DRIEËNDERTIGSTE ZONDAG DOOOR HET JAAR Mc 13,24-32 Vers: 30 a ' DE HEER ONZE GOD IS DE ENIGE HEER' 31 b ' ER IS GEEN ANDER GEBOD DAN DEZE TWEE' Voor Jezus is helderheid troef en éénvoud de opgave. In plaats van 100 verschillende geboden , in plaats van 10 geboden, in plaats van twee geboden is er in feite maar EEN gebod: beminnen zoals Hij dat altijd maar gedaan heeft. Einde van elke discussie met de geleerden zowel de geleerden van de wet als de geleerden van de schrift. Kunnen wij daar niet mee voort ? Hugo Dierick, Rosier 26 2000 ANTWERPEN
TWEEËNDERTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR MC12,38-44 Vers 44c:' Zij gaf alles waar zij van leven moest' Dat is precies wat Jezus gedaan heeft: zichzelf gegeven. De arme weduwe was in de volle betekenis een volgeling van Jezus. Waarvan moet ik leven? Weet ik dat op hoeveel nauwkeurig na? En wat zou mij dat kosten om dat weg te schenken? Daar moet iets tegenover staan: Jezus volgen. Besef ik daarvan de meerwaarde of lach ik daar eens mee?
EENENDERTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR Mc12,28b-34 Vers 34b :' Gij staat niet ver af van het Koninkrijk Gods' Jezus vond dat de wetgeleerde een correct antwoord gegeven had en zegt dat hij wijs gesproken had. Daarom zegt Hij tot deze wetgeleerde dat hij niet ver af stond van het Rijk Gods. Waarom zegt Jezus dat er nog een afstand te gaan is naar dat Rijk Gods? Is dat niet de weg tussen het goede antwoord weten en het goede antwoord in practijk omzetten.Met het goede antwoord staan we al in de richting van dat Koninkrijk Gods maar beslissend zal worden: de echte stappen zetten. The reality is the therapy. Hugo Dierick, Rosier 26 2000 A
DERTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR Mc10,46-52 Vers 52: 'Ga, zei Jezus, uw vertrouwen is uw redding.' Wat maakt nu dat hij terug kan zien? Dat hij als blinde toch kon vernemen (horen) dat Jezus in zijn buurt kwam. Zonder Jezus ooit gezien te hebben , spreekt de blinde Hem aan:' Wees mij genadig : Laat mij U zien. De blinde ging uitsluitend voort op het vertrouwen dat hij in Jezus had. Zo verklaart Jezus zijn genezing. Hugo Dierick; Rosier 26 2000 A.
NEGENENTWINTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR Mc 10,35-45 Vers 43b:' Wie onder u groot wil worden, moet dienaar van u zijn. Het gaat hier niet over een onderdanige en nog minder over een slaaf, zoals soms vertaald wordt, maar om iemand die gewoon dienst bewijst: iemand die helpt, die werk ziet en graag bereid is om een dienst te bewijzen, nog wel ongevraagd. Die is groot, volgens Jezus. Hugo Dierick , Rosier 26, 2000 A
ACHTENTWINTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR Mc 10,17-30 Vers 21b: ' Eén ding ontbreekt u nog' Dat éne ding waar Jezus het altiijd over heeft is Hem volgen. Het echte contact met Hem . De vraag van die man met veel bezittingen was: Wat moet ik doen ? Hij deed al alles wat hij moest doen. Wat kon hij nog meer doen ? In contact komen met Jezus en Hem volgen. Zijn echte vraag was niet : Doe ik nog niet genoeg maar hoe kan ik meer betekenen voor anderen? Is dat niet de vraag van ons leven? Hugo Dierick,Rosier 26 2000 A.
ZEVENENTWINGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR Mc 10, 2-16 Vers 14b: ' Laat de kinderen toch bij mij komen en houdt ze niet tegen.' Jezus zegde dat nog sterker in zijn taal dan wat de vertaling ons laat lezen: 'Laat de kinderen toch bij me komen en maak zeniet onrustig. Kinderen tegen houden om bij Jezus te komen heeft iets onevangelisch. Van Jezus weten wij toch dat Hij kinderen graag als voorbeeld stelt om in het Rijk Gods te komen. Kinderen kunnen best eens moeilijk doen. Meestal zijn ze dan bang, uit hun doening gehaald of onvoorbereid op wat komt. Wie ze tegenhoudt om af te gaan op doelen die ze aanvoelen als goed, verstoort hun natuurlijke drang om iets goeds te beleven en zo kunnen ze onrustig worden, moeilijk. Hoe reageren wij op kinderen die plots onrustig worden? Hugo Dierick, Rosier 26 ?2000 A.
ZESENTWINTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR Mc 9,38-43 45. 47-48 Vers 42a : ' Maar als iemand één van deze kleinen die geloven aanstoot geeft, het zou beter zijn..' Geloven in Jezus'taal staat voor : zich aan iemand hechten, vertrouwen op iemand, zich toevertrouwen aan een ander. Het eerste en belangrijkste dat een boreling verwerft is precies dat geloven in de betekenis die Jezus gaf aan geloven: zich kunnen hechten aan anderen ( de ouders in de eerste plaats), zich toevertrouwen aan een ander. Zonde met hoofdletter als die vertrouwensband die een kleintje zo langzaamaan heeft opgebouwd verstoord wordt , verbroken wordt. Het kan zelfs leiden tot het onvermogen om nog ooit een echte band aan te durven met gelijk wie. Beseffen wij dat betekent ? Hugo Dierick, Rosier 26 2000 Antwerpen.
VIJFENTWINTIGSTE ZINDAG DOOR HET JAAR Mc 9,30-37 Vers 36a : ' Hij nam een kind en zette het hun in hun midden.' In Jezus taal is een kind letterlijk een 'geborene'(jelet) Jezus zette dus een 'geborene' in het midden. Dat maakt niet veel verschil uit tenzij dit: Een geborene verwijst naar geboorte waardoor het kind beschreven wordt in de passieve zin: geboren. Wie geboren is, heeft alles gekregen, is dus puur geschenk, heeft niets van zichzelf. Dat accent van gratis, van genade wil Jezus hier in het midden zetten en wat doet ons dat ? Hugo Dierick, Rosier 26 2000 A.
VIERENTWINTIGSTE ZONDAG DOOR HET JAAR Mc 8,27-35 Vers 34: 'Wie mijn volgeling wil zijn, moet Mij volgen door zichzelf te verloochenen en zijn kruis op te nemen.' Volgen = 'gaan' 'achter ' Iemand op een recht stuk weg volgen geeft nog geen sluitend bewijs dat je die persoon echt volgt. Alleen op het kruispunt van de weg zal het pas duidelijk worden of wie 'achter iemand gaat' zijn voorganger wel volgt. Een volgeling neemt op het kruisen van de weg met een andere (het kruispunt) precies de richting van wie hij volgt. In Jezus'taal ( de enige openbarings'taal) wordt het beeld van de weg en het volgeling zijn gerespecteerd. Kun je nog volgen ? Hugo Dierick, Rosier 26 2000 A