Parabeltjes van een plattelandsdiaken
Hij nodigt ons uit om van het heden te genieten
of om de maaltijd te zegenen!
Bij het lezen van het evangelie valt het op dat Jezus aan vele maaltijden heeft deelgenomen. Bij Zacheüs, Martha en Lazarus, bij Simon de Farizeeër, bij de schoonmoeder van Simon Petrus, enz. Na de verrijzenis zien wij hem weer aan tafel schuiven: in de herberg van Emmaüs, smullend van de gegrilde vis aan het meer van Tiberias,
Het is een teken: Jezus wilde ons ontmoeten in Eucharistie. Maar niet alleen daarom. Het is een knipoogje van God. Jezus wilde ons uitnodigen om van onze maaltijden een plaats van broederlijke en zusterlijke ontmoeting te maken. Wij zijn daar samen in een geest die mijlen ver verwijderd is van die in een fast-food en van deze triestige definitie van het gezin: Een verzameling van personen die dezelfde ijskast gebruiken. Waarbij wordt verondersteld dat moeder die ijskast vult zodanig dat ieder zich naar zijn goesting kan bedienen, wanneer men wil, van hetgeen men wil.
Christenen laten de maaltijd vooraf gaan door een zegen. Sommigen zingen in het Nederlands een of ander lied of een canon op de tonen van Broeder Jakob. Anderen lezen een gebed uit een boek(je). Nog anderen lezen een pericope (tekstgedeelte) uit het evangelie of beelden een lied uit.
Het kortste gebed is zeker en vast het Latijnse gebed: Benedictus Benedicat: Dat de Gezegende ons zegene.
Het meest solidaire gebed dat ik ken is dat van de voddenrapers van Emmaüs van abbé Pierre: Heer geef brood aan degenen die honger hebben
en geef honger aan degenen die brood hebben. Uit Guadelupe komt het meest wijze gebed: Het brood van gisteren is oudbakken. Het brood van morgen is nog niet gebakken. Dank U Heer voor het brood van vandaag! Het nodigt ons uit om van het heden te genieten.
Op zekere dag werd een kind van zes jaar uitgenodigd in de katholieke familie van haar beste vriendin. Bij het begin van de maaltijd hoort zij de hele familie het gebed voor de maaltijd bidden: Zegen ons Heer. Zegen ook deze maaltijd, en al degenen die de bereiding er van hebben mogelijk gemaakt en bezorg brood aan al degenen die er geen hebben.
Bij het gaan zitten, zegt de zesjarige: Bij ons bidt men niet voor de maaltijd omdat mijn moeder goed kan koken.
Er wordt een verhaal uit de missie in Afrika verteld. Een missionaris trekt er alleen op uit naar de woonplaats van een afgelegen stam, aan de andere kant van savanne. Als enige bagage neemt hij wat eten mee, een drinkbus en een wandelstok. Plots staat hij oog in oog met een enorme grote leeuw. Die leeuw heeft duidelijk geeuwhonger! Wat nu gedaan, denkt de missionaris. Met mijn wandelstok kan ik mij niet verdedigen. Alleen mijn geloof kan mij redden. Hij valt op zijn knieën en bidt: Heer, heb medelijden met mij. Inspireer deze leeuw met christelijke gevoelens. Plots ziet hij de leeuw op zijn knieën zakken en een kruisteken maken. Dan hoort hij hem zeggen: Heer, zegen dit voedsel dat wij tot ons gaan nemen.
Diaken Maurice Temmerman
|