varende senioren over bootjes, varen en nog andere dingen !
24-11-2006
Thuiskomst van ons vaarverlof
De foto werd genomen door Ludo, met mijn fiere scheepsmaatje op de voorplecht. We varen in de moervaart, richting onze vaste ligplaats aan de Spanjeveerbrug.
Ik had vele schippers horen vertellen hoe nauw het is om met een 1200 tonner door het Pont des Trous te komen, net voor de stad van Doornik. Nu ik er zelf ben doorgevaren met een bootje van 3,15m breed moet ik zeggen, dat het met een schip van 9,50m breed wel andere koek is.
't Is weer zo ver, ons bootje begint terug aan zijn winterslaap. Volgende week komt de mecanieker aan boord om alles in orde te brengen voor de overwintering. Ook wordt hij volgende week volledig afgetankt, kwestie van zo weinig mogelijk lucht in de fueltank te laten om het vocht te weren. Terug nieuwe filters en olie vervangen. Antivries in het water op de motor en de watertank en de boiler ledig.En dan, slaap bootje slaap tot in de lente wanneer het terug begint te kriebelen.
Daar waar ik in het verleden telkens een artikeltje over bootjes of varen in het algemeen pleegde, heb ik vandaag bewust gekozen voor "de andere kant". Een kant die menige senioor kent, maar blij is, wanneer die achter hem ligt. Ik werd kortgeleden opgenomen in het ziekenhuis van mijn woonplaats.Een ingreep, simpel langs de ene kant en niet zo simpel langs de andere kant. Simpel, vanwege het feit dat je bekend bent met de goedaardigheid er van, minder simpel omdat je nooit weet welke gevolgen het voor de rest van je leven impliceert. Na drie en een half jaar bezoeken bij de arts, en wetende dat een ingreep mij wachtte, kwam de melding van : "je zou beter binnenkomen" toch nog onverwacht. Maar goed, je bent 61 en volwassen genoeg om sommige dingen des levens recht in de ogen te kunnen kijken en de gevolgen er van te kunnen en willen dragen.En toch... ergens diep in jou wordt het ventje wakker dat zegt. Pas op, 't kan toch erg zijn. Een fanatiek ventje dat kan knagen en dan weegt op je, dat je soms wakker houd 's nachts, en er voor zorgt dat je niet te pruimen bent. Die u in gemoedsstemmingen brengt die moeilijk zijn voor je omgeving of nog erger, die je in een depressieve toestand zouden kunnen brengen. Zo 'n ventje, daar heb ik ook tegen gevochten. Maaaaaar.......mijn tomeloosheid inzake energie en optimisme brachten me in de kortste keren naar huis. Dokters en verpleegsters verbaasden zich over zoveel genezing. En alles zonder medicamenten. In stilte nam ik iedere dag mijn eigen geneesmiddel, het geloof in het leven en zijn goedheid, flink geholpen door mijn schitterende vriendin Petra. En nu, na 10 dagen thuis, bruist het weer, het geloof in het leven, de toekomst, de plannen en alles wat je maar wilt. En ja, ook over mijn bootje heb ik nagedacht. Kortom, het leven is nog altijd waard om geleefd te worden, en dat, dat is mijn allergrootste waarheid.
Voor alle booteigenaars begint nu een moeilijk moment - het bootje moet gestript worden - alles hetgeen niet tegen koude en/of vocht kan, moet er uit. De watertank moet ledig en de fueltank moet vol. Het water om niet te bevriezen, en de fuel omdat er geen condenswater zou ontstaan. De motor moet zijn winternazicht krijgen, de filters dienen vervangen te worden en diverse vochtvreters worden uitgezet. Alles wat niet aan vocht kan weerstaan, word thuis gestapeld op een droge plaats. De tijd van varen is voor mij voorbij dit jaar, temeer daar er dit jaar niet veel vrije tijd meer overschiet. Volgend jaar zijn we er weer, met meer varen dan we dit jaar deden, hoop ik. Maar ook andere nieuwsjes verschijnen op dit blogje. Tot de volgende.
1 november, het blijft voor mij geen "feest"dag, eerder een dag om te herdenken diegenen die er niet meer zijn. Naarmate de ouderdom stijgt, wordt men ook meer geconfronteerd met de dood. Wanneer ik naar het graf van mijn ouders wandel, ken ik ieder jaar meer en meer mensen die met hun foto op de graven staan.En veeg teken, als ge 't mij vraagt. Maar de natuurwetten zijn nu éénmaal onomkeerbaar. Tegelijkertijd daalt er ook een rust over mij neer, omdat de dood voor iedereen is en elkeen van ons te wachten staat. Voor het graf van mijn ouders, denk ik aan hen, de goede en minder goede momenten van beiden. Iedereen heeft altijd beweerd dat ik op mijn vader trok, en dat is voor mij nog altijd een eer. Hij probeerde voor iedereen goed en eerlijk te zijn, wat hem niet altijd in dank werd afgenomen. Ik herinner mij nog altijd hoe alle werkmensen, waarvoor hij de lonen uitrekende, hem graag zagen komen. Hij was iedereens vriend en sterk sociaal ingesteld. Hij had het altijd moeilijk met onrecht, ofwel was het goed ofwel slecht. Hij pleitte ook steeds bij de directie voor de zwakkere, en dat viel niet altijd in goede aarde. Maar hij bleef wie hij was, recht door zee, tot aan zijn dood. Zijn laatste week verbleef hij in de kliniek. Hij herkende mij niet meer, het was voor mij bijzonder pijnlijk. Tot opeens, de voorlaatste dag van zijn leven hij mij terug kende. Hij had weer die schittering in zijn ogen. Hij werd weer mijne pa ! Toen men de nacht daarop mij belde, met de melding dat hij overleden was, storte mijn wereld in. Op 8 november 1975 verloor ik mijne beste vriend. En nu, net 31 jaar later moet ik op dezelfde dag geopereerd worden. Niets gelijkaardigs, moet ik zeggen, maar ik heb reeds veel aan hem gedacht. In het graf liggen ze naast elkaar, zoals ze het gewild hebben. Mijn moeder, één en al rechtlijnigheid, streng voor haar en iedereen, naast mijn vader, de zachtaardige bon-vivant die van het leven hield en van iedereen die hem omringde. Vandaag sta ik weer voor zijn graf en voel de harde blikken van mijn moeder, en de zachte lach van mijn vader. Rust zacht, beiden !
Met 14 waren we op Alden Biesen. Vertrouwde gezichten, veertig jaar ouder weliswaar, maar ze straalden, ginds in het verre Bilzen. De landcommanderij Alden Biesen, eens hoofdzetel van een Duitse ridderorde en bestuurd door een commandeur, is nu volledig gerestaureerd en eigendom van de Vlaamse Gemeenschap. De meesten waren stipt, ééntje was het vergeten en verbleef in de Ardennen in zijn buitenhuisje. Jammer, Hugo, want het was weer een treffer van belang. En zoals ik al zei : "de afwezigheden hadden dik ongelijk". Een wandelingetje vooraf rond het domein, bleek een goed idee. Dat er druk verteld werd, was normaal. De meesten hadden elkaar gedurende twee jaar niet gezien. Vijf nieuwe gezichten waren er ook bij, voor hen bleek het een prettig terugzien. Omdat de weersomstandigheden zo goed bleken, werden de aperitiefhapjes buiten opgediend. Met een glaasje champagne er bij. De meesten hadden voordien ook al een biertje gedronken. Kwestie van goede gewoonten niet te vergeten. Vele foto's gingen van hand tot hand en deden herinneringen terugkomen. 't Deed deugd, en sommigen mijmerden ver weg. Het werd tijd om te eten. Honderduit werd er verteld over vroeger. De echtgenotes ondertussen discusieerden over alles en nog wat aan de andere tafel. De avond was weer veel te kort. Het werd ook tijd om een volgende afspraak te maken. Het werd Ieper en onze vriend André Depuydt organiseert het in 2008. Ik ben er zeker van dat velen er naar uitkijken. Deze jongen lag rond half twee in zijn mandje, dik tevreden over een schitterende dag Ieper, here we come.
Zaterdag zie ik niet alleen mijn oude legervrienden weer. Een telefoontje gisteren van mijn dochter, dat ze met mijn kleinzoon zaterdagmorgen op bezoek kwam. En dan is opa in feest. Ben weer eens benieuwd hoe de kerel zal veranderd zijn. Gegroeid, alleszins, maar ook in het 3° leerjaar reeds, ook wordt hij volgende maand op 5 november 8 jaar. Wat gaat de tijd ! Een foto van hem vind je op mijn blogje wel volgende week. Ook over de samenkomst in de "Alden Biesen" van de legervrienden meer volgende week. Tot dan !
In 2003 en 2004 begon ik met opzoekingen omtrent met ex-legervrienden. Via internet, via de politie, via de diverse pastoors overal en diverse stadsdiensten, vond ik practisch alleman waar ik destijds, in 1964, bij de verkenners van het 5° linie was geweest. Van het peleton (27 man) vond ik er 26 terug. 5 vrienden waren inmiddels overleden. 22 mensen schoten er nog over, daarvan 1 man die onvindbaar bleef.Hij verhuisde waarschijnlijk naar Wallonië. Het laatst kon ik hem traceren in de gemeente 's Heerenelderen, ergens in de buurt van Tongeren. De anderen vond ik allemaal, met als enig startpunt, hun adres bij de afzwaai. Ik zette een samenkomst op, en er verschenen zowaar 10 vrienden. Het werd een reuze succes, en we gingen 's avonds uit elkaar met de stellige belofte, om iedere twee jaar terug elkaar op te zoeken. Zaterdag 21 oktober 2006 wordt de tweede reunie. In de Alde Biesen in Tongeren. Het unieke aan deze samenkomst was dat alle aanwezigen hun vrouwen hadden meegebracht, en hoewel ze elkaar nog nooit hadden gezien, ze zich onder elkaar uitmuntend geamuseerd hebben. Wij, hadden natuurlijk tijd te kort. Er werden straffe verhalen verteld, waar of half waar, dat laat ik in het midden. Aangezien wij een bijzondere harde opleiding hadden, was de verbondenheid tussen ons bijzonder groot. En nu, veertig jaar later, bleek nog steeds die grote vriendschap. Dus ik kijk er naar uit om volgende zaterdag nog eens mijn makkers terug te zien. Toen ik ze, één voor één, uit de wagen zag komen wist ik direct wie ze waren, hun voornaam, waar ze destijds woonden, etc... Gezichten herkennen is altijd één van mijn sterkste punten geweest. Ik verheug me dan ook fors op zaterdag en hoop dat er weer meer opdagen dan het geval was over twee jaar. s.m. André Van Hecke - 5° linie - plt. verkenners - 64/21398 (Soest)
Deze week ontving ik een "bruine enveloppe met een brief uit Brussel". Ik moet zeggen dat dit mijn meest gehate post is, die nooit of te nimmer iets goeds voorspeld. Links boven stond "Dienst der Pensioenen". Iets meer op mijn gemak opende ik de brief. Het woord pensioen, heeft voor mij altijd een wanklank gehad. Het betekende het "bijna einde" van uw leven, met daaropvolgend piet met zijn zeis. Ik vond dit vroeger, in de kerk, ook al zo macaber. Een geraamte met een zeis, die de draden des levens doorknipt, en daarbij lachte. Voor zover een geraamte kan lachen, natuurlijk. Dit beeld is mij altijd bijgebleven, en dit tesamen met andere verschrikkingen en onwaarheden, heeft velen van mijn generatie-genoten definitief weggebannen uit de kerk. Er stond op hoeveel pensioen ik zou krijgen, aangenomen dat ik de volle 45 jaar had gewerkt. Vijfenveertig jaar, dacht ik, en moest toegeven, dat ik inderdaad al zo oud was. Ne mens, ge staat er nie bij stil ! Ik keek naar het schamele bedrag, dat mij te wachten stond. Moest ik, iedere maand, hetgeen mij afgehouden werd, sinds 1964 op een geblokkeerde rekening had staan, dan had ik nu bij pensioennering minimum 500,- meer. Bij nadere berekening ging ik er ca. 35% op achterruit. Net verleden week, was er nog een geleerd warhoofd van de bank bij ons, die kwam uitleggen, indien pensioenen zo omlaag gaan, het ook voor de volgende generaties er zeer slecht uitziet. Nalatenschappen, weet je wel ! Maar de staat deed waarschijnlijk andere en nuttiger dingen met mijn 500,- maandelijks. Petra heeft, wat dat betreft, een meer fatalistische kijk op deze zaken. Zij is jonger, en krijgt nog geen bruine enveloppen uit Brussel.
De eerste twee weken van november neem ik mijn laatste verlofdagen op. Meestal zijn dit rustige mooie herfstdagen, en mocht het lukken zouden we graag nog eens uitvaren met onze "El Verde". Liefst van al richting Nederland, en meer specifiek "de Biesbosch" en het Veerse Meer. Twee uitstekende bestemmingen voor een korte trip (1 week). Twee excellente natuurtrips met veel bomen, één en al kleurenpracht met prachtige herfstkleuren. Zeker de Biesbosch moet rondom deze tijd op z'n mooist zijn. Aangezien het kortere vaardagen zijn moet ook daar rekening mee gehouden worden. Maar we blijven realist. Mocht het weer toch niet dat zijn hetgeen we er van verwachten, is voor ons het vaarseizoen ten einde. In het algemeen was het een slecht jaar, met twee weer-extremen. In juli, werkelijk heet, en da's niks overdreven, in augustus kwam het bluswater en koelde alles af. In juni en september kwam het beste van het jaar, en wij gingen met deze laatste met verlof, met prachtige twee weken met zomertemperaturen en nagenoeg geen regen. Hoogst uitzonderlijk, voor zo laat op het jaar. Zou het weer dan samenhangen met gedrag ?
Toen mijn bootje nog onder nederlandse vlag voer ! Genomen in Akkrum, waar Ludo en ikzelf, samen met de vrouwtjes hem gingen afhalen, gepaard gaande met sneeuw, hagel, regen,wind. Opeens was ons bootje getest onder alle mogelijke weersomstandigheden. Wij trouwens ook !
Na het verlof waren er kleine pannes opgetreden, en dat hoeft natuurlijk zo snel mogelijk hersteld. De beide herstellingen, daar is er ééntje van, dat reeds hersteld is, en het andere is in herstelling. De speciale rubber darm in elleboogvorm werd nieuw aangekocht. Natuurlijk komt daarbij het nodige zoekwerk. Bij de jachtwerf in Akkrum werd dit stuk besteld en pas vrijdag ontving ik het via de post. Dan maar direct naar de bank en een buitenlandse storting gedaan, zodat men in Friesland niet te lang op zijn centen hoeft te wachten. Goeie afspraken maken goeie vrienden ! Op zaterdagmiddag dan maar naar ons bootje gereden. Petra heeft alle dingen die snel van vocht weten weggenomen, en naar huis gebracht. Ik heb, na eerst het water afgelaten te hebben, het opgevangen in een emmer, omdat er nog redelijk wat antivries instak Het koste toch de nodige moeite omdat de spanring, telkens bij het aanvijzen, van de darm glipte. Na een uurtje lukte het dan toch. Volgende punt was een van de luchtfilters. Daar gaf men de raad om hem te laten lassen. Da hals van de filter die over het motorblok steekt, is er gedeeltelijk afgescheurd. In nood kent men z'n vrienden, zegt het spreekwoord. Lucien kwam langs. Hij is ex-garagist en vertelde mij dat het best kon gelast worden met koper om de kraag van het stuk terug te bevestigen aan het bovenstuk. Hij zou dit wel effe regelen met Staf, ex-mekanieker bij Volvo. Bedankt, vrienden, dat doet deugd, om zoveel inzet voor een pure vriendschap. Met andere woorden, mijn bootje staat terug volledig in orde. Via dit blog, ook een deugddoend berichtje gekregen van Ludo. Als ex-collega en voormalig schipper, kent hij als geen ander het klappen van de zweep. Meerdere malen mocht ik reeds op zijn goede raad en tomeloze inzet rekenen. Ook hiervoor dank. U ziet, goede vrienden, maken het leven lichter. 't Is om van te genieten. Was alles maar zo !
In een verleden bericht melde ik u dat ik me fel bezeerd had, bij het aanmeren van mijn boot. In Brugge ging het mis. In deze stad moet men, behalve voor de sluis, ook aanmeren bij diverse bruggen. Bij geen enkele, noch bij de sluis, heeft men de mogelijkheid tot aanmeren. Het was dan ook net voor de sluis, dat ik moest wachten op een binnenschip dat in het sas lag, en er, langs mijn kant moest uitkomen. Ik lag aan een houten oeverbalk, dan een halve meter water overgroeid met onkruid en daarachter damplanken die de werkelijke oever vormden. Dus ik stond op de balk en sprong over de halve meter water op de graskant. Ik klom naar boven en legde ons vast aan de vangrails langs de weg. Dus, terug naar beneden wou ik van het gras op de balk terug aan boord klimmen. En daar precies ging het fout ! Het had die morgen geregend en het gras lag er nat bij. Bij het naar beneden komen, slipte ik op het gras en kwam met het scheenbeen tegen de houten balk terecht, met het ene been in het water en het andere andere been nog op de graskant. Zo snel als ik kon terug aan boord. Ik ben nochtans iemand die zeer goed tegen pijn kan, maar toen kon ik de eerste tien minuten niets zeggen. Ik vroeg zelfs aan Petra om het stuur over te nemen, en dat gebeurd zelden. Toen ik in Beernem aankwam, was het been al in fel gezwollen toestand. Gedurende de tien dagen er opvolgend, was de wond aan het zuiveren. Vrouwen zijn slimmer op zo'n momenten, en het was Petra die mij naar de spoed in het ziekenhuis stuurde. Dat was gisteren. De dokter van dienst, zei dat het niets te vroeg was. Hij zuiverde de wonde en sindsdien loop ik met een pleister met daarboven een stevig verband aan het been. Hopende dat deze pijnlijke situatie snel een einde neemt, want mijn beentje moet straks tip top in orde zijn, om te skiën.
Ten opzichte van verleden jaar heb ik weinig gevaren, vind ik. Maar het was dan ook een raar jaar. Het voorjaar was zeer wisselvallig tot slecht, zeg maar. De zomermaanden, of wat daar moet voor doorgaan, waren gevarieerd. Er was vooreerst juni en september, die voor mij de beste maanden leken. Overwegend droog, maar voor mij met te veel wind. En dan het snikhete juli, toen ik lag te puffen aan boord en mij van het ene terras (met de nodige verfrissingen) naar het andere sleepte. Temperaturen die TE waren, noch om te werken, noch om te varen. En toen kwam september. Ik moest toen op verlof, want ik was toen al, aan mijn derde poging om met verlof te gaan, toe. Gelukkig deed ik, wat ik moest doen. Wij hadden van 1 t/m 24 september, 2/3 dagen minder weer, voor de rest behoorlijk qua temperaturen. Jammer dat onze geplande reis naar Noord-Nederland niet kon doorgaan. 4/5 en 5/6 beaufort zijn voor ons bootje iets te veel van het goede om op ruime waters te varen, zoals wester- en oosterschelde, hollands diep en grevelingenmeer. Maar goed, jammeren doen we zeker niet. We hadden een schitterend verlof in België en veel van de door ons aangedane steden waren een ontdekking. Volgend jaar durf ik niets meer te zeggen. Twee mogelijkheden : Nederland of Frankrijk, de(Champagnestreek). We zien wel. Ondertussen zijn de defecte onderdelen besteld op de werf. Het rubberen elleboogstuk is nieuw en is opgestuurd. Voor de luchtfilter, die ga ik laten lassen, zodat hij niet meer trilt. Toen ik deze week de werf belde, om de leveringsdetails af te spreken, viel het me weer op, hoe hartelijk Friesen kunnen zijn. Het was blijdschap langs beide kanten. Op anderhalf jaar tijd draaide de motor van ons bootje reeds : 544 u 53 min. Laat ons hopen dat er dit jaar nog een paar uurtjes kunnen bijkomen.
Rond kwart over negen vertrekken we vanuit Oudenburg met een overtrokken weertje. De temperatuur is goed en het blijft droog, meer hoeft dat niet te zijn. Net wanneer ik Plassendale buitenvaar, begint de temperatuurmeter gevaarlijk te stijgen. We doen een noodstop en leggen direct op de remming buiten de sluis aan. Ik doe de motorluiken open en de kabine vult zich met stoom. De radiator flitst het door mijn hoofd. Het rubberen elleboogstuk vooraan de motor blijkt lek te zijn. 'k Heb mij gelukkig gisteren bij den delva een lijm gekocht, bestand tegen warmte, vocht en trillingen. Ik raadpleeg Robert van de Stardust, mijn toeverlaat bij problemen. Ik giet lijm tussen het lekkende gedeelte en span er daarna tape over. Terug gemonteerd, vul ik de radiator weer en kuis al het water op dat onder de motor staat. Op een beperkt toerental begin de terugtocht. We hebben beslist onze reis in te korten en tot Beernem te varen. Aan de eerste brug in Brugge staat Robert mij al op te wachten. Hij is van Wetteren gekomen om eventueel te helpen. Op zo'n mensen kunt ge staat maken. Na een babbeltje ga ik verder. Kwart na één zitten we in de sluis in Brugge. Voor één van de bruggen mistrap ik me en schiet met mijn been tussen een damplank en een balk van de remming, alles overgroeid met onkruid. Pijn en nog eens pijn. Ik verbijt de pijn en vaar verder. Even later ben ik blij dat Petra het stuur overneemt. Ik vaar rond drie uur in de box in Beernem. Petra verzorgd mijn been. Het is fel gezwollen. De dokter stel ik uit tot thuis. Genoeg pech voor één dag, morgen beterschap hoop ik. Spanjeveer, onze thuishaven. Hopelijk gaat alles goed.
Woensdag 13 september 2006 - 08.50 u - 4.523,12 u - 57,6 km.
Vandaag vatten we de terugweg aan. We gaan teug naar Oudenburg, drie sluizen verder en een fijne rustplaatsom te overnachten. We hebben de vorige dag met de sassenier afgesproken dat we rond 09.15 u aan het eerste sas zullen zijn. Wij zijn er, hij niet. We wachten nog wat en zien hem in de verte komen aangefietst. Na het eerste doen we het rustig, zodat de sluismeester op de fiets kan volgen. Hij verwittigd ons dat hij ook de Knokkebrug moet draaien. Tussen het tweede sas in Boezinge en Kokkebrug is de Ieperlee erg ondiep. Wanneer gaat men hier eens baggeren a.u.b. De sasmeester zegt ieder jaar, hopen we, en ieder jaar is het weer hetzelfde, geen centen. "Voor de nutteloze bouw van het gebouw aan de dodengang met personeel, daar hebben ze wel geld voor", zegt de man. Na het verlaten van de Knokkebrug heeft de man ook al zijn collega verwittigd an de Tervaetebrug. We zijn nog op 100m als de brug al open staat. De brugwachter roept ons toe dat ook de St. Jorissluis al verwittigd is. Wat een service ! Nadat de laatste sluis gepasseerd is, komen we om 15.45 u aan in Oudenburg. 't Is 26° en prachtig zomereer. Ik ga, met afnemende zon nog wat schilderen. Voor morgen wordt minder weer voorspeld, daarna zou het terug zomeren. Afwachten maar, morgen gaan we naar Balgerhoeke.
Dinsdag 12 september 2006 - 10.50 u - 4.519,46 u - 22 km.
Vandaag een korte trip naar Ieper. Twee sluizen en twee bruggen scheiden ons van deze mooie stad, waar we eerder al eens waren. De Ieperlee, of het kanaal IJzer/Ieper zoals het officieel te boek staat loopt dood in Ieper. We hebben in Diksmuide bijzonder onrustig geslapen. Boeren, die heen en weer reden tot laat in de avond en in de vroege ochtend met zware tractoren met daarop helle flikkerlichten. Leuk is anders. Ook over de brug naast de IJzertoren dendert heel wat verkeer. Maar goed, we zijn weg. We varen nu echt door het gebied, waar Willem Vermandere over zingt : "duizend en duizend soldaten" Een aanklacht tegen oorlog en al dat zinloze gedoe. 't Is één uur als we in Boezinge sas toekomen, onze eerste sluis, anderhalve km. verder ligt het tweede sas al, Boezinge dorp. Samen brengen de twee sluizen ons 7m hoger. Het vaargebied tussen het begin van de ijzer en halverwege de ieperlee is het mooist. Daarna begint de industrie die eindigt aan "den delva", mijn favoriete doe-het-zelfzaak. Midden in de industire staat nog altijd de toren van Lernout en Hauspie, de twee giganten in de electro business, die door allerlei nalatigheden en tegenslagen als bakstenen vielen. Met hen zeer veel mensen uit de regio, die hun zuurverdiende centjes in een bodemloze put zagen verdwijnen. Om twintig over twee leg ik me aan bij VVW Ieperlee, de plaatselijke club. Petra gaat shoppen in de stad, "en gij trekt wel uwe plan in den delva", zegt ze met een knipoog. Ze weet ook dat ik daar zo graag eens rondloop. In feite heb ik nooit niets nodig, en toch kom ik er altijd met iets buiten. Na mijn bezoekje, schilder ik wat aan ons bootje. Petra is ontgoocheld over de winkels, ik daarentegen ben best tevreden met het gepresteerde werk. Rond zessen maken we ons klaar, we gaan naar de "last post" om 20.00 uur en daarna staat een etentje op het programma. We doen eerst een terrasje en zakken rond achten af naar de Menenpoort, HET monument van alle gesneuvelden tijdens de GROTE OORLOG. Nog altijd, is de 1° wereldoorlog verplichte leerstof in England. Hier weet geen enkel kind iets over die oorlog. De Engelsen zijn hier dan ook weer flink vertegenwoordigt. Ik schat dat er een kleine 3.000 mensen zijn. Om 20.00 uur brengen drie klarons de "last post". Ingetogen, en nog altijd veel mensen met tranen in de ogen, begint de dagelijkse hulde in Ieper. Kinderen en volwassenen dragen kransen met papaverbloemen naar boven. Je hoort een muis lopen, zo stil is het. Dan leest een oudere engelsman een brief voor van een gesneuveld familielid. Tientallen flitsende fototoestellen doen hun werk. Hier staan honderdduizenden namen ingegrift van gesneuvelden. De klaron muziek weergalmt onder de Menenpoort en iedereen is geëmotioneerd. Ook Petra is onder de indruk, zij had dit nog nooit meegemaakt. Nadien gaan we naar de Vivaldi, het restaurant waar we verleden jaar lekker gegeten hebben. We eten er voortreffelijk. En toch... galmt het deuntje van de "last post" nog door mijn hoofd. Want ook Afghanistan en Irak liggen niet zo ver van Ieper. En de waanzin, hij duurt voort !
Ik ben André Van Hecke, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Oostvaarder.
Ik ben een man en woon in Lokeren (België) en mijn beroep is ex-bevrachter van binnenschepen, nu met pensioen.
Ik ben geboren op 31/07/1945 en ben nu dus 79 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: vooreerst mijn bootje Enya, en alles wat ook maar te maken heeft met H2O..
Sinds 25/11/2008 met pensioen, een soms onbekende zee van tijd die op me afkomt - met vrouwtje Petra wat wandelen, en skieën ieder jaar in Seefeld, Oostenrijks stadje waar we getrouwd zijn - in de zomer spenderen we onze vrije tijd sowieso aan ons bootje
Gastenboek
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Beoordeel dit blog
M/S ENYA
mijn bootje is een Gruno 38E Royal van bouwjaar 2000, is 12m lang en 3,80m breed met een diepgang van 1,10m en een doorvaarthoogte van 4,25/3,60m en een gewicht van 12,5 ton - de motor is een 6 cylinder IVECO van 120 pk met een verbruik van ca. 4 liter/uur. Een watertank en fueltank van elk 500 liter en een vuilwatertank van 200 liter. De boot heeft een buitenbesturing met boeg- en hekschroef, automatische piloot en gps/plotter. Herschilderd op de werf in 2011, zowel boven als onder de waterlijn, nieuwe anodes geplaatst. Zijn geboorteplaats is Zoutkamp in Friesland.
De motor is een 6 cylinder dieselmotor IVECO type 8065M12.01, met een verbruik van ca. 4 liter per uur, en komt uit de Milanese fabriek (It.) en draagt als matricuulnummer 0587975. Rustig draaiend en bedrijfszeker, zo wordt de motor omschreven in de onafhankelijke testen. Met in de nabijheid van mijn ligplaats, Spanjeveer op de Moervaart, is er een Europees hoofdverdeler en onderhoudscentrum van IVECO, gelegen aan de Vliegtuiglaan in Gent. Ook dat is makkelijk.
Wij hebben in onze boot geopteerd voor een dinette i.p.v. een tweede slaapkamer, aangezien wij voor meer dan 95% ons tweetjes varen. Ruim om te eten, en voorzien van talrijke bergplaatsen, waarbij alles binnen handbereik ligt, is het in blanke eik uitgevoerd en met een blauwe stoffering, een lust voor het oog.
Het kombuis betekent ook soms het "hart" van de Bourgondische Vlaming. Wanner er gekookt wordt aan boord, is het nuttig om te beschikken over een degelijk uitgeruste keuken. Met twee ijskasten, een magnetron en een vier-pits gasvuur, dampkap en verluchting via een dakvenster, is ook onze keuken voldoende gewapend om "de hongerigen te spijzen".
Het salon is en blijft de plaats bij uitstek in het schip. Gezien de geringe oppervlakte die een boot biedt, is het de pleisterplaats om televisie te kijken of radio te luisteren. Lezend, makkelijk achterover leunend in een zetel vliegen de avonden zo voorbij.
"De natte cel" noemt men het toilet- was- en douchegedeelte in een pleziervaartuig. Je kan aannemen dat ook de mechaniek een aardig stukje vertegenwoordigd is in dit gedeelte van de boot. Pompen, vermalers en verwarmingselementen zijn er in vertegenwoordigd. Met de huidige verstrengde wetgeving is ook de vuilwatertank verbonden aan de lozende installaties.
Ieder mens heeft slaap nodig. Dus is de uitrusting van een slaapkamer bijzonder. Immers een goede matras waarborgt een goede nachtrust. Met de vele bergplaatsen vindt de kledij er ook zijn plaats. Onze slaapkamer biedt nog iets extra wat we bij vorige bootjes niet hadden. Een venster achteraan waar je bij 't opstaan nog een blik kan werpen over het rustige of onrustige water. Mooi toch !
Wanneer hier een lichtje aanslaat of er een geluidje biept, is er "iets". Behalve de snelheid in km/u of in zeemijlen/u, de diepte in meter of in voet, beschikt de stuurstand ook over een elektronisch kompas, aangevuld met gps/plotter en een stuurautomaat, er is er op dit electronisch plateau ook plaats voor een boeg- en hekschroef en een electrische ankerwinch. Bij de "gewone" meters vervolledigen een voltmeter, temperatuurmeter, oliedrukmeter, toerenteller met aangegeven aantal draaiuren van de motor en een stand van de tanks aan boord. Alles is overzichtelijk geplaatst, zodat bij het minste onheil snel kan worden ingegrepen.
Historiek van mijn vorige bootjes :
El Verde : spitsgatkottertje 9,30m lang en 3,20m breed en 0,85m diepgang, motor Indenor 50 pk, van Peugeot origine met bouwjaar 1970, gebouwd door Jachtwerf Oost in Akkrum. Bootje werd verkocht (2007) aan onze inmiddels zeer goede vrienden Karel en Leon, Karel is ook geregeld gastschrijver op mijn blog. In 2010 verkochten Karel en Leon de El Verde verder aan een koppel uit Izegem. Zij herdoopten het terug in Griffioen, wat de naam was van het bootje toen we er allebei op verliefd werden in het verre, maar mooie Akkrum.
Enya : Super Lauwersmeerkruiser - 11,40m lang en 3,40m breed met diepgang van 1,00m - gewicht 12 ton - motor : DAF 575 - bouwjaar 1983 op Lauwersmeer - werf in Westergeest. Was een miskoop, maar dat gebeurd overal wel eens. Het bootje werd omgeruild met mijn huidige Gruno Royal 38'.
Enya : Gruno Royal 38 - bouwjaar 2000 - 12m lengte, 3,80 breed en diepgang van 1,10m - gewicht 12 ton - motor IVECO 125 pk - 6 cylinder gebouwd op Gruno werf in Zoutkamp. Ongelofelijk wendbaar, dankzij boeg- en hekschroef, stille, zuinige motor, weinige uren gedraaid bij aankoop en zowel het interieur als buiten goed in orde. Boot werd in 2011 herschilderd, zowel onderwaterschip als boven de waterlijn, nieuwe anodes geplaatst en de motor volledig nagezien.
Toen we elkaar zagen op 16.09.10 wist ik niet eens dat zo'n studierichting als I.W. bestond. Ik heb ondertussen al wat gegrasduint op internet en er over gelezen. Lang niet zo'n makkelijke materie, maar ik denk dat jij dat aankan ! Ik hoop zeker dat we van tijd tot tijd de gelegendheid hebben om met elkaar een babbeltje te doen. Dat zou super zijn. Jammer van die verloren tijd, want die halen we nooit meer in ! opa
Hi Pa,
Ikke nog eens. JIJ staat nu op internet op een blog. Iets wat je nooit gekend hebt, maar je zou het zeker interessant gevonden hebben, al was het maar om je postzegelverzameling aan te dikken. Ons ma zou het maar "brol" gevonden hebben. De band tussen ons was altijd sterk, omdat we zoveel op elkaar leken. Telkens ik bij u sta, daar op die kille plaats mis ik je nog altijd. 'k Heb al een nieuw plantje gekweekt om het andere te vervangen bij u. 'k Breng het wel eens als we alleen zijn. U en ik ! Rust zacht. Onze kleinen.