"Vandaag, een dagje mensen kijken in Amsterdam (Gent, Geraardsbergen, Aalst, Antwerpen,...). Wat kom je een boel treurige hoofdjes tegen. In twee uur ben ik niet één glimlach tegengekomen. Bedrukte gezichten alom. Toen ik terugliep naar de parkeerplaats, wierp ik nog een laatste blik in een etalage, en in de ietwat vage weerspeiegling van de ruit zag ik een oudere man, met wéér diezelfde sombere gelaatsuitdrukking. Ik keek, en toen ik nóg eens keek, zag ik dat ik het was. Ik spoedde mij naar mijn auto, en zetten mij achter het stuur, draaide het achteruitkijkspiegeltje mijn kant op en zette het hoofd op: 'glimlach'. Zo heb ik het maar een poosje gelaten.
We dragen ons gezicht veel te veel voor onszelf. Als je met zo'n gezicht de straat oploopt, zou je je er eigenlijk een beetje rekenschap van moeten geven, dat andere mensen er tegenaan moeten kijken. Ieder gezicht is een deel van het 'stadsgezicht".
Toon Hermans
|