Eén op twee
Ik zag je bedelen op het muurtje, tussen mijn tuin en de duinen.
Ik stond langzaam recht om je niet te doen schrikken.
Je bekeek me zijwaarts met één spiedend oog zoals ook mijn kippen doen.
Een wolk wierp een schaduw over je schuine kopje.
Ineens begreep ik waarom die ene poot er zo verlamd bij hing.
Je hield je moeizaam recht in de harde wind, de afgebroken visdraad meesleurend achter je aan als de ketting van een veroordeelde.
Die visser heeft beslist een nieuwe lijn gekocht.
Maar jij gaat die poot altijd missen.
Troost je, daar beneden ligt een prooi die je niet hoeft te bejagen.
17/9/2009
|