6. Weer kijk ik naar de boom
ik neem méér waar dan de uiterlijke vorm
ik zie dat in hem iets beweegt van een orde die hem en mij overstijgt
een orde die door de vorm heen breekt
en waardoor hij bij ál het levende is
De boom boeit mij, niet door wat ik zie, maar door het onzichtbare geheim dat erin leeft
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
7. Aan een boom kan men van alles zien: zijn botanische eigenschappen, zijn economische betekenis, zijn schoonheid, enz. Maar wanneer dat alles gezegd is, blijft er nog iets: dat hij de indruk maakt méér te betekenen dan wat hij zintuigelijk waarneembaar is
dat hij degene die hem beschouwt, in een geheel eigensoortige beweging, door het direct waarneembare en over zichzelf heen, meeneemt naar een andere boom, naar een ander zinvol verband
De boom is vergankelijk, maar verwijst naar iets onvergankelijks
hij is onvolkomen, stukwerk, maar is met alles wat hij is, betrokken op iets dat héél is en volkomen
hij schiet te kort om het verlangen naar zin te vervullen, maar ademt iets dat ten diepste en voorgoed bevredigt
hij is onbeschut, maar laat iets van eeuwigheid en geborgenheid doorschemeren da zelf geborgenheid kan geven
Dat eeuwige is niet gewoon hijzelf
Wel bestaat hij van daaruit en daarnaartoe
(R.Guardini)
8. Ik adem zoals een boom
de boom ademt zoals ik
Tussen de boom en mij bestaat een diepe verwantschap
Zoals ik bén, zo is ook de boom: al wat hij doet is boom zijn
Hij presteert niets
Hij leeft
Hij wil niets
Hij gehoorzaamt aan een innerlijke wet
Zoals hij is en leeft, zo neem ik de boom in mij op
ik adem hem in
ik voel mezelf als die boom
Ik word die boom
(In mijn voorstelling richt ik mij nu op, in geval ik was gaan zitten.)
9. Ik word mij bewust van mijn lichaamsbouw, die is als die van een boom
mijn wervelkolom is in mijn bekken verankerd zoals een boom verworteld is in de grond
De onderste wervels zijn aaneengegroeid tot het heiligbeen
dat geeft vastheid aan mijn basis
Los van die basis groei ik scheef
Als ik mijn bewegingen en mijn innerlijke houding laat voortkomen uit een gezonde basis, dan gedijt de boom die ik ben
Ik trek de wortels door tot in mijn voeten
ik sla ze in de grond, ze breiden zich daar uit
10. De tegenpool van mijn wortels zijn mijn takken
Het bovengedeelte van de boom die ik ben, mijn schouders, armen en hals, is beweeglijk
geeft de mogelijkheid tot contact met de buitenwereld
Ik geef de takken in mij de kans om zich te ontplooien
naar alle kanten
naar voren en naar achteren
naar rechts en links
en naar boven
Ik geef mijn wezen de tijd om zich te ontplooien
de open lucht in
Bladeren ontluiken
ze ademen de lucht in die mij omringt
ze leven ervan
Ze nemen het licht op dat van boven komt
Dat alles laat ik gebeuren
Ik beleef dit als een weldaad
11. Zo sta ik sterk
diep geworteld in de grond van het grote geheim dat mij draagt
dat mij voedt
mijn kruin ontplooiend in hem die de lucht is waarin ik adem
het licht dat mij verkwikt
Mijn wezen bloeit en draagt vrucht
tot mijn vreugde den die van mensen om mij heen
tot vreugde ook van de Onzichtbare uit wie alles voortkomt
naar wie alles toe gaat
die mij mijzelf laat worden
|