DIE DRONG EN DIE DIENDExml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
de vuilhoop brandde
we steken hem geregeld in brand
om het grootste vuil wat weg te krijgen
en de hoop te doen slinken
ik zat met die brandgevaargedachten
ik dacht:
als we nu weer eens brandoefening hielden?
zo gezegd zo gedaan
wonder wat je dan gebeuren ziet:
sommigen lopen her en der
anderen blijven steenkalm
en stellen rustige handelingen
op een mum van tijd
had iedereen iets in zijn hand
dat water bevatten kon
het vreemde was wel
het vormen van de ketting:
iedereen stond ofwel bij het water
ofwel bij het vuur
middenin stond niemand
iedereen wil wel op een efficiënte plaats staan
de plaatsen van de niet zo duidelijk efficiëntie
die van de dienstbaarheid
blijven leeg
het was een spel
en het werd ook gespeeld
en toch werd de brand pas geblust
maar dan ook op één twee drie
van het ogenblik dat iedereen
in de efficiëntie van de groep begon te geloven
in het begin was er niets anders
dan dringen
ieder met zijn eigen potje
rond de pomp die maar niet rap genoeg water gaf
pas wanneer werd ingezien
dat rustig je beurt afwachten
tot de ene die pompte
één na één de potjes en emmers gevuld kreeg
ogenschijnlijk trager
maar in feite vlugger ging
kreeg iedereen vertrouwen in de ketting
dus in elkaar
dus in iedereen
dus ook in degenen
die niets zag
noch het water
noch het vuur
maar die enkel maar doorgaf
die enkel maar diende
Luc Versteylen
Deze parabel van Luc Versteylen heeft mij aan het denken gezet. Over de efficiëntie van de groep die alleen mogelijk wordt door degenen die dienen. Degenen die enkel maar doorgeven. Eigenlijk zijn degenen die dienen bemiddelaars, go-betweens! Zonder hen kan de ketting niet gevormd worden. Helaas staan velen liever bij het vuur of bij de pomp!
|