat (2000 m) en de Donderij (800 m). De volgende lus start 40 km later. Naast de Kwaremont en Pater is de Hoogberg erin opgenomen. De slotlus bevat enkel de Oude Kwaremont en Paterberg. Nadien volgen nog 13 km richting Oudenaarde.
Een zware finale dat staat vast. Laten we er even de cijfergegevens bijhalen van de Oude Kwaremont en de Paterberg. De beklimming van de Kwaremont is 2200 m lang met een gemiddeld stijgingspercentage van 4,2%. Het steilste stuk heeft een percentage van 11%. De Paterberg is een ware kuitenbijter. Slechts 400 m lang, stijgt aan een gemiddelde van 12,5% met een percentage van 20% op het steilste stuk.
Boonen en Cancellara als topfavorieten
De topfavorieten voor zondag zijn Tom Boonen en Fabian Cancellara (RadioShack). Boonen won zopas de E3 Harelbeke en Gent-Wevelgem. Hij is duidelijk klaar voor de Ronde. Vorig jaar begonnen velen hem reeds af te schrijven, maar dit voorseizoen bewees hij het tegendeel. De Balenaar kan met een derde zege op gelijke hoogte komen van Achiel Buysse (1940, 1941 en 1943), Fiorenzi Magni (1949-1951), Eric Leman (1970, 1972 en 1973) en Johan Museeuw (1993, 1995 en 1998). Ook Stijn Devolder (Vacansoleil) kan voor een derde keer Vlaanderens Mooiste winnen. Naast Boonen wordt Fabian Cancellara het meest genoemd als mogelijke winnaar van de Ronde van Vlaanderen. Hij won dit jaar de Strade Bianche en ondanks zijn tweede plaats was hij overduidelijk de sterkste man in Milaan - Sanremo. In de E3 kwam de Zwitserse kampioen ten val, maar in Gent-Wevelgem liet Spartacus zien dat hij er geen hinder van ondervond.
De uitdagers
Het is uiteraard niet onwaarschijnlijk dat een derde er met de trofee vandoor gaat. Vorig jaar won outsider Nick Nuyens (Saxo Bank), hij staat dit jaar jammer genoeg aan de kant met een letsel aan de heup dat hij opliep in de openingstijdrit van Parijs-Nice. Dat ook Philippe Gilbert (BMC) de Ronde niet zal winnen is zo goed als zeker. De vorm is er nog niet. Er moet al een serieuze omwenteling in z'n conditie komen om zondag op het podium te staan. Bij BMC moeten ze rekenen op ex-winnaar Alessandro Ballan en Greg Van Avermaet. Spijtig dat diens leeftijdgenoot Jürgen Roelandts (Lotto - Belisol) er niet bij kan zijn ten gevolge van een val in de Tour Down Under. Dit betekent dat Lotto geen kopman heeft voor de Ronde, zij zullen met een vroege vlucht hun Ronde kleur moeten geven.
Anderzijds zijn er ploegen die over twee kopmannen beschikken. Zo kan Vacansoleil naast Stijn Devolder rekenen op Björn Leukemans. Omega Pharma - QuickStep beschikt niet alleen over Tom Boonen, maar heeft ook Sylvain Chavanel in haar rangen. Hij werd vorig jaar tweede. Hoewel Boonen de absolute kopman zal zijn, moet er toch rekening gehouden worden met de Franse kampioen. Al is het maar omdat Boonen niet wegraakt als iedereen hem viseert. Matti Breschel (Rabobank) zou evengoed kunnen profiteren als de topfavorieten teveel naar elkaar kijken. De Deen eindigde in Gent-Wevelgem op de derde plaats. Hij kan dit jaar voor het eerst voluit zijn kansen gaan in Vlaanderens Mooiste. In 2010 moest hij zijn kopman Fabian Cancellara bijstaan en viel hij definitief uit met materiaalpech, vorig jaar was hij out met een knieblessure.
Naast de gevestigde waarden - waaronder Leif Hoste (Accent Jobs) - kunnen ook de jonkies onverwacht uit de hoek komen. Het is uitkijken hoever Sep Vanmarcke (Garmin), de winnaar van de Omloop Het Nieuwsblad, kan geraken. Voor winnen is het te vroeg, ervaring opdoen is prioritair. De jongere die mogelijk het verst zal geraken is de Slowaak Peter Sagan (Liquigas). Al deze speculatie hoort erbij, maar hoe het zondag exact zal verlopen kunnen wellicht weinigen voorspellen. Laten we gewoon zondag kijken ... en genieten.
Exact één week voor de Ronde van Vlaanderen was het verzamelen geblazen voor Gent-Wevelgem. Meer dan 230 km lang met elf hellingen onderweg, waaronder twee keer de Kemmelberg. Zou wereldkampioen Mark Cavendish (Sky) na Kuurne-Brussel-Kuurne een tweede voorjaarsklassieker kunnen winnen? Of zou Tom Boonen (Omega Pharma - QuickStep) na de E3 Harelbeke ook deze koers op zijn naam schrijven? Fabian Cancellara (RadioShack), die in de E3 ten val was gekomen, liet bij de start uitschijnen niets te willen forceren vandaag.
Na minder dan 10 km wedstrijd kreeg de vroege vlucht vorm. Daarbij zaten de Belgen Koen Barbé (Landbouwkrediet), Stijn Neirynck (Topsport Vlaanderen) en Kevin Van Melsen (Accent Jobs). Dit waren hun zes medevluchters: Thomas Bertolini (Farnese Vini), Julien Fouchard (Cofidis), Vladimir Isaichev (Katusha), Jon Izagirre (Euskaltel), Yuriy Krivtsov (Lampre) en Anders Lund (Saxo Bank). Hun maximale voorsprong bedroeg bijna tien minuten. In de achtergrond werkten de sprintersploegen Garmin en Sky, respectievelijk voor Tyler Farrar en Mark Cavendish. Ook Lotto zette een mannetje in, zij rekenden op hun Duitse spurtbom André Greipel.
Gent-Wevelgem begaf zich gedurende meer dan veertig kilometer op Franse bodem, daarbij moest twee keer de Casselberg beklommen worden. Vooraleer de eerste keer over de heuvel te rijden besliste Isaichev een plaspauze in te lassen. Dat gebrek aan parcourskennis zorgde ervoor dat hij een hele tijd op achtervolgen aangewezen was. Bij de tweede passage over de Cassel bepaalde Greenedge, dat werkte voor Matthew Goss, het tempo van het peloton. De mannen van Sky bleven geposteerd in de voorste gelederen. Ook de wereldkampioen bevond zich daar. De koplopers hadden toen minder dan zes minuten voorsprong. Na de Cassel viel het peloton in stukken uiteen. Philippe Gilbert en Greg Van Avermaet (BMC) zaten niet in het eerste deel. Tien kilometer verder, vlak voor aanvang van de Catsberg, smolt de groep van de twee BMC's samen met het eerste peloton. Euvel overwonnen dus. Een tiental kilometer verder plaatse Gilbert een demarrage, erg ver geraakte de Belgische kampioen echter niet. Hij lijkt nog steeds niet klaar voor de Ronde.
Bij de eerste beklimming van de Kemmelberg had de kopgroep nog 2'45" voorsprong. Krivtsov moest als eerste de rol lossen. Izagirre en Lund bleken de sterksten en lieten op de Kemmel hun medevluchters achter. In het peloton gebeurde geen grote wapenfeiten tijdens deze eerste doortocht. Op de Baneberg wilde Van Avermaet zich tonen, maar deze actie kende geen gevolg. Fouchard liet zijn kompanen achter bij de tweede passage op de Kemmel. De Fransman begon een vruchteloze zoektocht naar Izagirre en Lund. In het peloton opende Van Avermaet de debatten. Daarna nam Matti Breschel (Rabobank) over. Op de Monteberg was er alweer een tempoversnelling van Van Avermaet. Cancellara ging gezwind in de reactie. De Zwitserse kampioen maakte een sterke indruk. Samen met de Slowaak Peter Sagan (Liquigas) liep hij vijf vluchters in. Eerder was ook Krivtsov al gegrepen. Izagirre en Lund reden 1'45" verder. Fouchard hing ertussen. Gert Steegmans (Omega Pharma - QuickStep) probeerde tevergeefs de sprong te wagen naar de groep Cancellara. Later zou hij nog berewerk verrichten voor Boonen. Na de Monteberg was het peloton compleet uit elkaar gevallen. Onder meer Gilbert en Cavendish mochten hun kansen opbergen. Ook Greipel had de boot gemist.
De overgebleven vluchters werden ingelopen en het groepje Cancellara ging op in de eerste achtervolgende groep. In de kopgroep zaten naast Breschel en Cancellara volgende interessante namen: Alessandro Ballan (BMC), Daniele Bennati (RadioShack), Tom Boonen, Oscar Freire (Katusha), Oscar Gatto (Farnese Vini), Matthew Goss, Edvald Boasson Hagen (Sky), Marco Marcato (Vacansoleil), Filippo Pozzato (Farnese Vini), José Joaquin Rojas (Movistar), Peter Sagan, Greg Van Avermaet en Johan Vansummeren (Garmin). De eerstvolgende groep, met Cav, volgde op 45" op 15 km van de streep. De Brit zou nog even in beeld komen toen de achterstand was opgelopen tot 1'10". De wereldkampioen reed even voor de anderen uit en klaagde daarna wat dat ze niet hielpen om de kloof te dichten.
Bennati had pech op 13 km van de streep. Hij kreeg een nieuw wiel van ploegmaat Tony Gallopin. Om terug te keren maakte hij handig gebruik van de volgwagen. Bij de koplopers werkten vooral de ploegmaats van Boonen - Gerald Ciolek, Dries Devenyns en Gert Steegmans - en die van Freire. Isaichev, één van de vroege vluchters, werkte zich uit de naad voor de Spanjaard. Christian Knees (Sky) plaatste een demarrage op 5 km van de streep, bij Sky zouden ze echter moeten rekenen op de sprintcapaciteiten van Boasson Hagen. Ook Fouchard kon niet alleen voorop blijven. Het zou een sprint worden. Tom Boonen bleek de sterkste. Na de E3 Harelbeke vorige vrijdag, schreef hij nu ook Gent-Wevelgem op zijn naam. Sagan strandde op de tweede plaats, voor Breschel. Het was een zeer tumultueuze spurt. Marcato fietste naar links waardoor Rojas moest uitwijken. Die trok door naar rechts en ging samen met Matteo Tossato (Saxo Bank) tegen de vlakte. Ook Van Avermaet ging erbij liggen. Marcato trok ook weer naar het midden van de weg en verdrong Boasson Hagen die hem een duw gaf. De Noor kreeg op zijn beurt een hand in de zij van Goss.
Ondanks deze perikelen was het vooral een sprint waaruit bleek dat Boonen de goede vorm te pakken heeft één week voor de Ronde. Ook Cancellara lijkt klaar te zijn. Zij trekken als de twee topfavorieten naar Vlaanderens Mooiste. Laten we volgende zondag echter ook rekening houden met Breschel. Vorig jaar moest hij verstek geven wegens een blessure. En wat met Sagan? Antwoord over een week.
De lente staat voor de deur en dat betekent dat het tijd is voor Milaan-Sanremo. Na een minuut stilte ter nagedachtenis van de slachtoffers van de busramp in Sierre vertrokken de renners voor 298 km wedstrijd. Onderweg lagen zeven hellingen verspreid, met de Poggio als laatste scherprechter op 6 km van de meet. Wereldkampioen Mark Cavendish (Sky) behoorde tot de topfavorieten voor La Primavera, net als Tom Boonen (Omega Pharma - QuickStep). Ook de piepjonge Slowaak Peter Sagan (Liquigas) werd vaak getipt.
Een kopgroep van negen kwam tot stand na 21 km wedstrijd. Aanstoker was de Chinees Jeng Ji (Project 1T4I). Bij de vluchters zat op baanwielrenner Michael Morkov (Saxo Bank) na geen bekende naam. Voor de volledigheid volgen hier de namen van de zeven andere koplopers: Oleg Berdos (Untensilnord), Paolo De Negri (Farnese Vini), Dmitriy Gruzdev (Astana), neoprof Vegard Stake Laengen (Team Type 1), Juan José Oroz (Euskaltel), Angelo Pagani (Colnago) en Juan Pablo Suarez (Colombia). Ze reden een maximale voorsprong van 14 minuten bij elkaar.
Op de eerste helling van La Primavera, de Turchino, bleef daar nog de helft van over. Met nog iets minder dan 100 km te gaan, dook Le Manie op. Verrassend genoeg mocht wereldkampioen Mark Cavendish daar zijn droom op een overwinning opbergen. Hij stond er ei zo na stil. Hij kon het tempo van de ploegmaats die hem bijstonden op bepaalde ogenblikken niet aan. Ziek of nog enkele kilo's teveel? Dat is momenteel nog niet duidelijk. In de kopgroep moest Li eraf. In de afdaling van Le Manie kwam de Colombiaan Carlos Julian Quintero (Colombia) zwaar ten val. Hij bleef roerloos liggen vlak aan de oprit van een huis naast een muur. Ondertussen maakte zijn ploeg bekend dat hij enkel een zijn linkersleutelbeen gebroken heeft.
Langs de kustwegen stond een strakke wind die ervoor zorgde dat het peloton in tweeën brak. Tyler Farrar (Garmin) zat alvast in de verkeerde helft. Cavendish vervoegde deze groep. De achterstand op het eerste peloton bedroeg een minuut. Sky stelde alles in het werk om hun kopman terug voorin te brengen. In peloton 1 verrichtte BMC een hoop kopwerk. Dit was niet naar de zin van Philippe Gilbert. De Belgisch kampioen kwam zijn ploegmaats aanmanen om het wat kalmer aan te doen aangezien ze geen sprinter hadden. Toen de vluchters op 60 km van de meet op het punt stonden te worden ingelopen, plaatste Berdos een ultieme aanvalspoging. Tevergeefs. Tien kilometer verder begon de zone van de Capi, te beginnen met de Capo Mele. Daar hield Sky het achtervolgingswerk voor bekeken. Cav gaf een veelbetekenend schouderklopje aan ploegmakker Salvatore Puccio.
Met Alessandro Petacchi (Lampre) moest op de Capo Cervo alweer een sprinter afhaken. Na de Capo Berta stond de Cipressa te wachten. Daar opende Francisco Vila (Untensilnord) de debatten. Een vinnige Johnny Hoogerland (Vacansoleil) ging in de reactie. Zij zouden in de afdaling ingehaald worden. Even was er ook afscheiding voor onder meer Fabian Cancellara (RadioShack) en Tom Boonen. Philippe Gilbert ging dan weer tegen de grond. Ook Jelle Vanendert (Lotto-Belisol) maakte kennis met de Italiaanse bodem.
Zou er op de Poggio nog iets gebeuren of stevenden we af op een massasprint? De Rabo's begonnen op kop. Valerio Agnoli (Liquigas) stak het vuur aan de lont. Hij werd opgeraapt door Angel Madrazo (Movistar). Achteraan de groep had Matthew Goss (Greenedge), de winnaar van vorig jaar, het lastig. Johnny Hoogerland daarentegen voelde zich nog steeds in z'n sas en trok alweer in de aanval. In zijn zog volgden Vincenzo Nibali (Liquigas) en Simon Gerrans (Greenedge). Cancellara dichtte met gemak het gat. Samen met Nibali en Gerrans zou hij alleen bovenkomen op de top van de Poggio. Dan volgden nog 6,2 km tot de streep. Het drietal had 12" voorsprong. Als ze niet aarzelden moest dat voldoende zijn. Cancellara bleef nagenoeg de hele tijd het tempo bepalen. Enkel Gerrans nam even over, maar de snelheid van Spartacus lag wellicht het hoogste. De Zwitser kon niet anders dan zelf het kopwerk doen, want anders zou hij toch worden geklopt als de anderen terugkwamen. Nu werd hij tweede. De Rai miste de sprint op een haar na. Gerrans overschreed als eerste de finishlijn, maar Cancellara was duidelijk de sterkste man in de wedstrijd. Nibali mocht de derde trede van het podium bezetten. In de spurt van de achtervolgende groep kwamen Matteo Trentin (Omega Pharma - QuickStep) en Greg Van Avermaet (BMC) ten val. Boonen werd eerste Belg met een 22ste plaats.
Terwijl de Omloop gisteren gereden werd onder een stralend winterzonnetje, moest Kuurne - Brussel - Kuurne het stellen met een betrokken hemel. Vooraf werd uitgekeken naar een duel tussen topsprinters Mark Cavendish (Sky) en André Greipel (Lotto - Belisol). Tyler Farrar (Garmin) was een andere kanshebber. Zijn ploegmaat Sep Vanmarcke, de winnaar van de Omloop, stond niet aan de start. Hij verkoos Parijs - Roubaix te verkennen.
Nog voor de wedstrijd officieel begon, ging Jens Debusschere (Lotto - Belisol) al tegen de vlakte, gelukkig zonder gevolg. Net als gisteren trokken zeven renners in de aanval. De Fransman Julien Fouchard (Cofidis) was de enige niet-Belg. Dit zijn de namen van onze zes landgenoten: Koen Barbé (Landbouwkrediet), Jérôme Baugnies (Netapp), Gilles Devillers (Landbouwkrediet), de 41-jarige Niko Eeckhout (AN Post), Greg Van Avermaet (BMC) en Justin Van Hoecke (Wallonie BXL). Hun voorsprong liep niet verder uit dan vijf minuten.
Onderweg lagen acht hellingen, de vijfde was de Oude Kwaremont. Daar bepaalde Van Avermaet het tempo. Ouderdomsdeken Eeckhout kon vlotjes volgen. Op Devillers na kwam er een hergroepering van de hele kopgroep in de nasleep van de Kwaremont. Het peloton volgde op 2'40" van de zes leiders. Er kon zich een groep van zeventien renners afscheiden op deze klim. Het was Tom Boonen (Omega Pharma - QuickStep) die de knuppel in het hoenderhok gooide. Ook Johan Vansummeren (Garmin) maakte een goeie indruk. Boonen kreeg zijn ploegmaat Nikolas Maes mee in de ontsnapping. Summie had kopman Tyler Farrar bij zich. Juan Antonio Flecha (Sky), de nummer drie van de Omloop, was ook van de partij. Sky werd eveneens vertegenwoordigd door Matthew Hayman. Zij zouden de vlucht geen goed doen aangezien Cavendish de topfavoriet was en nog in het peloton vertoefde. Lotto, de ploeg van Greipel, had geen mannetje mee en zou het werk moeten opknappen in de achtergrond.
Op de Côte de Trieu plaatste Gert Steegmans (Omega Pharma - QuickStep) een merkwaardige demarrage. De kloof met de groep Boonen bedroeg 50". Zou hij de sprong kunnen maken? Neen, niet veel later werd hij alweer ingelopen. Mogelijks zag hij het nutteloze van zijn onderneming in. Ander merkwaardig koersfeit: de jongens van Vacansoleil reden de ziel uit hun lijf in het peloton. Eigenaardig aangezien ze twee renners mee hadden in de vlucht, namelijk Kris Boeckmans en Wouter Mol. Het gebrek aan oortjes lijkt dus toch gevolgen te hebben.
De groep Boonen naderde op de Tiegemberg tot op een halve minuut van de vijf vluchters. Vijf, want Van Hoecke had moeten lossen. De samensmelting volgde op 60 km van de aankomst. Een kopgroep van 22 was het resultaat. Niet voor lang echter, want Fouchard viel letterlijk weg. Het peloton volgde op een minuut. Daar demonstreerden Bernhard Eisel en zijn kopman Mark Cavendish op Nokereberg. Ze plaatsten er een knappe versnelling. Greipel wilde niet onderdoen voor de wereldkampioen en plaatste een korte demarrage. Het leek een mooi voorspel van wat komen moest.
De vluchters kregen immers nooit voldoende voorgift om kans te maken op de overwinning. Ze werden ingelopen op 45 km van de aankomst. Er ontstond een nieuwe vluchtersgroep waarbij Niko Eeckhout alweer paraat was. Ook Mol was wederom mee. Frans kampioen Sylvain Chavanel (Omega Pharma - QuickStep) was één van de metgezellen. Tenslotte zaten ook Sébastien Delfosse (Landbouwkrediet), Jimmy Engoulvent (Saur), Jan Ghyselinck (Cofidis) en Aleksandr Kuschynski (Katusha) in de ontsnapping. Sky zorgde ervoor dat hun voorsprong binnen de perken bleef. In Kuurne volgden nog twee plaatselijke rondes van 16 km. Bij het ingaan van ronde één lagen de vluchters 53" voorop. Bij de volgende passage aan de meet bleven er nog 27" over. Op 8 km van de streep probeerde Engoulvent weg te springen, maar dat mislukte. Vervolgens waagde Eeckhout een poging. Samen met Engoulvent bleef hij tot op 5 km van het einde uit de greep van het peloton.
Het zou zoals voorspeld een sprint worden. Boonen en Farrar, die al voluit waren gegaan in de ontsnapping, namen niet deel aan de debatten. Christopher Sutton (Sky), de winnaar van vorig jaar, was de laatste man voor Cavendish. Op 270 m van de streep moest de wereldkampioen al aan de bak. Te vroeg zou je denken, maar niet voor de Manx Express. Hij haalde het voor Yauheni Hutarovich (FDJ) en Kenny Van Hummel (Vacansoleil). Greipel raakte ingesloten en kon zijn kans niet gaan, hij finishte pas als tiende. Op plaats vier en vijf eindigden twee verrassende namen: neoprof Arnaud Démare (FDJ) en Alexander Serebriakov (Team Type 1). Na afloop bedankte Cav uitgebreid zijn ploegmaats. Hij vertelde dat hij zich lang slecht had gevoeld tijdens de wedstrijd en verschillende malen had moeten overgeven. Op het podium kreeg hij een pluchen ezeltje dat ongetwijfeld op de kamer komt te staan van het dochtertje dat hij en Peta Todd verwachten in april. Er mogen nog enkele kilootjes af, maar de Brit lijkt klaar voor Milaan - Sanremo over drie weken.
Het Gentse Sint-Pietersplein was deze voormiddag de place to be voor wielerfans om de nieuwe tenues te aanschouwen en de fysieke paraatheid van de renners te inspecteren. Onder een aangenaam winterzonnetje werd omstreeks half twaalf het startschot gegeven van het Belgische wielerseizoen in aanwezigheid van An-Sophie, de weduwe van Wouter Weylandt. De renners vertrokken voor een tocht van bijna 200 km die hen vijf uur later opnieuw op het plein zou brengen.
Al na 10 km wedstrijd vormde zich een kopgroep van zeven renners. De aanstoker van deze ontsnapping was Marco Haller, een Oostenrijker van Katusha. Dankzij Sven Vandousselaere (Topsport Vlaanderen) was er een Belg mee. Met Lieuwe Westra (Vacansoleil) en Arnoud Van Groen (Accent Jobs) vertegenwoordigden onze noorderburen. David Boucher (FDJ), die een patent heeft op de vroege vlucht, was ook van de partij. Florian Vachon (Bretagne) en Davide Ricci Bitti (Farnese Vini) maakten het plaatje compleet. Hun maximale voorsprong bedroeg twaalf minuten. In het peloton was het vooral Omega Pharma - QuickStep dat aan de achterstand begon te knagen.
Er lagen tien hellingen verspreid op het parcours, te beginnen met de Tenbossestraat na ongeveer 70 km. Het vijfde klimmetje van de dag was de Kruisberg en vlak daarvoor vond één van de vele valpartijen plaats. Björn Leukemans (Vacansoleil) was één van de slachtoffers. Op die Kruisberg viel de kopgroep uit elkaar. Boucher, Vandousselaere en Westra bleven over. Na een passage over de kasseien van De Donderij moesten de renners over de Taaienberg. Daar ontbond Tom Boonen (Omega Pharma - QuickStep) reeds zijn duivels. Ook Lars Boom (Rabobank) leek klaar om daar mee de koers open te breken, maar de kersverse papa van dochtertje Kee gleed weg in de modder. Hij had zich naast Boonen gewrongen en reed daardoor naast de weg. Over en uit dus voor Boom. Wie wel vlot meeging met Boonen was Sep Vanmarcke (Garmin). Hij had zijn portie pech kennelijk al bij het begin van de koers gehad, toen reed hij lek. Boonen zou gezelschap krijgen van ploegmaat Dries Devenyns. Er was ook een ander koppeltje mee, namelijk Juan Antonio Flecha en Matthew Hayman (Sky). Ook Matti Breschel (Rabobank) en Thor Hushovd (BMC) haakten hun wagonnetje aan. Deze zeven mannen volgden op 1'40" van de kopgroep. Daar had Boucher Westra en Vandousselaere moeten laten gaan op de Taaienberg.
In het peloton was er alweer een val. Bij de slachtoffers onder andere Kurt Hovelynck (Landbouwkrediet). Hij had bij de start nog zijn wens geuit om niet meer herinnerd te worden "als de renner die op zijn kop is gevallen", maar resultaten neer te zetten opdat de mensen eens iets anders zouden kunnen vertellen over hem. We hopen alvast dat de gevolgen van zijn val niet te erg zijn en dat hij zijn tocht richting zege kan voortzetten. Naast Hovelynck gingen Martin Velits (Omega Pharma - QuickStep) en Sebastian Langeveld (Greenedge) tegen de vlakte. Langeveld zou zichzelf dus niet opvolgen. Ook Belgisch kampioen Philippe Gilbert (BMC) had pech. Hij reed lek en het duurde enige tijd vooraleer het nieuwe wiel op zijn plaats zat.
De Leberg zorgde ervoor dat de zeven achtervolgers de koplopers bij de lurven grepen. De volgende en tevens laatste helling was de Molenberg. Daar haakten de vroege vluchters af. Het was Vanmarcke die er de forcing voerde. Flecha en Devenyns reden als laatste het gaatje dicht. Het peloton volgde op 1'45" van deze zeven. Er was nog 35 km af te leggen. Hoewel Hushovd mee voorin zat, was het toch BMC dat reed. In deze koers mochten de renners geen oortjes dragen en dat zorgt dus voor onduidelijke situaties. BMC stopte even later met achtervolgen, maar kon daarna herbeginnen, want Hushovd moest lossen op de Paddestraat. Ook bij Breschel was het vaatje leeg.
De koplopers zouden uit handen kunnen blijven van het peloton. Er restte hen nog één grote hindernis: de kasseien van de Lange Munte (2500 m). Met de handjes op het stuur plaatste Vanmarcke een versnelling. Enkel Flecha en Boonen konden volgen. De jonge Vanmarcke nam zo goed als de hele strook voor zijn rekening en maakte een zeer sterke indruk. Ook Boonen, die de laatste meters overnam, leek in goede doen. Hij behaalde dit jaar al enkele overwinningen en schreef de Ronde van Qatar op zijn naam. Hij zou voor het eerst de Omloop kunnen winnen. Flecha kon voor een tweede keer zegevieren, hij was de beste in 2010. Vorig jaar moest hij nog nipt de duimen leggen voor Langeveld.
Na de Lange Munte moesten de drie nog 20 km afleggen tot het Sint-Pietersplein in Gent. Er lagen 700 m kasseien op minder dan drie kilometer van de meet. Flecha waagde een poging op de Steenakker, maar hij raakte niet weg. De laatste twee kilometers waren erg zenuwslopend. Er volgden nog enkele schijnbewegingen, maar een echte demarrage kwam er niet meer. De drie zouden sprinten voor de zege. Boonen zette als eerste aan. Vanmarcke bundelde al zijn krachten en hoewel hij zijn kansen op voorhand gering had ingeschat, klopte hij Boonen in de spurt. De 23-jarige renner van Garmin behaalde zo zijn eerste profzege en wat voor één. Er lijkt hem een mooie toekomst te zijn weggelegd in het klassieke werk.
Boonen moest genoegen nemen met de tweede plaats en Flecha met plek drie. De sprint van het peloton werd gewonnen door Heinrich Haussler, een ploegmaat van Vanmarcke, voor Greg Van Avermaet. Met de zege van Vanmarcke zijn de Belgen alvast goed begonnen aan de voorjaarsklassiekers. De kop is eraf.
Het TAS schorste Alberto Contador (Saxo Bank) begin deze week voor twee jaar. Weliswaar met terugwerkende kracht. Een vervuild voedingssupplement is volgens de rechters de meest waarschijnlijke oorzaak van de clenbuterol in de urine van Contador. Hoe zit dat nu eigenlijk met die mogelijke oorzaken? Wat met de theorie van de biefstuk? U bent benieuwd, maar ziet het niet zitten om het 98 pagina's lange vonnis te lezen? Geen probleem! Uw reporter deed dat voor u.
Op de persconferentie van 30 september 2010 zei Alberto Contador dat de 50 picogram clenbuterol die op 21 juli in zijn urine zat te wijten was aan het eten van een vervuilde biefstuk. Op 25 januari vorig jaar kreeg hij initieel een schorsing van één jaar opgelegd door de Spaanse Wielerbond. In beroep werd Contador echter vrijgesproken. Daar gingen de UCI en het WADA niet mee akkoord en zij spanden een zaak in bij het TAS, het allerhoogste sporttribunaal. Als alternatieve hypothesen voor het binnendringen van clenbuterol in het lichaam van de renner openden UCI en WADA de pistes van bloeddoping en een vervuild voedingssupplement.
Hypothese 1: Vervuild vlees
Op 20 en 21 juli at Contador naar eigen zeggen een stuk rundvlees dat gekocht werd in Spanje. Een andere renner van Astana, zijn toenmalige team, die ook werd getest op 21 juli had iets anders gegeten en dat zou verklaren waarom bij hem geen sporen van clenbuterol te vinden waren. De bewuste biefstuk is uiteraard niet meer te onderzoeken. De voedselketting van het bewuste stuk vlees ging men wel na: van de slager via het slachthuis tot de veeboer. Contador vindt dat men niet met volle zekerheid kan zeggen dat het rund van die welbepaalde boerderij afkomstig was. Volgens hem kan het evengoed van elders uit Spanje komen of zelfs uit Zuid-Amerika. Daar worden vaak hoge concentraties van clenbuterol bij runderen gemeten. In Spanje blijkt uit onderzoek, gebruikt door UCI en WADA, dat de kans dat in Spanje en bij uitbreiding Europa een rund clenbuterol toegediend kreeg, uiterst miniem is. Er zijn zo goed als geen positieve gevallen. Het kamp van Contador voert aan dat er echter heel weinig stalen genomen worden. Nog niet één procent (0,01%) van alle runderen wordt getest. Daarenboven vroegen de advocaten van Contador of UCI en WADA zouden concluderen dat een atleet geen doping heeft genomen of niet het slachtoffer is geworden van besmette voedingssupplementen omdat hij al 500 negatieve dopingtests heeft afgelegd? Neen dus.
Vervolgens richtte het kamp Contador zich op het onderuit halen van de efficiëntie van de regelgeving in Spanje. In principe moet in elk slachthuis erkende veeartsen aanwezig zijn. Er kunnen op elk moment van de voedselketting onaangekondigde controles plaatsvinden en men moet bij runderen en rundvlees steeds de afkomst kunnen achterhalen. Aangezien het aantal tests op clenbuterol zeer laag zijn, is het volgens de verdediging niet enkel mogelijk, maar zelfs zeer waarschijnlijk dat veeboeren hun toevlucht nemen tot clenbuterol. Dat WADA en UCI stellen dat geen clenbuterol meer gebruikt wordt omdat het verboden is, is volgens hen niet realistisch. Een andere aanwijzing die El Pistolero heeft, is dat de broer van de bewuste veeboer in 1996 betrokken was bij een affaire met clenbuterol en daar in 2000 voor veroordeeld werd.
WADA en UCI halen aan dat maar liefst tien keer meer clenbuterol in het vlees zou moeten gezeten hebben dan toegestaan om een gehalte van 50 picogram terug te vinden in de urine van Contador. Bovendien zou het dier vrijwel onmiddellijk na de toediening moeten zijn geslacht. Dat zou betekenen dat de clenbuterol geen voordelen, voor de veeboer, heeft kunnen opleveren. Vanaf 2004 zou er in Spanje slechts één positief geval van clenbuterol bij runderen geweest zijn. WADA geeft toe dat het uiteraard niet kan bewijzen dat er geen enkel stuk besmet vlees is in Europa, Spanje of Baskenland.
De rechters van het TAS vinden het zeer onwaarschijnlijk dat het vlees geïmporteerd zou zijn uit Zuid-Amerika. Ze vinden het dan weer zeer waarschijnlijk dat het vlees uit de bewuste boerderij afkomstig is, hoewel een andere locatie in Spanje niet kan worden uitgesloten. Daarom is de kans dat het vlees besmet was met clenbuterol fel verminderd. Het aantal positieve gevallen van clenbuterol bij runderen is zeer laag. Het slachthuis waarvan de biefstuk afkomstig was heeft nog geen enkele positieve clenbuteroltest gehad. Ze achten het ook zeer onwaarschijnlijk dat een dier geslacht zou worden kortelings na het toedienen van het verboden product. Het TAS is het eens met UCI en WADA dat de kans dat een stuk vlees in de EU besmet is, zeer klein is. En wat met de broer van de veeboer? Het TAS noemt dit onterechte associaties. De man is overigens gestorven in april 2010. De conclusie over de hypothese van een besmette biefstuk is de volgende: de rechters zijn niet bereid om vanuit een loutere mogelijkheid dat het vlees besmet zou kunnen zijn met clenbuterol te concluderen dat een effectieve besmetting zich heeft voorgedaan. Het is enkele een remote possibility. Het gaat om een mogelijke hypothese, maar afgaande op het bewijs is de kans zeer klein dat dit zich voltrokken heeft.
Hypothese 2: Bloedtransfusie
Het scenario van een bloedtransfusie werd door UCI en WADA opgeworpen als tegengewicht tegen de theorie van Contador. Ze achten het mogelijk dat de renner een transfusie met rode bloedcellen onderging op 20 juli. Om zijn waarden normaal te doen lijken en het dopinggebruik te maskeren zou hij op 21 juli plasma toegediend gekregen hebben. Dat plasma zou dan gecontamineerd zijn geweest met clenbuterol. Welke aanwijzingen hebben ze hiervoor?
Eerst en vooral is er de omgeving van de Tourwinnaar. Ze doelden daarmee onder andere op zijn samenwerking met Manolo Saíz (teammanager bij Liberty Seguros) en het feit dat verschillende van zijn ploegmaten over de jaren betrapt zijn. En dat het team Astana, waar hij tijdens de Tour 2010 voor reed, in een dopingonderzoek is. Er werd ook aangehaald dat zijn initialen gevonden werden in documenten van de beruchte dokter Eufemiano Fuentes. Bij zijn huidige ploeg Saxo Bank werkt hij samen met Bjarne Riis en die was tijdens zijn carrière niet vies van doping. Net zo min als de associatie met de broer van de veeboer wenst het TAS hiermee rekening te houden. Het is wel opvallend wat Contador hierover heeft te zeggen:"[...] not only have I not taken doping substances, but I have always been surrounded by people (cyclists, doctors, trainers, etc.) who categorically reject the use of doping substances." Hij zegt dus dat hij nooit doping genomen heeft en dat hij altijd omringd is geweest door mensen die resoluut gekant zijn tegen doping.
WADA en UCI kwamen ook met concretere aanwijzingen naar voren. Volgens hen waren de bloedparameters van Contador abnormaal. De expert die ze aanstelden, dokter Ashenden, maakte de volgende resultaten van zijn onderzoek bekend: zijn waarden waren hoger dan zijn natuurlijke waarden, terwijl ze in competitie lager zouden moeten zijn. En ze zijn significant hoger dan de waarden opgemeten tijdens zijn vorige Tourzeges (2007 en 2009), zijn overwinning van de Vuelta (2008) en zijn Girowinst (2008). Ashenden geeft wel aan dat de waarden alleen geen indicaties van transfusie of manipulatie verschaffen. De expert die het kamp van Contador heeft aangesteld gaat daar uiteraard mee akkoord en geeft ook aan dat de waarden van de renner juist niet atypisch waren tijdens de Tour 2010. De UCI zegt dat de waarden van Contador dan wel binnen de afgesproken ruimte mogen zitten, maar dat dat juist de bedoeling is van manipulatie. Het TAS concludeerde dat de bloedparameters alleen onvoldoende en te speculatief waren. Een bloedtransfusie kan echter niet worden uitgesloten. Het is inderdaad, zoals de UCI aanhaalde, immers de bedoeling van dopingzondaars om zo weinig mogelijk schommelingen in hun bloedwaarde te laten opmeten. Een analyse van het gehalte aan ftalaten (additieven die worden gebruikt in plastic materiaal, zoals bloedzakjes) leek het TAS interessanter.
Op 20 juli werden in het urinestaal van Contador een heel hoge concentratie aan ftalaten gemeten. Volgens WADA en UCI is de piek consistent met waarden na een bloedtransfusie. Het meten van het gehalte aan ftalaten is geen geldig bewijs daarvoor, maar kan als indicatie dienen. De clenbuterol die een dag later gevonden werd, zou dan te wijten zijn aan het toedienen van gecontamineerd plasma van een donor. Contador ontkent een bloedtransfusie en onderging een test met de leugendetector. De verdediging haalt aan dat ftalaten aanwezig kunnen zijn in voeding. Het is wereldwijd de grootste oorzaak van blootstelling aan deze stof. In het staal van 21 juli was er overigens een laag niveau aan ftalaten te vinden. UCI en WADA zeggen dat de zak waar het plasma inzat mogelijks vrij was van die stof. De experts uit het kamp van Contador stellen dat het dan nog mogelijk zou zijn ftalaten te vinden doordat bij de intubering het plamsa die stof in de plastic zak is geraakt.
Het zou volgens hen ook nogal gek zijn dat plasma van een donor wordt gebruikt die een hoog gehalte van clenbuterol in het lichaam heeft. Om 50 picogram terug te vinden in de urine van Contador zou de donor bovendien een zodanige hoeveelheid van die stof in zich moeten hebben dat er gevaar is voor zijn gezondheid. WADA en UCI stellen dat het echter om een opbouwende kuur kan gaan. De persoon komt dan terecht in een steady-state: een staat waarbij het niveau van clenbuterol stabiel blijft, zelfs als de clenbuterol nog steeds wordt ingenomen voor een dopingkuur. Volgens de expert van Contador zou een kuur van 21 dagen betekenen dat de donor wel heel roekeloos is geweest en niet bang was voor een positieve controle. WADA werpt hierbij op dat die persoon mogelijk minder kans had om getest te worden.
Het TAS stelde vast dat WADA en UCI blijkbaar niet genoeg vertrouwen hadden om een aanklacht van bloeddoping in te dienen. De rechters kunnen een bloedtransfusie niet uitsluiten en gaan mee met de stelling dat het plasma in een zak werd bewaard vrij van ftalaten. Bloeddoping is een mogelijke verklaring zeggen ze, maar heel onwaarschijnlijk. Net zoals de hypothese van de biefstuk. Dat de plasmadonor een opbouwende kuur volgde is mogelijk volgens het TAS. Maar als hijzelf geen sportieve prestaties moet neerzetten waarom neemt die persoon dan clenbuterol in? Als hij wel sport waarom is hij dan donor en kiest Contador voor hem? Zo een kuur is theoretisch mogelijk, maar eerder onwaarschijnlijk. Waarom zou men zo een uitgedokterd plan op het spel zetten door plasma ingediend te krijgen van een donor die zoveel clenbuterol in zich heeft? Hoewel fouten en misrekenen altijd kunnen acht het TAS dit toch zeer onwaarschijnlijk.
Hypothese 3: Besmet Voedingssupplement
De laatste stelling is die van een vervuild voedingssupplement. Volgens Contador is dat onmogelijk omdat hij enkel hetzelfde inneemt als zijn ploegmaten. Daarvan testte niemand positief op clenbuterol tijdens de Tour of het seizoen 2010. Dat Contador geen andere supplementen heeft ingenomen kan niet bewezen worden, stellen WADA en UCI. El Pistolero geeft ook aan dat hij tussen de test op 20 juli en die op 21 juli geen voedingssupplement innam, dat gebeurt immers alleen op koersdagen. De 21ste was een rustdag. Om meer zekerheid te geven liet hij een uitgebreid onderzoek voeren. Geen enkele van de leveranciers gebruiken of bewaren clenbuterol of andere verboden middelen in hun opslagplaatsen. Geen van hen werd ooit beschuldigd van het veroorzaken van een positieve dopingtest. Allen laten externe en onafhankelijke controles uitvoeren op hun producten, nog nooit werd daarbij clenbuterol gevonden.
Volgens het TAS is deze hypothese mogelijk. Zelfs als Contador enkel de supplementen nam die hij heeft opgelijst. Net zoals dat de stalen die genomen worden in de veesector niet kunnen uitsluiten dat besmet vlees de consument bereikt, kunnen de controles van de leveranciers en de controles op de ploegmaten van Contador niet uitsluiten dat de renner een besmet voedingssupplement innam. Contador kan bovendien een ander supplement hebben ingenomen.
Conclusie TAS
Het TAS acht de hypothese van een vervuild voedingssupplement het meest waarschijnlijk. De renner neemt een aanzienlijke hoeveelheid supplementen, er zijn voorbeelden uit het verleden van besmette supplementen en atleten hebben al verscheidene keren daardoor positief getest. Clenbuterol was daarbij één van de gevonden producten. De rechters vinden het zeer onwaarschijnlijk dat de biefstuk besmet zou zijn met clenbuterol. Het is meer waarschijnlijk dat een vervuild voedingssupplement aan de basis ligt van de positieve test dan een stuk vlees of een bloedtransfusie. Zeker zijn dat dit de oorzaak is, kan het TAS niet, maar van de drie naar voor gebrachte scenario's is dit het meest waarschijnlijke.
Waarom is Contador niet geneigd mee te stappen in de theorie over het supplement? Mogelijk wilde hij dit niet, zeggen WADA en UCI, omdat dit meestal geen reden is voor vrijspraak. In Reyers Laat (6/02/12) opperde Michel Wuyts dat de renner de leveranciers niet naar het hoofd wil stoten omdat hij nu eenmaal goed verdient door reclame te maken voor hun voedingssupplementen.
Het TAS schorste Alberto Contador (Saxo Bank) begin deze week voor twee jaar. Weliswaar met terugwerkende kracht. Een vervuild voedingssupplement is volgens de rechters de meest waarschijnlijke oorzaak van de clenbuterol in de urine van Contador. Hoe zit dat nu eigenlijk met die mogelijke oorzaken? Wat met de theorie van de biefstuk? U bent benieuwd, maar ziet het niet zitten om het 98 pagina's lange vonnis te lezen? Geen probleem! Uw reporter deed dat voor u.
Op de persconferentie van 30 september 2010 zei Alberto Contador dat de 50 picogram clenbuterol die op 21 juli in zijn urine zat te wijten was aan het eten van een vervuilde biefstuk. Op 25 januari vorig jaar kreeg hij initieel een schorsing van één jaar opgelegd door de Spaanse Wielerbond. In beroep werd Contador echter vrijgesproken. Daar gingen de UCI en het WADA niet mee akkoord en zij spanden een zaak in bij het TAS, het allerhoogste sporttribunaal. Als alternatieve hypothesen voor het binnendringen van clenbuterol in het lichaam van de renner openden UCI en WADA de pistes van bloeddoping en een vervuild voedingssupplement.
Hypothese 1: Vervuild vlees
Op 20 en 21 juli at Contador naar eigen zeggen een stuk rundvlees dat gekocht werd in Spanje. Een andere renner van Astana, zijn toenmalige team, die ook werd getest op 21 juli had iets anders gegeten en dat zou verklaren waarom bij hem geen sporen van clenbuterol te vinden waren. De bewuste biefstuk is uiteraard niet meer te onderzoeken. De voedselketting van het bewuste stuk vlees ging men wel na: van de slager via het slachthuis tot de veeboer. Contador vindt dat men niet met volle zekerheid kan zeggen dat het rund van die welbepaalde boerderij afkomstig was. Volgens hem kan het evengoed van elders uit Spanje komen of zelfs uit Zuid-Amerika. Daar worden vaak hoge concentraties van clenbuterol bij runderen gemeten. In Spanje blijkt uit onderzoek, gebruikt door UCI en WADA, dat de kans dat in Spanje en bij uitbreiding Europa een rund clenbuterol toegediend kreeg, uiterst miniem is. Er zijn zo goed als geen positieve gevallen. Het kamp van Contador voert aan dat er echter heel weinig stalen genomen worden. Nog niet één procent (0,01%) van alle runderen wordt getest. Daarenboven vroegen de advocaten van Contador of UCI en WADA zouden concluderen dat een atleet geen doping heeft genomen of niet het slachtoffer is geworden van besmette voedingssupplementen omdat hij al 500 negatieve dopingtests heeft afgelegd? Neen dus.
Vervolgens richtte het kamp Contador zich op het onderuit halen van de efficiëntie van de regelgeving in Spanje. In principe moet in elk slachthuis erkende veeartsen aanwezig zijn. Er kunnen op elk moment van de voedselketting onaangekondigde controles plaatsvinden en men moet bij runderen en rundvlees steeds de afkomst kunnen achterhalen. Aangezien het aantal tests op clenbuterol zeer laag zijn, is het volgens de verdediging niet enkel mogelijk, maar zelfs zeer waarschijnlijk dat veeboeren hun toevlucht nemen tot clenbuterol. Dat WADA en UCI stellen dat geen clenbuterol meer gebruikt wordt omdat het verboden is, is volgens hen niet realistisch. Een andere aanwijzing die El Pistolero heeft, is dat de broer van de bewuste veeboer in 1996 betrokken was bij een affaire met clenbuterol en daar in 2000 voor veroordeeld werd.
WADA en UCI halen aan dat maar liefst tien keer meer clenbuterol in het vlees zou moeten gezeten hebben dan toegestaan om een gehalte van 50 picogram terug te vinden in de urine van Contador. Bovendien zou het dier vrijwel onmiddellijk na de toediening moeten zijn geslacht. Dat zou betekenen dat de clenbuterol geen voordelen, voor de veeboer, heeft kunnen opleveren. Vanaf 2004 zou er in Spanje slechts één positief geval van clenbuterol bij runderen geweest zijn. WADA geeft toe dat het uiteraard niet kan bewijzen dat er geen enkel stuk besmet vlees is in Europa, Spanje of Baskenland.
De rechters van het TAS vinden het zeer onwaarschijnlijk dat het vlees geïmporteerd zou zijn uit Zuid-Amerika. Ze vinden het dan weer zeer waarschijnlijk dat het vlees uit de bewuste boerderij afkomstig is, hoewel een andere locatie in Spanje niet kan worden uitgesloten. Daarom is de kans dat het vlees besmet was met clenbuterol fel verminderd. Het aantal positieve gevallen van clenbuterol bij runderen is zeer laag. Het slachthuis waarvan de biefstuk afkomstig was heeft nog geen enkele positieve clenbuteroltest gehad. Ze achten het ook zeer onwaarschijnlijk dat een dier geslacht zou worden kortelings na het toedienen van het verboden product. Het TAS is het eens met UCI en WADA dat de kans dat een stuk vlees in de EU besmet is, zeer klein is. En wat met de broer van de veeboer? Het TAS noemt dit onterechte associaties. De man is overigens gestorven in april 2010. De conclusie over de hypothese van een besmette biefstuk is de volgende: de rechters zijn niet bereid om vanuit een loutere mogelijkheid dat het vlees besmet zou kunnen zijn met clenbuterol te concluderen dat een effectieve besmetting zich heeft voorgedaan. Het is enkele een remote possibility. Het gaat om een mogelijke hypothese, maar afgaande op het bewijs is de kans zeer klein dat dit zich voltrokken heeft.
Hypothese 2: Bloedtransfusie
Het scenario van een bloedtransfusie werd door UCI en WADA opgeworpen als tegengewicht tegen de theorie van Contador. Ze achten het mogelijk dat de renner een transfusie met rode bloedcellen onderging op 20 juli. Om zijn waarden normaal te doen lijken en het dopinggebruik te maskeren zou hij op 21 juli plasma toegediend gekregen hebben. Dat plasma zou dan gecontamineerd zijn geweest met clenbuterol. Welke aanwijzingen hebben ze hiervoor?
Eerst en vooral is er de omgeving van de Tourwinnaar. Ze doelden daarmee onder andere op zijn samenwerking met Manolo Saíz (teammanager bij Liberty Seguros) en het feit dat verschillende van zijn ploegmaten over de jaren betrapt zijn. En dat het team Astana, waar hij tijdens de Tour 2010 voor reed, in een dopingonderzoek is. Er werd ook aangehaald dat zijn initialen gevonden werden in documenten van de beruchte dokter Eufemiano Fuentes. Bij zijn huidige ploeg Saxo Bank werkt hij samen met Bjarne Riis en die was tijdens zijn carrière niet vies van doping. Net zo min als de associatie met de broer van de veeboer wenst het TAS hiermee rekening te houden. Het is wel opvallend wat Contador hierover heeft te zeggen:"[...] not only have I not taken doping substances, but I have always been surrounded by people (cyclists, doctors, trainers, etc.) who categorically reject the use of doping substances." Hij zegt dus dat hij nooit doping genomen heeft en dat hij altijd omringd is geweest door mensen die resoluut gekant zijn tegen doping.
WADA en UCI kwamen ook met concretere aanwijzingen naar voren. Volgens hen waren de bloedparameters van Contador abnormaal. De expert die ze aanstelden, dokter Ashenden, maakte de volgende resultaten van zijn onderzoek bekend: zijn waarden waren hoger dan zijn natuurlijke waarden, terwijl ze in competitie lager zouden moeten zijn. En ze zijn significant hoger dan de waarden opgemeten tijdens zijn vorige Tourzeges (2007 en 2009), zijn overwinning van de Vuelta (2008) en zijn Girowinst (2008). Ashenden geeft wel aan dat de waarden alleen geen indicaties van transfusie of manipulatie verschaffen. De expert die het kamp van Contador heeft aangesteld gaat daar uiteraard mee akkoord en geeft ook aan dat de waarden van de renner juist niet atypisch waren tijdens de Tour 2010. De UCI zegt dat de waarden van Contador dan wel binnen de afgesproken ruimte mogen zitten, maar dat dat juist de bedoeling is van manipulatie. Het TAS concludeerde dat de bloedparameters alleen onvoldoende en te speculatief waren. Een bloedtransfusie kan echter niet worden uitgesloten. Het is inderdaad, zoals de UCI aanhaalde, immers de bedoeling van dopingzondaars om zo weinig mogelijk schommelingen in hun bloedwaarde te laten opmeten. Een analyse van het gehalte aan ftalaten (additieven die worden gebruikt in plastic materiaal, zoals bloedzakjes) leek het TAS interessanter.
Op 20 juli werden in het urinestaal van Contador een heel hoge concentratie aan ftalaten gemeten. Volgens WADA en UCI is de piek consistent met waarden na een bloedtransfusie. Het meten van het gehalte aan ftalaten is geen geldig bewijs daarvoor, maar kan als indicatie dienen. De clenbuterol die een dag later gevonden werd, zou dan te wijten zijn aan het toedienen van gecontamineerd plasma van een donor. Contador ontkent een bloedtransfusie en onderging een test met de leugendetector. De verdediging haalt aan dat ftalaten aanwezig kunnen zijn in voeding. Het is wereldwijd de grootste oorzaak van blootstelling aan deze stof. In het staal van 21 juli was er overigens een laag niveau aan ftalaten te vinden. UCI en WADA zeggen dat de zak waar het plasma inzat mogelijks vrij was van die stof. De experts uit het kamp van Contador stellen dat het dan nog mogelijk zou zijn ftalaten te vinden doordat bij de intubering het plamsa die stof in de plastic zak is geraakt.
Het zou volgens hen ook nogal gek zijn dat plasma van een donor wordt gebruikt die een hoog gehalte van clenbuterol in het lichaam heeft. Om 50 picogram terug te vinden in de urine van Contador zou de donor bovendien een zodanige hoeveelheid van die stof in zich moeten hebben dat er gevaar is voor zijn gezondheid. WADA en UCI stellen dat het echter om een opbouwende kuur kan gaan. De persoon komt dan terecht in een steady-state: een staat waarbij het niveau van clenbuterol stabiel blijft, zelfs als de clenbuterol nog steeds wordt ingenomen voor een dopingkuur. Volgens de expert van Contador zou een kuur van 21 dagen betekenen dat de donor wel heel roekeloos is geweest en niet bang was voor een positieve controle. WADA werpt hierbij op dat die persoon mogelijk minder kans had om getest te worden.
Het TAS stelde vast dat WADA en UCI blijkbaar niet genoeg vertrouwen hadden om een aanklacht van bloeddoping in te dienen. De rechters kunnen een bloedtransfusie niet uitsluiten en gaan mee met de stelling dat het plasma in een zak werd bewaard vrij van ftalaten. Bloeddoping is een mogelijke verklaring zeggen ze, maar heel onwaarschijnlijk. Net zoals de hypothese van de biefstuk. Dat de plasmadonor een opbouwende kuur volgde is mogelijk volgens het TAS. Maar als hijzelf geen sportieve prestaties moet neerzetten waarom neemt die persoon dan clenbuterol in? Als hij wel sport waarom is hij dan donor en kiest Contador voor hem? Zo een kuur is theoretisch mogelijk, maar eerder onwaarschijnlijk. Waarom zou men zo een uitgedokterd plan op het spel zetten door plasma ingediend te krijgen van een donor die zoveel clenbuterol in zich heeft? Hoewel fouten en misrekenen altijd kunnen acht het TAS dit toch zeer onwaarschijnlijk.
Hypothese 3: Besmet Voedingssupplement
De laatste stelling is die van een vervuild voedingssupplement. Volgens Contador is dat onmogelijk omdat hij enkel hetzelfde inneemt als zijn ploegmaten. Daarvan testte niemand positief op clenbuterol tijdens de Tour of het seizoen 2010. Dat Contador geen andere supplementen heeft ingenomen kan niet bewezen worden, stellen WADA en UCI. El Pistolero geeft ook aan dat hij tussen de test op 20 juli en die op 21 juli geen voedingssupplement innam, dat gebeurt immers alleen op koersdagen. De 21ste was een rustdag. Om meer zekerheid te geven liet hij een uitgebreid onderzoek voeren. Geen enkele van de leveranciers gebruiken of bewaren clenbuterol of andere verboden middelen in hun opslagplaatsen. Geen van hen werd ooit beschuldigd van het veroorzaken van een positieve dopingtest. Allen laten externe en onafhankelijke controles uitvoeren op hun producten, nog nooit werd daarbij clenbuterol gevonden.
Volgens het TAS is deze hypothese mogelijk. Zelfs als Contador enkel de supplementen nam die hij heeft opgelijst. Net zoals dat de stalen die genomen worden in de veesector niet kunnen uitsluiten dat besmet vlees de consument bereikt, kunnen de controles van de leveranciers en de controles op de ploegmaten van Contador niet uitsluiten dat de renner een besmet voedingssupplement innam. Contador kan bovendien een ander supplement hebben ingenomen.
Conclusie TAS
Het TAS acht de hypothese van een vervuild voedingssupplement het meest waarschijnlijk. De renner neemt een aanzienlijke hoeveelheid supplementen, er zijn voorbeelden uit het verleden van besmette supplementen en atleten hebben al verscheidene keren daardoor positief getest. Clenbuterol was daarbij één van de gevonden producten. De rechters vinden het zeer onwaarschijnlijk dat de biefstuk besmet zou zijn met clenbuterol. Het is meer waarschijnlijk dat een vervuild voedingssupplement aan de basis ligt van de positieve test dan een stuk vlees of een bloedtransfusie. Zeker zijn dat dit de oorzaak is, kan het TAS niet, maar van de drie naar voor gebrachte scenario's is dit het meest waarschijnlijke.
Waarom is Contador niet geneigd mee te stappen in de theorie over het supplement? Mogelijk wilde hij dit niet, zeggen WADA en UCI, omdat dit meestal geen reden is voor vrijspraak. In Reyers Laat (6/02/12) opperde Michel Wuyts dat de renner de leveranciers niet naar het hoofd wil stoten omdat hij nu eenmaal goed verdient door reclame te maken voor hun voedingssupplementen.
Alberto Contador: Twee jaar schorsing met terugwerkende kracht (deel 2)
Gisteren kon u al een artikel lezen in verband met de uitspraak van het TAS in de zaak Contador (Saxo Bank). Ondertussen zijn er al meer reacties. En lijken er ook gevolgen te zijn voor het team. Tenslotte nemen we het vonnis van het TAS even onder de loep.
Alberto Contador kreeg gisteren door het Internationaal Sporttribunaal TAS een schorsing van twee jaar opgelegd met terugwerkende kracht. De Spanjaard mag op 6 augustus van dit jaar opnieuw deelnemen aan wedstrijden. De overwinningen die hij vanaf 25 januari 2011 behaalde, waaronder de eindzege in de Giro, is hij kwijt. Net als de Touroverwinning van 2010. Hij verliest ook alle gesprokkelde World Tour-punten en dat zou wel eens nefaste gevolgen kunnen hebben voor zijn team Saxo Bank. Het aantal punten bepaalt immers of een ploeg in aanmerking komt voor een World Tour-licentie, één van de belangrijkste redenen waarom Lotto - Belisol de Iraniër Mehdi Sorabi binnenhaalde. Nu de punten van Contador geannuleerd worden, oppert de UCI dat ze het statuut van Saxo Bank zal herbekijken.
Overwinningen geschrapt
De punten die Contador bijeensprokkelde heeft hij onder meer te danken aan zijn eindoverwinning in de Giro d'Italia, hij zette er bovendien de negende en zestiende etappe op zijn naam. In die Giro 2011 eindigde hij eveneens op één in het regelmatigheidklassement en dat van de strijdlust. El Pistolero was vorig jaar de beste in de Ronde van Murcía (met winst in rit 2 en 3) en die van Catalonië (met winst in rit 3). In de Ronde van Castilly y León won hij de vierde rit. Hij moet ook de twee overwinningen van dit jaar inleveren, namelijk zijn zeges in de 3de en 5de etappe van de Ronde van San Luis in Argentinië. De Giro van 2011 komt nu op naam te staan van de Italiaan Michele Scarponi (Lampre). Girobaas Michele Acquarone liet weten dat een nieuwe trofee moet worden gemaakt. Daarop prijken immers de namen van alle Girowinnaars.
Ook voor de Tour, waar de basis lag van deze affaire, is dit alweer een jammerlijke zaak. De zege van 2010 gaat nu naar Andy Schleck (Radio Shack), toen renner bij Saxo Bank. Denis Menchov (toen Rabobank, nu Katusha) schuift op van plaats drie naar één en Samuel Sanchez (Euskaltel) stijgt naar plaats drie. Dat wil zeggen dat Jurgen Van den Broeck (toen Omega Pharma - Lotto, nu Lotto - Belisol) vierde wordt in het klassement. Ongetwijfeld is elke wielerfan het ermee eens dat dit geen leefbare manier van sport is: Anderhalf jaar na datum wordt de uitslag omgetoverd. Met deze nieuwe resultaten kan je ook niet echt rekening houden. Andy Schleck liet gisteren al verstaan dat hij pas zal vinden dat hij de Tour gewonnen heeft als hij in Parijs op het hoogste schavotje staat en de tegenstanders sportief verslagen heeft. Michele Scarponi reageerde gelijkaardig.
Van den Broeck wil niet veel zeggen over deze zaak. Hij geeft mee dat hij er zich niet mee bezighoudt. Of hij nu blij is met de vierde plaats? "Neen. Die koers is gereden en ik was toen vijfde, voor mij blijft het vijfde. Ik weet het fijne niet van de zaak, dus ik kan er ook geen oordeel over vellen. In het verleden zijn er al mannen geweest met sporen van besmet vlees en als dat zo is dan vind ik dat heel erg voor die jongen." En wat met het feit dat Contador volgend jaar niet mag deelnemen aan de Tour? "Ik ben niet bezig met wie er wel of niet zal zijn, ik ben gewoon bezig met die Tour en met mezelf."
Steeds meer reacties dus op de veroordeling van Contador. Tegen vijf uur gisterenmiddag plaatste Saxo Bank een bericht op haar site. Daarin werd teammanager Bjarne Riis geciteerd: "Het resultaat is uiteraard niet waar we op hadden gehoopt, maar op dit ogenblik zijn we nog bezig met het bekijken van het vonnis en de documentatie opdat we de beslissing beter kunnen begrijpen." Meer reacties vanuit het team én van Alberto Contador zelf zullen volgen op een persconferentie die de renner vanavond omstreeks 19u30 zal houden in zijn thuishaven Pinto. Contador heeft de mogelijkheid om beroep aan te tekenen bij het Zwiters Federaal Hof, maar dat kan enkele op basis van procedurefouten. Het Hof gaat niet over de grond van de zaak. In principe zou Contador ook naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens kunnen stappen. De rechtsgang is dus mogelijk nog niet ten einde.
Het vonnis
Laten we nu even het vonnis doornemen. Er wordt gesteld dat Alberto Contador een inbreuk heeft gepleegd tegen de dopingregels. Dat hij bewust doping gebruikte, stelt het TAS echter niet. De opgelegde sanctie voor Contador is twee jaar schorsing met terugwerkende kracht. Hij mag pas vanaf 6 augustus opnieuw koersen, dat betekent dat hij niet kan deelnemen aan de Tour en de Olympische Spelen in Londen. Mogelijk richt hij nadien zijn pijlen op Vuelta (18/08 - 9/09) en WK (19/09 de tijdrit en 23/09 de wegrit). De schorsing gaat overigens pas in op 25 januari 2011, want vanaf 26 augustus werd Contador voorlopig geschorst. Dat duurde tot 14 februari toen hij werd vrijgesproken door de Spaanse bond. Daardoor mogen vijf maanden en 19 dagen van de definitieve schorsing worden afgetrokken. Alle resultaten vanaf 25 januari 2011 worden geschrapt. Contador krijgt ook een boete opgelegd van 2,5 miljoen euro. Veel? Op zich wel, maar Contador heeft wel een jaarloon van 6,5 miljoen euro!
Nog even de feiten recapituleren. Op 21 juli 2010, de tweede rustdag van de Tour, werden na een controle verboden middelen in het lichaam van Contador aangetroffen. Bij analyse van het A-staal op 26 juli werd in zijn urine 50 picogram van het verboden clenbuterol gevonden. Een minimale hoeveelheid. Hij wijt dit aan het eten van een vervuilde biefstuk. Zowel de avond voordien als die middag had hij van eenzelfde stuk vlees gegeten. Een andere renner van Astana die ook werd gecontroleerd op 21 juli is niet betrapt, hij had volgens Contador niet hetzelfde genuttigd. Een ongeloofwaardig verhaal volgens UCI en WADA. De Spaanse Wielerbond sprak de renner echter vrij op 14 februari 2011, nadat ze hem eerst een schorsing van één jaar had opgelegd. UCI en WADA trokken naar het TAS. Zij brachten twee andere hypothesen naar voren: die van de bloedtransfusie en die van een gecontamineerd voedingssupplement. De procedure liep tal van vertragingen op: vertaling van documenten, betwisten van getuigen, het in vraag stellen van de TAS-rechters en overvolle agenda's van experten. Op 6 februari 2012 velde het TAS haar definitieve oordeel.
De hypothesen
Laten we de drie hypothesen eens toelichten. Alberto Contador blijft stellen dat de positieve test te wijten is aan een stuk vlees gekocht Spanje. Hoewel de hele voedselketen werd uitgepluisd tot bij de veeboer, blijft Contador de stelling naar voor brengen dat het dier mogelijk afkomstig was uit Zuid-Amerika. Dat achten de rechters van het TAS echter zeer onwaarschijnlijk. Net als de kans dat het geconsumeerde vlees clenbuterol bevatte. Zo zou het inspuiten van die substantie geen effect hebben gehad als het dier zo snel nadien was geslacht. Toch volhardde de verdediging van de renner tot het einde. Het feit dat de broer van de bewuste Spaanse veeboer in 1996 in een affaire rond clenbuterol betrokken was, werd als bezwarend feit aangehaald door het kamp Contador.
Daar wilde het TAS geen rekening mee houden. Evenmin deed ze dat als het WADA en de UCI aanhaalden dat de omgeving van Contador een aanwijzing kan zijn dat hij zich dopeerde. Ze doelden daarmee onder andere op zijn samenwerking met Manolo Saíz en het feit dat verschillende van zijn ploegmaten over de jaren betrapt waren. En dat het team Astana voorwerp van een dopingonderzoek was. Er werd ook aangehaald dat zijn initialen gevonden werden in documenten van Eufemiano Fuentes. WADA en UCI kwamen ook met concretere aanwijzingen naar voren. Volgens deze partijen waren de bloedparameters van Contador abnormaal. Het kamp van Contador probeerde tijdens het proces die bevindingen onderuit te halen. Het TAS concludeerde dat de bloedparameters onvoldoende en te speculatief waren. Een bloedtransfusie kan echter niet worden uitgesloten. Het is inderdaad, zoals de UCI aanhaalde, immers de bedoeling van dopingzondaars om zo weinig mogelijk schommelingen in hun bloedwaarde te laten opmeten. Een analyse van het gehalte aan ftalaten (additieven die worden gebruikt in plastic materiaal, zoals bloedzakjes) leek het TAS interessanter.
Op 20 juli werden in het urinestaal van Contador een heel hoge concentratie aan ftalaten gemeten. Dat kan wijzen op een bloedtransfusie. Het meten van het gehalte aan ftalaten is geen geldig bewijs daarvoor, maar kan als indicatie dienen. De clenbuterol die een dag later gevonden werd, zou dan te wijten zijn aan het toedienen van gecontamineerd plasma van een donor. De verdediging haalt aan dat ftalaten ook aanwezig kunnen zijn in voeding. Het zou volgens hen ook nogal gek zijn dat plasma van een donor wordt gebruikt die een hoog gehalte van clenbuterol in het lichaam heeft. Om 50 picogram terug te vinden in de urine van Contador zou de donor bovendien een zodanige hoeveelheid van die stof in zich moeten hebben dat er gevaar is voor de gezondheid. WADA en UCI stellen dat het echter om een opbouwende kuur kan gaan. Het TAS stelde vast dat WADA en UCI blijkbaar niet genoeg vertrouwen hadden om een aanklacht van bloeddoping in te dienen. Volgens het panel van rechters is bloeddoping een mogelijke verklaring, maar heel onwaarschijnlijk. Net zoals de hypothese van de biefstuk.
De laatste stelling is die van een vervuild voedingssupplement. Volgens Contador is dat onmogelijk omdat hij enkel hetzelfde inneemt als zijn ploegmaten waarvan niemand positief testte op clenbuterol tijdens de Tour of het seizoen 2010. Toch acht het TAS deze hypothese het meest waarschijnlijk. Er zijn namelijk voorbeelden uit het verleden van besmette supplementen, waarvan ook met clenbuterol. Zeker zijn dat dit de oorzaak is, kan het TAS niet, maar van de drie naar voor gebrachte scenario's is dit het meest waarschijnlijke. Mogelijk wilde Contador dit niet naar voren brengen zeggen WADA en UCI omdat dit meestal geen reden is voor vrijspraak. In Reyers Laat (6/02/12) opperde Michel Wuyts dat de renner de leveranciers niet naar het hoofd wil stoten omdat hij nu eenmaal goed verdient door reclame te maken voor bepaalde voedingssupplementen.
Wat nu? De relatief milde -gezien het salaris van de atleet- geldboete en het feit dat hij pas zes maanden effectief aan de kant zal staan, zijn mogelijk bedoeld om te verhinderen dat Contador naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens stapt. Benieuwd naar het vervolg. In al deze heisa is één ding duidelijk: de rechtsgang moet worden versneld. Deze zaak sleept al veel te lang aan. Dat het TAS Contador veroordeelt is jammer, aangezien het om één van de spilfiguren van de laatste jaren gaat. Alweer een Tourwinnaar die geschrapt moet worden uit de Touruitslag. Anderzijds is het wel een goed teken dat er geen angst bestaat om de grote namen te straffen en men niet enkel achter de kleine garnalen durft aan te gaan. Wat Lance Armstrong betreft zijn daar wel eens vragen omtrent gerezen. Toen na de persconferentie van EL Pistolero bleek dat Contador al in augustus op de hoogte werd gesteld van zijn positieve plas werd hier en daar geopperd dat de UCI de zaak mogelijk in de doofpot wilde stoppen. Door de beslissing van de Spaanse federatie aan te vechten bij het TAS, poetste de UCI haar blazoen wat op.
Alberto Contador: Twee jaar schorsing met terugwerkende kracht (deel 1)
"Cero coma cero cero cero cero cero cero cero cero cero cero cinco" U herinnert zich ongetwijfeld nog deze legendarische woorden van Alberto Contador toen hij eind september 2010 bekendmaakte dat tijdens de Tour, die hij gewonnen had, clenbuterol in zijn urine gevonden was. Er zat slechts een hoeveelheid van 50 picogram in zijn bloed. El Pistolero en zijn entourage verklaarden de aanwezigheid van die stof aan het eten van een vervuilde biefstuk. De Spaanse bond sprak hem begin 2011 vrij. De UCI en het WADA stapten echter naar het TAS. Dat bevond de Spanjaard schuldig en legde hem een schorsing van twee jaar op, met terugwerkende kracht weliswaar. Zijn Tourzege van 2010 is hij kwijt aan Andy Schleck.
Op 30 september 2010 gaf Alberto Contador, die toen voor Astana reed, een persconferentie. Hij deelde mee dat in zijn urinestaal van 21 juli - een rustdag in de Tour- sporen van clenbuterol gevonden waren. Hij benadrukte de minieme hoeveelheid door het als volgt te verkondigen: "Cero komma cero cero cero cero cero cero cero cero cero cero cinco." Dat staat gelijk met 50 picogram. Contador wijt de gevonden clenbuterol aan het eten van een besmette biefstuk. Voor het afleveren van het besmette staal had hij een biefstuk uit Spanje gegeten. Het is al bewezen dat vlees clenbuterol kan bevatten, maar hoe groot is de kans dat juist Alberto Contador een besmet stuk vlees naar binnen speelde? Buiten het kamp-Contador gingen stemmen op dat de minieme hoeveelheid kan wijzen op bloeddoping. Alweer kwam er dus een waas van twijfel over een Tourwinnaar. Na 2007 en 2009 had Contador pas zijn derde Tourzege binnengerijfd. Andy Schleck (toen Saxo Bank) strandde op plaats twee, Denis Menchov (toen Rabobank) mocht mee op het podium in Parijs. Het feit dat de buitenwereld pas in september op de hoogte werd gesteld, deed vragen rijzen. Wilde de UCI de zaak soms in de doofpot stoppen? Ook in het geval van Lance Armstrong werd al geopperd dat de UCI de grote mannen geen pijn wil doen.
Vrijspraak door Spaanse Bond
In het voorjaar van 2011 sprak de Spaanse wielerbond haar toprenner vrij. Dat bracht herinneringen naar boven aan de zaak van die andere Spanjaard: Alejandro Valverde. Ook hij werd in eigen land vrijgesproken, maar Italiaanse onderzoekers beten zich vast in de zaak en achtten zijn betrokkenheid in Operación Puerto ofwel de affaire Fuentes, bewezen. Later werd zijn schorsing uitgebreid naar de rest van de wereld. Contador zou dus maar best nog niet op zijn lauweren rusten. En inderdaad, de UCI (de Internationale Wielerunie) en het WADA (het Wereldantidopingagentschap) stapten naar het TAS, het sporttribunaal in Lausanne. De UCI bewees dat ze, toch wat Contador betreft, tot op het bot wil gaan. De zaak sleepte echter lang aan en dat was zeer frustrerend. De wielerwereld wilde gewoonweg uitsluitsel in deze zaak. Contador fietste ondertussen immers voort, bij Saxo Bank, en sleepte in mei vorig jaar de Giro in de wacht. In de Tour kwam hij krachten tekort. Hij eindigde op plaats vijf. Dat er geen einde aan de zaak leek te komen, had onder meer te maken met het feit dat voor de zaak voor het TAS kon verschijnen het hele dossier vertaald diende te worden. Ook waren er vragen omtrent de objectiviteit van de rechters bij het TAS.
Veroordeling door TAS
Nu is er dus eindelijk een oordeel van het TAS. Hoewel het sporttribunaal stelt dat dopinggebruik niet bewezen is, legt het Contador een schorsing op van twee jaar, zij het met terugwerkende kracht. Concreet is Contador geschorst tot en met 5 augustus 2012, de zesde augustus van dit jaar mag hij dus weer in competitie treden. Hij mist de Tour en de Olympische Spelen. El Pistolero is alle zeges kwijt die hij sinds 25 januari 2011 behaalde. Waarom pas vanaf dan? Het TAS houdt rekening met het feit dat Contador vanaf augustus 2010 niet meer heeft gekoerst wegens een voorlopige schorsing. Eén van de overwinningen die hij kwijtspeelt is de Giro van 2011. De eindzege is nu voor de Italiaan Michele Scarponi (Lampre). De Tour van 2010 komt op naam te staan van Andy Schleck (RadioShack). Na Floyd Landis in 2006, toen de eindzege via de groene tafel aan Oscar Pereiro werd gegeven, is dit weer een zwarte bladzijde in de Tourgeschiedenis, een triestige dag voor het wielrennen in het algemeen. We zeiden het al na de affaire van Landis. Hopelijk is dit de laatste keer, maar nu is er dus de schrapping van het resultaat van Contador. Ook rond Armstrong blijft de onzekerheid hangen. Het is wederom geen reclame voor de wielersport. Afgezien van de grond van de zaak doet ook de lengte van de rechtsgang geen goed. Het duurt veel te lang vooraleer een uitspraak wordt geveld. Ondertussen moet ook de uitslag van andere wedstrijden worden herzien. En het verhaal is mogelijk nog niet helemaal rond. Contador heeft dertig dagen om beroep aan te tekenen bij het Zwitsers Federaal Hof. Dat buigt zich echter niet over de grond van de zaak, maar enkele over procedurefouten.
Reacties
De UCI plaatste een bericht op haar website waarin ze stelt dat ze geen voldoening haalt uit het verdict, maar het ziet als het einde van een lang aanslepende zaak die heel pijnlijk is geweest voor het wielrennen. Dit zijn de woorden van UCI-voorzitter Pat McQuaid: "Dit is een trieste dag voor onze sport. Sommigen zien het misschien als een overwinning, maar dat is niet het geval. Er zijn geen winnaars als het om doping gaat: elke zaak, ongeacht de kenmerken, is altijd een zaak te veel."
Andy Schleck, vanaf nu de winnaar van de Tour 2010, reageerde evenmin euforisch: "Er is geen reden om nu gelukkig te zijn. In de eerste plaats voel ik mee met Alberto. Ik heb altijd geloofd in zijn onschuld. Het is enkel een heel droevige dag voor het wielrennen. Het enige positieve is het feit dat er eindelijk een oordeel is na 566 dagen van onzekerheid. Vanaf nu kunnen we verder." Over zijn Tourzege zegt de Luxemburger het volgende: "Ik streed met Contador en verloor. Mijn doel is de Tour te winnen op een sportieve manier, de beste te zijn van alle deelnemers, niet via gerechtelijke weg. Als het me dit jaar lukt, zal ik het zien als mijn eerste Tourzege."
Tenslotte nog even de reactie van Eddy Merckx. De Kannibaal is helemaal niet te spreken over de schorsing van Contador: "Er zijn blijkbaar mensen die de sport dood willen. Alleen in onze sport kan zoiets gebeuren. Dit is voor niemand goed, ook niet voor sponsors. Contador verdient dit niet. Dopingtesten zijn nodig, maar in de koers gaan ze te ver, vind ik. Er waren geen duidelijke bewijzen voor dopinggebruik, want anders hadden ze Contador al vroeger geschorst."
Vorige zondag was een echte hoogdag voor het Belgische veldrijden. Onze ploeg bezette de eerste zeven plaatsen van het WK. Middenin alle euforie rezen op dat moment al enkele kritische bemerkingen: dat dit geen reclame is voor de sport in het buitenland bijvoorbeeld. En of het veldrijden niet gewoon een randverschijnsel is waar enkel in Vlaanderen veel tamtam om wordt gemaakt? Een analyse.
Op het WK kenden de Belgen inderdaad geen enkele tegenstand van buitenaf. Dat ze in de Koksijdse duinen een parcours tegenkwamen waar zij specialist in zijn was ongetwijfeld een factor die meespeelde. Net als het niet te versmaden thuisvoordeel. Het overgrote deel van de meer dan 60.000 toeschouwers supporterde voor de Belgen en dat moet ongetwijfeld vleugels hebben geven. Aan onze landgenoten dan toch. Buitenlanders als Zdenek Stybar kan het weleens vleugellam hebben gelegd. Rob Peeters opperde dit als één van de redenen waarom Styby zo slecht presteerde. Angst voor het publiek dat misschien wel eens venijnig uit de hoek zou kunnen komen. Vraag maar aan Richard Groenendaal die in Zolder 2002 niet op zijn gemak rondreed en blij was dat de koers erop zat. Hij kon toen wel beslag leggen op plek vier. Styby zakte afgelopen zondag naar plaats dertien en volgde op meer dan drie minuten van Niels Albert. Eerste niet-Belg was die andere Tsjech, Radomir Simunek. Hij werd achtste en kreeg meer dan twee minuten aangesmeerd door Albert en was een flinke minuut trager dan Sven Nys, de laatste Belg.
Aantrekkingskracht buiten België
Wat moet men in het buitenland wel niet gedacht hebben? Kan een sport waarin één land domineert wel aantrekkingskracht uitoefenen in de rest van de wereld? Ex-wereldkampioen veldrijden Roger De Vlaeminck zegt daar het volgende over: "Als ik naar het WK veldlopen kijk, zie ik daar na twee rondes ook 7 Ethiopiërs, 4 Kenianen en een verdwaalde Marokkaan" (HLN, 30/01/12). Nochtans probeerde hij enkele jaren terug zelf zijn steentje bij te dragen tot het internationaler maken van het veldrijden door enkele Zimbabwaanse jongens op te leiden. De Vlaeminck heeft echter wel een punt; wij kijken immers als Belgen vaak naar sporten waar niemand van onze landgenoten een rol van betekenis speelt. Het veldrijden lijkt die aantrekkingskracht niet te hebben. Het is zelfs frappant dat de NOS de wedstrijden van de juniores en beloften niet live uitzond, terwijl ze met respectievelijk Mathieu van Der Poel en Lars van der Haar telkens de uitgesproken topfavoriet hadden. Dat onze noorderburen, bij wie het bulkt van het talent, geen grote interesse hadden voor die wedstrijden is niet echt hoopgevend. Misschien dat daar verandering in zal komen eens de jongeren doorstoten naar de elite en daar potten breken. De vraag is echter of dat zal lukken en of hun ambitie niet naar de weg verschuift.
De buitenlandse interesse mag dan wel miniem zijn, zeker in vergelijking met de aandacht die cyclocross bij ons krijgt, maar ze is er. Zo zal het WK volgend jaar over de plas gehouden worden, meer bepaald in Louisville, Kentucky in de Verenigde Staten. In de VS is een heus veldritcircuit aanwezig. Bart Wellens en Rob Peeters (Telenet-Fidea) trokken vlak voor de Belgische start van het veldritseizoen naar ginder om het WK-parcours van 2013 te verkennen en er enkele races te betwisten. Het WK-parcours was dan wel nog niet te bespeuren, aan belangstelling voor het veldrijden was er in de VS geen gebrek. Weliswaar heerst er rond het parcours een andere sfeer. Zo zwaaiden de toeschouwers in Las Vegas met geldbiljetten naar de renners, aan hen om ze vast te grijpen. Geld rondstrooien? Dat haalde in Koksijde zelfs niemand met een pintje teveel op zich in het hoofd. Buiten Jonathan Page en Ryan Trebon zijn er bij ons geen bekende Amerikaanse veldrijders. De meesten willen de oversteek niet maken en beperken zich tot races in eigen land. Ook dichter bij huis, in Frankrijk bijvoorbeeld, focussen de meesten zich op nationale wedstrijden. Francis Mourey en John Gadret geven vaak de voorkeur aan die koersen en plaatsen ze zelfs boven een Wereldbekerwedstrijd. In een Franse wedstrijd zijn ze zo goed als zeker van de overwinning én van de daarbij horende premie. Er is in het buitenland dus wel interesse in deze sporttak, maar op kleinere schaal. En de meesten spelen op veilig door in eigen land te crossen, want tegen de toppers valt toch niets te beginnen. En die toppers zijn voor het grootste deel Belgen. Om de top te bereiken is een lange weg van training en opleiding nodig. In België wordt alles al van bij de jeugd professioneel aangepakt. David Quist, een tot Noor genaturaliseerde Amerikaan, wilde in Koksijde alvast leren hoe je het best door het zand rijdt en vroeg daarvoor raad aan specialist Paul Herygers, de wereldkampioen van 1994. Quist wil zijn opgedane kennis doorgeven aan Noorse jeugdrenners.
Nederland boven
Wat de jeugd betreft lijkt het alvast goed te zitten in Nederland. Mathieu van der Poel en Lars van der Haar losten de verwachtingen in. Echter niet zonder fel weerwerk van de Belgen. Laten we even kijken naar het wedstrijdverloop en de uitslag van beide categorieën. De wedstrijd van de juniores opende op zaterdagochtend de feestelijkheden. In de eerste ronde ging de Belg Wout Van Aert er als een pijl vandoor. Topfavoriet van der Poel had het in de eerste wedstrijdhelft behoorlijk moeilijk. Maar hij zou zich herpakken. De zoon van Adrie en kleizoon van Raymond Poulidor mocht zoals voorspeld de felbegeerde regenboogtrui aantrekken. Van Aert was zichtbaar tevreden met de zilveren plak. De derde trede op het podium werd bezet door een Fransman: Quentin Jauregie. Vorig jaar bezetten de Fransen nog de volledige top drie. Jauregie won de sprint voor het brons en versloeg daarbij twee Belgen, namelijk Quinten Hermans en Daan Soete. Alle vijf Belgen finishten in de top tien. Yorgen Van Tichelt kon beslag leggen op plaats zes, Daan Hoeyberghs werd achtste. Dus ook bij de juniores was er een collectief sterke prestatie van onze landgenoten. Het seizoen wordt echter volledig overheerst door Van der Poel die tot voor het WK 21 van de 24 gereden wedstrijden had gewonnen.
In de namiddag was het de beurt aan de beloften. Lars van der Haar maakte veel kans om zichzelf op te volgen, hij domineerde de beloftecategorie het hele seizoen door. In ronde één kon hij al een kloof slaan op de Herygersduin. Belgisch kampioen Wietse Bosmans maakte de aansluiting met de titelverdediger. Onze landgenoot gaf de hele wedstrijd een sterke indruk. Jammer genoeg voor hem kreeg het kopduo het gezelschap van een tweede Nederlander: Michiel van der Heijden. Bij de laatste passage op de Herygersduin zetten ze Bosmans letterlijk in de tang. Van der Haar dook in een gat dat er niet was en Bosmans moest voet aan grond zetten. Daarna haakte hij aan van der Heijden, wat deels zijn eigen fout was. Bosmans kon de achterstand op de uitredende wereldkampioen toch nog dichten. Op de X-duin, sinds zondagmiddag even na vier omgedoopt tot de Albertduin, dook hij als eerste in de afdaling. Dat bleek niet voldoende om van der Haar af te houden. Die behaalde zijn tweede wereldtitel op rij. Bosmans kaapte na een knappe race het zilver mee, maar was zichtbaar ontgoocheld. Van der Heijden stond met een bronzen medaille op het podium. Wat de Belgen betreft, zette ook Laurens Sweeck een puike prestatie neer. Vanuit een verloren positie behaalde hij uiteindelijk toch de vijfde plaats. Gianni Vermeersch werd tiende, vlak voor Vinnie Braet. De piepjonge Michael Vanthourenhout werd pas 26ste. Hij had zich echter een tijdje aan de kant moeten stellen met krampen. Knap dat hij de wedstrijd uitreed.
De lokroep van de weg
Ondertussen raakte bekend dat van der Haar een profcontract voor drie seizoenen heeft getekend bij Rabobank. Enkel de UCI moet nog haar fiat geven. Dat de beloftewereldkampioen doorgroeit naar de profs is echter nog geen garantie dat de suprematie van de Belgen zal doorbroken worden. De overstap van belofte naar prof is geen evidentie en dan zal hij bovendien voluit moeten gaan voor een carrière in het veld en de weg laten schieten. Vooral dat laatste blijkt een heikel punt. Eerst verloor de cross al de Nederlandse topveldrijder Lars Boom. Hij wil zich toeleggen op de voorjaarsklassiekers. Nu trekt ook Zdenek Stybar voluit de kaart van de weg. Vanwaar telkens die overstap? Zit de traditie en liefde voor het veld er bij ons Belgen meer ingebakken? Ongetwijfeld speelt het feit dat er op de weg meer poen te rapen valt ook wel een rol. Zeker voor Stybar (Omega Pharma - Quick Step) die het paradepaardje moet worden van de Tsjechische geldschieter Zdenek Bakala. Zijn goudhaantje zal veel meer opleveren als hij in beeld komt bij een wegwedstrijd die een veel grotere kijkdichtheid heeft wereldwijd dan de wekelijkse crossen in ons land.
Voor België ziet het er alvast goed uit wat de toekomst betreft. Lokale clubs blijven zich graag inzetten om een cross te organiseren. Zoals bijvoorbeeld de VZW Wielercel Maldegemse Jonge Krachten die afgelopen woensdag instond voor de organisatie van de Parkcross in de gemeente. Ook Belgische merken zullen ongetwijfeld geneigd blijven om het veldrijden te sponsoren aangezien ze via deze sport een groot deel van hun afzetmarkt kunnen bereiken. Het WK bij de profs op Sporza had gemiddeld 1.500.621 kijkers. Bij de aankomst van Albert bedroeg dat aantal 1.655.711. Koksijde is daarmee het best bekeken WK veldrijden ooit en behaalde een gemiddeld marktaandeel van 77,1%. Of de UCI echter zal blijven investeren in deze sport valt af te wachten. Zij hamert alvast op een groter draagvlak voor het veldrijden. De termen mondialisering en internationalisering vliegen ons om de oren. In het baanwielrennen is de Wielerunie alvast steeds minder aan het investeren, een groot deel van de olympische nummers werd reeds geschrapt. Van aanwezigheid op het grootste sportfestijn ter wereld kunnen veldrijders alleen maar dromen. Tenzij ze een zijsprongetje maken naar het mountainbiken, zoals Sven Nys in 2008, of hun kans wagen op de weg.
Laten we nu alvast genieten van de drie laatste crossweekends. Er moeten nog twee manches van zowel de Superprestige als de GVA gereden worden. Kevin Pauwels lijkt de GVA-trofee op zak te hebben, als hij van pech gespaard blijft tenminste. In de Superprestige staat Sven Nys aan de leiding. Door zijn ziekte en de aard van het parcours, zou Pauwels hem echter nog het vuur aan de schenen kunnen leggen. Het lijken dus nog boeiende tijden te worden tijdens deze barre winterdagen. Maar buitenlandse tegenstand mag gerust. Misschien dat we binnen enkele seizoenen opnieuw kunnen genieten van een sportieve - en faire - België-Nederland als de beloftevolle noorderburen hun weg vinden naar de top en zich daar voor de komende jaren posteren. En hoewel we Stybar alle geluk toewensen op de weg is hij altijd weer welkom in het veld.
Zondag 29 januari 2012: Het wereldkampioenschap veldrijden voor profs in Koksijde. Al het hele veldritseizoen werd naar deze hoogdag toegeleefd. Na achttien jaar zou Paul Herygers een opvolger krijgen. En voor het gros van de maar liefst 61.000 toeschouwers moest en zou dat wederom een Belg worden. De buitenlandse concurrentie leek enkel van de Tsjech Zdenek Stybar te kunnen komen. Een sfeerverslag van uw reporter ter plaatse. Met een terugblik op dag één.
Zilver bij juniores en beloften
Zondagmiddag om 15 uur startte het sluitstuk van de feestelijke tweedaagse in de Koksijdse duinen. Op zaterdag hadden de Belgen echter al mogen vieren. Bij de juniores behaalde Wout Van Aert zilver. Van bij de aanvang was hij er als een pijl vandoor gegaan. Topfavoriet Mathieu van der Poel had het in de eerste helft moeilijk, maar de zoon van Adrie en kleinzoon van Raymond Poulidor zou zich herpakken. Zoals verwacht mocht onze noorderbuur de felbegeerde trui aantrekken. In de spurt klopte de Fransman Quentin Jauregie onze landgenoten Quinten Hermans en Daan Soete. Alle vijf Belgen finishten overigens in de top tien. Yorgen Van Tichelt legde beslag op plaats zes, Daan Hoeyberghs werd achtste. Bij de beloften was alweer een Nederlander favoriet: Lars van der Haar. Hij kon zichzelf opvolgen. In ronde één kon van der Haar al een kloof slaan op de Herygersduin. Belgisch kampioen Wietse Bosmans maakte de aansluiting met de titelverdediger. Onze landgenoot gaf de hele wedstrijd een sterke indruk. Jammer voor ons Belgen kreeg het kopduo het gezelschap van een tweede Nederlander, namelijk Michiel van der Heijden. Bij de laatste passage op de Herygersduin zetten ze Bosmans letterlijk in de tang. Van der Haar dook in een gat dat er niet was en Bosmans moest voet aan grond zetten. Daarna haakte hij aan van der Heijden, wat deels zijn eigen fout was. Bosmans kon het gat op van der Haar toch nog dichten en op de X-duin dook hij als eerste in de afdaling. Dat was echter niet voldoende om van der Haar af te houden. Die behaalde zijn tweede wereldtitel op rij. Bosmans kaapte na een knappe race het zilver mee, maar was zichtbaar ontgoocheld. Van der Heijden stond met een bronzen medaille op het podium. Na een dominant seizoen en de kroon op het werk in Koksijde is het zo goed als zeker dat van der Haar een elitecontract krijgt bij Rabobank. Wat de Belgen betreft, zette ook Laurens Sweeck een puike prestatie neer. Vanuit een verloren positie behaalde hij uiteindelijk toch de vijfde plaats. Gianni Vermeersch werd tiende, vlak voor Vinnie Braet. Michael Vanthourenhout werd pas 26ste. Hij had echter een tijdje aan de kant moeten blijven staan met krampen. Knap dat hij de wedstrijd uitreed.
Goud voor Marianne, brons voor Sanne
Op de tweede dag was ondergetekende zelf aanwezig op het parcours. Om tien uur postgevat in de afdaling van de X-duin. Na de koers van de profs zou deze duin de naam krijgen van de wereldkampioen bij de mannen. 's Ochtends hadden we daar dus nog het raden naar. Om elf uur gingen de dames van start. De grote favoriet was de Nederlandse Marianne Vos. Zij kon haar vijfde WK in het veld winnen en de vierde regenboogtrui op rij behalen. Het zou een mooie toevoeging zijn aan het reeds indrukwekkend lijstje van wereldtitels dat de 24-jarige Vos al bij elkaar reed. Op de baan behaalde ze al twee wereldtitels en werd ze olympisch kampioene. Ze werd wereldkampioen op de weg bij de juniores en één keer bij de profs. Dat laatste dateert al van 2006. Sindsdien werd ze telkens tweede. In de eerste ronde van het WK in Koksijde had Vos al een kloof geslagen en ze zou haar voorsprong nooit meer afstaan. Die groeide zienderogen. Aan de streep had ze een voorgift van 38". Na de aankomst gaf ze toe dat ze het technisch niet zo goed had gedaan in het zand. Toch was het best indrukwekkend om haar te zien rondrijden. Voor de overige twee medailles bleef het spannend tot aan de meet. De Nederlandse Daphny van den Brand was in het begin weggereden van de tegenstand, maar een aantal rensters kon terugkeren, waaronder onze Sanne Cant. Op de X-duin reed Cant aan de leiding. Ze zou met van den Brand strijden voor zilver. In de sprint werd Cant geklopt door de dame met de vlechtjes. Toen door de speakers weergalmde dat Cant brons had gepakt volgde gedurende één seconde even een glimp van ontgoocheling, maar daarna barstte het applaus los. Ze is de allereerste Belgisch die een medaille wint op het WK veldrijden. De tweede landgenote die meereed was Joyce Vanderbeken. Zij werd pas 24ste na een slechte start en valpartij.
Groot volksfeest
Na de honger te hebben gestild, moest er nog een plaatsje worden gezocht om de cross van de mannen te volgen. Toen we terug op het parcours wilden geraken via de Herygersduin en we de mededeling kregen dat de duin verzadigd was, vreesde uw reporter even niets van de wedstrijd te kunnen zien. Gelukkig konden we ons posteren aan de materiaalpost, aan de zijde waar de renners voor het eerst passeren. Het was dan nog twee uur aftellen tot de start. Ondertussen was het genieten van de sfeer en rondkijken. De mensenmassa was echt indrukwekkend. Het zag zwart van het volk zoals men dat zegt. Al zaten daar wel heel wat tinten geel en rood tussen. Mensen posteerden zich zelfs in bomen en bovenop containers om niets van het spektakel te moeten missen. In de materiaalzone kwam er langzaamaan meer beweging. Eén van de eersten die zich daar vertoonde was Marc Herremans, die zijn poulain Kevin Pauwels van daaruit wilde aanmoedigen. Onder andere Mario De Clercq, Danny de Bie, Jurgen Mettepenningen, Wilfried Peeters en Paul Van Den Bosch bekeken daar de wedstrijd. Opvallend waren de roze reservefietsen van Stybar.
België mocht zeven renners afvaardigen voor het WK. Daarbij hoorden drie van de vier topfavorieten, namelijk Niels Albert, Sven Nys en Kevin Pauwels. De vierde getipte winnaar was de Tsjech Zdenek Stybar. Met Klaas Vantornout was er voor Pauwels een ploegmaat van Sunweb-Revor bij. Ook Telenet-Fidea had met Rob Peeters en Tom Meeusen twee ijzers in het vuur. De zevende man die de eer van België mocht verdedigen was Bart Aernouts. Nys had graag maatje Sven Vanthourenhout in de selectie gezien, maar net als neef Dieter werd hij door bondscoach Rudy De Bie niet opgenomen in de selectie. Zeven Belgen mochten dus ons land vertegenwoordigen op de belangrijkste cross van het jaar. En dit voor het oog van maar liefst 61.000 enthousiaste toeschouwers.
Onemanshow van Albert
Een groot applaus volgde nadat op de grote schermen de start te zien was. In de materiaalzone hielden de renners er een razendsnel tempo op na. Al in de eerste ronde sprong Niels Albert weg als een duivel uit een doosje en begon hij aan zijn solo. Stybar kon het langst in zijn wiel blijven hangen. Kevin Pauwels probeerde nadien om de kloof met Albert te dichten en kwam zelfs redelijk dichtbij, maar na een tijd brak de veer. Nys maakte de aansluiting met de winnaar van de Wereldbeker, maar ook hij slaagde er niet in naar Albert toe te rijden. Hij zou de moed verliezen en uiteindelijk pas zevende worden. Stybar zakte ook door het ijs. Hij moest zijn landgenoot Radomir Simunek laten voorgaan en nog vier anderen. Styby bekleedde slechts de dertiende plaats op 3'17". Dat de Belgen de eerste zeven plaatsen zouden bezetten werd gauw duidelijk. Nog voor halfweg was de spanning voor plaats één al helemaal verdwenen. De voorsprong van Albert was zo groot dat hij zich een foutje kon permitteren. En in de materiaalpost had hij de luxe even te lonken naar het tv-scherm. Maar wie zouden de twee andere medaillewinnaars worden? Het leek er op dat dat Pauwels en Meeusen zouden zijn, maar in het slot demonstreerde Rob Peeters een knap staaltje veldritkunst. Dat was goed voor de zilveren plak. Meeusen en Pauwels zouden moeten sprinten voor brons, maar buiten beeld was Meeusen over kop gegaan. Brons dus voor Pauwels. Aernouts vervolledigde de top vijf. Vantornout finishte als zesde, Nys volgde een paar secondjes verder op 1'11" van Albert. Na de aankomst liet Nys vallen dat hij misschien geen WK's meer moet rijden. Ongetwijfeld waren dat de emoties van het moment.
Niels Albert zette een prachtprestatie neer in het Koksijdse zand. Hij maakt zo zijn seizoen meer dan goed. Door een breuk van de pols was hij enkele weken buiten strijd en mocht hij de klassementen vergeten. Nu reed hij zich alvast de geschiedenis in door wereldkampioen te worden in eigen land. Hij was al eens de beste in het Nederlandse Hoogerheide in 2009. De X-duin heette vanaf even over vier zondagmiddag de Albertduin.
Bartje Wellens heeft ons doen schrikken vorige week. De ochtend van het BK in Hooglede-Gits werd het nieuws de wereld ingestuurd dat veldrijder Bart Wellens (Telenet-Fidea) de avond voordien in allerijl naar het ziekenhuis was gevoerd met hoge koorts. Hij verkeerde zelfs enige tijd in levensgevaar. Gelukkig redde de 33-jarige renner het. Sinds vrijdagavond is hij terug thuis.
In de aanloop naar het BK had Bart Wellens al laten weten dat hij zich wat zwakjes voelde. Daags voor de grote dag in het West-Vlaamse Hooglede-Gits kreeg de Kempenaar koorts. Hij besloot vroeg in bed te kruipen. Tegen tien uur 's avonds verergerde de situatie. Zijn temperatuur steeg richting 40°C. Lentel, echtgenote van Bart en zwanger van hun tweede kind, besloot hem naar het ziekenhuis in Geel te voeren. Daar werd vastgesteld dat de situatie zodanig kritiek was dat men Wellens liet overbrengen naar het Universitair Ziekenhuis van Antwerpen. De koorts sloeg over op de hartspier. In de nacht van zaterdag op zondag vocht Wellens voor zijn leven, want ook zijn lever en nieren vielen uit. Gelukkig keerde de situatie en zou Bart het redden.
Wat was nu de oorzaak van die zware koortsaanval? Eerst was er sprake van een griepaanval. Later bleek het om een virale of bacteriële infectie te gaan die een bloedvergiftiging teweegbracht. Volledig uitsluitsel moet nog komen. Wellens bleef tot dinsdag op de afdeling intensieve zorgen, waarna hij mocht verhuizen naar een gewone kamer. Vrijdagavond mocht hij zichtbaar vermoeid het ziekenhuis verlaten. Juist op tijd om zaterdag de derde verjaardag van dochter Lily te vieren. Bij het verlaten van het ziekenhuis sprak Wellens kort de pers toe. Hij bedankte het personeel van Geel en Antwerpen. Wellens zegt zelf nooit beseft te hebben hoe kritiek de situatie was. Hij deelde ook mee dat hij het erg vond dat er geruchten over doping de kop op staken. Op de persconferentie morgen zal daar over uitgewijd worden.
Toen het nieuws over Wellens bekend werd gemaakt stelden velen zich de vraag hoe een gezonde jongeman dit kan overkomen. Volgens verscheidene specialisten, waaronder viroloog Marc Van Ranst, kan een koortsaanval bij eender wie op het hart slaan. Jammer genoeg staken speculaties de kop op over mogelijk gebruik van ongeoorloofde middelen. Peter T'Seyen, de dokter van Wellens, zegt dat Bart geen doping heeft genomen. Hij werd bijgetreden door Hans Cooman, dopingarts van de Vlaamse Gemeenschap, die stelde dat het niet nodig was om verdachtmakingen rond te strooien. Wellens wordt net zoveel gecontroleerd als andere renners en zijn biologisch paspoort doet geen vragen rijzen. Een mooi statement omtrent de dopinggeruchten kwam van Lentel: "Als er 's nachts gevreesd wordt voor je leven, zou het wel heel dom zijn om niet de volledige waarheid te vertellen aan de dokters. Ik ben getrouwd met een speelvogel, niet met een oen."
Hoe moet het nu verder met de carrière van Wellens vragen velen zich af. Vele medici die in de media werden geconsulteerd, lieten verstaan dat een terugkeer geen probleem zou mogen zijn. Het belangrijkste is echter dat Wellens er volledig bovenopkomt. Hoe de rest van zijn toekomst verloopt, zien we dan wel. Gelukkig is hij nog bij ons. Langs deze weg wil ik in ieder geval veel beterschap wensen aan Bart Wellens.
De Ronde van Lombardije voorbije zondag luidde het einde in van het wegseizoen. Philippe Gilbert kon zijn slag daar niet meer slaan. De Belgisch kampioen sluit het jaar echter wel af als nummer één in de World Tour. Het is zeker dat hij veel trofeeën in de wacht zal slepen, dat was dit weekend al het geval met de Flandrien. Voor de Belgen was het in het algemeen een sterk seizoen, we wonnen bijna alle voorjaarsklassiekers en in het najaar kaapte Greg Van Avermaet nog Parijs-Tours weg. We speelden dit jaar ook mee in het gebergte. Er is echter een groot verdriet dat dit wielerjaar voor ons Belgen overschaduwt: het overlijden van Wouter Weylandt.
Hoewel het een wervelend wegseizoen is geworden waarbij de Belgen heel vaak de hoofdvogel afschoten, maakten we een aarzelende start in het openingsweekend. De Nederlander Sebastian Langeveld (Rabobank) was de beste in een druilerige Omloop Het Nieuwsblad. Daags nadien sprintte de Australiër Christopher Sutton (Sky) naar de zege in Kuurne-Brussel-Kuurne. Bij aanvang van dit wielerjaar was er veel te doen omtrent het afschaffen van de oortjes - de communicatieapparatuur - in de wedstrijden die niet behoren tot de World Tour. Het zou meer spektakel opleveren zeiden de voorstanders, het zou gevaarlijke situaties opleveren zeiden de tegenstanders. Het overgrote deel van de renners was tegen dergelijk verbod en ze zouden de Ronde van Peking boycotten op het einde van het jaar. Deze koers is een stokpaardje van de UCI. Die loste het euvel echter op door de wedstrijd in handen van ASO te geven. Jawel, de organisator van de Tour. Geen enkele ploeg die het nu nog in het hoofd zou halen om deze wedstrijd als inzet te gebruiken. Het debat is echter nog niet ten einde. In plaats van het oortjesverbod volgend jaar te veralgemenen, zal de huidige situatie voorlopig gehandhaafd blijven.
Belgen aan het feest in voorjaarsklassiekers
De eerste klassieker is uiteraard Milaan-Sanremo ofwel La Primavera. Daar boekte de Australiër Matthew Goss (HTC) de mooiste overwinning uit zijn carrière. Later op het jaar zou hij die bijna overtreffen in Kopenhagen. Na de exploten in Italië en Frankrijk, met onder meer de rittenwedstrijden Tirreno-Adriatico en Parijs-Nice, verschoof het centrum van de wielerwereld zich naar de Vlaamse wegen. In de aanloop naar de Ronde van Vlaanderen toonde Fabian Cancellara (Leopard) zijn supervorm in de E3 Harelbeke. Zou hij zijn kunstje van vorig jaar kunnen overdoen? Toen won hij de E3, de Ronde en Parijs-Roubaix. Tom Boonen (QuickStep) schreef dan weer Gent-Wevelgem op zijn naam. De derde april was het zover: de Ronde van Vlaanderen, een hoogdag voor alle wielerliefhebbers. Toen was niemand er zich van bewust dat de Muur van Geraardsbergen er volgend jaar niet meer bij zal zijn. Meerbeke fungeerde voorlopig voor het laatst als aankomstplaats. Geraardsbergen was dit jaar nog het toneel van de totale omwenteling in de koers. Fabian Cancellara reed samen met Sylvain Chavanel (QuickStep) op kop. Bij het binnenrijden van de stad van de mattentaarten hadden de twee vijftig seconden voorsprong, dat was op de Grote Markt al met tien seconden geminderd. Op de Vesten was het verval spectaculair en bij de aanvang van de Muur hadden Cancellara en Chavanel nog een handvol seconden over. Gilbert demarreerde daar, maar raakte niet weg. Op de Bosberg, volgend jaar evenmin op het parcours, slaagde hij daar wel in. Met nog twaalf kilometer tot de finish was zijn verschil echter te klein oordeelde hij en liet zich inlopen. In de slotkilometers plaatste Cancellara een demarrage. Chavanel en Nick Nuyens (Saxo Bank) pikten aan. Nuyens bleek de sterkste in de sprint. Tien dagen eerder was hij overigens ook al de beste in Dwars door Vlaanderen. Volgend jaar wordt de Ronde van Vlaanderen dus volledig omgetoverd. De aankomst ligt vanaf 2012 in Oudenaarde. De Muur en de Bosberg verdwijnen en in de plaats daarvan worden zowel de Oude Kwaremont als de Paterberg drie maal beklommen. Of dit nieuwe parcours een waardige opvolger is zal nog moeten blijken. De wijziging laat alvast niemand onberoerd. Is het een positieve evolutie voor renners, alle volgers en kijkers of toch enkel voor de VIP's zoals nu vaak geopperd wordt?
Met Nick Nuyens kende Ronde een outsider als winnaar. Iemand die door sommigen al was afgeschreven en vaak kritiek te verwerken krijgt omwille van zijn manier van koersen. Hij zou teveel volgen en te weinig aanvallend zijn. Een week na de Ronde was er ook in Parijs-Roubaix een onverwachte winnaar, namelijk Johan Vansummeren (Garmin-Cervélo). Op de kasseien van Arenberg trok Vansummeren mee in een vlucht die zich bij de kop van de koers aansloot. Summie plaatste een demarrage op Carrefour de l'Arbre en trok van daaruit solo naar de vélodrome van Roubaix. Daar kende de Limburger zijn moment van glorie. Een meesterknecht als Vansummeren, verdient het bekroond te worden. Het is een man die het waard is de kassei boven zijn hoofd te steken. Alsof zijn overwinning in de Helleklassieker nog niet voldoende emoties teweeg bracht, vroeg hij zijn vriendin Jasmine nog ten huwelijk naast het podium.
Het Waalse goudhaantje
Vooraleer koers te zetten richting Wallonië was er een niet zo belangrijke omweg langs Nederlands Limburg voor de Amstel Gold Race. Op de Cauberg was niemand opgewassen tegen Philippe Gilbert. Dat belooft voor het WK dat daar volgend jaar gereden wordt. Het hoofddoel van Gilbert dit jaar was het winnen van Luik-Bastenaken-Luik. Dat hij in opperste conditie verkeerde om zijn droom waar te maken bewees hij in de Amstel. En ja, ook de Brabantse Pijl had Phil al op zijn naam geschreven, waar hij won van Björn Leukemans. Vooraleer op zondag Luik te rijden, staat op woensdag traditioneel de Waalse Pijl op het programma. Van het drieluik Amstel-Waalse Pijl-Luik was dit volgens Gilbert de moeilijkst haalbare kaart. De Muur van Huy was niet echt zijn ding zei hij. Maar dit jaar rekende hij af met zijn zwarte beest. Het leek nu zo goed als zeker dat Gilbert op 'zijn' wegen zou winnen. Met zijn superconditie zou hij in La Doyenne inderdaad iedereen aftroeven. De gebroeders Schleck (Leopard) beenden Gilbert bij tot de laatste meters, maar ze waren kansloos. Gilbert slaagde er in zijn grote droom waar te maken.
In de aanloop naar de Tour, waar Gilbert absoluut de openingsrit wilde winnen, werd hij eerst nog Belgisch kampioen. Hoewel op voorhand werd gezegd dat het parcours wellicht niet selectief genoeg zou zijn. De driekleur stond het Waalse goudhaantje goed. De nieuwe haarkleur die hij zich erbij liet aanmeten was minder geslaagd. In augustus zou hij ook nog de titel van Belgisch kampioen in het tijdrijden op zijn palmares bijschrijven. Gilbert bereikte zijn doel in de Tour. Hij won inderdaad de openingsetappe met aankomst op de Mont des Alouettes en reed zich zo voor even in het geel. Phil streed lange tijd mee voor het groen, maar dat was te hoog gegrepen.
Verdriet om Wouter
De vreugde in het voorjaar voor ons Belgen staat in schril contrast met de klappen die de wielerwereld te verwerken kreeg in de maanden mei-juni. Op 9 mei liet Wouter Weylandt het leven in de derde etappe van de Giro. Hij viel in de afdaling van de Passo del Bocco en overleed ter plaatse. Weylandt werd amper 26 jaar. Bij het begin van dit jaar leek alles WW Special nog voor de wind te gaan. De flamboyante Gentenaar maakte de overstap van QuickStep naar het nieuwe Leopard. Maar vooral, hij zou voor het eerst vader worden. Op 1 september beviel zijn vriendin An-Sophie van hun dochtertje Alizée, Wouter heeft de naam nog mee gekozen. De dag na zijn overlijden werd de etappe in de Giro geneutraliseerd. Elke ploeg reed tien kilometer aan kop. Als laatste was zijn ploeg Leopard aan de beurt. Samen met Tyler Farrar, zijn boezemvriend, overschreden ze de meet waarbij de tranen over hun wangen rolden. Leopard en Farrar verlieten na deze etappe de Giro. De hele tocht door Italië was de herdenking aan Wouter Weylandt alomtegenwoordig. Het parcours was bezaaid met spandoeken met daarop zijn naam en rugnummer 108. Het contrast met een jaar eerder kon niet groter zijn. Toen was er nog grote vreugde op 10 mei, want Weylandt won de sprint in het Nederlandse Middelburg.
Het noodlot bleef toeslaan. Exact een week na het overlijden van Weylandt bereikte ons het nieuws van de tragische dood van Xavier Tondo (Movistar). Op stage in de Sierra Nevada, waar de Spanjaard zich voorbereidde op de Tour, kwam hij vast te zitten tussen zijn wagen en een garagepoort. Ook hij was op slag dood. De onfortuinlijke Tondo werd 32 jaar. In de Ronde van Zwitserland, in juni, werd Movistar alweer getroffen. Juan Mauricio Soler liep bij een val een schedelbreuk en een bloeduitstorting in de hersenen op. Soler werd drie weken in coma gehouden. In juli mocht de Colombiaan overgeplaatst worden van een Zwitsers ziekenhuis naar Pamplona. Momenteel gaat het al veel beter met hem. Hij kan zich zelf scheren en zijn tanden poetsen. Het duurde heel lang voor hij weer kon spreken, maar ook dat lukt nu. Op eigen kracht stappen gaat nog niet door duizeligheid, maar met hulp kan dat wel al een halfuur.
Belgen in de bergen
In Parijs-Nice, voorbereidingswedstrijd op Milaan-Sanremo, maakte het grote publiek voor het eerst kennis met Thomas De Gendt (Vacansoleil). Hij won er een rit en droeg enkele dagen de leiderstrui. Hij zou opnieuw demonstreren in de Ronde van Zwitserland. De Gendt won er een bergrit. Niemand minder dan Andy Schleck (Leopard), een Tourfavoriet, beet zijn tanden stuk in de achtervolging. Dat de Belgen weer meedoen in het hooggebergte zou in de Tour pas echt duidelijk worden.
De Tour, één van de hoogtepunten van het jaar. Jurgen Van den Broeck (Omega Pharma-Lotto) boekte in de Dauphiné Libéré zijn allereerste profzege. En of hij klaar was voor een goede Tour. Vorig jaar werd hij vijfde, zou hij beter kunnen doen? Cadel Evans (BMC) leek ook klaar, hij werd tweede in het eindklassement van de Dauphiné, na Bradley Wiggins (Sky). Over Andy Schleck rezen enkele twijfels in de aanloop naar La Grande Boucle. Alberto Contador (Saxo Bank), drievoudig Tourwinnaar, stond ook aan de start. Bij zijn staat van paraatheid werden vraagtekens geplaatst aangezien hij in mei nog de loodzware Giro had gewonnen. Bij de ploegvoorstelling werd El Pistolero uitgefloten. Het Franse publiek was het er blijkbaar niet mee eens dat de Spanjaard aan de start stond terwijl zijn clenbuterolzaak nog niet was afgehandeld. In de Tour van 2010 werd Contador betrapt op een teveel aan clenbuterol in het lichaam (herinner u de cero cero cero ...).
De eerste week van de Tour werd geteisterd door tal van valpartijen waarbij heel wat klassementsrijders betrokken raakten waaronder Robert Gesink (Rabobank) en Bradley Wiggins. Van den Broeck maakte in die eerste dagen een vlotte indruk en was steeds recht kunnen blijven. Maar op zondag ineens het beeld van een pijn lijdende Van den Broeck die op het asfalt zit. Game over. Medisch bulletin: breuk van het schouderblad, een klaplong en gebroken ribben. Ook Alexander Vinokourov (Astana) hoorde die dag bij de slachtoffers. De Kazach brak een dijbeen. De miserie was nog niet gedaan die dag. Een wagen van de Franse televisie reed Juan Antonio Flecha (Sky) en Johnny Hoogerland (Vacansoleil) aan. De Zeeuw belandde in de prikkeldraad en moest maar liefst 33 hechtingen krijgen. Flecha hield er vooral een pijnlijke nek aan over. Enkele dagen eerder was Nicki Sorensen (Saxo Bank) al aangereden door een motor. De organisatie zal tegen volgende editie best eens goed nadenken over het beperken van het aantal volgers in de koers.
Wij Belgen leken met Jurgen Van den Broeck gebeiteld te zitten voor een rol in de strijd om de top vijf en wie weet zelfs het podium. Hij viel dus weg na één week. Dat maakte het mogelijk dat zijn ploegmaat Jelle Vanendert de rol van meester-helper kon overstijgen en voluit zijn eigen kans gaan. En wat een succes was dat! In de twaalfde etappe met aankomst boven op Luz Ardiden werd hij nog tweede na Olympisch kampioen Samuel Sanchez (Euskaltel). Twee ritten later echter was het wel prijs voor onze landgenoot. Hij won met glans de etappe naar Plateau de Beille. Dit keer moest Sanchez het onderspit delven. Vanendert zou eveneens de bolletjestrui in zijn bezit krijgen. Hij kon die behouden tot de laatste vrijdag, waar hij de trui verloor op weg naar Alpe d'Huez. In het eindklassement werd Vanendert 20ste. Kevin De Weert (QuickStep) stond in Parijs op een 13de plaats. In 2010 werd hij 18de, hij realiseerde dus zijn doel: beter doen dan vorige editie. Ook Thomas De Gendt maakte indruk. In de eerste twee weken kwam hij niet in het stuk voor, door de naweeën van een val. Op Alpe d'Huez kwam hij boven water en werd knap zesde. In de afsluitende tijdrit op zaterdag legde hij beslag op plaats vier. De Tour zal volgend jaar niet op zijn programma staan, want hij trouwt op de eerste dag. Hij kan uiteraard wel zijn kansen gaan in Giro of Vuelta. We kijken uit naar de verdere ontbolstering van deze 25-jarige landgenoot.
Voor de eindzege deden de Belgen niet meer mee na de opgave van Van den Broeck. De strijd om de Tourzege brak pas echt los in de slotweek. Andy Schleck boekte er een indrukwekkende ritzege met z'n raid in de etappe met aankomst op de Galibier. Daar maakte hij heel wat tijd goed op zijn concurrenten. Dat was nodig aangezien hij in een overgangsetappe meer dan een minuut verloren was op Alberto Contador en Cadel Evans. De jongste Schleck kreeg die dag heel wat hulp van ploegmaat Maxime Monfort. Cadel Evans knapte in de achtervolging het meeste werk op. Schleck kon iets meer dan twee minuten uitlopen op hem die dag. Contador zakte door het ijs en zou dit jaar niet zijn vierde Tour winnen. Opeens stond Andy het best geplaatst van de favorieten. Enkel Thomas Voeckler (Europcar) ging hem nog voor. In de rit naar Alpe d'Huez zou de Franse chouchou het geel dan toch kwijtraken. Andy Schleck startte in het geel aan de afsluitende tijdrit met 53" voorsprong op zijn broer en 57" op Cadel Evans. Evans is de betere tijdrijder en over 42 km moest hij die tijd kunnen goedmaken tegen de Luxemburgse broers. En dat deed hij ook. Evans kon als eerste Australiër de Tour op zijn naam schrijven. Andy werd tweede op 1'34" en Fränk derde op 2'30". Voor het eerst stonden twee broers op het podium van de Tour. Volgend jaar zullen er 96 km tijdritkilometers opgenomen zijn in de Tour, dat belooft dus niet veel goeds voor de Schlecks.
Najaar
De Vuelta startte al in augustus. Maxime Monfort eindigde in de top tien. Hij werd zesde. De eindzege ging naar Juan José Cobo van Geox. Zo reed dat nieuwe team zich in extremis nog in de kijker. Twee mannen van Sky stonden mee op het podium. Chris Froome, een nieuwe ontdekking, werd tweede op slechts 13" en Bradley Wiggins derde. De vraag is waar Froome was geëindigd als bij de ploeg vroeger zijn kaart was getrokken. Na de Vuelta volgden nog drie grote afspraken: het WK, Parijs-Tours en de Ronde van Lombardije.
Het WK was één grote demonstratie van Britse team spirit. De ploeg met onder meer Froome, Wiggins en David Millar loodste hun kopman Mark Cavendish naar de overwinning. In de slotkilometer werden ze wat overspoeld, maar Cav koos het juiste wiel, namelijk dat van de Australiër Matthew Goss en mag nu voor één jaar de regenboogtrui omgorden. In juli sleepte hij al die andere fel begeerde trui in de wacht: het groen in de Tour. Cavendish kon zijn wereldkampioenentrui misschien al showen in Parijs-Tours. Het werd echter geen massasprint. Robbie McEwen (RadioShack) zal dat ook wel jammer gevonden hebben aangezien hij in goede doen was. Zo won hij twee etappes en het eindklassement in de Ronde van Wallonie Picarde, de vroegere Franco Belge. De zege in Parijs-Tours was echter voor een Belg. Greg Van Avermaet (BMC) won het duel met Marco Marcato (Vacansoleil). Volgend jaar krijgt Van Avermaet opnieuw Gilbert bij hem in de ploeg. Met deze zege maakt Greg duidelijk dat ook hij zijn kansen moet krijgen. En dat Gilbert toch niet alles wint wat hij wil, bleek in Lombardije. Op de laatste klim moest eerst Van Avermaet lossen en daarna ook Phil. Oliver Zaugg (Leopard) werd de onverwachte winnaar.
Het wegseizoen zit er op. Nu is het tijd voor de sportprijzen. Dit weekend kreeg Philippe Gilbert al de Flandrien. Zeker is dat nog vele trofeeën zullen volgen. De Belgen streden dit jaar op alle fronten mee: de klassiekers en de grote ronden. De wielerwereld kreeg dit jaar ook enkele klappen te verwerken. Hopelijk openen die de weg naar maatregelen die meer veiligheid garanderen voor de renners. Zo moet worden nagedacht over het beperken van de volgers in wielerwedstrijden. Dat is nodig voor het veilige verloop van deze sport.
Stipt om tien uur begonnen meer dan tweehonderd renners aan het WK. Dat vond dit jaar plaats in het Deense Kopenhagen. Na 28 km, waarvan 6 km geneutraliseerd, zouden de renners aankomen op het circuit in Rudersdal, dat buiten het stadcentrum is gelegen. Er moesten in totaal zeventien ronden van 14 km worden gereden. Na de WK's van de voorbije dagen was duidelijke geworden dat een massasprint moeilijk zou te ontlopen zijn. De kopman bij de Belgen was Philippe Gilbert, de beste renner van het seizoen. Dat is uiteraard geen garantie op succes, zeker niet op een parcours dat eigenlijk niet het zijne is.
Gilbert werd bijgestaan door Olivier Kaisen, Björn Leukemans, Klaas Lodewyck, Nick Nuyens, Jürgen Roelandts, Greg Van Avermaet en Johan Van Summeren. Kevin De Weert moest, in een WK zonder oortjes, de functie van wegkapitein op zich nemen. Onze landgenoten maakten het best de koers hard, aangezien we niet over een sprinter beschikten. Daarna moest Italië een bondgenoot worden, want Daniele Bennati zou tekort komen tegen een rassprinter als de Brit Mark Cavendish. Over hem waren na zijn teleurstellende Vuelta, waarin hij vroegtijdig opgaf, twijfels gerezen over zijn staat van paraatheid. In de Ronde van Groot-Brittannië vorige week won Cav wel twee ritten. Van bij het begin van de race zou blijken dat zijn team alle vertrouwen had in The Manx Express.
Vlak na het officiële startsignaal trok de Oekraïener Oleg Chuzda ten aanval. Hij kon een kloofje slaan, maar dat was niet definitief. Het waren de Kroaat Tomislav Danculovic en de Brazilinaan Otavio Bulgarelli die als eersten de aankomststreep passeerden. Het tweetal beschikte echter over een geringe voorsprong van tien seconden. Achter het duo viel het niet stil, onder meer Johan Van Summeren maakte enkele bokkensprongen, en na dertig minuten wedstrijd was er eigenlijk nog niets gebeurd. Alhoewel, het gemiddelde van die eerste dertig minuten bedroeg meer dan vijftig kilometer per uur! Hoewel de Belgen hoopten op een harde koers kon in de eerste ronde een groep van zeven renners ontstaan die lange tijd op kop zouden rijden. Daarbij geen landgenoten. Wel present waren de Fransman Anthony Roux, de Spanjaard Pablo Lastras en de Kazak Maxim Iglinskiy. Naast deze bekende namen maakten ook deze vier minder beroemde renners deel uit van de vlucht: de Est Tanel Kangert, de Kroaat Robert Kiserlovski, de Luxemburger Christian Poos en Oleg Chuzhda, die de debatten had geopend in de eerste kilometer.
Nog even de namen vermelden van vier renners die verwikkeld raakten in een chasse patate. De Braziliaan Bulgarelli en de Colombiaan Ivan Mauricio Casas Buitrago geraakten het dichtst, tot op ongeveer drie minuten. Mohamed Said El Ammoury, een Marokkaan, en Hossein Akari, uit Iran, waren twee andere exoten die het probeerden. De zeven leiders hadden tot maximaal acht minuten voorsprong op het peloton. Daar namen Duitsland, voor André Greipel, en Groot-Brittannië het heft in handen. Vooral Bert Grabsch verrichte berewerk. Vanaf de zesde ronde begon het grote pak te knagen aan de voorgift van de zeven koplopers. Een opflakkering van de wedstrijd volgde vlak voor het ingaan van de tiende ronde. Johan Van Summeren stak het vuur aan de lont. Olivier Kaisen sprong mee met de winnaar van Parijs-Roubaix. Voor Frankrijk ging Yoann Offredo mee, Luca Paolini deed hetzelfde voor Italië en Simon Clarke verdedigde de kleuren van Australië. Zij gingen op zoek naar de zes leiders - Poos was immers net gelost - die nog meer dan vijf minuten vooruit reden. In het peloton zetten de Verenigde Staten een man mee op kop. Zij trokken voluit de kaart van Tyler Farrar.
Een ronde later waren Summie en Kaisen, samen met hun drie medevluchters, genaderd tot op drie en een halve minuut. De andere renners volgden driekwart minuut later. In de groep met de Belgen zat wel één sleper, namelijk Offredo. Hij wilde de vlucht van zijn landgenoot Roux beschermen. In de twaalfde ronde was er een belangrijk kantelmoment. In het peloton gingen enkele renners tegen de vlakte. Spijtig voor ons zat daar ook een Belg bij: Greg Van Avermaet. Het duurde lang vooraleer hij op een nieuwe fiets kon stappen om zijn tocht verder te zetten. Zijn wedstrijd zat er op. Hetzelfde gold voor de regerende wereldkampioen Thor Hushovd. De Noor kwam samen met Van Avermaet terecht in een achtervolgend peloton dat nooit meer de aansluiting zou maken met het eerste. Ook voor Duitsland waren de gevolgen groot. Hun kopman Greipel was ongedeerd, maar zijn gedoodverfde loods Tony Martin zou achterop blijven.
In deze twaalfde ronde smolt de kopgroep samen met de achtervolgers. De achterstand van het peloton was ondertussen reeds geslonken tot minder dan een minuut. Daar bevonden de Britten zich nog steeds op de eerste rij. Vooral Steve Cummings en Christopher Froome, nummer twee in de Vuelta, reden al een hele tijd de ziel uit hun lijf. De hele dag waren de Britten, ook Cavendish zelf voorin te vinden. Cav kon rekenen op een superploeg met hardrijders David Millar en Bradley Wiggins en de jonge Gerraint Thomas. Aan het werk van zijn ploeg zou het zeker niet liggen. Nu en dan sprongen enkele renners even weg uit het peloton. Ook de Belgen trachtten mee te gaan. Nuyens, Leukemans en Lodewyck toonden zich even. Alle pogingen werden echter snel teniet gedaan. In de vijftiende ronde sprong Roux vooraan weg. De Deen Lars Bak deed hetzelfde vanuit het peloton. Hij raapte bij het ingaan van de laatste ronde Van Summeren op die vooraan de rol had moeten lossen! Thuisrijder Bak volgde op een halve minuut van Roux. De grote groep had een achterstand van vijftig seconden. Nog even meegeven dat Marcel Kittel, ritwinnaar in de Vuelta, gelost was uit het eerste peloton. Voor de jonge Duitser was de afstand wellicht te lang.
Edvald Boasson Hagen had zijn zinnen ook op dit WK gezet. Nu Hushovd was weggevallen, moesten de twee Noren niet meer uitmaken wie de kopman zou zijn. In de voorlaatste ronde zetten hun enige twee landgenoten in koers, Kurt-Asle Arvesen en Gabriel Rasch, zich mee aan kop van het peloton. Op 20 km van de finish werd Roux gegrepen. Hij werd afgelost door zijn landgenoot Thomas Voeckler. En door onze Klaas Lodewyck en de Deen Nicki Sorensen. Meer dan twintig seconden zou dit drietal echter niet bijeen kunnen sprokkelen. De Nederlander Johnny Hoogerland overbrugde de kloof tussen het peloton en het koptrio. Hij zette even alleen door, maar tevergeefs. Vervolgens deed Voeckler een ultieme poging om uit de greep te blijven. Ook hij faalde.
Zes kilometer voor het einde was het duidelijk: het zou een sprint worden. Tenzij Fabian Cancellara of Philippe Gilbert op de stijgende aankomststrook een demarrage zouden plaatsen. Neen, zij zouden meestrijden in het grote pak. In de laatste kilometers ontstond er chaos. Van overal kwamen landen om hun mannetje naar voor te brengen. Spanje wilde Oscar Freire naar een vierde wereldtitel leiden. Australië bracht Matthew Goss naar voor en ook Duitsland en Groot-Brittannië wilden hun plaats verdedigen. En dan was er nog Italië voor Bennati. Cavendish plantte zich in het wiel van Goss. De Australiërs trokken de sprint aan. Hun kopman Goss hinderde Jürgen Roelandts waardoor hij een mogelijke derde plaats verkeek. Die ging nipt naar de Duitser André Greipel. Het verschil tussen hem en de vierde man, Cancellara was zelfs op de fotofinish nauwelijks te zien. De regenboogtrui die gaat meer dan verdiend naar Mark Cavendish. De snelste man op aarde maakte zijn droom waar, na een voorbereiding van drie jaar. Een WK met kansen op een massasprint komt immers niet zoveel voor. Deze kans moest hij grijpen. Zijn hele team heeft daarbij geholpen. Goss moest vrede nemen met de tweede plaats.
Het verloop van dit WK was saai, maar de ontknoping was adembenemend. De chaos in de aanloop naar de spurt, renners die van allerlei kanten komen om hun geluk te beproeven. Slechts één man mocht op het podium de zo gegeerde trui van wereldkampioen omgorden. Als 26-jarige maakt Cavendish zijn tweede droom waar, nadat hij in de Tour het groen mee naar huis mocht nemen. Op het podium kon hij zijn tranen bedwingen, zijn geliefde Peta Todd echter niet. De zege is vandaag gegaan naar een fantastisch renner die nu al een indrukwekkend palmares heeft. Als hij zijn hoofd er bijhoudt gaat hij een uitzonderlijke carrière tegemoet. Vandaag mocht hij het op één na snelste WK ooit op zijn naam schrijven. Meteen na de aankomst stelde hij al een volgende doel: de Olympische Spelen in Londen volgend jaar. Het zou hem gegund zijn.
In de Deense hoofdstad Kopenhagen mochten de mannen elite vandaag hun WK-tijdrit afhaspelen. Twee vlakke ronden van 23,2 km moesten worden afgelegd. Om niet in elkaars vaarwater terecht te komen, startten de 65 renners in vier blokken. Vijfenzestig min één zou het uiteindelijk worden, want de Algerijn Azzedine Lagab zou niet aan de finish verschijnen. Azzedine wie zegt u? In een WK staan nu eenmaal een aantal exoten aan de start zoals ook de Eritreeërs Semere Mengis en Ferekalsi Debesay. Alle favorieten voor de overwinning waren in blok vier gegroepeerd. Daarbij titelverdediger Fabian Cancellara en zijn grootste uitdager Tony Martin. De Zwitser versus de Duitser, dat was het verwachte duel. Voor België streden Thomas De Gendt en Dominique Cornu tegen de klok.
Over het WK van de Belgen kunnen we kort zijn. Hun prestatie was ronduit teleurstellend. Thomas De Gendt, die vooraf hoopte op een plaats bij de top tien, zou pas vijftigste worden op bijna zes en een halve minuut van de winnaar. Te weinig kracht zei De Gendt na afloop. Zijn vierde plaats in de tijdrit op de voorlaatste dag in de Tour liet nochtans beter verhopen. Hij eindigde toen op 1'29" van Tony Martin. Wellicht begint ook het lange seizoen door te wegen voor de ritwinnaar uit Parijs-Nice. De tweede man uit de Belgische selectie, Dominique Cornu, deed het beter dan De Gendt. Een 29ste plaats kan echter niet denderend genoemd worden. Op een parcours dat iets lastiger had mogen zijn volgens de wereldkampioen bij de beloften van 2006, finishte Cornu op net iets meer dan vijf minuten van de winnaar. Dan mogen de Nederlanders veel meer tevreden zijn. Lieuwe Westra werd immers knap achtste. Waren het voor ons Belgen dan wel de best mogelijke renners die werden geselecteerd? Maxime Monfort reed een minder goed BK vanwege een tube die was afgesprongen. Zijn uitstekende Vuelta, waar hij zesde werd in het eindklassement, zou hem ook niet per definitie hebben belet een mooi resultaat neer te zetten. Dat bewezen Jakob Fuglsang en Bradley Wiggins, respectievelijk elfde en derde in de Ronde van Spanje, die in het WK beiden top tien reden.
De eerste bekende naam die enige tijd aan de leiding stond was de Nieuw-Zeelander Jesse Sergent. De winnaar van de Driedaagse van West-Vlaanderen deed beter dan de onbekende Griek Ioannis Tamouridis. De 23-jarige Sergent is nog iets te groen achter de oren om al een grootse prestatie van hem te verwachten op dit WK. Hij zou pas 18de worden. De eerste die onder de tijd van de Kiwi ging was de Kazak Aleksandr Dyachenko die in het tweede blok van start ging. De Kazak was meer dan een minuut sneller. De eerste twee hot seats zouden voor lange tijd worden ingenomen door Dyachenko en de Spanjaard Jonathan Castroviejo. Tijdens dit WK was er even opschudding toen vlak voor de Fransman Laszlo Bodrogi, die vroeger als Hongaar door het leven ging, een man door enkele agenten in bedwang werd gehouden. Het is nog niet duidelijk wat de reden was. Vervolgens was er even paniek toen uit het grijze wolkendek enkele druppels begonnen te vallen. Gelukkig kon iedereen toch onder zo goed als droge omstandigheden rijden. En onder een grote publieke belangstelling, dat toch ook even meegeven.
In het laatste blok zat de jonge Australiër Jack Bobridge, de wereldkampioen tijdrijden bij de beloften uit 2009. Hij knalde uit de startblokken en zette overal de beste tussentijd neer. Hij deed Dyachenko van de eerste plaats verdwijnen en reed als eerste onder de 56 minuten. Hij zou vijfde eindigen op 2'13. Dat is 16" sneller dan zijn landgenoot Richie Porte. Voor de medailles zou het gaan tussen de Duitsers Tony Martin en Bert Grabsch, de Zwitser Fabian Cancellara en de Brit Bradley Wiggins. Cancellara was de regerende kampioen, die ook al had gewonnen in 2006, 2007, 2009 en 2010. In 2008 had Bert Grabsch gewonnen in afwezigheid van Spartacus die datzelfde jaar wel de tijdrit won op de Olympische Spelen in Peking. Net als Bobridge vertrok ook Martin als een speer. Hij startte als voorlaatste, voor Cancellara, en had het geluk mikpunten te hebben onder de vorm van David Millar en Mikhail Ignatiev. Twijfel er echter niet aan dat hij anders ook uitstekend zou gepresteerd hebben! Cancellara had bij het eerste tussenpunt, na 10,8 km, een achterstand van 10" op Martin. Geen nood er waren nog dertig kilometer te rijden, dus alles was nog mogelijk voor de Zwitserse krachtpatser. Aan punt twee, ongeveer vijf kilometer verder, was de achterstand van Cancellara ongeveer status quo.
Even kijken naar de balans bij de eerste doortocht aan de finish. Martin dook 47" onder de tijd van Bobridge. Cancellara verloor toen al 19", de Duitser liep dus verder uit. Grabsch volgde op 20" van Cancellara, Wiggins op nog een drie seconden. Dat Cancellara zichzelf niet zou opvolgen en dat Martin op weg was naar een eerste wereldtitel werd langzaamaan duidelijker. Na 34 km had Martin al meer dan veertig seconden voor op Cancellara. Met overwicht pakte Tony Martin de wereldtitel. Hij legde het 46,4 km lange parcours af in 53'43". Dat betekent een gemiddelde van 51,8 km per uur. De Duitser is in elk geval een grote aanwinst voor het nieuwe team Omega Pharma-QuickStep. Bert Grabsch had lange tijd de hoop gekoesterd het brons mee naar huis te nemen, maar Bradley Wiggins was uiteindelijk 16" sneller aan de eindmeet. Verwacht werd dat Cancellara zilver zou wegkapen. Maar in de slotfase schatte hij een bocht verkeerd in en reed zich in de nadar. Hij kon recht blijven, maar verloor wel de tweede plaats met vijf seconden.
De knoop is doorgehakt. Vanaf 2012 komt de Ronde van Vlaanderen voor ten minste zes edities aan in Oudenaarde. Daarmee komt een einde aan een traditie van 38 jaar waarbij Vlaanderens Mooiste arriveerde op de Hallebaan in Meerbeke. Deze deelgemeente van Ninove was vragende partij om aankomstplaats te blijven, ook Ronse en Oudenaarde hadden hun kandidatuur ingediend. Oudenaarde kreeg dus de voorkeur. Naast de verplaatsing van eindmeet komt er nog eens bij dat zowel de Bosberg als de Muur van Geraardsbergen verdwijnen uit het parcours van de Ronde. De Oude Kwaremont en de Paterberg, elk drie maal te beklimmen, moeten de nieuwe scherprechters worden. Een ware revolutie waar heel wat gemengde reacties op komen.
Sinds 1973 fungeerde Meerbeke, deelgemeente van het Oost-Vlaamse Ninove, als aankomstplaats. Na 38 jaar komt daar een einde aan. Een harde klap voor de inwoners en ook vele volgers vinden het jammer. Aan de andere kant is er uiteraard vreugde in Oudenaarde. Al jaren lobbyen ze voor de aankomst van Vlaanderens grootste klassieker. De stad huist al het Centrum Ronde van Vlaanderen en vindt dit de ultieme bekroning. De burgemeester Marnic De Meulemeester toonde al trots de nieuwe aankomststrook van Vlaanderens Mooiste. De streep zal getrokken worden op ongeveer 400 meter van de Grote Markt. Ietwat euforisch vergeleek de trotse burgervader de arrivé al met de Champs-Elysées.
Niet alleen de aankomst verandert, ook het parcours wijzigt drastisch. De Muur van Geraardsbergen en de Bosberg verdwijnen. Twee sleutelpunten uit de Ronde. Wie herinnert zich niet hoe Fabian Cancellara vorig jaar wegreed van Tom Boonen op de flanken van De Muur? Of hoe Edwig 'Bosberg' Van Hooydonck de basis voor zijn zeges in '89 en '91 telkens legde op de slothelling. De nieuwe glansrol is weggelegd voor de Oude Kwaremont en de Paterberg die beide drie maal beklommen moeten worden. De laatste doortocht op de Paterberg ligt op 12 km van de finish. De nieuwe Ronde omvat drie lussen. Dat ontlokte de burgemeester van Geraardsbergen, Freddy De Chou, trouwens de uitspraak dat het om een veredeld criterium gaat. Wedstrijdorganisator Wim Van Herreweghe verdedigt deze keuze door te stellen dat het de toeschouwers ten goede komt doordat zij de renners nu drie keer kunnen zien passeren en niet meer van hot naar her moeten rennen om de koers meerdere malen te zien passeren. Keerzijde van de medaille is natuurlijk dat anderen de kans niet krijgen om de Ronde voor hun deur te zien passeren. Elk verhaal heeft immers twee kanten.
En dat blijkt ook uit de reacties van de wielerwereld. Nick Nuyens, de laureaat van dit jaar, vindt dat we het parcours een kans moeten geven. Stijn Devolder, winnaar in 2008 en 2009, is het helemaal niet eens met de vernieuwing. "Ik mag nog tien keer winnen in Oudenaarde, het zal nooit hetzelfde gevoel zijn als finishen in Meerbeke." Devolder geeft wel mee dat de drie beklimmingen van de Kwaremont en de Paterberg in zijn voordeel kunnen spelen. Fabian Cancellara vindt het jammer dat de Muur verdwijnt. Hij vergelijkt het met het wegnemen van de Poggio uit Milaan-Sanremo, het bos van Wallers uit Parijs-Roubaix of de Saint-Nicolas uit Luik-Bastenaken-Luik. Hoewel er nu veel ophef is rond de wijziging zijn zowel Eddy Merckx als Rik Van Walleghem, directeur van het Centrum Ronde van Vlaanderen, overtuigd dat binnen enkele jaren iedereen aan het nieuwe parcours gewend zal zijn.
Een oproep op de website van Sporza om deel te nemen aan de quiz op Radio 1. Waarom niet? Wie niet waagt, niet wint! Na de inschrijving begin je wel eens te mijmeren over hoe het zou kunnen zijn als je het VIP-pakket naar de Champs-Elysées zou winnen, maar ja het zou al moeten lukken. En dan na vier dagen is het zover. De telefoon gaat over. Of je wil deelnemen aan de quiz die namiddag. Natuurlijk! Je wint, met een tikkeltje geluk, en je mag naar Parijs. Een prijs geschonken door de Nationale Loterij. De volgende weken droom je over hoe het zou kunnen zijn. Je stoutste dromen worden echter overtroffen.
Afspraak aan de Heizel om halfzeven. Na een rit van vier uur aankomst in Parijs. Door de kwakkelzomer die we tot nu toe al gehad hebben, zat de regenvest in de zak. Gelukkig zou die daarin mogen blijven. Naarmate we de Lichtstad naderden kwamen er meer en meer gaten in het wolkendek. Eerst even uitstappen aan Trocadéro voor een kiekje van de Eiffeltoren. Nadien een wandelingetje rond en onder hét Parijse symbool vooraleer op een boot te stappen voor een tocht op de Seine. En wat voor een boot, een echte luxeboot. Met het Louvre, de Notre Dame en het Musée d'Orsay als decors konden we genieten van een uitgebreid middagmaal. Met livemuziek in de achtergrond. Klassiekers als Paris s'éveille en Aux Champs-Elysées passeerden de revue. Bij het horen van dat laatste nummer steeg de spanning. Rond drie uur reden we met de bus richting de beroemde Parijse avenue.
We namen plaats op de tribune Grand Palais, 150 meter voor de meet. Recht tegenover ons stond een scherm waarop we de BMC-ploeg op kop zagen rijden met uiteraard Cadel Evans in de gegeerde gele trui. Op het ogenblik dat we toekwamen was het nog 70 km tot de streep. Binnen 20 km zou het Tourpeloton voor een eerste keer de finish overschrijden! De zenuwen gierden door de keel. Na drie weken de Tour intens volgen, zouden de renners nu voor onze neus passeren. In een golfbeweging bereikte het geschreeuw en handgeklap onze tribune. Uiteraard werden ook de fototoestellen bovengehaald. En daar waren de renners. Een onbeschrijflijk gevoel als de Tourhelden eindelijk voor de tribune verschijnen. Acht ronden lang is het genieten! Telkens is het twee keer kopjes kijken, zoals Michel Wuyts dat zo mooi kan zeggen. De snelheid die de renners ontwikkelen is indrukwekkend, doordat ze op een lint reden viel het echter beter mee dan verwacht om ze te herkennen. Klassementsruien? Check! De gele van Cadel Evans, de groene van Mark Cavendish, de bollen van Samuel Sanchez en de witte trui van Pierre Rolland. Andere opvallende verschijningen waren de wereldkampioen Thor Hushovd en de nationale kampioenen Fabian Cancellara, Sylvain Chavanel en onze Philippe Gilbert.
Zoals verwacht volgde een massasprint. De mooiste spurt van het jaar zou zich voor onze ogen afspelen. Hoewel Lotto de gulle schenker was van deze prijs, supporterde ondergetekende toch volop voor Mark Cavendish en niet voor André Greipel. En jawel, op 150 meter voor de streep was het al duidelijk dat The Manx Express zijn twintigste etappe zou winnen. En voor het eerst zou de Brit het groen mee naar huis mogen nemen. Na de aankomst maakten verschillende renners rechtsomkeer en konden we ze van dichtbij bewonderen. Zij konden genieten van een oorverdovend applaus. Eén van hen was de oude krijger Jens Voigt. Op het scherm volgden we de podiumceremonie. We waren getuige van het slot van een unieke editie met een dubbele primeur. Voor het eerst stonden twee broers op het podium en Cadel Evans is de eerste Australiër die de Tour op zijn naam schrijft. Het volkslied van Down Under werd live gebracht. Er volgde een indrukwekkende stilte over de hele Champs-Elysées die enkel doorbroken werd door enthousiaste Aussies die nu en dan een stukje meekeelden.
Ten slotte was er het defilé van de renners. Voor dat begon nog eens het Luxemburgse broederpaar zien passeren. Toen vertrok Movistar als eerste voor een ereronde. Aangezien de renners die heel traag afleggen, konden we maar zes ploegen - waaronder Omega Pharma-Lotto en QuickStep - aan onze kant zien. Tegen zeven uur moesten we immers bij de bus staan. Jammer, maar de vreugde om de buitengewone dag overheerste. Bij het uitrijden van Parijs nog enkele ploegbussen gespot. En Mark Cavendish! Een betere afsluiter kon niet.
Mark Cavendish pakt twintigste Tourrit en het groen
Cadel Evans (BMC) fietste zich tijdens de afsluitende tijdrit in het geel. Het enige dat de Australiër en de rest van het peloton nog te wachten stond was een paradetocht richting Parijs waar nog acht rondes op de beroemde Champs-Elysées zouden worden gereden. Voor de start waren er enkele serene momenten. In Créteil werd een monument onthuld ter ere van Laurent Fignon. De tweevoudige Tourwinnaar overleed in augustus vorig jaar aan de gevolgen van kanker. Het peloton hield dan weer een minuut stilte te nagedachtenis van de slachtoffers van de tragedie in Noorwegen. De enige Noren in de Tour, Edvald Boasson Hagen (Sky) en Thor Hushovd (Garmin-Cervélo), stonden op de eerste rij.
In de aanloop naar Parijs konden de fotografen zoals gewoonlijk overvloedig kiekjes maken. Uiteraard van Cadel Evans en de nummers twee en drie: Andy en Fränk Schleck (Leopard). Ook de andere truidragers traden op de voorgrond. Samuel Sanchez (Euskaltel) reed rond in de bollen, Pierre Rolland (Europcar) in de witte trui en Mark Cavendish (HTC-Higroad) in het groen. De Brit was de enige die nog niet met zekerheid zijn trui mee naar huis zou mogen nemen. José Joaquin Rojas (Movistar) volgde op 15 punten. Philippe Gilbert (Omega Pharma-Lotto) stond derde in het puntenklassement met 50 punten achterstand. In theorie kon hij nog winnen, want er konden maximaal 65 punten gewonnen worden in deze laatste rit. 20 aan de tussensprint in de tweede ronde op de Champs-Elysées en 45 aan de aankomst.
Zonder ongelukken bereikte het peloton Parijs. Al scheelde het niet veel wat Evans betreft. Toen hij aan de volgwagen met een glaasje champagne poseerde kon hij nauwelijks het evenwicht bewaren. Enkele kilometers verder zou hij zijn nieuwe gele fiets omruilen voor zijn origineel model. BMC draaide als eerste de Champs-Elysées op. De renners, en het publiek, waren klaar voor acht ronden keihard knallen. Gianni Meersman (FDJ) zat klaar om mee te gaan in een ontsnapping, maar de Belg raakte niet weg. Zes renners slaagden daar wel in: Lars Bak (HTC-Higroad), Kristjan Koren (Liquigas), Sergio Paulinho (RadioShack), Christophe Riblon (AG2R), Jérémy Roy (FDJ) en Ben Swift (Sky). De Fransman Roy ging tijdens deze Tour al ontelbare keren in de aanval, hij krijgt meer dan verdiend de prijs van de superstrijdlust.
De zes passeerden aan de tussensprint. Koren was de snelste voor Roy en Paulinho. Uit het peloton werd Cavendish perfect gepiloteerd door zijn teamgenoten. Hij raapte negen punten. Rojas en Gilbert respectievelijk zeven en zes. HTC loodste Cavendish perfect richting tussensprint, maar dankzij Bak moest de ploeg geen kopwerk doen in het peloton. Gilbert nam die taak wel op zich in dienst van André Greipel. Andere ploegen die de vluchters in het vizier hielden waren Garmin-Cervélo voor Tyler Farrar, Lampre voor Alessandro Petacchi en QuickStep voor Gerald Ciolek. De zes vluchters kregen maar iets meer dan 40" voorsprong. Bij het ingaan van de slotronde hadden ze nog 15" over. Swift besliste om alles op alles te zetten en sprong vooraan weg. Bak ging achter de Brit aan en liet hem meteen achter zich. Toen gebeurde er iets opmerkelijk, het was HTC dat achter de eigen renner reed.
Bak werd door zijn eigen ploegmakkers gegrepen. In de voorlaatste kilometer verscheen Belgisch kampioen Gilbert nog een laatste keer op kop. Daarna was het tijd voor de Cavendish-show. Zijn treintje stond op de rails. Mark Renshaw zette zijn kopman perfect af. The Manx Express reed naar zijn twintigste Tourzege. Voor het derde jaar op rij wint hij op de Champs-Elysées. Het is wel de eerste keer dat Cav het groen mee naar huis mag nemen. Boasson Hagen sprintte naar de tweede plaats in de slotrit, voor Greipel. Farrar en, verrassend genoeg, Fabian Cancellara (Leopard) vervolledigen de top vijf. Voorbij de finish vierden ook de renners van BMC feest. Zij vielen hun kopman om de nek. Evans had Parijs bereikt zonder kleerscheuren.
Twee welverdiende winnaars op het podium. Mark Cavendish mocht de bloemen voor de dagzege in ontvangst nemen, en even later de groene trui. Die knuffelde hij overigens uitgebreid. Evans kon met de Arc de Triompe in de achtergrond de laatste gele trui in deze Tour om de schouders hangen. Als de Australiër opzij keek zag hij langs beide kanten een Luxemburger. Twee broers dan nog wel. Dit was een unieke editie, want nog nooit stonden twee broers op het Tourpodium. Een andere primeur was de eerste Tourwinst voor een Australiër. Met trots hing Evans de vlag van zijn geboorteland om zich. Tijdens de ceremonie werd het volkslied live gebracht. Een indrukwekkend moment en vooral een mooie afsluiter van een adembenemende Tour.
Het monument ter ere van Laurent Fignon in Créteil
Cavendish zegeviert op de Champs-Elysées
Evans is de eerste Australische Tourwinnaar
Het podium: v.l.n.r.: Andy Schleck (2de), Cadel Evans (1ste) en Fränk Schleck (3de)
De truien: v.l.n.r.: Pierre Rolland, Samuel Sanchez, Mark Cavendish en Cadel Evans