18 Oktober 2009 : Negenentwingste zondag door het jaar: Marcus 10,35-45. Vers 37 : 'Zij zeiden Hem: Geef dat in uw Rijk een van ons aan uw rechter- en de ander aan uw linkerhand moge zitten.' Domme vraag , niet ? Die plaatsen zijn al vanzelfsprekend ingenomen. Het is de Vader die in het midden zit en de Zoon en Geest aan beide zijden. Bovendien gaat het in dat Rijk niet over macht en aanzien maar over die onuitputtelijke goeddadigheid van de Vader . Grootheid wordt in dat Rijk nooit uitgedrukt in macht maar door ten dienste te staan van anderen. Op een samenkomst op de plaats van de dienaar gaan zitten. : Zegt me dat iets ? Hugo Dierick, Rosier.
25 Oktober 2009 : Dertigste zondag door het jaar. Marcus 10, 46-52. 47:' Heb medelijden met mij ' 51 : 'Wat wilt gij dat ik voor u doe?' 52 :' Uw geloof heeft u genezen. Terstond kon hij zien en sloot zich bij Hem aan op zijn tocht.' Hier zijn een paar retouches te maken die dit gebeuren authentieker maken: - Jezus, Zoon van David, heb medelijden met mij. Waarom niet: ' Wees mij genadig' wat wil zeggen: Schenk mij iets waar ik geen recht op heb maar dat puur geschenk is van uw goedheid. - Wat wilt gij dat ik voor u doe? In feite: Zeg Mij wat gij graag hebt. - Ga , uw geloof heeft u genezen. Terstond kon hij zien en sloot zich bij Hem aan op zijn tocht. Sterker nog : Uw gehecht zijn aan Mij heeft u genezen. Onmiddellijk volgde hij Hem als leerling. Waarvoor dienen onze zintuigen : gaan, zien ? Gaan om te gaan ? Zien om te zien ? Of om iemand te kunnen volgen en samen iets te beleven ? Hugo Dierick Rosier.
Achtentwintigste zondag door hert jaar : 11-10-2009 Marcus 10,17-30 Vers 23: 'Toen liet Jezus zijn blik gaan over zijn leerlingen en zei tot hen: Hoe moeilijk is het voor degenen die geld hebben het Koninkrijk Gods binnen te gaan ?.' Ongeveer 1 miljard mensen hebben vandaag onvoldoende eten en drinkbaar water. Zij hebben geen geld en het is voor hen moeilijk om in leven te blijven. De anderen ( zes miljard ?) hebben geld en daardoor een ander probleem: hoe dit geld niet kwijt geraken. Zij zijn daar veel mee bezig. Zo hebben zij het moeilijk om iets te ervaren van het Koninkrijk Gods: een samenleving waar Gods onuitputtelijke goedheid voelbaar is. De zin van deze week is wellicht deze : Toen keek Jezus de jongen - die veel goederen bezat - liefdevol aan. Wat doen wij met die liefdevolle blik ? Hugo Dierick - Rosier
Zevenentwintigste zondag door het jaar Evangelie van Marcus 10,2-16 vers 15: Voorwaar, Ik zeg u: ' Wie het koninkrijk Gods niet aanneemt als een kind, zal er zeker niet binnengaan.' Ik heb altijd gedacht dat Jezus het kind als het model voor het Rijk Gods voorstelde, tot ik ontdekte dat kind in Jezus'taal letterlijk betekent een geborene ( boreling) dus gelijk wie geboren is zelfs het kleinste kind (borelinkske). Mekaar omarmen, zegenen en de handen opleggen : dat is volgens Jezus het Rijk Gods beleven. Bij kinderen doen we dat spontaan maar de nood om omarmd te worden, gezegend te worden (= iets goeds te mogen horen over onszelf) en een hand te voelen over onze schouder .... dat eindigt toch niet als we 'volwassen' worden ? Hoe .. waar .... en wanneer ... wil ik deze week dat Rijk Gods echt beleven ?
Zesentwintigste zondag door her jaar Evangelie van Marcus 9, 38-48 Vers 45 : ' Geeft uw voet u aanstoot, hak hem af; het is beter voor u kreupel het leven binnen te gaan dan in het bezit van twee voeten in de hel te worden geworpen.'
Aanstoot geven komt viermaal voor in deze evangelietekst. Wat moeten wij ons daarbij voorstellen? Het gaat hier over het verkeerdelijk aanwenden van lichaamsdelen als hand, voet, oog.. nml. om anderen nadeel te berokkenen. Dan is het beter zonder voet, hand, oog in het volle leven van Gods'Rijk binnen te gaan. Deze shokerende uitspraak van Jezus zegt alles over dat bijzondere leven van het Rijk Gods. Wij hebben geen flauw benul hoe onvoorstelbaar bijzonder dat leven in Gods Rijk wel kan zijn: Een leven waar God zijn invloed uitoefent volgens zijn onuitputtelijke goeddadigheid. In dit leven is Gods'invloed niet zo duidelijk, eerder is zijn afwezigheid duidelijker.
Wordt dat de vraag voor deze week ? Als mijn voet, hand, oog .... zinnens zijn te doen waarvoor ze ontworpen zijn ... besef ik dan hoe intenser ik dan zelf leef en daarbij Gods'invloed en goedheid duidelijker maak ? Hugo Dierick
Vijfentwintigste zondag door het jaar. Mc.9, 30-37 Vers 30-31a : ' Zij gingen daar weg en trokken Galilea door maar Hij wilde niet dat iemand het te weten kwam want Hij was bezig zijn leerlingen te onderrichten...'
Jezus besteedde veel zorg en tijd aan de vorming van zijn leerlingen ( eerst zijn drie meest vertrouwde leerlingen Petrus, Jacobus en Johannes dan de 12 en tenslotte de 72 ). Hoe sterker de band met zijn leerlingen des te persoonlijker de vorming. Hij wilde daarom niet dat iemand daar op uit kwam. 'Onderrrichten' geeft zeker niet genoeg de intensiteit van Jezus' vorming weer die altijd meer uit be-leving dan uit be-lering bestond. Hij was bezig zijn leerlingen intens te vormen : hen heel persoonlijk te betrekken bij al wat Hij beleefde zodat zij wisten waarvoor Hij leefde. Dat was heel ongewoon voor het onderricht in die tijd van toen. Hebben wij daar ook geen zin in ? Hugo Dierick