Ongelooflijk maar waar: het zou goed zijn mochten wij ooit in de krant ons eigen overlijdensbericht lezen!
Aan de instelling van de Nobelprijs, de belangrijkste prijs ter wereld voor prestaties op het gebied van kunsten en wetenschappen, gaat een verhaal vooraf Alfred Nobel, een Zweeds chemicus, verdiende een fortuin met de uitvinding van een uiterst krachtige springstof en het verlenen van vergunningen aan regeringen om de formule te gebruiken voor de vervaardiging van wapens. Op een dag stierf zijn broer, en één krant drukte per ongeluk een in memoriam voor Alfred Nobel af. Daarin werd hij beschreven als de uitvinder van het dynamiet en de man die een fortuin had verdiend door legers nog betere mogelijkheden tot massavernietiging te geven. Nobel verkeerde in de unieke omstandigheid dat hij tijdens zijn leven zijn eigen doodsbericht onder ogen kreeg en kon zien om welke dingen hij in de herinnering zou blijven. Hij was diep geschokt bij de gedachte, dat dit de balans van zijn leven zou zijn, dat de mensen zich hem zouden herinneren als een handelaar in dood en vernietiging. Hij besloot om van zijn fortuin prijzen in te stellen ter beloning van prestaties op diverse gebieden, die de mensheid tot zegen zouden zijn. En daarom is hij uiteindelijk bekend geworden, niet om zijn explosieven. Op het moment dat hij het meeste 'succes' had, was het werk van Nobel gericht tegen het leven en tegen de vriendschap. Toen besefte hij wat zijn nalatenschap zou zijn als het daarbij zou blijven, en daarom gaf hij aan zijn laatste levensjaren een andere richting."
Een bloemetje geplukt al in de wei van Harold S. Kushner, Niets meer te wensen en toch niet gelukkig. Op zoek naar dezin van het leven, Ten Have / Baarn, 1986, p. 42.
|